Google
This is a digital copy of a book that was prcscrvod for gcncrations on library shclvcs bcforc it was carcfully scannod by Google as part of a project
to make the world's books discoverablc onlinc.
It has survived long enough for the copyright to cxpirc and the book to enter the public domain. A public domain book is one that was never subject
to copyright or whose legal copyright term has expired. Whether a book is in the public domain may vary country to country. Public domain books
are our gateways to the past, representing a wealth of history, culture and knowledge that's often difficult to discover.
Marks, notations and other marginalia present in the original volume will appear in this file - a reminder of this book's long journey from the
publisher to a library and fmally to you.
Usage guidelines
Google is proud to partner with libraries to digitize public domain materials and make them widely accessible. Public domain books belong to the
public and we are merely their custodians. Nevertheless, this work is expensive, so in order to keep providing this resource, we have taken steps to
prevent abuse by commercial parties, including placing lechnical restrictions on automated querying.
We also ask that you:
+ Make non-commercial use of the files We designed Google Book Search for use by individuals, and we request that you use these files for
personal, non-commercial purposes.
+ Refrainfivm automated querying Do nol send aulomated queries of any sort to Google's system: If you are conducting research on machine
translation, optical character recognition or other areas where access to a laige amount of text is helpful, please contact us. We encourage the
use of public domain materials for these purposes and may be able to help.
+ Maintain attributionTht GoogXt "watermark" you see on each file is essential for informingpeopleabout this project and helping them find
additional materials through Google Book Search. Please do not remove it.
+ Keep it legal Whatever your use, remember that you are responsible for ensuring that what you are doing is legal. Do not assume that just
because we believe a book is in the public domain for users in the United States, that the work is also in the public domain for users in other
countiies. Whether a book is still in copyright varies from country to country, and we can'l offer guidance on whether any specific use of
any specific book is allowed. Please do not assume that a book's appearance in Google Book Search means it can be used in any manner
anywhere in the world. Copyright infringement liabili^ can be quite severe.
About Google Book Search
Google's mission is to organize the world's information and to make it universally accessible and useful. Google Book Search helps readers
discover the world's books while helping authors and publishers reach new audiences. You can search through the full icxi of this book on the web
at |http: //books. google .com/l
Google
Dit is ccn digitale kopie van een boek dat al generaties lang op bibliothcckpl anken heeft gestaan, maar nu zorgvuldig is gescand door Google. Dat
doen we omdat we alle boeken ter wereld online beschikbaar willen maken.
Dit boek is na oud dat het auteursrecht erop is verlopen, zodat het boek nu deel uitmaakt van het publieke domein. Een boek dat tot het publieke
domein behoort, is een boek dat nooit onder het auteursrecht is gevallen, of waarvan de wettelijke auteursrecht termijn is verlopen. Het kan per land
verschillen of een boek tot het publieke domein behoort. Boeken in het publieke domein zijn een stem uit het verleden. Ze vormen een bron van
geschiedenis, cultuur en kennis die anders moeilijk te verkrijgen zou zijn.
Aantekeningen, opmerkingen en andere kanttekeningen die in het origineel stonden, worden weergegeven in dit bestand, als herinnering aan de
lange reis die het boek heeft gemaakt van uitgever naar bibliotheek, en uiteindelijk naar u.
Richtlijnen voor gebruik
Google werkt samen met bibliotheken om materiaal uit het publieke domein te digitaliseren, zodat het voor iedereen beschikbaar wordt. Boeken
uit het publieke domein behoren toe aan het publiek; wij bewaren ze alleen. Dit is echter een kostbaar proces. Om deze dienst te kunnen blijven
leveren, hebben we maatregelen genomen om misbruik door commerciële partijen te voorkomen, zoals het plaatsen van technische beperkingen op
automaüsch zoeken.
Verder vragen we u het volgende:
+ Gebruik de bestanden alleen voor niet-commerciële doeleinden We hebben Zoeken naar boeken met Google ontworpen voor gebruik door
individuen. We vragen u deze bestanden alleen te gebruiken voor persoonlijke en niet -commerciële doeleinden.
+ Voer geen geautomatiseerde zoekopdrachten uit Stuur geen geautomatiseerde zoekopdrachten naar het systeem van Google. Als u onderzoek
doet naar computervertalingen, optische tekenherkenning of andere wetenschapsgebieden waarbij u toegang nodig heeft tot grote hoeveelhe-
den tekst, kunt u contact met ons opnemen. We raden u aan hiervoor materiaal uit het publieke domein te gebruiken, en kunnen u misschien
hiermee van dienst zijn.
+ Laat de eigendomsverklaring staan Het "watermerk" van Google dat u onder aan elk bestand ziet, dient om mensen informatie over het
project te geven, en ze te helpen extra materiaal te vinden met Zoeken naar boeken met Google. Verwijder dit watermerk niet.
+ Houd u aan de wet Wat u ook doet, houd er rekening mee dat u er zelf verantwoordelijk voor bent dat alles wat u doet legaal is. U kunt er
niet van uitgaan dat wanneer een werk beschikbaar lijkt te zijn voor het publieke domein in de Verenigde Staten, het ook publiek domein is
voor gebniikers in andere landen. Of er nog auteursrecht op een boek mst, verschilt per land. We kunnen u niet vertellen wat u in uw geval
met een bepaald boek mag doen. Neem niet zomaar aan dat u een boek overal ter wereld op allerlei manieren kunt gebruiken, wanneer het
eenmaal in Zoeken naar boeken met Google staat. De wettelijke aansprakelijkheid voor auteursrechten is behoorlijk streng.
Informatie over Zoeken naar boeken met Google
Het doel van Google is om alle informaüe wereldwijd toegankelijk en bruikbaar te maken. Zoeken naar boeken met Google helpt lezers boeken uit
allerlei landen te ontdekken, en helpt auteurs en ui tgevers om een nieuw leespubliek te bereiken. U kunt de volledige tekst van dit boek doorzoeken
op het web via |http: //books .google .coml
J I
ATLAS VAN STOLK
K AT ALOGUS
DER
HISTORIE-, SPOT- EK ZINHEPRENTEK
BETREKKELIJK
DE GESCHIEDENIS VAN NEDERLAND
VERZAMELD
Lr^ DOOB
k! VAK STOLK Cz.
Otid-Maioor-Kommandant van het korpê Koninklyke
ScherpachuUers van BoUerdatn, Officier in de
orde van de Eikenkroan, Ridder in
de Koninki^ke orde van Itaüè
GERANGSCHIKT EN BESCHREVEN
DOOB
a. VAK RIJK
Ambtentiar aan het archief der gemeente Rotterdam
EERSTE DEEL
AMSTERDAM
FBEDERIK MULLER && Ck>.
1895
Snelpersdruk — M. C. Bronsreld — Wageningen.
T7f-2^5.3??
INLEIDING.
Ongeveer 60 jaar geleden maakte ik een begin met
deze yerzameling..
't Was toen de goede tgd daarvoor. Wel had ik in de
bezitters van historische atlassen meer concurrenten dan
tegenwoordig, want de coUectiën van van Voorst, Bodel
Ngenhuis, Mnnnicks van CleefiP, Splitgerber, van der Wil-
ligen, Ekama, Scheltema, van Ggn, Eramer, Ngland e. a.
bestonden nog of moesten nog begonnen worden, maar de
wedstrgd om het bezit dreef de prgzen niet op zooals
dit thans dikwgls het geval is.
Ik zette het bgeenbrengen krachtig voort, tot ik als
lid der firma „A. van Stolk en Zoonen" optrad en daardoor
minder tgd en gelegenheid behield daarmede op dezelfde
wgze voort te gaan.
Uitgetreden uit de firma, kon ik daaraan weer meer
tgd besteden, en toen ik het geluk had in 1891 den
Heer G. van Rgn, ambtenaar aan het archief der gemeente
Rotterdam, te leeren kennen, is de oude lust geheel her-
leefd, mgne verzameling tot een 70-tal portefeuilles aan-
gegroeid, en menige teekening, belangrgke of onbekende
prent daarbg gekomen.
Had ik mgn platen slechts chronologisch geordend, de
heer van Ryn beschreef ze en ik twgfel niet of de
catalogus, waarvan hierbg het eerste deel het licht ziet,
zal de kennis van zgn bewerker eer aandoen.
VI INLEIDING
Ik Toed de hoop, dat op één of andere wgze de gele-
genheid sdch zal yoordoen, waardoor na ingn dood m^n
atlas in z^'n geheel bleven kan en heb de gelegenheid
daartoe, voor zooveel mg dit mogelijk was, bg uitersten
wil opengesteld.
RoTTBEDAM 1895. A. VAN STOLK Cz.
VOORBERICHT.
Bg het Terschgnen yan het eerste deel yan den kata-
logus der historieprenten, aanwezig in den atlas van den
heer A. yan Stolk Cz., zg het mg, als den bewerker, ge-
oorloofd er een enkel woord yan inleiding aan te doen
yoorafgaan.
De bezitter wenschte een katalogos yan zgn geheelen
atlas, opdat men, waar hg de gelegenheid openstelde, dat
zgn yerzameling, ook na zgn dood, in haar geheel blgyen
kon, zon kannen zien welk een omyang en welk een
belang zg yoor de geschiedenis heeft.
Ik beschreef dos alles, zoowel dkt, wat Muller reeds
yermeldt, als wat door hem niet gezien en dos ook niet
beschreyen werd; en dat is niet weinig.
MoUer's Beschrgying (een reozenwerk, gelgk elke eerste
d^elgke arbeid op ieder gebied steeds zgn zal) was mg
een sterke steun bg mgn werk; toch heb ik getracht in
enkele opzichten zgn werk aan te yullen, door
P: het op- of onderschrift der plaat letterlgk weer te
geyen. Heeft een plaat geen yan beiden, dan heb
ik het meest in het oog yallend woord in de plaat,
als titel gebruikt. Het letterlgk weergeyen yan
een onderschrift doet menigmaal een anderen staat
eener prent kennen, terwgl ik omtrent het in
't oogyallende yan een woord geen groote yei-war-
ring vrees.
Tin TOOKBBBICHT
2»: het oiWoerig aanw^zeu der afwgkmgen tosschen de
TerschiUodde staten van één prent, die door Maller
in 't geheel niet, of onvolledig zgn rermeld, en
een nanwkeorige beschrgring der prenten, die h^
niet zag, maar naar de mededeelingen van anderen
opnam.
S^ : de zeer vele, bg Muller niet voorkomende, teekeningen
en prenten, zoo nauwkeurig mogel^k te beschry ven.
4® : door een met zorg bewerkt register. Dat hieraan,
ook voor Muller's werk, nog groote behoefte be-
staat, zal ieder, die gewoon is cz^ne Beschrijving» te
raadplegen, moeten erkennen.
De kataloficus, in zeer klein iretal gedrukt, wordt in den
overgegeven. Vindt h^ een goed onthaal 't zal mg èn voor
den bezitter van den atlas èn voor mij zelven zeer aan-
genaam zgn. Overtuigd dat wïUen nog iets anders is dan
kunnen^ vraag ik vooruit verschooning voor de gebreken,
die mgn werk zuUen aankleven. Zouden langduriger na-
sporingen mij dikwgls vollediger resultaten hebben ver-
schaft, ik verzoek m^'n beoordeelaars bg hun kritiek wel
in 't oog te willen houden dat slechts de tijd, die mij
van ambtsbezigheden overbleef, aan dezen arbeid kon
worden gewöTen de wensch aln den meer dan tachtig-
jarigen bezitter den voltooiden katalogas zyner verzame-
ling te kunnen aanbieden, m^ tot eenigen spoed aandreef.
Rotterdam 1895. G. VA.N RUN.
Voor de gebruikers van dezen katalogus diene dat de
uitdrukking „Niet bij Muller", die men met een cijfer er
achter, rechts boven verscheiden prenten vindt, aanwijst
dat de beschreven prent achter genoemd nommer van Mul
Ier ingevoegd moet worden.
BEREDElSrEERDE BESOHRIJYING
VAN DBN
ATLAS „YAK STOLK".
Algemeene prenten.
Muller (No. 10).
1. „Geschiedkundige kaart der Nederlanden door E.
Maaskamp, Geofin^phicos, Amsterdam 1830, Carte histo-
riqne des Pays-Bas, par E. Maaskamp, Geographe, Am-
sterdam 1830."
Inschrift in den linkerbovenhoek eener kaart van Nederland, waarin,
behalve de plaatsnamen, een menigte jaartallen van vaderlandsche gebeur-
teniasen zijn gegraveerd. Onderaan links een opdracht aan de drie zoons
van Koning Willem II. Rechts onderaan verklaring der teekens. Gra-
vure in plano door „Giersbergen et fils".
Hierbij behoort en is gevoegd : ,.Handboek, ter verklaring der geschied-
kundige kaart van het Koningrijk der Nederlanden, en der wereldkaart;
beheliende eene opgave van de roemrijkste en lofwaardste daden der Ne-
derlanders, derzelver krijgsbedryven te land en ter zee, scheepstogten,
ontdekkingen, uitvindingen enz.; als mede van zoodanige voorname per-
sonen, die in wetenschap, kunst of heldenmoed, hebben uitgeblonken. Te
Amsterdam, by E. Maaskamp, 1833." VIII, 10 en 77 blz. in 8^ en 1 a£E.
blaadje „Errato".
De „wereldkaart", in dezen titel vermeld, is een gravure in 4>^, tegen-
over den titel, met opschrift, tusschen de twee halfronden: ,, Wereld-
kaart voor de nederlandsche geschiedenis." Het komt n^j voor dat de
bL 4* en 4** der Inleiding naar de omstandigheden gewijzigd zyn en
vroeger misschien anders luidden.
ALGEMSENE FEENTEN
MULLBB No. 12.
2. „Tgdkaart der geschiedenis yan het vaderland door
Mr. J. van Lennep."
Opschrift boven een plaat in twee bladen, die in beeld en schrift
een overzicht geeft van de geschiedenis van Nederiand van 826 — 1849.
Bovenaan in *t midden prijkt het beeld van Karolus Magnus, aan weers-
zijden van hem een groep geleerden, vorsten, veldheeren, enz. Onderaan
twee dergelijke groepen van dichters, schilders, enz., terwijl over de ge-
heele plaat verschillende kleinere of grootere afbeeldingen van voorvallen
uit de geschiedenis, en gekleurde wapens, tusschen den tekst verspreid
zijn. Steendruk op 2 bladen zeer groot in plano, naar Ch. Rochussen
door Th. Bruggemann te Amsterdam, met adres van A. C. Kruseman te
Haarlem. De verklarende tekst (16 blz. in 8^ ontbreekt
Niet bu Muller (S. No. 12A).
3. „Tableau historique et chronologique du royaume
des PayS'Bas^ Depuis la plus haute antiquité jusqu^d nos
jours Rédigé d^après VArt d^ verifier les dates* les Comm*'^
de César* VHist. géné. de Desroclies; et d^après les Chro-
niques les plt^s estimées. Par D^^ Foumier de St» A/arim."
Opschrift boven een, zeer groot in-plano, geheel gegraveerd blad, dat
in verschillende reeksen van eeuw tot eeuw, de gebeurtenissen, regeerende
en beroemde personen enz. aangeeft, welke met de Nederlanden en België
in verband staan. Boven den tekst een paar voorstellingen, tot de vroegste
geschiedenis behoorende; aan weerszijden de volgende afbeeldingen:
links: „La Tour de Merwede". „Le Binnenhof {h. la Haye)." „La Porte
de Halle {h Bruxelles)." „Le Chftteau de Celles." „Le Palais de . Justice
{k Liège)." „l'Hotel de ville de Nimègue."„Le Ohateau de Loewestein."
„1'Arche h Toumai." „Entree du Port de Rotterdam." „Porte dite Wa-
terslootsche (k Delft)." Rechts: „La Porte d'Amercoeur {k Liège)." ,.Les
Ruines de Mont-aigle." „Le Pare d'Enghien." „La £[aye Sainte." „Les
Ruines de Beauraing." „Porte du Chdteau de Bouillon." „La Bourse
d'Anvers." „VHotel de ville de Groningue." „Portail de l'Eglise St. Ni-
colas, {k Gand). „l'Hotel de ville de Mons." „l'Eglise des Lutheriens
{k Amsterdam)." De gravure is door den auteur zelf gegraveerd.
Muller (S. No. ISA).
4. „Spel verbeeldende de historie van Holland."
Titel van het reglement (16 blz. in 8^), behoorende bij een spel op de
wijze van het ganzenbord, in 70 medaillons, portretten en feiten uit de
Nedorlandsche geschiedenis vertoonende, van Philips II tot „'t Jubeljaar
van den Vrede" (van Utrecht, 1713). Gravure zonder naam of adres.
b. Dezelfde plaat met adres: ,.ln 's Hagen bj Pieter Paupie."
ALGElfBENE PRENTEN
c. Dezelfde plaat met adres : „In 's Hage by Langewegh en van *
Balen'\ welk adres met het jaartal 1766 ook voorkomt op het exemplaar
van het reglement hierboven genoemd. Deze zelfde staat wordt in het
S. onder No. 8762 nog eens vermeld naar een exemplaar van den Heer
S. van Gijn.
d. (bij Muller b.) HetzelMe spel, maar nii tot 79 medaillons uitge-
breid, waarvan de laatste historische voorstelling een zinneprent op den dood
van WiUem IV is, terwijl het laatste nommer het portret van Willem V
vertoont. Qravure zonder naam, met het adres van A. Meyer te Amsterdam.
Deze laatste staat heeft een andere voorstelling van het Beleg van
Breda (No. 22) dan de voorgaande drie, terwijl No. 70 in plaats van
„'t Jubeljaar van den Vrede", in een kleiner medaillon, een tooneel van
den aktiehandel geeft.
«
a. NiBT BU MULLBB (S. No. 18 A).
5. . jjVaderlandsch histariespd"
Onderschrift onder de middelste, grootste en laatste afbeelding van
80 tot één spel vereenigde voorstellingen en portretten uit de vader-
landsche geschiedenis, beginnende met de komst der Batavieren en ein-
digende met de afbeelding van de Kweekschool voor de Zeevaart. Qravure
in gefigureerden rand in-plano naar en door H. Bendorp, met adres van
H. Keyzer en W. Vermandel te Amsterdam. Hierbij:
a. „Verklaaring van het vaderlandsch historiespel. Te Amsteldam,
by H. Keyzer en W. Vermandel." Titel en 22 blz. m 8®.
b. „Speelregels en onderrichting in het vaderlandsche historiespel, voor
de Nederlandsche jeugd. Te Amsterdam bij Hendrik (G^artman?)". 1 vel
in-plano.
b. NiBT BU MULLBB (.8 No. 18 A).
6. Hetzelfde spel.
Deze staat der plaat zou het Orangistische pendant kunnen worden
genoemd van den vroegeren staat, in het vorig nommer beschreven, die
geheel in patriotischen geest is opgesteld. Overigens gelijk, zit het ver-
schil in de laatste tien nommers die ik daarom hier vermeld.
No. 70 vroeger: 't Verzeilen van 'sLands Oorlogschip Prins Willem.
nu: Vrede met Engeland.
„ 71 vroeger: 't Vrijverklaaren der Amerikaanen. (A^ 1788).
nu: Overtogt der Franschen over de Waal.
,, 72 vroeger: 't Portrait van . . . van der Capellen tot den Poll.
nu: Vrede te Amiens.
^^ 78 vroeger: De Algemeene Wapeaoefening.
nu: Louis Buonaparte wordt Koning van Holland.
ALGEMEENS PRENTEN
No. 74 vroeger: 't Oproer te Rotterdam (A^ 1784).
nu: Bezoek van Napoleon te Amsterdam.
„ 75 vroeger: Vertrek van den Hertog van Wolffenbuttel.
nu: Aankomst van Z. E. H. te Scheveningen, 1813.
,, 76 vroeger: 't Sluiten van den Vrede (zie no. 70).
nu: Het uittrekken der Hollandsche burgers voor Naarden.
,, 77 vroeger: Alliantie met Frankrijk.
nu: Slag by Waterloo.
„ 78 vroeger: De aanslag van Mourand op Gevers en de Gijzelaar,
nu: Algemeene vrede (1815). Illuminatie op de Hooge sluis.
,, 79 vroeger: Het in den eed nemen der Schutterij te utrecht.
nu: Huwelijk van den Erfprins.
„ 80 vroeger en nu gelijk.
Gravure in-plano, naar en door H. Bendorp, maar nu met adres van
Hendrik Gartmah.
Hierbij: „Speelregels en onderrigting", enz. op 1 vel in plano met adres
van de Erven Hendrik Gartman.
Deze speelregels missen het „Voora%aand bericht", dat in 18 regels,
in twee kolommen, voorkomt tusschen den titel en de speelregels zelf
van het onder a vermelde plano-exemplaar. Er schijnt uit de verschillende
adressen der speelregels en spelen zelve te blijken, dat er nog meerdere
uitgaven van dit spel bestaan; n.1. een patriotUsche uitgaaf van H. Gart-
man en een Orangistische van zijn erven.
Muller (S. N«. 18 Ba).
7. a. „Nieuw historienapel van Nederland",
Opschrift boven een spel, waarop in 70 kleine vierkanten gebeurtenissen
uit de vaderl. geschiedenis zijn a%ebeeld van de Aankomst der Batavieren
tot den Algemeenen Vrede van 1815. Gravure in plano, eenigszins in zwarte
kunstmanier, zonder naam van graveur, met adres van H. Moolenijzer te
Amsterdam. Hierbij: a. „Speelregels van het Nederlandsch historiespel,
hetwelk ingerigt is voor kinderen, om hun al spelende bekend te doen
worden met de Nederlandsche historie. Te Amsterdam, by H. Moolenyzer",
z. j. 8 blz. in 8^ Aan het eind deelt de uitgever mede dat men è 18
stuivers bij hem verkrijgen kan een doosje met kaartjes, nommers en
plan, waardoor men dit spel tevens als loterijspel gebruiken kan.
h. DezelMe speelregels op 1 blad in fbl.
c. „Tafereelen uit de vaderlandsche geschiedenis, voor de beschaafde
jeugd. Behoorende tot het nieuw Nederlandsch historiespel. Te Amster-
dam, bij H. Moolenyzer". z. j.
Dit boekje van IV en 60 blz. in 8^ bevat de speelregels zeer verkort
en een langere of kortere uitlegging van elke voorstelling.
h. Dezelfde plaat, zeer opgegraveerd.
Verzamelingen.
NUET BU MULLKB (S. No. ISfi).
8. „NatuuWy/ce historie van Holland door J. Ie Francq
van Berkhey. M, D. Amsterdam^ By Interna en Tiébod^
MDCCLXrX."
In de vier doelen van dit, nog altijd voor de kennis der Nederlanden
hoogst belangrijk werk, komen, onder meer, de volgende platen voor,
die voor de kennis der zeden en gewoonten van belang zijn.
Dl. I. PI. n. Zoutwater en schelphandel by Noordw^k en Katw^k.
,, ,, III. Hollandsche kust bij Katwijk en grondslag van het
Romeinsche Wapenbuis Britten.
Dl. II. PI. n. Titelvignet: Turf baggeren, treden en steken.
,, ,, „ ,, Zandbeddingen in de Katwijker zanderij.
,, UI. „ ,, Zinnebeeldig titelvignet op de zeden en gewoonten
der Hollanders. Rechts op den voorgrond twee
kinderen bij een piramidale zuil, waarbij een dam-
bord, kaarten en andere spelen. Op den achtergrond
een zeilbootje, pleizierrijtuig op een brug, enz.
„ „ PI. I-VI. Kleederdrachten van de Batavieren tot het einde der
18e eeuw. Alleen de plaat der Batavieren vertoont
slechts een voorstelling; de vijf andere hebben in drie
rijen boven elkaar telkens twee tot vier kostumen
van verschillende standen. Bij iedere plaat is een
verklaring op 2 blz. in 8^
„ „ „ VII. „Hansje in den kelder." Drinkschaol, waaruit bij het
vullen een naakt kindje te voorschijn kwam. De
beker werd gebruikt, als men in bedekten term de
blijde verwachting van éëne der vrouwelijke gasten
wilde gedenken. (Muller No. 3003).
„ „ „ VIII. ,vA.fbeelding van een kraamkloppertje."
Voorwerp van kant gemaakt, dat te Haarlem bg
YEBZAMSLINOEN
de geboorte van een kind op de straatdeur werd
gehecht Afdruk in rood. (Muller No. 3902).
Dl. III PI. IX. „De Hollandsche Ysschuitjes, in verschillende standen,
zeilende op de Zaan, benevens eenige Hollandsche
Yssleden enz." (Muller N». 4003).
^, ,, „ X. Bij de Batavieren gebruikte speelpenningen, amulet-
ten, enz. 19 afbeeldingen op 1 blad in 8^ met 2 blz.
verklaring in 8*.
,, ,, Bladz. 1404. Afbeeldingen van een kaatsbaan en van de ver*
schillende stooten.
,, ^, PI. XI. .,De b3rzonderste nationale lykstaüën der Hollanderen".
In vier rijen boven elkaar zijn hier zes verschillende
manieren a%ebeeld; n.1. op de bovenste rij A. ,^n
staatelyke Adelyke Begraavenis met koetsen." Op de
tweede rij: B. „Een defUge burgerbegrafenis te voet" ;
O. „Lijkstatie van een jong kind te voet" ; Op de derde
rij: D. „Lijkstatie met slede van een kind te Am-
sterdam"; E. „Boerenbegrafenis met wagens." Vierde
rij : „Gewone begrafenis bij den boerenstand te voet"
(Muller N». 3996).
,, IV PI. V. „Afbeelding van de Hollandsche harddraaverij om den
gouden zweep, aan het schouw van Duivenvoorde,
gemeenlijk genaamd het Haagsche schouw."
Levendige voorstelling van een dorpshaiddraverij,
met veel toeschouwers, koetsen; rechts een koekkraam,
meer links op den achtergrond 't raadhuis, enz. (Muller
N». 4002 a en b). Hierbij:
,, „ PI. VI. Meetkundige afbeelding, hoe en op welke wijze
eene hollandsche en fiiesche harddraaver, van den
stap, op den harddraf komt.
Voorts vermeld ik hier nog twee platen, in 't vierde deel voorkomende,
die evenmin in onmiddellijk verband staan met de geschiedenis van
Nederland als de overige niet genoemde, maar zich zoo nauw aansluiten
aan een der voornaamste bestaansmiddelen van ons volk, dat daardoor de
opname gerechtvaardigd wordt, 't Is een „Geslacht-Rekening om met een
opslag van het oog te kunnen nagaan, hoeveel Runderbeesten in tien achter-
eenvolgende jaren uit een Moederkoe, en Vaderstier kunnen voorttelen :" enz.
Onderaan op deze plaat is een voetstuk, waarin, in twee medail-
lons, de Moederkoe en de Vaderstier zijn afgebeeld. Boven deze in een
lint, een distichon; aan iedere zijde een 12-regelig gegraveerd vers. üit
dit voetstuk ontwikkelt zich de geslachtsboom. Links bovenaan in
medaillon: een versierde os, rechts: een versierde koe. De geslachts-
boom telt in 10 jaar 143 nakomelingen.
YE&ZAHELINGBN
Op een hierbij behoorende plaat zijn 29 verschillende koppen en horens
van runderen en een tweetal van horens vervaardigde sieraden a%ebeeld.
Behalve deze plaat, Hansje in den kelder en één exemplaar van de
harddraverijprent, hier in zwart bijgevoegd, zijn alle indertijd gekleurd.
Meerendeels zijn ze door Ie Francq van Berkhey zelf ontworpen en
door S. Fokke, N. v. d. Meer en anderen gegraveerd.
Aan dit exemplaar is 1^ toegevoegd, (ten deele als bewijs dat er niets
nieuws is onder de zon), een „Geslagt-lyst, Van de vermenigvuldiging
van een Koe, in tien Jaren tyd", één vel in plano te Hoorn, bij Jacob
Duyn uitgegeven, vermoedelijk in 1760> daar de rekening loopt over de
jaren 1740—49.
2^ „De Hollandsche Melk-koeyen, Les Vaches k lalt Hollandaises'\ een
zeer goede en karakteristieke afbeelding van een boerderij met een twee-
tal koebeesten, een kalf enz. Gekleurde gravure in-plano, naar en door
P. G. van Os, met adres van E. Maaskamp te Amsterdam en Colnaghi
en Co. te Lionden.
8^ Kopiën der kostuumprentjes en van de plaat met begrafenissen uit
de weinig bekende, te Bouillon in 1781 verschenen vertaling van het
werk van Le Francq van Berkhey.
Niet bu Muller (S. No. 13).
9. „Geschiedenissen der vereenigde Nederlanden voor
de vaderlandsche jeugd. Amsterdam 178-395.'
»>
Titel eener serie van vijf en twintig deeltjes in-12*., versierd met
87 historische voorstellingen en portretten. Muller geeft van deze serie geen
afzonderlijke beschrijving. Daar de verzameling prenten en portretten, naar
J. Buys, door R. Vinkeles en C. Bogerts gegraveerd, dit meer dan ver-
dient, volge hier een korte vermelding van alle voorstellingen.
Na den titel van het eerste deel volgt een (in dit exemplaar gekleurde)
„Kaart van Nederland en woonplaatsen der oude volkeren', die door A.
van Nievelt gegraveerd is. De eerste plaat stelt een oud man voor, die,
in zijn boekvertrek, met een knaap aan een tafel gezeten, tot dezen
laatste zegt:
„De Geschiedenis van uw Vaderland niet kennende, zijt gij buiten
staat ooit een goed Burger, veel min een nuttig Regent van het zelve
te worden."
Ie D(eel) Pl(aat) II. Aankomst der Batavieren.
„ „ „ III. Huwelyks plegtigheden der Batavieren.
„ „ „ IV. Brinio verheven tot krygsoverste.
„ „ (Portret) 1. Olaudius Civilis, krygsoverste der Batavieren.
,, ,, ,, 2. Brinio, veldheer der Kanine&ten.
„ „ Pl(aat) V. Oorlogen der Batavieren.
y, ,, ^, VI. Vrede tusschen de Romeinen en Batavieren.
8 YXBZAIOELINGBN
Ie D(eel) Pl(aat) Vu. Koning Klovis laat zig doopen.
„ ,, P(ortret) 8. Willebrord, late bisschop yan utrecht
^ ,, Pl(aat) yUI. *t A^odsbeeld Yan Wodan . . . verbroken.
,, ^ P(ortr.) No. 4. Boni&dus Ilde bisschop yan Utrecht
II ,, Pl(aat) I. Begraafius yan S. Jeroen te Egmond.
,, „ ,, IL Verwoesting van het paleis te Nymegen, door de
Deenen.
,, ^, ,^ III. Graaf Floris I, te Hemert, yermoord.
,, ^ ,, IV. Graaf Floris III. door de graaf yan Vlaanderen
geyangen.
^, ,, ,, V. Graayinne Ada, wordt door graaf Willem yan
Texel naar Engeland gezonden.
^, ,, P(ortret)L Gerret (sic) yan Velzen.
,, ^ ,, n. Wolford yan Borsselen.
,, ^ Pl(aat) VI. Vernedering der Utrechtenaars yoor graaf Willem
de IV.
,, ., ,, Vil. Hertog Albrecht yan Beijeren ontyangt koning
Hendrik de IV. met zyne doc)iter Blanka, te
Dordrecht
„ ,, „ VIII. Vrouw Jacoba schiet te Goes naar de papega^.
III ,, „ la. Komst yan Izabella te Haarlem.
b. Origineele teekening yoor dit plaatje.
D(eel) III. Pl(aat) II. Moord yan Klaas yan Ruiyen, door 't kaas en
broodyolk te Haarlem.
,, ,, P(ortret)I. Albert, hertog yan Saksen.
,, „ Pl(aat) UL J. de ^uybert voert Philips de schoone naar
Frankryk.
,, „ ,, IV. 'tSlot te Muyde door de Gelderschen bemagtigd.
,, „ ,, V. Huldiging yan Karel den Vden te Dordrecht
,, ,, P(ortret) 3. Jan graaf yan Egmond.
,, „ P(laat) VI. Jan de Bakker, in 's Hage geworgd en verbrand.
,, „ P(ortret}8. Paus, Adriaan de VI.
,, ,, P(Iaat) Vn. Ongemeene watervloed en doorbraak der holland*
sche dijken.
^, ,, „ VIILOptogt van Jan Boekelszoon van Leiden, als
koning van Munster.
.,, ,, P(ortret) 4. Willem, hertog van Gulik, enz.
D(eel)lV.Pl.(8ic)P(ortr.)I. A. Perenot, kardinaal van Granvelle.
y^ „ Pl(aat) Li. Zee-gevegt in de hoofden 1554. (M. No. 406).
b. Origineele teekening voor dit plaatje.
,, ,, ,, II. Komste van Filips den II te Brussel.
,, ,, ^, III. BeraadslagingevanzesvoomaameAmsteldammers.
V )i P(ortret) II. F. van Croy, hertog van Aarschot
TRRy.AMWT.TNQBN
D(eel) IV.
, Plfaat) IV.
11 11
P(ortpet) ni.
11 11
11 V.
11 11
11 VL
11 n
11 IV.
11 n
Pl(aat) VIL
11 11
1, vm.
D(eel) V.
11 I.
44 4«
„ n.
„ „ P(ortret) II.
„ „ P(laat) n.
11 n
11
11
III.
„ (Portret) III.
11 n 11 ■'•V.
^ „ PKaat) IV.
11 n n »•
H H 11 ' 1.
„ „ (Portret) V.
D(eel) VL PI(aat) L
n.
ni.
11
n
n
n n
11
IV.
1»
11
P(ortret) I.
11
n
1, IL
n
11
,1 m.
11
11
„ IV.
n
11
1, V.
11
n
Pl(aat) V.
n
n
P(ortret) VI.
n
n
Pl(aat) VL
D(eel)VILP(ortret)L
n
n
n IL
n
n
„ nL
n
n
„ IV.
n
n
n V.
n
n
Pl(aat) I.
n
n
P(ortrct) VL
n
n
Pl(aat) IL
Beeldestorm in de Oude kerk te Amsterdam.
A. van Straalen, burgm. yan Antwerpen.
Veldslag bij Oosterweel.
Straffe der beeldstormers.
Floris, graave yan Cuylenborch.
AWa eisoht den lOden penning.
Herman de Ruiter veroverd Loevestein.
Moord der Spanjaarden te Oudewater.
Willem den Isten trouwt Charlotte de Bourbon.
Don Jan van Oostenryk.
Trijn van Leemput, trekt met de Utrechtsche
vrouwen op, ter slegüng van het slot Vredenbuig.
Komste van Willem den Isten te Utrecht.
Hertog Jan Casimir.
Jan van Nassau.
Dood van Bartel Entens.
Huldiging van den hertog van Anjou.
O. de Hooge in 'sHage onthalst.
Balthazar Gerards.
Moord van den graaf van den Broek.
Aankomst van Leioester te Amsteldam.
Blois van Treslong wordt gevangen op 's Graven-
stein gebiagt
J. van Oldenbameveld, wordt advokaat van
Holland.
Diderik van Sonoy.
Pieter Comelisz Boom.
Adolf van Meetkerke.
Fran^ois Vere.
Christoffel de Mondragon.
Belegering van Bommel.
Pater Jan Neyen.
Aankomst der speanscbe gezanten.
Petrus Jeannin.
Frandscus Cknnarus.
Conradus Vorstius.
Komelis Pietersz Hooft.
J. Uitenbogaert
Prins Maurits dankt te Utrecht de waard-
gelders af.
Daniel Heinsius.
Johan van Oldenbameveld komt op bet
schavot
10
TIBZAMELINGEN
D(eel)
y*
^1
SI
(Deel)
^1
>^
11
VII. Pl(aat) in.
P(ortret) Vn.
1, vni.
Pl(aat) VI.
Vm. P(ortpet; I.
„ II.
Pl(aat) I.
11
11
11
11
11
11
11
11
n
11
11
P(ortpet) m.
1, IV.
Pl(aat) U.
11
11
m.
IV.
11 V.
üittogt der remonstranten.
Willem van Oldenbameveld.
Reinier van Oldenbameveld.
Sterfbed van prins Maurits.
Nioolaas Hasselaar.
Pieter Pietersz. Hein.
De vlugt der zeven remonstrantsche predi-
canten uit Loevestein.
Maria de Medecis.
Graaf Jan Maurits van Nassau.
Karel de 1ste binnen Londen onthalst
1649.
De blokhuizen op den Amstel gebouwd,
en weder a%ebroken.
Zes heeren van staat naar Loevestein
gevoerd 1650.
Zinnebeeld op) De(n) Munster8che(n)
vreede.
Andries Bikker.
De moord van Dooreslaar.
Alezander van der Capellen.
Plunderen van het huis van de burge-
meester Landsbergen te Middelburg.
P. Jacob Cats.
P. Marten Harpertsz. Tromp.
Gillis van der Nisse te Goes doorschoten.
Karel de Ilde neemt a&cheid van de
Staaten.
Drie koningsmoorders te Delft gevat
Instorten van de brug te Froneker.
P. Michiel Adriaansz. de Ruiter.
P. Mr. Comelis de Witt
Vreede te Breda 1667.
P. William Temple.
P. Mr. Joan de Witt
Willem III, in de vroedschap te Amsterdam.
Het aanvallen van burgemeester van den
Brande te Middelburg.
P. Comelis Tromp.
P. Joost van Vondel.
1) Van hier af zijn de portretten onder éën nummering met de platen ge-
bracht P achter 't nr. = portret.
11
11
P(ortret)
V.
11
11
Pl(aat)
VI.
11
11
P(ortret)
VI.
D(eel) TX.
Pl(aat)
I.
11
11
11
n.>)
11
11
11
m.
11
11
11
IV.
11
11
11
V.
11
11
11
VL
11
11
11
VII.
11
11
n
vm.
11
11
11
TX.
11
11
11
X.
11
11
11
XI.
11
11
11
XII.
D(eel)
X.
11
I.
11
11
11
IL
11
11
11
III.
11
11
11
IV.
YSBZAMELINGEK 11
D(eel) X.
Pl(aat)
V.
^t ^t
11
VI.
•»ï "it
11
vn.
t^ 11
11
VIII.
11 11
11
IX.
11 11
11
X.
11 11
11
XI.
11 11
11
XTI.
D(eel) XI.
11
I.
H 11 11
11
11
11
IIL
11
11
11
IV.
11
11
11
V.
11
11
11
VI.
11
11
11
VII.
P. De graaf d'Avaux.
Het doorschieten van Sommelsdyk.
De fiscaal Elievit op de gevangen poort in
'sHaege gebragt
De val van koning William.
P. Prins Eugenius.
P. Hertog van Marlborough.
Het hoUandsch schip van Pieter Vlak in
gevecht met twee algiersche kapers.
Xn. P. Adrian Valkenier.
Het plunderen van 't huis des burgemeesters
Joannes Coequelle te Middelburg.
U. Pieter Mogge van Benesse te Zirkzee aan-
gevallen.
Het beleg van Bergen op Zoom.
De ruïnen van Bergen op Zoom.
Het garmsoen trekt, met alle krygseer, uit
Maastricht.
De vredehandel te Aaken.
De Harlingers gecommitteerden worden te
Leeuwaarden, door het gemeen met slaanden
trom ingehaald.
VIII. Het plunderen van het huis van den burge-
meester Geertsema te Groningen.
Vuurwerk in 'sHage.
De militie komt te Lejden binnen.
De militie vat post op de markt te Haarlem.
b, Origineele teekening voor dit plaatje.
Beroering onder den godsdienst te Nieuwkerk.
P. Anna, weduwe van prins Willem de IVde.
Intreede van den franschen ambassadeur.
Sterfbedde der vrouwe gouvernante.
P. Jonkheer Jan van Borsselen, eerste edele
van Zeeland.
Gehoor van den Marrocaanschen gezant
't Springen van 'tkruitmagazijn te Maastricht
Mishandeling der protestanten te Aaken,
Vaals, enz.
,, ,, „ VIII. P. Maria Louiza van Hessen Cassel, prinsesse
douariere van Oranje.
V ,, ^^ IX. P. Mr. Jacob Gilles, raadpensionaris van Hol-
•« land, enz.
,, ,, ,, X. Installatie van prins Willem den Vde.
II 11 11
11
11
11
LX.
11
11
11
X.
11
11
11
XTrt.
11
11
11
XIT.
(eel
)XIL
11
I.
11
11
11
IL
11
11
11
IIL
11
11
11
IV.
11
11
11
V.
11
11
11
11
11
11
VI.
VIL
12 TERZAMELINGBN
D(eel) XIL P(laat) XI. Brand in het dorp Hilversum.
11 11 11
11 11 11
H • 11 11
•1 11 11
11 11 11
11
11 11
11
X.
11 n
11
XI.
11 11
11
Xïl
D(eel) XIV.
11
I.
11 11
11
ILi.
XII. Inkomst yan den prins en de prinses in den
Haag na hun voltrokken huwelijk.
D(eel) XIII. „ I. P. Jonkheer Willem van Haren.
U. Artillerie-camp by Breda.
III. Tweehonderd jaarig jubilé te Vlissingen
gevierd.
„ „ „ IV. P. Mr. Pieter Steyn.
„ „ „ V. Vergadering ter verbetering der psalmbe-
rijming in VHage.
„ „ „ VI. Eeuwfeest te Leyden gevierd (1776).
VU. Zwaare overstroomingen en dijkbreuk in 1775.
VIII. Prachtige sleedevaart gehouden te Ley-
den (1776).
,) ,, XL Het verongelukken van het O. I. achip
Overhout bij Egmond aan zee.
P. John Paul Jones.
Ontmoeting van Byland en Fielding.
XII. P. George de IHde koning van Groot-Brit-
tanje.
P. De admiraal Rodney.
P. De schout by nacht Willem Krul.
b. Origineele teekening voor dit portret
c. Afilruk in rood.
„ ,, ,, UI. Gevecht van den schout bij nacht Elrul
tegen 3 engelsche oorlogschepen.
IV. Commissie bij zijne hoogheid in Hhuis in
'tbosch.
V. P. De vice-admiraal J. A. Zoutman.
VI. P. W. J. G. Baron Bentink schout by nacht
van Holl. & Westfr.
,, ,, ,, VIL P. De kapitein G. Oorthuys.
,, ,, ,, VIU. Kapitein de Bruin verzeild op de Zuiderhaaks.
,, ,, ,, IX. Springen van 't kaper schip de dappere patriot
,, ,, ,, X. P. De kaper kapitein P. Ie Turc.
,, ,, ,, XL P. Jr. J.D. van der Capellen heer tot den Pol, enz.
,, .,, ,, XIL P. Josephus U roomsch keizer.
D(eel) XV. „ L P. R. J. baron van der Capellen heer van de
Marsch enz.
,, ,, „ II. Oproer te Moerkapelle.
^) Si 11 UI- Beroerte in de kerk te Leeuwaarden.
«^ .)) ,, IV. P. O. D. Gordon, Collonel van 't Genootschap
Pro patria et libertate te Utrecht.
11 11 11
11 11 11
11 11 11
YBBZAICBLINGEN 13
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11
11 11
11 11
H 11
D(eel) XVI.
D(ee1) XV. Pl(aat) V. Mr. P. Gevers, booM-offider der stad Rot-
terdam.
VL V. Mr. E. de Vry Temmink, burgemeester en
raad der stad Amsterdam.
yil. Het inrukken der militie in Amersfoort.
Vill. Onrustige bewegingen in 's Graven bage.
IV. P. Frederik U, koning van Pruissen.
V. P. C. G. Graaf de Vergennes.
VI. Oproer te Meppel.
VII. Bewegingen te Utrecbt.
I. De alliantie maaltjd in den Doelen te
Amsterdam.
IL Oproer in 's Hage tegen de beeren Ge-
vaerts en de Gyselaar.
ni. De vroedscbap te ütrecbt bededigt bet
nieuwe regeenngs reglement.
IV. 't Verbranden van den Post van den Neder*
rbyn te Ambem.
„ V. Plegtige overgave van Lillo, enz.
VI. De utrecbtscbe pander te Wyk te Duur-
stede gevangen genomen.
VII. Vertrek der staaten-commissie van Rotterdam .
VIII. Komste der stadbouderlyke &mielje te Mid-
delburg.
IX. Eeuwfeest der utrecbtscbe academie.
X. Beweeging te Dordrecbt.
XI. Het innemen van Hattum.
XII. Oproer te Zierikzee.
D(eel) XVII. „ I. P. Sicco Douwes van Aijlva.
IL P. Coert Lambert van Beyma.
HL Beweegfing te Utrecbt.
IV. Beweeging te Ambem.
V. P. Isaak van Goudoever.
VI. P. Professor F. A. van der Mark.
Vn. P. A. W. baron van Palland tot Zuitbem.
VIU. Beéediging der scbutterge te Haarlem.
IX. P. Mr. Gale Isaac Gales.
X. P. De generaal van Rijssel.
IX. P. Mr. Adriaan van Zeebergb.
XII. Het aanbonden der prinsesse.
D(eel) XVHI. „ I. Aanstelling van nieuwe burgemeesteren te
Amsterdam.
IL P. Jan Jacob Elzevier.
11 11 11
W 11 11
H 11 11
11 11
11 11 11
11 11 11
»1 11 11
1» 11 M
11 11 11
11 11 11
11 11 11
eel) XVII. „
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 H * 11
11 11 11
11 H 11
14 TBBZAMBLIKGBN
11 11 11
H 11 11
H 11 11
11 11 n
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 n n
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
D(eel) XVIII. Pl(aat) m. P. Dr. Lucas van Steveninck 'Az.
IV. Oproer te Middelburg.
V. Beweeging te VliaBingen.
VI. Gevegt op Soestdyk.
VIL P. Gerrit Paape.
VIII. P. De ridder Harris.
IX. Bemotie te Delft.
^, ,, ,, X. Springen der kleine kerk te Amersfoort.
D(eel) XIX. „ L P. P. L. van de Kasteele.
n. De tempel te Haarlem.
III. P. Alexander van der Capellen.
IV. P. De majoor T. C. van Herzeele.
V. 't Verlaaten van Utrecht
VL P. De raadpensionaris Bleyswyk.
Vn. P. Carel Wouter Visscher, Pensionaris.
Vm. P. Mr. D. J. van Hoogendorp van Hofwe-
gen. Collonel.
IX. 't Beschieten van Qorinchem.
X. De vlugt der staatsieden uit Franeker.
D(eel) XX. „ I- Overrompeling der battery te halfwegen
Haarlem.
II. P. G. H. de Wilde.
III. P. Ooms. van der Hoop, Gjsbertz.
IV. P. J. B. Bicker.
V. Intogt der hollandsche guardes te Am.
sterdam.
VI. 't Plunderen te Deventer,
vn. P. Petrus Camper, professor.
Vin. P. P. C. W. P. hertog van Brunswijk, eni.
IX. Oproer te Voorburg.
X. P. Professor Y. van Hamelsveld.
D(eel) XXL „ I. P. J. B. baron van den Heuvel Capt van
de geldersche jagers.
II P. Ds. Marron,
m. P. Mr. Pieter Paulus.
„ IV. P. Jacob Pieter van Braam, capitein ter zee.
V. P. Profr. Bavius Voorda.
VI. Voorval met den franschen jager.
-,', ^^ ^1 vn. Bezending der Staaten aan den prins op
't huis in 't bosch.
11 11 11 Vni. Hevige storm op 't Y. by Amsterdam.
11 11 11 IX. 't Springen van 't graf van Capellen.
11 1. ,* X. P. Mr. J. G. Luyken, adv. fiscaal.
11 11 11
11 H 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
H 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
H 11
11 11 11
11 n n
VBBZAMEUNGBN 15
D(eel) XXII. Pl(aat) I. P. C. C. H. van der Aa.
« M 91
11 11 11
11 11 11
11 11 »i
11 11 11
II. Zwaaren ysgang' in de Waal.
,, ,, ,, UI. P. Adriaan Braak, zeecapitein.
IV. P. Mr. Pieter Lyonet
V. P. Comelis van den Burg, buigem. te Bolswert.
,, ,, „ VI. C. van der Burg, burgemeester te Bolswart
met het zwaait over 't hoofd gestraft.
VIL P. Lucretia Wilhelmina van Merken.
Vin. P. Mr. J. H. des Villattes.
IX. P. Ds. Bemardus Bosch.
P. Leopoldus II roomsch keizer.
P. Mr. H. C. N. van der Noot
P. Pieter 't Hoen.
P. M. van der Mersch, generaal der brabant*
sche patriotten.
Hooge zee voor Scheveningen.
Zwaare mist te Amsterdam.
De brand in 't magazyn te Amsterdam.
Begravenis van den generaal de Maillebois.
VIII. P. Gustavus de III koning van Zweedcn.
P. Brancadoro, aarts bisschop.
Brand te Amstelveen.
Het beleg van Breda.
De commandant von Kropff.
Het planten der vryheidsboom in de Klundcrt.
Het bombardement van Maastricht
De eannoneerchaloupen in de Dordrechts. kill.
De begraafenis van den commandant von
Kropff.
Het bombarderen van Venlo.
Brand in 't dorp Broek op Langendyk.
Gevecht by Werwick.
Keizer Franciscus II.
Beleg van Sluis in Vlaanderen.
Het in de grond schieten der gierbrug
te Nymegen.
MüLLBB (S. No. I4A).
10. Briele ingenomen door de Watergenzen in 't jaar 1572.
Oostende, na de overgave aan de Aartshertogen Al-
bertos en Izabella, in 't jaar 1604.
De origineele teekeningen voor de platen vi en cc uit Wagenaar,
langw. in 4*. in O. L inkt, door 8. Fokke.
11
11
11
X.
D(ee
1) XXTIT.
11
I.
11
11
11
II.
11
11
11
m.
11
11
11
IV.
11
11
11
V.
11
11
11
VI.
11
11
n
Vli.
11
11
11
vm.
11
11
11
IX.
11
11
11
X.
D(ee
1) XXIV.
11
I.
11
11
11
II.
>i
11
11
III.
11
11
11
VI.
11
11
11
V.
11
11
n
VI.
11
11
n
vn.
11
11
w
vin.
11
11
11
IX.
11
11
n
X.
D(ee
1) XXV.
«4
n
4«
L
II.
16
Meun Sl S«l 14B,,
11. YadetfaadKh Woovdesboek; door Jacobas KdL
Tweede dnik. Mtl kaartoL fbsÈat oi poartnhteii. Te
AnuEterdam, lig Jolumiee AHart mdccixcct — ^mdocxcix
TtUi TH A ipsk a as deda b 3*. o^i^cdra^em mb Wükm T ca
de Tolgcade pialcB luikid:
Dtei L Fbü L Tilcl|«ait: Die BMant an ea kasMV «k^
wthitr kÊÊT de Tr^lMad; bovea haar de
Tóór kMT twee ca^d^eft. Tm wvQeb éés
portret TH priH WiDcB I toooL
• IL FQip* Tn der Ajl BonlijL lecbftL
^ m. Pramüe aei de kapu
^ IV, Omim e Ade op de Bingt te Leijdwi bdegerd
IXeel^ IL ^ L Dood tui H. W. Bonn tui AjItil (Mnlkr
Ko. 2M1).
.^ n. Oerangcnnemnig tui F, tui Munix, beer tui
8l Aldegoode. (MoDer No. 857).
^ IIL F. de Valoii. BonO». links.
AlkmttTi Xooidmmiien, Vroedschape Pemun^.
OriT. in 8*. door J. C. Philq», met adres tui
Ph. en J. LooeL (Ingevoegd) (Ks Muller S. No.
«46 A).
y, IV. Woede van het Kaas- en Broods-volk te Alkmaar.
(M. 846).
D(eel) IIL ^ L Amelia van Solms. Borstb. links.
^ IL Gijsbert van Amstel en de graaf van Gelder
gewond in *t kapittel gebragt, ter verkiezing van
een nieuwen bisschop. (M. 163).
IIL Verbranden van den Amsteldamschen Schouw-
burg (M. 4667).
IV. Burgemeesters kamer, te Amsteldam, door het
graauw, door geweld geopend, in 't jaar 1747."
(M. 8020).
I)(eel) IV. ,) L Anna van Baksen. Borstb. rechts.
Arminius veldheer der Cheruscen wordt door de
z^nen omgebragt
Jacobus Arminius. Borstb. van voren.
Christoffel de Assonville. Borstb. rechts.
I)(ee1) V. M L Casparus Barleus. Borstb. rechts.
Jean Bart Borstb. links.
Kleding en wapenrusting der Batavieren.
11
11
11
L
11
II.
11
III.
11
IV.
n
L
n
IL
11
III.
YBBZAKSLINGBN 17
»i 11 11
H 11 n
P(laat) IV. BeelcLstorming in de Nederlanden. (M. No. i8S).
D(eel) VL ,, L Arent van Benakoop en andere al vechtende in
een schouwe gejaagd, verdrinkt (M. No. 201).
n. Adriaan Teding van Berkhout, en andere raads-
heeren, komen Oldenbameveld daags voor z\)n
gevangennenüng daarvan verwittigen. (M. No.
1825).
III. Petrus Bertius. Borstb. rechts.
D(eel) Vil. ,, I. Hermanus Boerhave. Borstb. rechts.
,, ,, ,, n. Elf Amsterdamsche burgers, uit Bommel getogen,
kwijten zich dapper tegen den V^and.
,, ,1 yt III. Frank van Borsselen leest zijn doodvonnis. (M.
No. S86).
yy ,, yy ly. Maximiliaan graaf van Bossu te Hoorn gevangiyk
binnen gebragt. (M. No. 665).
D(eel) VIII. „ L Jan v. Brakel. Borstb. links. '
yy yy yy II. Reinoud Ile agtüende heer van Brederode, door
de Utrechtsche bisschop, David van Bourgondien,
de ridderorde van *t gulden vlies a^erukt. (M.
No. 807.)
III. Jacob Dirks Brouwer. Borstb. rechts.
IV. Mr. Paulus Buis, te Utrecht, in z^n slaapkamer,
gevangen genomen. (M. No. 950).
D(eel) IX. ,, I. Joannes Calvinus. Borstb. van voren.
II. Capitein van Brakel zeilt over de keten, in de ver-
maarde zeeslag op Chattam. (M. No. 3260.) Niet
uit: „Wagenaar verkort".
in. Chr. Bern. van Qalen. Borstb. links.
IV. Givilis maakt vrede met de Romeinen op den
a^broken brug. (M. No. 72).
D(eel) X. ,, I. Gaspar de Coligni. Borstb. links.
II. (foutief gen. ni) Casparus Coolhaas. Borstb. links.
III. Johan van den Comput, Steenw^k defendeerende,
gevraagd wordende door een vleeshouwer, wat
zal 't zijn, als wy niet meer te eeten hebben,
an&woord: dan zullen wy u en uws geleken eerst
opeeten.*' (M. No. 880).
, ^ ,, IV. Petrus Cupus. Borstb. rechts.
(Deel) XI. „ I. Joost Damhouder. Borstb. rechts.
IL David Joris. Borstb. rechts.
^ IIL Een vischverkoper te Deventer, in 't jaar 1747,
door 't gemeen, met steenen geworpen, en z^n
huis geplunderd (H. No. 8918).
2
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 H 11
11 11 11
11 11 11
11 vt
18 YEBZAMSLINGBN
D(eel) XI.
D(eel)
xn
i<
11
11
11
11
11
D(eel) Xm.
11 11
11 11
•
11 11
D(eel) XIV.
P(laa)t ly. *8 Prinaenkoets te Aardrecht (Dordrecht), door
eenige burgers, aangehouden. (M. No. SS70).
,, I. Dirk de Vle graaf van Holland smeekt den
bisschop van Utrecht om vergiffenis. (M.
No. 189).
^, n. Robertus Dodoneus. Borstb. links.
„ m. Izak Doreslaar. Borstb. rechts.
,, rV. Comelis de Witt wordt gedwongen, de akte,
om den prins van Orange tot de stadhou-
derlijke waardigheid te verheffen, te teekenen.
(M. No. 2371).
,, L Ridders van het Duitsche Huis.
,, IL Willem Eggert Borstb. rechts.
„ ni. Sabinia van Beijeren, verzoekt bij den hertog
van Alba pardon voor haar gemaal, de graave
van Ëgmond. (M. No. 6401.
,, IV. Koningin Elisabeth van Engeland. Borstb.links.
,, I. Ernst Casimir v. Nassau. Borstb. rechts.
V II. De princes van Espinoi, in de verdediging
van Doornik, • in de bresse vegtende, wordt
in den arm gewond. (M. No. 846).
^y UI. Robert Evreux Graaf v. Essex. Borstb. rechts.
„ IV. De burgemeester Westerwijk, te Ter Qoes,
uit de gevangenis gehaald wordende, om zijn
vonnis te ondergaan, wordt zijne vrouw, door
de officieren en soldaten, van hem afgescheurd.
(M. No. 2881).
D(eel) XV. v I- Arent Meindertze Fabricius. Borstb. rechts.
^, U. Alexander Fameze. Borstb. rechts.
„ ni. Filips de Hde wordt a%ezworen, zijn wapen,
zegels,- enz. vernietigd, en andere van de
Staaten in plaats gegeven. (M. No. 885).
„ IV. Floris de Vde Graaf v. Holland. Borstb.links.
,, I. Fredrik Hendrik doet zijn eed als stadhou-
der. (M. No. 1658).
„ U. Fredrik Hendrik wordt als veldheer in
't Fransche leger begroet. (M. No. 1733).
„ in. Frederik Alvarez v. Toledo. Borstb. rechts.
„ IV. De graaf van Fuentas. Borstb. links.
D{eel) XVn. „ I. Jan van Galen, van zijn volk verlaaten wo^
dende, verdedigd zich tegen twintig rovers
alleen, die hem tegen den avond overvallen.
(M. No. Id78).
11 11
1» 11
11
11
1*
1^
11
11
[eel
) XVI.
11 1*
11 n
^1 11
YBBZAMBLINGBN 19
D(e€
»!) xvm
'»i
IS
>i
1^
D(eel} XVll. P(laat) II. De beteegering van Qeeriniidenberg door
prins Maurits. (M. No. 1023).
„ „ „ ni. Het afleezen der pacificatie van (>ent.
(Niet by Muller).
,, I. Christiaan van der Ck>e8. Borstb. rechts.
,, n. Franciacus Gtomarus. Borstb. links.
,, III. Jonkheer Willem van Arkel sneuveld te
Gk>rinchem. (M. No. 258).
,, ,, ,, I(V). De raadsheer Gosson, een man van omtrent
70 jaaren, in de nacht bij toortslicht, te
utrecht, (Atiecht) onthoofd. (M. No. 708).
't Onderschrift der plaat heeft foutief „utrecht"
in den tekst staat ,^trecht".
,, ^ ,, V. De raadpensionaris J. de Wit aangevallen en
swaar gewond. (M. No. 2360).
,, I. Witte van Haamstede, vertoond zich in de
wapenrusting van een kr^gsman binnen Haar-
lem, (b^ No. 196).
,, II. KomeUs Janszoon de Haan. Borstb. links.
„ m. Afbeelding van het glas ter gedachtenis van
den Heer Nicolaas van Ruiven boven 't choor
van de groote kerk te Haarlem.
V^ I. Kenau Hasselaar. Borstb. links.
„ II. G^rard Hasselaar. Borstb. links.
.,, m. Nicolaas Heinsius. Borstb. van voren.
„ IV. Jan van der Heiden. Borstb. rechts.
,, I. Festus Hommius. Borstb. rechts.
„ „ ,, II. De burgemeester Com. Pieterz. Hooft, brengt
prins Maurits in de raadkamer, onder 't oog,
de onbestaanbaarheid van de regeering buiten
tijds te veranderen. (M. No. 1336).
,. ,^ ,, III. Keizer Karel de V, bij toortslicht te Utrecht
ingehaald, ontvangt de roede van justitie en
de sleutels van de poorten. (M. No. 376).
„ ,^ ,, IV. Het lijk van Karel den Stouten, gevonden
in een moeras, vastgevrozen in het ijs. (M.
No. 817).
D(ee]) XXII. v I- Aftogt van grave Lodewijk van Nassau uit
Bergen in Henegouwen op een rosbaar.
(M. No. 594).
,. ,, ,, IL Pater C. Musius, op bevel van Lume^, te
Lejden, in den nacht, opgehangen. (M*
No. 605).
D(eel)
XIX
11
11
tl
1*
D(eel) XX.
11
11
11
11
11
n
D(eel) XXI.
20 YBRZAMSLIKGBN
D(eel) XXn. P(laat) III. Jan Maatzuiker. Bontb. Tan voren.
11 11 11
11 11 11
rV. Ongelukkig einde van Maria van Bourgondie.
(M. No. 328).
D(eel) XXnL ,, I. Gïerardus Mercator. Borsib. rechts.
n. De gemalin en moeder van Montigni imee*
ken Anna van Oostenrijk, bruid van koning
Philips, om voorspraak, bij haaren bruidegom,
voor den gevangene. (M. No. 668.)
III. Wreede mishandeling door de Spanjaards
gepleegd, aan de zoon van L. Hortensius,
in de moord, te Naatden. (M. No. 804).
IV. Aert van Nes. Borstb. rechts.
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
11 11 11
D(eel) XXIV. ,, I. Petrus Plancius. Borstb. rechts.
,, ,^ ,., II. Quirijn Dirksz. burgemeester van Haarlem,
aan een galg, op de wal opgehangen. (M.
No. 626).
III. Adrianus Relandus. Borstb. van voren.
IV. Verraad van graaf Rennenberg, omtrent bur-
gemeester Hildebrands. (M. No. 818).
D(eel) XXV. ,, I. Het beeld van Erasmus door de Spanjaards
beschooten. (M. No. 581).
II. Wilhelm Roukens. Borstb. van voren.
III. Burgemeester Proois te Utrecht, vermoord.
(M. No. 272).
IV. Herman de Ruiter's stoute daad op Loeve-
stein. (M. No. 564).
D(eel) XXVI. ,^ I. Carel Rijkwaert. Borstb. rechts.
II. De Saliers onderwerpen zich aan de Romei-
nen. (M. No. 82).
III. Johannes Sartorius. Borstb. rechts.
IV. Stoute daad van Jan van Schaffelaar. (M.
No. 834).
D(eel) XXVII. „ I. Philip Sidnei. Borstb. links.
II. Menno Simons. Borstb. van voren.
UI. Ruïne van den kruidmolen SoUenburg aan
den Overtoomschen weg, buiten Amsterdam.
(M. No. 4086).
M 11 11 IV. Oevegt van kapitein Statink tegen twee en-
gelsche oorlogsschepen op de hoogte van
Calais. (M. No. 4350).
D(eel) XXVnL t-,. 1. De moeder, vrouw en zoontje van den Heer
van Qroenevelt smeeken prins Maurits om
genade. (M. S. No. 1400 A).
11 11 11
11 11 n
11 11 11
11 11 11
11 11 11
TXBZAKBLINGSM
21
D(eel) XXVm.
P(laat) TT.
11 w
11
in.
11 11
11
IV.
D(eel) XXIX.
11
L
11 n
n
IL
11 11
11
m.
11 11
11
IV.
D(eel) XXX.
11
L
11 M
11
n.
11 11
11
ITT.
11 11
1»
IV.
D(eel) XXXI.
11
I.
11 11
iï
IL
11 11
11
TTT.
11 11
11
IV.
D(eel) XXXn.
11
I.
11 11
11
II.
III.
11
P(eel) XXXm.
11
11
11
11
« IV.
11
11
11
I.
n.
iii.
11 11
D(eel) XXXIV.
,1 IV.
I.
11
Bergeschenk den Heere van Suffiren uit naam
der Staaten-GeneraaloTorhandigt (M. No. 4677).
Salomon van Til. Borstb. links.
Willem van Blois van Treslong. Borstb. rechts.
Dr. N. Tulp. Borstb. rechts.
Mishandeling der gereformeerden omtrent
Vaals, ten jare 1704. (M. No. 4148).
Het gevangenneemen van drie raden van
Oost-Indiön, op bevel van den Ctouvemeur-
Generaal A. Valkenier. (M. No. S777).
(}erard van Velzen. Borstb. rechts.
Het bemagtigen der Uitermeerse schans. (M.
No. 4070).
Brand aan den Uithoorn. (M. No. 4420).
Qevecht aan de Vaart buiten Utrecht. (M.
No. 4806).
Het verlaten van Utrecht (M. No. 4024).
Frederik Adriaanz. Westphalen. Borstb. links
Graaf Willem U wordt rid4er geslagen.
(M. No. 1«6).
Moord van Jongvrouwe Aleid van Poelgeest
(M. No. 288).
Graftombe van prins Willem Ite te Delft.
(M. No. 808).
De val van Willem de III. P. V. O. koning
van Engeland. (M. No. 8021).
Oproer op de Botermarkt te Amsterdam 1748.
(M. No. 3039).
De Doelisten in den nacht van den O Septbr.
1748; begeeren van den prins een vrijen
krijgsraad. (M. No. 3963).
Droevig geval in de Willemstad 1703. (M.
No. 5200).
Ludovicus Wolzogen. Borstb. links.
Aam van der Burch een rijk landman van
't dorp Woudt, vader van 12 volwassen zoonen,
biedt dezelve den grave van Holland aan.
(M. No. 311).
Wijbout Ripperda, doet een vaderlandsche
aanspraak, aan de burgers, en schutterij van
Haarlem. (M. No. 608).
Gijsbert yan IJzendoom. Borstb. rechts.
Willem van der Zaan. Borstb. links.
22 TXRZAHBLINGBM
D(eel) XXXiy. P(laat) IL Het a^^rodsbeeld Wodan te Weetki^pel, door
Wfllebrord verbrijzeld. (M. No. 97).
yy ,, ^ IIL Die van Zirkzee trekken hertog Earel van
Bonrgondié te gemoet (M. No. 312).
,, ,, „ lY. Maaltijd voor de uitvoering van het dood-
vonnis te Zirkzee. (M. No. 3770).
D(eel) XXXV. „ L Hertog WiUem, valt keijzer Karel V. te voet,
en staat zijn Hertogdom Qelder en Graaf-
schap Zutfen aan hem a£ (M. No. 800).
,, ,^ ,, n. Twee soldaaten en een tamboer haaien, met
een kar, van bekende patriotten, de trommels
en vaandels a£ (M. No. 4888).
1, „ ,, HL TJlricus Zwinglius. Borstb. rechts.
>, y, „ IV. Een groot aantal gildemeesters op de feest-
dag van St Luda, in den nacht, op de Gkoote
markt te Zwolle onthoofl. (M. No. 261).
Alle prenten zijn in 8*. naar J. Buys, door R. Vinkeles gegraveerd
en de onderschriften letterlijk. In de 8 deelen van de Bijvoegsels, die
van 1707 — 99 verschenen, zijn wel enkele prenten ingevoegd, maar
deze zijn door geen nommer van deel en plaat aangewezen als er in
behoorende. Ik liet ze daarom achterwege.
Zooals uit bovenstaande uitvoerige beschrijving blijkt, is Muller's be-
schrijving niet volkomen juist
Het werk bevat bovendien nog uitvoerige kaarten van de verschil-
lende provinciën.
NiBT Bu Muller (S. No. 14 E.)
12. j^Neerlands eerezuü of geschiedkundige tafereden
van Neerlands roemruchtige daden door de voornaamste
nederlandsche kunstenaars. *s Gravenhage Nederlandsche
maatschappy van schoone kunsten bestuurder J, J. van
Ryckevorsel 1841."
Titel van den omslag van het seriewerk, waarvan hier de volgende
platen aanwezig zijn:
1. „Olaudius Civilis".
(M.
No. 61).
2. „Graaf Willem UI."
11
„ 205.
8. „Albert Beiling."
11
11 275.
4. „Saphira."
11
,1 815.
5. „Schaffelaar."
11
„ 880.
6. ,^erman de Ruyter."
11
,^ 566.
7. „Kenau Hasselaar."
11
„ «28.
8. „Hambroek."
11
„ 2179.
O&choon ik vermoed
dat ei
' tot deze serie meer platen behooren
YEEZAMELINOEIC 23
en de Yermelding van deze acht dus stukwerk is, vond ik het goed ze
hier tezamen te vermelden, omdat het Muller niet bekend schijnt te zijn
geweest, dat ze onder dezen kolleküeven titel verschenen. De prenten z^n
alle zeer groot in-fblio, op chineesch papier gedrukt Het zijn steen-
drukken naar Eeckhout e. a. door Waanders, enz. Bij iedere plaat is
een blad tekst in-plano aan weerszijden bedrukt
MULLBB (S. No. 16).
13. „Hï'stoi^clie, Geographisclie Eonst-en-Reis-Alma-
nach; voor den Jaare 1768 bevattende het voomaamste
dat onder bet opzifft van bet Eoninklyk Genootscbap der
Geleerden te Bengn is uitgegeven, t* Amsterdam by
Steven van Esveld."
Almanak in-12*, die onder gelijken titel van 1767 — 1790 telken jare ver-
scheen en versierd was met 12 historiepren^es. Daar vele der hier a%ebeelde
gebeurtenissen, op geen andere wijze in plaat zijn gebracht, geloof ik, dat de op-
gaaf der voorstellingen, hoewel meerendeels ge&ntaseerd, in een historischen
atlas op hare plaats en voor het overzicht der geschiedenis van nut kan zijn.
Onder plaat XIU en volgende een vierregelig versje, op 8 regels gedrukt
In de jaargangen 1788 — 00 zijn de versjes door een twee- of drieregelig,
onderschrift in proza vervangen. De jaargangen 1753 — 06 zijn geheel zon-
der plaatjes; 1791 — 1795 met voorstellingen uit de Romeinsche geschie-
denis. Alle plaatjes zijn door S. Fokke Az. ontworpen? en gegraveerd.
Van 1787—90 zijn ze van C. Brouwer. Daar plaat I— XII, LXXIII—
LXXXIV en CCXXXI ontbreken en ik die naar geen ander exemplaar
heb kunnen beschrijven, kan ik daarvan noch de voorstelling noch het
onderschrift melden.
De voorstellingen zijn de volgende:
1768. XIII. Floris V gevangen genomen. 28 Juni 1296.
XIV. Moord aan Floris V begaan. 27 Juni 1296.
XV. Willem IV sneuvelt voor Stavoren. 1846.
XVI. Margaretha van Henegouwen wei-
gert de nalatenschap van Hertog
Albrecht 1346.
XVn. Doorbraak van "den Z.-H0II. dijk. 18 Nov. 1421.
XVUL Huwelijk v. Jacoba v. Beierenen
F. V. Borselen. 1 Augs. 1434.
XIX. De Kabeljauwschen uit Amster-
dam verdreven. Jan. 1444.
XX. Eduard van Engeland in Holland.
XXI. Maria van Bourgondie stort van
het paard. 17 Maart 1482.
XXII. Kaas- en broodvolk. 1402.
24
YKUKAMBUNGEN
1768. XXTll.
Zeegevecht van Tjange Pier.
1520.
XXTV.
Vrede yan Kamerijk.
1620.
1769. TC XV.
Wederdoopers te Amsterdam.
1585.
XXVI.
Mislukte aanslag op Enkhuizen.
80 Jnit
1687.
xxvn.
Gent door Karel V gestraft
1540.
xxvm.
Beleg van Amersfoort
1548.
XXTX.
Willem Y. Gulik onderwerpt zich
aan Karel V.
1548.
XXX.
Karel V doet afttand van de re-
geering.
1655.
XXXT.
Margaretha landvoogdes der Ne-
derlanden.
1660.
xx7:tt.
Filips n vertrekt naar Spanje.
1660.
XXXLII.
Hagepreken.
1566.
XXXTV.
Beeldenstorm.
1666.
XXXV.
Bloedraad.
1667.
XXXVI.
Egmond en Hoome onthoofd.
6 Juni
1568.
1770. XXXVIL
•
Spaansche furie te Antwerpen.
4—8 Nov.
1676.
xxxvra.
Pacificatie van Qead,
8 Nov.
1676.
XXXIX
Amsterdam wordt staatsgezind.
8 Febr.
1578.
XL.
Unie van Utrecht
28 Jan.
1570.
XLL
Anjou gehuldigd.
10 Febr.
1682.
XLII.
Willem I vermoord.
10 Juli
1684.
XLm.
Maurits wordt stadhouder.
1684.
XLIV.
Komst van Leicester.
6 Jan.
1586.
XLV.
Paulus Buis gevangen genomen.
10 Juli
1686.
XLVL
Deventer door Stanley verraden.
80 Jan.
1687.
XL VIL
Turfischip van Breda.
14 Maart
1590.
XLVIIL
Groningen door Maurits inge-
nomen.
22 Jnit
1604.
1771. XTiTX.
Slag bij Nieuwpoort.
1 Juli
1600.
L.
Rijnberk door Maurits ingenomen.
80 Juli
1601.
LL
Opbreken van 't beleg van 's Her-
togenbosch.
Oktr.
1608.
LU.
Spinola's vloot verslagen.
Mei
1608.
LITT.
Oprichting der 0. I. Compagme.
1602.
LIV.
Aankomst van goederen der 0. I.
•
Compagnie.
1602.
LV.
Frederik Hendrik neemt Graaf v.
d. Berg gevangen.
1607.
LVI.
Heemskerk sneuvelt voor Gibraltar.
25 April
1607.
LVIL
TwaalQarig bestand gesloten.
April
1600.
LVITL
Synode van Dordrecht
1610.
▼BBZAMBLINOEN
25
1771. LIX.
Afdanken der waardgeldera te
Utrecht.
1610.
T.X.
Aannemen der waardgeldera te
Utrecht
1619.
1778. TiXT.
Oldenbamevelt onthoofd.
18 Mei
1619.
Lxn.
Remonstr. geestelijken uitgeleid.
« JuU
1619.
LXIIL
De Groot en Hoogerbeets naar
Loevestein gebracht.
18 Mei
1619.
T,XIV.
Hugo de Groot ontvlucht Loeve>
■
stein.
22 Maart
1621.
LXV.
Piet Hein neemt de Züvenrloot.
8 Sept
1628.
T.XVL
Inneming van *s Hertogenboech
door Frederik Hendrik.
17 Sept
1629.
LXVU.
Ernst Casimir sneuvelt voor Roer-
mond.
5 Juni
1682.
Lxvm.
Inneming van Maastricht door F. H.
21 Augs.
1682.
LXTX.
Tulpenhandel.
1687.
TiXX.
Bexoek van Maria de Medicis te
Amsterdam.
Aug.—Sept
1688.
LXXI.
Sterfbed van Frederik Hendrik.
14 Maart'
1647.
TiXxn.
Vrede van Munster.
80 Jan.
1648.
1778.
Deze jaaigang ontbreekt.
1774. T.XXXV.
Veroveren van Ck>chin op Malabar.
8 Jan.
1668.
TiXXXVI.
't Dorp Jisp verbrandt
1664.
T.XXXVII.
Willem Frederik v. Nassau kwetst
*
zich zelf.
24 Oktr.
1664.
LXXXVIII.
Vierdaagsche zeeslag.
11—14 Juni 1868.
LXXXIX.
Munstersche oorlog.
1666.
xc.
Buut onthoofd.
10 Oktr.
1666.
XCI.
Tocht naar Chattam.
1»— 28 Juni 1M7.
XCII.
Vrede van Breda.
31 Juli
1667.
XCIII.
Joan de Wit op straat verwond.
xciv.
De Utrechtenaren geven de sleu-
tels der stad over. .
1672.
XCV.
Bodegraven en Zwammerdam.
1672.
XCVI.
De dood der de Witten.
20 Aug.
1672.
1775. XCVIL
Naarden door Willem 111 genomen.
12 Sept
1673.
XCVIII.
Doorbraak bij Coevorden.
1 Oktr.
1673.
xcix. •
Willem ITT te Utrecht
1673.
C.
Vrede te Westminster.
19 Febr.
1674.
('I.
Slag bij Senef
U— 12 Aug. 1674.
<'II.
De Ruyter neemt afBoheid van de
Stoten.
1676.
26
YESZAHBLINGBN
177B. cm.
CIV.
CV.
CVL
cvn.
cvni.
1776. CIX.
ex.
CXI.
CXIL
cxni.
CXIV.
cxv.
CXVI.
CXVIL
CXVIIL
CXIX.
CXX
1777. CXXI.
CXXII.
cxxm.
CXXIV.
cxxv.
CXXVI. .
CXXVII.
cxxvm.
CXXIX.
cxxx.
cxxxi.
cxxxn.
1778. CXXXIU.
CXXXIV.
1677.
10 Aug.
1678.
24 Juli
1680.
Dec
1680.
1682.
1688.
1688.
1689.
SI Jan.
1691.
12 JuU
1690.
20 Mei
1692.
Willem m, na zijn huwelijk te
'sHage ingehaald.
Vrede van Nimwegen.
Springen van den kruittoren te
Heusden.
Staartster.
Watervloed in Zeeland, enz.
Vlug sneuvelt voor Texel
Tocht van Willem III naar En-
geland.
Vlucht van Jacobus I.
Costerman's oproer te Rotterdam.
Willem m bezoekt den Haag.
Slag aan de Boyne.
Zeeslag bij Kaap la Hogue.
Burgemeester Westerwijk van zijn
vrouw gescheiden. 30 Dec 1692.
Namen door de Bondgenooten
herwonnen. 5 Sept. 1695.
Aansprekers-oproer te Amsterdam. 30 Jan. 1696.
Executie der oproermakers. Jan.' 1696.
Vuurwerk ter eere van den Czaar. 29 Aug. 1697.
Vrede van Rijswijk. 20 Sept. 1697.
Willem III stort van zijn paard. 4 Maart 1702.
Sterfbed van Willem III. 19 Maart 1702.
Burgemeester Westerwijk te Goes
weder ingehaald. 23 Mei 1702.
Aanslag op Nimwegen d. Bouflers. 10 Juni 1702.
Bezoek van Frederik v. Pruisen
te Amsterdam. 26 Juli 1702.
Aartshertog Karel trekt n. Spanje.
Verdeeldheid te Middelburg over
de regeering.
Doornik door de Bondgenooten
ingenomen. 2 Sept. 1709.
Slag bij Malplaquet. 9 Sept 1709.
Joan Willem Friso verdrinkt 14 Juli 1711.
Vrede van Utrecht 12 April 1718.
Vuurwerk te 's Qravenhage op *
den vrede van Utrecht 14 ïïuni 1713.
George I te 's Qravenh. ontvangen. Sept. 1714.
Vertrek van Hollandsche troepen
naar Engeland. 1715.
YSBZAMSLINGSN
27
1778. CXXXV.
Czaar Peter te *8 Qravenhage.
171Ö.
CXXXVI.
Bpiegelgerecht op *tU ter eere
der Czarin.
1716.
CXXXVIL
Vertrek van den Czaar.
1716.
cxxxvnT.
Hooge watervloed bij Amsterdam.
Dec
1717.
CXXXTX.
Omslaan van het Statenyacht bij
Schouwen.
1718?
CXL.
De actiehandel.
1720.
CXLL
Koffiehuis Quinquampoiz in de
Kalverstraat vernield.
1720.
CXLU.
Gevecht tusschen Valk en iSee-
schuimers.
CXTJTT.
y ianen en Ameide doen aan Hom-
peech den eed.
CXLIV.
Ripperda, gunsteling van 't Spaan-
sche hof gevat
177». CXLV.
Prins van Oranje aan de Utr. Hoo-
•
geschool.
?
CXLVL
Noorderlicht
1« Nov.
1729.
CXLVIL
Schrijver sluit een traktaat met
*
Algiers.
CXLVIIL
Brand in het Hof te Brussel.
5 Febr.
1731.
CXLTX.
Kollekte voor de Piemontezen in
Holland.
CL.
Vuyst om z^n gruwelen op Cei-
Ion onthoofd.
CLI.
De paalworm en zijn verwoestingen .
CLII.
Salzburgers in Holland gastvrij
ontvangen.
1733.
CLIU.
De vrouw v. Trieste geschaakt en
naar 't klooster Mariengaarde ge-
bracht
CLIV.
Zware winter.
1740.
CLV.
Oproerige bewegingen door 't ge-
brek.
1740.
CLVL
Slachting onder de Chineezeo, op
Batavia.
9 Oktr.
1740.
1780. CLVU.
Overstroomingen.
Jan.
1741.
CLVIU
Kamp bij Breda.
1740?
CLIX.
De Staten zenden hulp aan Oos-
tenrijk.
17«.
CLX.
Runderpest
1743.
CLXL
Slag bij Fontenoy.
11 Mei
1746.
28
YBBZAMBUNGBN
1780. CLXn.
CLxin.
2 Mei
18 Sept
Oorlogsverklaring Tan Frankrijk. 17 April
Twickelo en Qillis op andientie bij
Lodewijk XV.
Inval in het land van Kadzand.
Oproerige beweging door boven-
staande inval veroorzaakt.
Willem IV tot Stadhouder uit-
geroepen.
Bergen-op-Zoom door de Franschen
ingenomen.
Storm en watervloed.
Willem V geboren. 8 Maart
Vuurwerk te *s-Gravenhage? ter
eere van den jonggeborene.
Ten doop rijden van den prins. 11 April
Doop vèoi den prins. 11 April
Beleg van Maastricht 16Apr.~8Mei
Uittocht van het garnizoen van
Maastricht 8 Mei
Voorverdrag van den vrede.
Oproerige beweging te Groningen. 17 Maart
Pachtersoproer.
CLXXVm. Een Zweed en oproerig wijf te Am-
sterdam uit de waag gestoken.
Vergadering der Patriotten inden
Doelen.
De Prins komt in Amsterdam.
Löwentbal verlaat Bergen-op-Zoom.
Vuurwerk te 's-Oravenhage Voor
den vrede van Aken.
CLXXXIII. Oproerigheden te Haarlem.
CLXXXIV. Brand van de kerk te Hoorn.
CLXXXV. Godsdienstige beroerte te Nieuw-
kerk op de Veluwe.
CLXXXVI. Inhul(%ing van Willem IV te
Vlissingen en Veere.
CLXXXVn. Sterfbed van Willem IV.
CLXXXVIIL Begrafenis van Willem IV.
CLXXXIX. Steenis op 't Moorsche strand ge-
worpen.
CXC. Versiering op 't Buitenhof ter eere
van Willem V.
CXCI. Aanbieding van een gouden beker
CLXIV.
CLXV.
CLXVL
CLXVn.
CLxvm.
1781. CLXIX.
CLXX.
CLXXI.
CLXxn.
CLXXTTI.
CLXXIV.
CLXXV.
CLXXVL
CLXXvn.
28 Juni
1747.
1747.
1747.
1747.
1747.
1747.
1748.
1748.
1748.
1748.
1748.
1748.
1748.
1748.
1748.
1748.
1748.
CLXXIX.
CLXXX.
1782. CLXXXI.
CLXXXn.
Aug.
1748.
2 Sept
1748.
1740.
13 Juni
1749.
10 Maart
1751.
17B1.
1 Juni
17B1.
22 Oktr.
1761.
4 Febr.
1752.
1752.
TSBZAMELINGBN
29
door Prinses Anna aan de Haagsche
•
Schuttery.
178S. CXCJLL
Prinses Anna en Willem V te
Leeuwarden.
1758.
1788. cxcra.
Vertrek van den Nederlandschen
consul uit Algiers.
20 Febr.
1756.
CXCIV.
Oude munten by Kuilenburg ge-
vonden.
Juli
1755.
CXCV.
Waterbeweging in den Haarlem-
mermeer.
1 Nov.
1755.
o;xcvi.
De kramen te 's Gravenhage in
brand.
9 Mei
1758.
cxcvn.
Klacht aan de Gouvernante over
Engelsche rooverijen.
7 Dec.
1758.
cxcvni.
Lijkbed van de Gouvernante.
B Pebr.
1759.
CXCIX.
De Maroccaansche gezant bij de
Staten Generaal.
2« Sept.
1759.
cc.
Huwelijk v. d. prins van Nassau-
Weilburg.
5 Maart
1760.
CCI.
Het kruitmagazijn te Maastricht
springt
21 Dec.
1781.
ccn.
Cachelot te Zandvoort gestrand.
20 Febr.
1762.
ccin.
WUlem V neemt zitting in de Staten.
9 Maart
1768.
cciv.
Oproer ondor de slaven te Berbice.
1768.
1784. CCV.
De gereformeerden te Vaals door
de R. K. mishandeld.
1763.
CCVI.
Muitelingen te Kijkduin opge-
hangen.
1-8 Sept.
1764.
CCVII.
Leengericht te Zutpheo.
17 Okt
1764.
CCVTJI.
Dood van de Prinses- weduwe.
/
1765.
CCIX.
Prins Willem V in de Staten-
vergadering.
8 Maart
1766.
CCX.
Brand te Hilversum.
25 Juni
1766.
CCXI.
Brand te Leiden.
1767.
ccxn.
Huwelijk van Willem V.
4 Okt.
1767.
CCXIIL
Uevig onweder boven 's-Herto-
genbosch.
1767.
CCXIV.
Inkomst van Willem V en gema-
lin te 's-Hage.
9 Nov.
1767.
CCXV.
Inkomst van Willem V en gema-
lin te Amsterdam.
30 Mei
1768.
CCX VI.
Vertrek van Willem V en gema-
lin uit Amsterdam.
4 Juni
1768.
30
YSBZAMBLINOBN
1785. ccxvn.
CCXVIII.
CCXIX.
CCXX.
CCXXI.
CCXXII.
CCXXIIL
CCXXIV.
ccxxv.
CCXXVI.
ccxxvn.
ccxxvm.
1786. CCXXIX.
ccxxx.
CCXXXI.
CCXXXII.
ccxxxni.
CCXXXI V.
ccxxxv.
CCXXXVI.
CCXXXVII.
CCXXXVIII.
CCXXXIX.
CCXL.
1787. CCXLI.
CCXLH.
CCXLIII.
CCXLIV*
CCXLV.
CCXLVL
Oroenlandsche schepen in 't ijs
bezet. 8 Juli~21 Nov. 17Ö9.
Jubilé der Vrijheid te Ylissingen. 6 AprU 1772.
Brand van den Amsterd. schouw-
burg. 11 Mei 1772.
Brand te Heukelom. 1772.
Nieuwe psalmberijming. 12 Jan.~10 Juli 1778.
200-jarig bestaan der Leidsche
Hoogeschool 8 Febr. 1775.
Vuurwerk te Leiden a^estoken. 8 Febr. 1775.
Doorbraak van de Slapersdijk. * 16 Nov. . 1775.
Meijer valt te Mogador den vijand
in handen. 13 Aug. 1776.
Overstrooming. Nov. 1776.
Het schip „Overhout" bij Bgmond
vergaan. 81 Aug. 1777.
Het springen van het schip
„Alphen." 15 Sept. 1778.
Zinneprentje op het 2e eeuwfeest
der Unie. 28 Jan. 1779.
Het schip Woestduin gestrand. 24 Juni 1779.
Fielding valt ter zee Bylandtaan.
Satinck door 2 engelsche schepen
overvallen.
Het schip van Volbergen genomen.
Sustatius door de Engelschen ge-
nomen.
Oevecht van W. Krul tegen 8
engelsche schepen.
Gevecht van Melvill en Oorthuis
tegen de Engelschen.
Slag bij Doggersbank.
Begrafenis van W. J. O. Baron
Bentinck.
Het schip „de Unie," vergaat.
Het schip „Zirkzee" vergaat.
Het schip ,, Berkhout" vergaat.
Het schip „Rhijnland" verbrandt
A^zant van Marokko in den Haag.
Het schip „de Vlissinger" genomen.
Maaltijd in de Doelenzaal te Am-
sterdam.
31 Dec.
25 Dec.
2 Febr.
4 Febr.
80 Mei
5 Aug.
28 Aug.
19 Okt.
20 Oktr.
6 Sept.
Jan.
1779.
1780.
1781.
1781.
1781.
1781.
1781.
1782.
1782.
1782.
1783.
1770.
1788.
26 April 1788.
YEBZAMELINOEN
31
1787. CCXLVn.
ccxLVin.
CCXLIX.
CCL.
CCLL
CCLU.
1788. CCLin.
CCLIV.
CCLV.
CCLVI.
CCLVII.
ccLVin.
CCLIX.
CCLX.
CCLXI.
CCLXII.
CCLXIIL
CCLXIV.
1789. CCLXV.
CCLXVI.
CCLXVIL
CCLXVIIL
CCLXIX.
CCLXX.
CCLXXI.
ccLxxn.
Zinneprent op de afiKhaffing der
Droetendienaten en het herstel in
de Staten van Overijsel van v. d.
Cappellen tot den Poll. 1784.
Tumult te Rotterdam. 3 April 1784.
Het schip „AJ^ ' vergaat. 1784.
Storm te Suriname. 1784.
2e Eeuwfeest der Franeker Hoo-
geschool. 1784.
BegrafeniB van Falck, Ctouvemeur
van Ceylon. 1784.
Het O. L Ck>mp. schip „de Ghmges*'
te Padstow gestrand.
Muiterij op het O. I. Comp. schip
„Barbestein" in Duins.
Vertrek der Staata-Commissie. uit
Rotterdam. 24 Juni 1786.
Promotie met de kap te ütrecbt op
het tweede eeuwfeest (sic! 't was
het 150-jarig feest) der ü. H. S.
Schade buiten de Muiderpoort te
Amst door een orkaan,
üittogt van Burgers uit Elbuig. Sept.
Brand te Rijssen in Overijsel.
De Post V. d. Neder-Rhijn te
Arnhem verbrand.
In Eedneeming der XL te Dordr.
Het dak eener kerk te Amersfoort
in de lucht gesprongen.
Qevecht aan de Kattenburgerbrug
te Amsterdam.
Militie voor Hattem.
Het aanhouden der Prinses te
Goejanverwelleeluis.
Het Vliegend Legertje voor Delft.
Evacuatie van Utrecht
Wederkomst van Willem V in
'sOravenhage.
Gevecht by 't Weesper tolhek.
Qevecht by Ouderkerk a/d Amstel.
Qevecht by Amstelveen.
De Leidsche Poort door Pruisen
bexet 10 Okt 1787.
1786.
1786.
1786.
1786.
22 April 1786.
1786.
80 Mei
1787.
Sept.
1786.
28 Juni
1787.
21 Aug.
1787.
16 Sept.
1787.
20 Sept
1787.
80 Sept
1787.
1 Okt
1787.
1 Okt
1787.
32 YEBZAMBLINGEN
1789. CCLXXin. Optocht der Scheepetimmerlieden
te Amsterdam. 20 Dec. 1787.
CCLXXIV. Illuminatie by P. C. Haaselaar
te Amsterdam. 8 Maart 1788.
CCLXXV. Aftocht der Pruisen uit Amsterd. 2» April 1788.
CCLXX VI. De Koning van Pruisen op 't Loo. 9 Juni-13 Juli 1788.
1790. CCLXXVn. Van Braam's gevecht in O.-I.
CCLXXVni. Van firaam geeft de zegeteekens
over in de Statenvergadering.
CCLXXIX. Bombardement van Qorinchem. 17 Sept 1787.
CCLXXX. Inkomen der Staats-Militie te Am-
sterdam. 1787.
CCLXXXI. Militairen Hoofdwagt te Am-
sterdam. 1787.
CCLXXXn. Storm op het Y, voor Durgerdam. 18 Juli 1788.
CCLXXXIIL Het Er&tadhouderschap gegua-
randeerd. 10 Juli 1788.
CCLXXXrV. Beweging voor het hotel v. d. fr.
ambassadeur te 's-Gravenhage.
CCLXXXV. Z. D. H. op de parade te Utrecht.
CCLXXXVI. Z. D. H. Komst te Amsterdam.
CCLXXXVn. Z. D. H. Vertrek van Amsterdam.
CCLXXXVin. PeHcitatie-commissie bij Z. D. H.
wegens dea.s. hooge huwelijken. 1790.
Kist bu Mullbr (S. No. 15).
14. [A. FokkeJ De vaderlandsdie historie in themataj
vervattende, in eene zakelijke en tevens beknopte orde, al
de voornaamste gebeurtenissen, die van den aanbeginne
des lands, tot heden toe, in ons vaderland zijn voorge^
vaüen. Zevende, verbeterde en vermeerderde druk. Ie
Amsterdam, Bij A. B. Saakes. Op HRok-in 1825. In 8°.
Dit hoogst merkwaardig werkje verscheen, telkens vermeerderd, in 1786,
88, ?, 96, 1801, 16 en 25, en werd steeds versierd met een grooter aantal
prentjes.
Voor zoover het formaat der plaatjes niet is aangegeven, s^n ze gewoon
in-12*. De door een acolade verbondene zijn langw. in-16*. twee op één
blaadje in-8*. Waar geen naam van graveur vermeld is, komt deze op de
plaatjes niet voor. Muller noemt alleen by plaat 94 den 7en druk van deze
Themata, voor alle andere, bij hem beschreven, haalt hij den 6en druk aan.
Ik heb naar mijne algemeene beschrijving verwezen, indien hij ze heeft
opgenomen, wat intusschen met vele niet het geval ia.
Ik heb er de voorkeur aan gegeven de prenten hier by een te vermelden ,
6 JuU
1788.
Sept.
1788.
Sept
1788.
Sept
1788.
YEBZAMELINOEN 83
en niet, zooals Muller deed, ze door den katalogus verspreid op te geven. In het
hier aanwezig exemplaar vond ik de hier volgende, in overeenstemming
met de lijst, daarvan gegeven aan het eind van 't boekje:
1. Portret van A. Fokke Simonaz. , borstbeeld, in medaillon, van voren,
door P. H. L. V. d. Heulen, met 3 reg. onderschrift, adres van A.
B. Saakes, en een bijschrift op de afbeelding van Arend Fokke
Simonsz., door zijne weduwe Ca. Brinkman, tegenover het portret.
3. Titelplaat:* De nederlandsche maagd ten troon gezeten, omgeven
door drie vrouwenfiguren : de Tijd, de Godsdienst en de Vrijheid, enz.
Uitleggend gedicht tegenover deze plaat.
3. „Oud Nederland zo als het zelve door de Batavieren . . . bewoond
wierd", enz. G^kl. kaartje, langw. in 8**. zonder naam.
4. Portretten der graven van Holland, 31 zeer kleine borstbeelden op
1 blad in-4^
5. „Aankomst der Batavieren hier te Lande" (100 v. C), door J. Wijsman.
6. „Graaf Floris I te Hemert vermoord 1061," door J. Wijsman.
7. „Moord van Graaf Floris de Vijfde."
(8. „Stoute Daad van Jan van Schaffelaar, 1482."
9. „Openbare Prediking der Hervormden in 't open veld 1666."
10. „Brederode geeft het Versoekschrift der Edelen aan den (sic} Land-
voogdes" (1566) (naar J. Buijs door R. Vinkeles).
11. „Brielle door de Watergeusen Ingenomen" (1572).
112. „Haarlem door de Spanjaarden belegerd 1573."
13. „Nationaal Synode te Dordrecht 1618 en 1619."
14. „Afbeeldingen der Stadhouders, eenige Voomaame Staatsmannen,
Zeehelden en Generaals". 32 borstbeelden op 1 blad kl. in-4**. door
J. Wijsman.
15. „De Vereenigde Nederlanden". Gekl. kaart, langw. in-8®. naar en
door H. Kerckhoff, 1785.
16. „De Nederlanden Inhoudende Braband, Vlaanderen," enz. Als voren.
17. „Willem de Iste door Balthazar Gerards Doorschoten" (1584).
18. „Inneemen van het Kasteel van Breda" (1690).
19. „Bameveld gereed om Onthalst te worden" (1619).
20. „Hugo de Groot bereid zig tot de Vlugt" (1621).
21. „H. Slatius word Gevangen" (1623).
22. „Fredk. Hendrik doet den Eed als Stadhouder" (1625).
23. „Sterfbed van Fredrik Hendrik" (1647).
24. „Munstersche Vredehandeling" (1648).
26. „Onderhandeling voor Wèl-na" (1649).
/26. „'t Vervoeren van Hugo de Groot uit Loevestein 1621."
} 27. „'t Verbranden van 't Eil. Terschelling door de Engelschen 1666", door
J. W\jsman.
28. „Aanval op C. en J. de Wit" (1672).
3
34 YEBZAMELIKOBN
r29. „Het vemielen der Engelsche Vloot op Chattam 1067".
|S0. „Coevorden door de GroDingers overrompeld, 1673*'.
SI. „Verdrinken van J. W. Priso" (1711).
32. „Bombarderen van Bergen op den 2^m" (1748).
38. „De Lijkbaar van Daniël Raap door het gemeen vernield 15 Jan. 1754.'*
34. „Moedwil aan bet sterfhuis van Daniël Raap 16 Jan. 1754".
35. „Het Lijk van Daniël Raap wordt, des nachts, naar de oude kerk
gesleept, 15 Jan. 1754".
36. ,.Het Lijk van Daniel Raap wordt, des nachts, bij Toortslicht be-
graven 15 Jan. 1754".
37. ,.Afbeelding der Brand in *t Stadhuis van Amsterdam, in den nagt
tusschen den 12 en 13 Oct. 1762", door R. V(inkele8?}langw.in•12^
38. „Afbeelding van den Brand op 't Toneel in den Schouwburg te
Amsterdam; den 11de May 1772." „C. F. F{ritsch) se." langw. in-12".
39. „Gezicht omtrent Half wegen Haerlem by den hevigen Storm en
Watersnood van den 14 Nov. 1775. Naar het leven a%eschetst"
Grav. langw. in-4". naar en door S. Fokke (M. No. 4303).
40. „Het schip van Gapt. J. Meijer te Magador opgebracht den 13 Aug.
1776." „S. Fokke fee." langw. in-12». {M. No. 4311). ^
41. .,Het Verongelukken van het Schip De Wilhelmina in Groenland
de 10 Octob. 1777". „S. Fokke fee." langw. m-12r (M. No. 4320).
42. „Een Engelsche Paket-boot door een Americaansche Kaaper ge-
noomen den 2 May 1777", naar H. Kobell, door S. Fokke, langw.
in-12». (M. No. 4317).
43. „Het verbranden van het Oorlogschip Kenmerland den 25 Augus-
tus 1778", naar P. Wagenaar, door S. Fokke, langw. in-12*. (M.
No. 4326).
44. „Het Springen van 'sLands Oorlogschip Alphen voor Curacao, den
15 September 1778", door S. Fokke. (M. No. 4334).
45. ,.Paul Jones A^eschetst in den Schouwburg te Amsterdam den O
October 1779". (Niet bij Muller).
46. „Ontmoeting van den Schout bij nacht Graaf van Bijland met den
commodore Fielding den 29te (sic) December des Jaars 1779", door
S. Fokke, langw. in-12». (M. No. 4353).
47. „Brand in de Waag te Amsterdam den 20 Maij des Jaars 1780",
door S. — en met adres van A. Fokke, langw. in-12*. (M. No. 4355).
48. „Vertrek van' den Hertog van Wolffenbuttel, uit 's Hertogenbosch,
den 15 Octobr. 1784", langw. in-12». (M. No. 4699).
49. „Oproer te Rotterdam, den 3e April 1784*', naar en door J. E. Ghrave,
langw. in-12». (M. No. 4551).
50. „Vuurwerk van het Genoodschap^ Tot Nut der Schuttery; a^-
stooken te Amsterdam, den 17 September 1785", langw. in-12*.
(M. No. 4650).
TBEZAMELINOEN 35
51. „WateiSDOod in Gelderland, den 8e Maart 1784", naar en door J.
E. Grave, langw. in-12*.
62. „Aanval op de stad Hattem, 5 September 1786", langw. in-lS**.
53. „Gevecht by Vreeswyk aan de Vaart, den 9e Mai 1787", door C.
Brouwer, langw. in-12". (M. No. 4806).
54. „Het Plunderen van bet huis van Burgemeester J. Rendorp, den
29e Mai 1787", door C. Brouwer, langw. in.l2«. (M. No. 4816).
55. „Het vermeesteren van de Kattenburgerbrug, den 80e Mai 1787",
door C. Brouwer, langw. in-12". (M. No. 4827).
56. „üittogt van Zeshonderd Amst. Burgers naar Utrecht, den 17e July
1787", door C. Brouwer, langw. in-12». (M. No. 4865).
|67. „Het aanhouden van de Princes van Oranje 28 Junij 1787."
! 58. „Het Verlaaten van Utrecht, 16 Sept. 1787".
59. „Intreede van Z. D. H. in 'sHage, den 21e Sept 1787", langw.
in.12». (M. No. 4944).
60. „Aanval der Pruisschen op Amstelveen, den Iste October, 1787",
door C. Brouwer, langw. in-12*.
61. „'t Verdedigen van de Voorpost te Amstelveen tegen de Pruisschen,
1 October 1787", langw. in.12».
62. De Pruisschen bezetten de Leydsche Poort, te Amsterdam, den 10e
October, 1787", langw. in-12*.
68. „Intocht der Guardes te Paard, te Amsterdam, den 15e October
1787", door C. Brouwer, langw. in.12». (M. S. No. 4977 A).
64. „Voorval met den Jager van den Franschen Ambassadeur in 's Hage,
den 6en July, 1788", door C. Brouwer, langw. in•12^
65. „Aftocht der Pruisschen, den 298te April 1788", door C. Brouwer,
langw. in-12». (M. No. 6078).
66. „Storm op 'tY, den 3en July, 1788", door C. Brouwer, langw. in-12".
67. „Zwaare Mist te Amsterdam, den Slen December 1790", langw. in-12*.
(M. No. 6144).
68. „Redevoering in de Luthersche oude Kerk te Amsterdam, by Gele-
gentheid der vergadering van de Maatschappy tot nut van 't al-
gemeen, op den 9e Aug. 1791", door C. Brouwer, langw. in-12®.
69. (Eerste) „Vergadering van de Maatschappy, Tot Nut van 'tAloe-
ICBBN, gehouden in de Luthersche Oude Kerk, den Aug. 1790", door
C. Brouwer, langw. in-12». (M. No. 5185).
70. „Brand in het Zeemagazyn te Amsterdam den 6den Julij 1791",
langw. in.12». (M. No. 5152).
71. „Bediening van het H. Sacrament des Vormsels, in de R. C. Kerk
op 't Begijnhof te Amsterdam; den 10 Junij 1792", langw. in-12*.
(M. No. 5172).
72. „Brand te Amstelveen, den 26 Junij, 1792", langw. in-12*. (M.
No. 5176).
86 YEBZAHBLINGEN
73. „Belegering van de Willemstad 1793", door J. Wisman.
7i. „Bombardeeren van Maastricht 1794."
75. „Overtogt der Franschen over de Waal in January, 1795."
76. „Vertrek ') der Stadhouderlyke Familie na Engeland 18 Jan. 1796".
77. „Het planten van den Ie Vrijheidsboom ; den 19 Jan. 1795. Op
den Dam te Amsterdam".
78. „De vernietiging der oude Concistutie (sic) of Decoratie op de Boter-
markt te Amsterdam den 19 Junij 1796".
79. „Het Inwijden van de Vrijheids Boom te Amsterdam, 4 Maart 1796",
langw. in-12*.
80. „De Evacueering van Nijmeegen 7 Nov. 1794".
81. „Het arresteeren van Van de Spiegel en Bentink 6 Februar^ 1795".
82. „Afbeelding der Nationaale Vergadering, in den Hage. Assemblé
Nationale è la Haije." langw. in-8*. (M. No. 6469).
83. „De Remotie der Amsterdamsche Regenten, 19 Jannuarij (sic) 1795".
84. „Het uiUoopen van *s Lands Vloot, onder de Adm. de Winter,
6 October 1797".
i8&. „Landing der Engelschen en Russen in Noord-Holland. Aug. 1799".
! 86. „Slag bij Oastricum, den 6 Oct 1799".
87. „Het Rapenburg te Leiden, daags na het springen van een schip
met buskruid op den 12 Januarij 1807", langw. in•8^
88. „Zware storm te Amsterdam den 19 Februarij 1807", langw. in•8^
89. „Overbrengen der Zege-tekenen op het Stadhuis te Amsterdam den
1 Aug. 1806", langw. in-8*. (niet 12*, zooals Muller No. 6681 opgeeft).
90. „Het aanbieden der Sleutels, van de stad Amsterdam, aan zijne
koninklijke majesteit, voor het Regthuis in de Diemermeer: den
20 April, des Jaars 1808". Naar en door Abm. Vinkeles, langw.
in-8*. (niet 12*. zooals Muller N*. 6744 opgeeft).
91. Borstbeelden in medaillon van Willem I en zijn beide zonen; „L. P. v.
d. Spiegel, R. J. Schimmelpenninck, Leopold Graaf v. Limburg Stirum,
G. K. V. Hogendorp en F. v. d. Duin v. Maasdam", door J. Wysman.
92. „Beèediging der Grondwet in de Nieuwe kerk te Amsterdam, den
22 Maart 1814", z. n. langw. in-12*.
93. „Beslissende slag by Waterloo, of Belle-Alliance, en het kwetsen
van den Slroonprins den 18 Junij 1815', langw. in-12*.
94. „Brand te Paramaribo, in de kolonie Suriname, den 21 Jan. 1821",
naar A. Nieuwenkamp, door P. H. L. van der Meulen, langw.
'm-U: (M. Suppl. N». 6169 B.)
In den 6den druk, hier mede aanwezig, vindt men tuaschen no. 48 en
49 de volgende twee platen:
48^ „Ruine van het hotel van den firanachen ambassadeur in 's Hage,
1) In den vijfden druk staat „Vlugt."
YEUZAMEUNOSN 37
Daags na den Brand van den 26 Maart A®. 1782'\ langw. in-12<*, naar
J. Verstegen, door S. Fokke. (M. No. 4478).
48** „Exercitie der Amst Burgery in tegenwoordigheid van den Baron
V. d. Capellen t d. Pol 1783," smal langw. in-4**.
\
NiBT BIJ- MULLBB (S. No. 15).
15. „jDö Leidsman der Jeugd. Amsterdam^ M. Western
man 8f Zoon. 1835—41."
Dit werkje, in 18 deeltjes in*12<* verschenen, bevat 231 omtrekplaatjes en
portretten, alle naar en door J. Steijn, o&choon op de eerste alleen zijn
naam staat Alle onderschriften zijn letterlijk overgenomen. Daar er en-
kele gebeurtenissen in a%ebeeld zijn, die op geen andere wijze in prent
zijn gebracht, volge hier de opgave in zijn geheel:
Dl. I. 1. De Batavieren.
2. Gevechten der Batavieren.
3. Dood van Oariovalda.
4. Radbout weigert den doop.
5. Dood van Floris 1.
6. Aanval van Galama op Floris 11.
7. Vertrek van Gravinne Ada naar Engeland.
8. Belegering van Damiate.
Dl. II. 9. Floris V vindt het Lijk zijns Vaders.
10. Watervloed m 1286—87.
11. Gevangenneming van Floris V.
12. Aankomst van Graaf Jan te Veere.
13. Dood van Albert Beiling.
14. Jakoba van Beijeren op het Slot Teilingen.
Dl. III. 16. Ongelukkige val van Hertogin Maria.
16. Onvertsaagdheid van Jan van Schaffelaar.
17. Margaretha van Oostenrijk.
18. Karel de Vijfiie.
10. Desiderius Erasmus.
20. Mr. Aert van der (Joes.
Dl. IV. 21. Overlevering van het Smeekschrift der Edelen.
22. Beeldstorming.
23. De dood van Egmond eh Uoome.
24. Herman de Ruiter op het Slot Loevestein.
25. Brielle door de Watergeuzen ingenomen.
26. Kenau Simons Hasselaar.
27. Burgemeester van der Werf.
28. Omwenteling te Amsterdam.
29. Dood van Barthold Entes.
30. Kloeke daad van Aart van Groningen.
88 YEBZAMBLINOBN
31. Mislukte aanslag van Jan Jaraqui (sic) op het leven
van Willem den I.
3». Willem I.
Dl. V. 38. Mislakte aanslag op Hasselt
34i. Deventer door William Stanley verraden.
35. Pieter Comsz. Boom verschijnt bij den Krijgsraad.
36. Intrede van Maurits te Medemblik.
37. Marten Schenk verdrinkt voor Nijmegen.
38. Het Kasteel van Breda bij verrassing ingenomen.
39. (Gevangenneming van Michiel Renichon.
40. Verblijf der Hollanders op Nova Zembla.
41. De Slag bij Nieuwpoort
42. Spinola geslagen door Joost de Moor.
43. Overgave van Ostende aan Albertus van Oostenrijk.
44. Aanslag van Du Terrail op Sluis.
45. Hautain onderschept de Spaansche Vloot
46. Heldendood van Heinier Klaaszoon.
47. Het sneuvelen van Heemskerk voor Gibraltar.
48. De Spaansche gezanten door Prins Maurits ontvangen.
Dl. VI. 49. Het tekenen van het twaalQarig bestand.
50. Dood van Hendrrik IV.
51. Oproer te Leeuwarden.
52. Arminius en Gk>marus voor den Hoogen Raad.
53. Gevangenneming van Johan van Oldenbameveld.
54. Prins Maurits verandert de Regering van Amsterdam.
55. Vertrek van de Remonstranten uit de Synode.
56. Hugo de Groot
57. Johan v. Oldenbamevelt.
58. Elsje van Houweningen.
59. De Groot wordt scheep gebragt.
60. Vier matrozen komen Prins Maurits van den aanslag
tegen zijn leven verwittigen.
61. Groeneveld als een visser vermomd, in hechtenis genomen.
62. Prins Maurits.
63. Het lijk van Prins Maurits in de kerk te Delft begraven.
64. Frederik Hendrik.
65. Piet Hein verovert de Zilvervloot
66. Wezel door verrassing ingenomen.
67. Piet Pietersz. Hein.
68. Het sneuvelen van Adolf van Nassau bij Rijnberk.
Dl. VII. 69. Sterfbed van Frederik Hendrik.
70. De Staatsche gevolmagtigden komen te Munster.
71. Beëediging der (sic) Munstersche vrede.
y£&ZAM£LIN6BN 39
72. Doreslaar in den Haag vennoord.
73. Joan Huidekoper.
74. Onderhandeling met Qraaf Willem Frederik van Nas-
sau voor de ho&tede Welna.
75. Onderhandeling met Prins Willem II en de Amster-
damsche Begering te Amstelveen.
70. Jacob Oats.
77. Zeeslag tusschen Askue en de Buiter.
78. Driedaagsche Zeeslag.
79. M. H. Tromp.
80. Delft, na het springen van de kruidtoren in 1654.
81. De staatsche gemagtigden voor Ënkhuizen onheusch
bejegend.
82. Zeeslag met de Zweedsche vloot
83. Togt op Chattem (sic).
84. Het drievoudig verbond gesloten.
85. Willem III wordt als eerste Edele in de vergadering
der Staten van Zeeland ontvangen.
Dl. VIII. 86. Men dringt de Wit tot het teekenen der acte.
87. Ontmoeting van een ronde burgers en staatsche soldaten.
88. De a%evaardigden van Holland brengen den Prins van
Oranje in het leger te Bodegraven de tijding van zijne
verheffing tot Stadhouder Kapitein Admiraal en Gene-
raal van Holland.
89. Den Buwaard de Wit wordt zijn sententie voorgelezen.
90. Zamenrotting voor de gevangenpoort.
91. Oproer voor het huis van de Buiter.
92. Verwoestingen door de Franschen te Bodegraven aan-
gerigt.
93. Koevorden door den Lt Kolonel Eibergen verrast.
94. De Buiter gekwetst
95. Het leven van Willem UI in den slag bij St Denijs
door Hendrik van Nassau Heer van Ouwerkerk gered.
96. Twist tusschen de Schutters en de Pachters te Botter-
dam in den nacht na den 28ste van Oogstmaand van
den jare 1690.
Dl. IX. 97. De Gevolmagtigden der Staten onderteekenen het Vreê-
verdrag te Bijswijk.
98. Czaar Peter de Groote op de scheepstimmerwerf te
Zaandam.
99. Ongelukkige val van Willem III.
100. WUlem UI.
101. Aanval van Qraaf Marlbourg op de Franschen.
40 VEBZAKELINGBN
102. De stad Bonn geeft zich over.
103. Ouderen op de Franschen heroverd.
104. De Franschen verbranden eenige haringbuizen.
105. De Engelsche en Hollanders beschieten Gibraltar.
106. Veldslag bij Malplaquet
107. Jan Willem Friso verdrinkt
108. Quesnoi belegerd.
109. Nederlaag der Bondgenoten bij Denain.
110. Gyllemberg in hechtenis genomen.
111. De Spaansche vloot, bij kaap Passera verstrooid.
Dl. X. 113. Simon van Slingeland.
113. Opstand der Chinezen te Batavia.
lli. De Hongaren zweren trouw aan Maria Theresia.
115. Der Staten buitengewone a%ezant krijgt gehoor bij
Lodewyk XV.
116. Afkondiging van het Stadhouderschap van Zijne Hoog-
heid.
117. Bergen op 2k>om door de Franschen bij verrassing in-
genomen.
118. Oproer van het Qraauw voor Burgemeesters kamer.
110. Oproer te Amsterdam over de pacht van wijnen I.
120. Oproer te Amsterdam over de pachten van wijnen II.
121. De burgers van Gk>uda ontwapenen eenige soldaten.
122. Begrafenis van Willem IV.
123. Ontmoeting van den Er&tadhouder en den ambassadeur
van Frankrijk.
124. 's Lands firegat het Huis in het Bosch op de Moorsche
kust gestrand.
125. Watervloed in het jaar 1754.
126. Aardbeving in Amboina.
Dl. XI. 127. Waterberoering in Nederland.
128. Een Engelsch schip op de reede van Texel door een
Franschen kaper genomen.
120. Een Engelsch officier komt aan boord van Kapitein
Evertsen.
130. Vier wagens met geld door de Franschen aangehouden.
131. Een bezending (sic) kooplieden brengen hun beklag in
bij H. K. H. de Vrouwe Gouvernante.
132. Kloekmoedigheid van kapitein Haringsma.
133. De Hertog van Brunswijk beëedigd den lastbrief.
134. Ontmoeting van kapitein Dekker met eenen kaper.
135. Plegtige ontvangst van den ridder Yorke in de ver-
gadering.
ySBZAHBLINOBN 41
130. Dapperheid van kapitein Dedel.
137. Moedwil aan de Protestanten te Vaals gepleegd.
138. Plechtige ontvangst van Willem V aan de Hoogeschool.
139. Aankomst van den Prins en Prinses te 'sHage.
140. Benjamin Franklin.
141. Onderhandeling van kapitein H. v. Kinsbergen met
den keizer van Marokko.
14d. Benige kooplieden leveren een verzoekschrift over aan
Prins Willem V.
143. Het oorlogschip Alphen voor Cura^ao m de lucht ge-
sprongen.
144. Qevecht van een Amerikaansch eskader met eenige
Engelschen.
Dl. Xll. 145. Gebroeders Naerebout redden de schipbreukelingen van
het schip Woestduin.
146. Landing der Engelschen te St. Martin.
147. De Franschen vermeeeteren St Bustatius.
148. Kapitein Bentinck zwaar aan den schouder gewond.
140. Prins Willem Y vereerdt de helden van Doggersbank.
150. Het Schip Prins Willem op de Zuider Haaks bank
verzeild.
151. J. Adams.
162. Ongeregeldheden te Moerkappelle in Schieland.
153. Ontmoeting van een ronde burgers en Militairen te
Arnhem.
154. De Compagnie van Elsevier door het graauw gehoond.
156. Jan Nieuwenhuyzen.
150. Het Vredesverdrag met den Keizer te Fontainebleau
onderteekend.
Dl. XUl. 157. Moedwil tegen de leden van het exercitiegenootschap.
158. Geweldadigheden van het graauw bij het vertrek van
den Prins naar het Loo.
150. Zamenscholing der Burgerij voor het Stadhuis te
's Hage.
100. Het binnenkomen van Militairen te Amersfoort.
161. Gevaerts en de Gyzelaar door Mourand tegengehouden.
102. Vertrek van vijftig gewapende vrijwilligers uit Haarlem.
103. Het wapenoefenend genootschap te Hoorn door het
graauw beleedigd.
104. De stad Hattem ingenomen.
105. De Burgerkompaguie den eed a%enomen.
100. Optogt der Studenten der Hooge School.
167. Johannes Valburg in hechtenis genomen.
42 YBBZAMBLINGSN
108. Willem Y verleend gehoor aan de a%eTaardigden op
het Loo.
169. Afkondiging van het Stadhuis te Leeuwaarden.
170. Ongeregeldheden te Zierikzee.
Dl. XIV. 171. Negen en zestig matrozen van het Schip Barbenstein
in hechtenis genomen.
172. Qroote Provinciale vergadering.
178. Onderhoud aan de Goejanverwelle Sluis.
174. Onderhoud van de Prinses met Mandrillon.
175. Aankomst van Willem V te 'sHage.
170. Invoering van het nieuwe Regerings Reglement te
Haarlem.
177. De Haagsche Poort te Delft vermeesterd.
178. Het Haagsche Graauw te Delft.
170. Dordrechtsche Burgers te OudBeijerland.
180. Onderhandeling tuaschen van der Cappellen en den
Baron van Homberg.
181. Gevecht tuaschen de Kattenburgers en het Exercitie
genootschap.
182. De Pruissen bij Ouderkerk teruggeslagen.
183. Gevecht bij het dorp Jutphaas.
184. Buitengewone vergadering te Utrecht.
185. Het in de lucht springen van de lieve vrouwe kerk
te Amersfoort.
Dl. XV. 180. Baron van Goecking ontvangt twee regeringsleden te
Zwolle.
187. Verdediging van Dr. Lucas Stevening.
188. Voorlezing van de namen der nieuwe Regeringsleden.
189. 120 Groninger genootschappers trekken binnen Ap-
pm^(Um.
190. De geroofde goederen worden uit de huizen der plun-
deraars gehaald.
191. De overbrengers der akte door den Prins ter maaltijd
genoodigd.
198. Mishandeling aan het lijk van v. d. Bosch.
193. Woede der Patriotten en Prinsgezinden.
194. Een Tripolitaansch gezant overhandigd een brief aan
Prins Willem V.
196. Frederica Louisa Wilhelmina Prinses van Oranje.
196. Huwelijks geschenk der Prinses van Oranje aangeboden.
Dl. XVI. 197. Breda door de Franschen gebombardeerd.
198. Aankomst van The Sidon voor Hellevoetsluis.
199. Maastricht door de Franschen beschoten.
YBBZAMSLINGEN 43
200. De weduwe van Lodewyk XVI ter dood geleid.
201. A. Heiligers veroTert het Fort 8t Louis.
202. De Franschen overrompelen Bommel over het ^s.
203. Ylugt van Willem V naar Engeland.
20i. Het dansen om den Vrijheidsboom.
205. Onderhandeling met de Fransche a%ezanten.
206. Eenige Clubbisten ter vergadering der Representanten.
207. De sleutels der stadspoort aan het Qraauw ontrukt
Dl. XVII. 208. De a%evaardigden te *sGravenhage byeengekomen.
209. Het Comité revolutionair in gehoor bij de representanten.
210. De Commissie vindt de a%evaardigden te Halfweg.
211. Amboina door de Engelschen in bezit genomen.
212. Vreeseiyke onlusten te Collum ontstaan.
213. Daendels begeefl zich naar het hotel van het Uitvoerend
Bewind.
214. De Engelschen verontrusten onze zeekusten.
215. Aanval op Westervoort
216. Ontmoeting aan de FoUegaster-brug.
217. Aanval op een batter^.
218. Kennisgeving van den vrede tusschen de Republiek
en Oostenryk. ^
219. De eerste Consul verschgnt te Büddelburg.
220. De gevolmagtigden met de bondgenooten vergaderd.
221. De leden van het Staatsbewind voor den eersten Consul.
222. Moedige daad van Dirk Westerduin.
Dl. XVIII. 223. Aanval der Engelschen op Curo^o.
224. Vergelijk tusschen de Kaapstad en de Engelschen.
225. De Bataafsche Staate-Commissie bij den Keizer.
226. Dood van Willem V.
227. Opschudding bij het vertrek der weeskinderen te Rotierd.
228. Walcheren door de Engelschen bezet.
229. Het fort Bath door Cortheyligers ingenomen.
230. Inlijving van Holland.
231. „Oranje boven!'* te Amsterdam.
Nikt bij Mullie (8. 5o, 16B),
16. ^^Merkwaardigheden uit de vaderlandêche ge^chie^
deniSf van vroegere tijden af^ tot op den dag van Waterloo^
in 56 tafereden^ met derzelve afbeeldingen. Een School'
boek voor de Nederlandsche Jeugd, en ook tot bijzonder
gebruik geêchikt, door P. iV. Muyt. Te ZaU'Ihmmel bij
Johannes Noman, 1824/'
Titel van een bo«'b(ke in 8*. met 56 plantjes in boutMicdc, Onder ieder
44 YBBZAMBLINGEN
plaatje een versje van 3 maal 4 regels en aan de keerzijde van ieder
prentje het verhaal in proza van het vorige tafereel. De niet onverdien-
stelijke houtsneden van G. Oortman stellen het volgende voor:
Ie tafereel: Uitvinding v. d. haring te kaken, 1386.
2e „ Uitvinding v. d. boekdrukkunst, 1420 — 1426.
3e ,, Dood van Albert BeUing, in 1424.
4e ,, -Onversaagdheid van Jan van Schaffelaar in 1482.
6e ,, Overdragt der Nederlanden ... in 1556.
6e „ Aankomst van Al va hier te lande, in 1567.
7e „ De raad van beroerten, in 1668.
8e „ Onversaagdheid van Herman de Ruiteb (sic) in 1570.
9e „ Verovering van den Briel, in 1572.
10e ,, Kenau Simons Hasselaar, in 1573.
11e ,, Jacob Simonszoon de Rijk, in 1573.
12e „ Moedig gedrag van Pieter Aertz. v. d. Werf, in 1574.
13e ,, Stichting en eeuwfeest der hoogeschool te Leiden, in 1574.
14e ,, De unie van Utrecht, in 1570.
15e „ Dood van Willem I, in 1584.
16e ,, Aankomst van Leicester te Vlissingen, in 1586.
17e ,, De „inneming van Breda'' in 1590.
18e ,, Overwinning op de spaansche vloot, in 1588.
19e „ Slag bij Nieuwpoort ... op den 2 July 1600.
20e ,, Onthoofiling van Johan van Oldenbamevelt, in 1619.
2le „ Vlugt van Hugo de Groot, in 1622.
22e ,, Aanslag op het leven van prins Maurits, in 1622.
23e ,, Sterfbed van prins Maurits, in 1624.
24e „ Beöediging van prins Fredrik Hendrik, in 1625.
25e ,, De verovering van de zilvervloot, in 1628.
26e „ Verovering van 's-Hertogenbosch, in 1629.
27e ,, Bloemenhandel in Holland, in 1636.
28e „ Aankomst van Maria de Medicis te Amsterdam, in 1637.
29e ,, Verovering v^ Hulst, in 1645.
30e ,, Philips IV, doet a&tand van deze landen, in 1648.
31e „ Blokhuizen op den Amstel, in 1650.
32e „ Doopplegtigheid van Willem Hl, op den 15 Januarij 1651.
33e .,, Oproer te Middelburg, in 1651.
34e ,, De afbranding v. h. oude stadhuis te Amsterdam, in 1652.
35e „ Ruïne te Delft, in 1664.
36e „ Heldendaad van Hambroek (in 1662).
37e ,, Overwinning op de zweedsche vloot, in 1658.
38e ,, Het innemen der stad Nijborg, in 1660.
39e V Zeegevecht van vier dagen, in 1666.
40e „ De Ruyter op de rivier van Chattam, in 1669.
YKBZA¥KT.TNQ1K 45
41e tafiBreel: Belegering der stad GroniDgeiif in 167it.
4fie ,, Verovering van Koererden, in 1073.
iSe ^ Vertrek van prins Willem m naar Engeland, in 1688.
44e „ Beroerte op Batavia, en moord der Binezen aldaar, in 1740.
45e ,, Willem IV als stadhouder te Vere ingehaald ,in 1747.
4f6e „ Vuurwerk te 's Hage, in 1740.
47e ,, Begravenis van prins Willem IV, in 1752.
48e ri Slag hij Doggershank, in 1781.
40e ^ Vermeesteren van de Kattenburgsche hrug, in 1787.
50e ^ Oproer te Breda, in 1787.
61e ^ Aanval op Amstelveen, in 1787.
53e M Belegering van Breda, in 170S.
5Se „ Beleg van Maastricht, in 1794.
54e ,, Brand en verwoesting te Leiden ... in 1807.
55e ^ Aankomst van zijne Hoogheid Willem te Scheveningen,
in 1813.
50e n Prins Willem van Oranje by Waterloo gewond in 1815.
De beechryvende tekst van dit laatste blaadje ontbreekt
Niet bu Mullbb (No. 16).
17. Serie van 50 platen de vaderiandsche gescfuedenis
in bedd voorstellende.
100 V. C. Aankomst der Batavieren in Nederland.
38 V. C. Apronius door de Friezen verslagen.
70 n. C. Claudius Civilis en Cerealis.
690. Willebrord predikt het Christendom.
768 — 814. Karel de Qroote bezoekt de scholen.
023. Karel de Eenvoudige bevestigt Dirk I in het graafschap.
1356. Dood van Graaf Willem IL
1206. Qevangenneming van graaf Floris V.
1804. Witte van Haemstede te Haarlem. (De Vlamingers uit
Holland verdreven).
1846. Dood van graaf Willem IV.
1358. Delft geeft zich bij verdrag over aan Albrecht van Beijeren.
1424. Dood van Albrecht Beyling.
1466. Amoud van Gelder weggevoerd door zynen zoon Adolf.
1477. Het lijk van Karel den Stouten, in de modder vastgevroren,
wordt gevonden.
1565. A&tand van Karel V.
1660. Laatste gesprek tusschen Filips U en Willem van Oranje.
1566. Aanbieding van het verzoekschrift der edelen.
1668. (Gevangenneming van Egmond.
1574. Van de Werff, by het beleg van Leijden.
46 TBBZAMSLINGBN
1579. Unie van Utrecht
1688. Fransche furie te Antwerpen.
1586. Aankomst van den graaf van Leicester te Vlïssingen.
1590. Inneming van Breda.
1596. Heemskerks overwintering op Nova SSembla.
1600. Slag bij Kieuwpoort.
1607. Zeeslag voor Qibraltar. (Dood van Heemskerk).
1608. Ontmoeting van prins Maurits en Spinola.
1618. De Nederlanders voor Jacatra.
1619. Het doodvonnis J. van Oldenbameveld aangezegd.
1621. Hugo de Groot op Loevestein.
1629. Intogt van prins Frederik Hendrik in 's Hertogenbosch.
1639. Zeeslag bij Duins.
1647. Dood van Frederik Hendrik.
1648. Vrede van Munster.
1663. Jan van Ghden voor Livomo gewond.
1662. SSelfopoffering van Hambroek.
1667. Het veroveren van de Boyal Charles op de Theems.
1672. Dood der de Witten.
1688. Landing van Willem UI te Torbay.
1697. De vrede van Rijswijk. (Aankomst der a%evaardigden op
het huis Nieuwburg.)
1702. Koning Willem Hl valt van het paard.
1711. Prins Johan Willem Friso verdrinkt bij den Moerdijk.
1774. Aankomst der zeeuwsche schuitjes te Botterdam (Prins Willem
IV wordt stadhouder).
1781. Willem V en de helden van Doggersbank.
1787. Ontmoeting der prinoes Wilhelmina aan de Qoejanverwel-
lensluis.
1796. Vertrek van Willem V.
1799. Inval der Bngelschen en Russen in Noord-Holland. (De rus-
sische generaal Herman gevangen genomen.)
1813. Aankomst van Z. M. Willem I te Scheveningen.
1816. Bombardement van Algiers.
Oeen dezer 50 steendrukplaten, langw. in-lbl. gedrukt, heeft een nommer,
het is daardoor moeilijk vast te stellen of ze kompleet z\jn. Is de ge-
heele serie misschien juist 60 platen groot? Voor zoover er namen op
voorkomen z^n ze naar F. C. Bruining door A. A. Nunnink. De onder-
schriften z^n allen letterlijk opgenomen. Dejaartallen staan boven de plaat.
Niet bij Müllbr (S. No. 16B).
18. ^^Staatkundige historie van HoUand^ Behelzende eene
Staatkundige bespiegeling van de voornaamste Gevallen der
TBBZAMELINOXN 47
Nederlandsche Geschiedenissen^ volgens het Natuur^ Stcuxts^
aUer Volkeren en het beschreven Recht; de geaardheid der
jZaaken en de gezonde Reden^ om gezond over het voorle'
dene te redeneeren^ en tot een Richtsnoer voor het toeko'
mende te dienen, te Amsterdam^ By Bemardus Mourik,
Boekverkooper in de Nes^hyde Groote Vleeahal^ 1756 — 82."
Dl. L BI. 7 PI- 1. VerkieziDg van een opperhoofil by de Bata-
vieren (70 n. C.)
,, 26 ,, 2. Offerdienst der Batavieren (70 n. O.)
„ 57 ,, 8. Radiger en de engelsche prinses (500 n. C.)
,« 81 ,, 4. Qregorius stelt Boni&cius tot bisschop van
Utrecht aan (752 n. C.)
„ 88 ,, 5. Karel de Groote belegt een r^ksraad te Worms
(772 n. C.)
,, 115 ,. 6. De abdg van Egmond (1560).
,, 131 ,, 7. Bisschop Fredericus vermoord (800 n. C.)
Dl. II. f> 11 -tl 8. Bisschop Adelbold bereidt zich ten oorlog*
(1000 n. C.)
,, 29 V 9. Dirk IV doodt in een steekspel den broeder
van den aartsbisschop van Keulen (1049 n. C.)
,, 57 ,^ 10. Dirk V en Gertruda vluchten naar Vlaande-
ren (1072).
,, 78 ,^11. Hendrik IV boete doende voor het pauselijk
paleis (1077).
„ 110 „ 12. Gravin Petronella voogdes van Dirk VI voert
dezen tegen den v^and aan (1123).
,, 120 ,, 18. De frouwen van W^nsberg redden hare
mannen (1140).
,, 166 „ 14. Frederik de I, Barbarossa, doet zyn vrouw
te Rome kroonen (1166).
Dl. III. ,^ 9 ,, 16. Willem I verwijdert zich van het hof van
Dirk Vn (1195?)
„ 30 ,, 16. Bondgang der Haarlemsche jeugd met scheep-
jes, op 1 Januari ter eere van het beleg van
Damiate (1191).
,, 56 ,, 17. Eed van Gijsbrecht van Amstel II, Herman
van Woerden, enz. om 't geleden ongelijk op
koning Willem te wreken (1250).
^ 78 ,, 18. Graftombe met de trouwe honden van Floris
V te Alkmaar (1296).
,. 91 ,. 19. Willem van Mechelen, bisschop van Utrecht
gedood (1301).
48 yBBZAMUJNGEN
Dl. IIL BI. 118 PI. 20. Zeeuwsche reuzm in 't gevolg van Wfllem
in (1880?) •
„ 187 r, «1. Huldiging van WUlem V (1847).
,, 157 <n 2^' Bimon van Zaanden (in den strijd tusschen
Hoekschen en Kabeljauwschen) te Haarlem
uit het venster geworpen (1877).
Dl rV. ,^ O ,, 28. De dauphijn (echtgenoot van Jacoba van
Beieren) sterft (1417).
,. 88 ,, 24. Uitvinding der boekdrukkunst Inwendige
eener boekdrukkerij (1428).
,, 55 ,, 25. De Hollanders, (om den bondbreuk van Philips
van Bouigondie met Bngeland) door de Bn-
gelschen mishandeld, maar door Engelands
koning beschermd (1448).
,, 71 ,^ 26. De gouverneur uit Zeeland om vrouwever-
krachting gedood (1470).
^ 01 „ 27. Amold, graaf van Gelder, door zijn zoon ge-
vangen genomen (1465).
Maria van Bouigondie valt van het paard (1482).
,, 187 >i 20. De inquisitie.
do. Wonderteekenen in Utrecht (Regenen van
kruisen, vreemde vogels, enz.) (1500).
Dl. V. ,, 11 „ 31. Zeckel Georg, boeren koning, gebraden (1517).
^ w.* y^ »M,. Amsterdam door een blokhuis en door Gerard
van Hierop verdedigd tegen Karel van Gelder
(1507).
Tetzel's aflaathandel (1616).
Lange Pier en Groote Wierd, twee geduchte
Friezen (1615).
Columbus op zee, in een orkaan (1408).
Paus Adriaan in een kelder Luther 's leeringen
met de H. S. vergel^kend (1524).
yy 186 ^ 37. De Gelderschen en Friezen brandschatten
Texel en Wieringen (1522?)
^ 161 „ 88. Huwelijk tusschen Maarten Luther en Catha-
rina van Bora (1625).
Dl. VI. V» 11 >i 30. Karel V maakt zich heer van 't Sticht (1528).
Anna, de dochter van Maarten van Kossem
wordt, by een rechtsgeding, waarin zij be-
leedigd werd stom zijnde, sprekend (1525).
„ 58 „ 41. Naaktloopers te Amsterdam (1585).
,, f- >i ^mM, Sterven van Luther (18 Febr. 1546).
,, •" ,, ^. Komeet (1688).
'il
11
11
11
113
11
28.
187
11
20.
155
11
do.
11
11
3L
85
11
82.
40
11
88.
60
w
84.
01
11
85.
116
11
86.
11
11
11
80.
81
11
40.
58
11
41.
70
11
42.
90
«4
43.
i
TSBZAHBLINGBN 49
Dl yi. BI. 117 PI. 44r. Vonnis over Pijl, opperdeken van het we-
versgfUd door 't volk uitgesproken (1539).
^ 147 ,, 46. Mondgesprek te Regensburg (1541).
„ 163 ,, 46. De landvoogdes beweegt, door leugen, de af-
gevaardigden der Staten van Holland tot
hulp (1541). Op den achtergrond Jan van
Liesvdt gevonnisd.
Dl. Vn. ,., 15 ,, 4/7. Gedeputeerden van de Staten gebruiken aan
den weg, bij den Vijverberg hun voedsel,
waarover een Spanjaard, daar voorbij rijdend
zich verwondert (1640).
„ 37 ,1 48. De orde der Jesuiten door den Paus bevestigd
(1540).
,, 55 „ 40. Spotprent op de Jesuiten, in Portugal uit-
gekomen en hier verkleind weergegeven (1750).
,, 77 ,1) 50. De duivel verschijnt in de gedaante van een
hond aan Mercellus Crescentius na de 16e
zitting van het Concilie van Trente (1562).
,,, 07 91 51. Maria van Engeland, in de persoon van Donna
Fabia de Lucca, tot onderkoninginne des he-
mels gekroond (154.?).
,^ 117 n ^^- Synode te Utrecht, in 't kapittelhuis van den
Dom ter bevestiging der besluiten van het
Concilie van Trente (1565).
,, 139 ,, 53. Het scheeren der Engelschen door de Noor-
mannen ( ?)
,, 167 ,, 64. Keurvorst Johan Frederik van Saksen wordt,
terwijl hij schaak speelt met Ernst van Bruns-
wyk, het doodvonnis aangezegd.
Dl. Vin. ,, 15 „ 56. Het wapen van Holland, door Reinout, heer
van Brederode aangenomen als 't zijne, voor
zijn oogen verbroken (1560 1).
,, 30 ,, 56. Karel V vermomd uit het kasteel van Tirol
vluchtend (155.?).
,. 55 ,, 57. Karel V doet (in zijn slaapkamer) in 't bijzijn
der Landvoogdes en van den prins van Oranje
afetand van de regeering (1555).
^ 70 ,, 58. Beraadslaging tusschen Karel V, Philips U
en Qranvelle omtrent de Nederlanden (1556).
,, 97 ,, 60. Slag by St Quentin (1557).
,, 110 „ 60. Emanuel Philibert van Savoye verleent gehoor
aan van der Qoes en vier gedeput. van Holland.
,, 143 „ 61. Philips n vertrekt uit Nederland (15 Aug. 1650).
4
50 TIBZAHELINGEN
Dl. YUI. BI. 161 PI. 62. Ben nicht yan Sonnius als tuaschenpenoon
gebruikt tegen een besluit van den Paus (1659).
Dl. IX. ,, 7 V 03- Geweldenarijen der Spanjaarden op Walche-
ren (1561).
,, 35 ,, 64>. Bijeenkomst in het paleis van Margaretha
van Pbrma om over Qranvelle's blijven te
spreken (1561).
,, 50 ,.) 65. De prins van Oranje en Egmond in het kabi-
net der landvoogdes den toestand des lands
besprekend (1564)?
,. Ti ^^ 66. Bijeenkomst in 't huis van den graaf van
Kuilenburg te Brussel. Eerste aanleiding tot
het Ck>mpromiB (1565).
^, 91 ,, 67. Intocht der Edelen door de Laekensche poort tot
aanbieding van het smeekschrift (3 April 1566).
,, 113 „ 68. De prins van Oranje op den weg tusschen
Mechelen en Antwerpen door de Edelen op-
gewacht (1566).
,. 139 ,, 69. Een beeldstormer voor de O. L. V. Kerk te
Antwerpen gevonnisd (1566).
,, 159 ^ 70. Philips van Mamix stilt de onlusten tusschen
Roomsch en onroomsch te Valenciennes (1566).
Dl. X. ,, 9 ,,71. Clement Volkaartsz. Coomhert roeit den heer
van Brederode naar Amsterdam tot stilling der
twisten. Gezicht op den Binnen- Amstel (1567).
,, 35 ,, 72. Al va naar de Nederlanden gezonden (1567).
,, 55 ,, 73. Invoering der inquisitie in Nederland te
Madrid bevestigd.
,, 79 ,, 74. Egmond in zijn huis te Iperen (1568).
,, 109 ,, 75. Onthoofding van Egmond en Hoome (1568).
^ 131 „ 76. Slagveld bg Winschoten (1568).
V 151 ^ 77. Gevangenis van de Montigny te Madrid (1568).
^y 174 „ 78. Leeuw- en stieregevecht waarbij de leeuw
(Alva voorstellende) het aflegt (1369).
Dl. XI. ,, 7 ,, 79. Alva ontvangt een zwaard van den paus (1569).
,, 39 ,, 80. Paulus Buys in gesprek met den prins van
Oranje op een jachtpart^ (1569).
,, 49 „ 81. Borstbeeld van Willem I (1570).
,, 70 ,, 83. Luchtverschijnsel te Scheveningen, en over-
strooming (1570).
V 94 ,, 83. Gerrit Lapperken om zijn anü-roomschge-
zindheid uit 's Hertogenbosch gebannen (1571 Tj.
,, 116 ,, 84. BossuaandeOudeHoofiipoortteRotterd.(1573).
YBSZAMSLINGEN 51
n
^1
11
11
Dl. XI. BI. 138 PI. 85. De SpaBJaarden voor Enkhuizen (1672).
„ 159 ,, 86. Enkhuizen van de Zuidzee zijde getien in 1673.
Dl. Xn. „ 8 ^y 87. Een Goudsche jongen met den kop van een
spaansch officier in triomf begeleid (1572).
S7 ,, 88. De geuzen trekken te Dordrecht de Vuil-
poort binnen (1572).
M ,, 89. Ben inquisiteur verboden boeken zoekend in
een boekwinkel (157S?).
75 ,, 90. Bijeenkomst te Dordrecht tot het regelen der
oorlogslasten (15 Juli 1672).
101 ,, 91. Spotfiguren op den Paus, Philips en Alva,
bij de komst van Medina (3eli opgericht op de
Qroote Markt te Vliasingen.
117 ,, 92. Roermond ingenomen (Augustus 1572).
,., 149 ,, 93. De koning van Frankrijk in den Bartholo-
meusnacht (24 Augustus 1672).
,, 170 ,, 94. Spotprent op Granvelle's ontwerp tot invoering
der inquisitie (1608).
Dl. Xin. ,, 7 ,, 96. Eerste zitting van Willem I in de Staten van
Holland en Zeeland (1673?).
,^ 26 „ 90. Biargaretha van Parma wordt een schotschrift
in de hand gestopt (1673).
^, 66 ,, 97. Ripperda, in de Qroote-Doelenzaal te Haarlem,
de burgers toesprekende (1573).
,. 78 ,, 98. Twee edele juffers en een horlogemaker te
Antwerpen om ketterBche gevoelens gevangen,
worden bevrijd en een onder-inquisiteur met
2 hoeren in hun plaats gevangen gezet (1573).
,, 108 ,, 99. Tafereel uit Haarlems beleg (1673).
,, 117 ,^100. 't Hoen door de Licques na Haarlems inne-
ming vrijgelaten.
,, 146 ,,101. Oprichting van 'tcoUegie van gecommitteerde
raden ter admiraliteit te Hoorn (1673).
,, 173 ,, 102. Tafereel in de SpaamwouderHtraat te Haarlem
na het innemen der stad (1673).
Dl. XI y. ,, 18 ,,103. De schutterij vei;hindert het opzet der regoe-
ring van AmHterdam om de Hervormden te
treffen (4 Augustus 1606).
,, 37 V I(^- ^^ deputatie der gereformeerden te Ant-
werpen brengt een afkeuring der beeldstor
merij aan den burgemeester (September 1566).
«, 62 ,« 105. Alva ziet. in een bolderwagen Amsterdam ver-
Intcnde, de vVx)t van Bossu geslagen ^1573).
52 YEEZAMBLINGEN
Dl. XIV. BI. 70 PI. 106. Baldeus op de Zijl met de schepen aanko-
mende, ter belegering van Leiden (Mei 1674).
,, 88 ,, 107. Uitval van den gouverneur Bronkhorst uit de
Bijnsburger poort (1674).
,, 113 ^ 108. Doorsteken van de landscheiding bij Zoete^
meer in 't beleg van Leiden (1674).
„ 144 „ 100. Magdalena Moons en Valdez (1574).
,^ 15S „ 110. De vloot van Boisot voor Leiden (Oktober 1674).
Dl. XV. ,, 22 ,, 111. De staten van Holland bieden Willem I het
stadhouderschap aan (12 November 1574).
,, 38 „ 112. Willem I ontvangt een deputatie van uitge-
weken gereformeerden, die Philips om zijn ge-
veinsd-vredelievende voorstellen voorspraken.
,, 58 ,^ 113. Charlotte van Bourbon te Brielle ontvangen
door Willem I (1675).
,^ 81 „ 114. Requesens aan de oevers van de Zijpe in Zee-
land (28 September 1575).
,, 103 „ 116. Mamiz van St. Aldegonde bij Elisabeth van
Engeland (1576).
,, 131 „ 116. De staten van Holland radeloos na de inne-
ming van Zierikzee door Spanje (1676).
„ 160 „ 117. Sas van Gent door de Staatschen bezet (1576).
,, 162 ,, 118. Hevige brand te Haarlem (22 Oktober 1576).
Dl. XVI. ,, 3 M 119. Predikatie en Te Deum bij de pacificatie van
Oent (8 November 1576).
29 „ 120. Margella geeft bij het verlaten van Haarlem Bur-
gemeester Nesse een verraderlijken steek (1577).
49 ,, 121. Bisschop Schenk van Tautenberg's geldkist
opengebroken in z\jn byzgn en daaruit 41873
gulden weggenomen door de staten van
Utrecht (1677).
„ 71 t^ 122. Tryn van Leemput trekt op om Vredenburg
te Utrecht te slechten (1577).
,, 88 „123. Don Juan doet te Brussel den eed (4 Mei 1677).
,, UI „ 124. Pieter Panis om 't geloof te Mechelen ont-
hoofd (15 Juni 1577).
„ 134 „ 125. Het kasteel van Namen door de Spanjaarden
bezet (24 Juli 1577).
,, 156 „ 126. Hollandsche schepen onder admiraal Hautain
voor 't kasteel van Antwerpen (1577).
Dl.XVn. „ 3 „127. Slechten van het kasteel van Antwerpen (1677).
„ 29 „ 128. Willem 1 als ruwaard van Brabant geïnstal-
leerd (24 Oktober 1577).
11
11
TERZAMBLINOEN 53
Dl. XVn. BI 59 FI. 129. De hertog van Aerschot te Qent gevangen
genomen (1677).
,, 77 „130. Onderhoud tusachen Willem I en Matthias
van Ooatenrijk (1578).
,, 98 ,,181. Een ter galg vet wezen Doitscher om zijn
krachtige taal door don Juan vrijgesteld.
,, 128 ,.182. Amsterdam wordt staatsgezind (1678).
„ 144 „188. De lijfknecht van een der belegeraars van
Deventer dekt zijn gewonden meester met
zijn lichaam en wordt met hem gedood.
„ 156 „134. Het volk van Brussel vervolgt Champigny
de Olimes e. a. die den magistraat tot ketter-
weering wilden dwingen (1578).
Dl. XVUI. „ 6 „ 185. Jan van Nassau, te Arnhem uit den raad
komende, wordt door bedelmonniken uitge-
scholden om zijn verdraagzaamheid (1578).
„ 28 „ 138. Het lijk van Don Juan, geharnast en als leefile
hij nog, staande aan Philips H vertoond (1578).
„ 54 „ 137. Poging tot verkrachting door een fransch
officier te Rijssel door een dolksteek a%e-
weerd (1578).
„ 78 „ 138. Unie van Utrecht (Januari 1579).
„ 94 „ 139. Jan van Nassau benoemt een nieuwen ma-
gistraat te Amersfoort (1579).
,, 125 „140. Philips (zoon van Lamoraal) graaf van Eg-
mond op de markt te Brussel ingesloten, na-
dat zijn spaanschgezindheid gebleken was
(23 Juni 1679).
„ 141 „141. Silla, door Matthias en Oranje naar Mechelen
gezonden, verraderlijk gevangen gehouden
(1579).
„ 160 „142. De vloot van Lamotte voor den Brieldoorde
Hollanders ingesloten en genomen (Augus-
tus 1579).
Dl. XIX. ,. 7 „143. Willem I onder geleide van vele prachtige
jachten uit Muidep naar Amsterdam vertrek-
kend (17 April 1580).
,, 29 „ 144. De lijfknecht van den graaf van Rennenberg
doorschiet den g^jzen Groningschen burge-
meester Jacob Hillebrants (3 Haart 1580).
,, 47 „ 145. Parma doet den ban tegen Willem I te Maas-
tricht afkondigen (Juni 1581).
(Op een schavot was de prins en een non voor-
54 TBSZAMSUNOBN
gesteld, die door den duivel getrouwd werden,
terwijl de inquisitie gereed was hem te door-
steken).
Dl. XIX. BI. 83 PI. 146. Afewering van PhiUps Jl (26 JuU 1581).
„ 103 „147. Anjou te Antwerpen verwelkomd (17 Fe-
bruari 1582).
^^ 123 „ 148. Anjou ontvangt een deputatie der gerefor-
meerden op 't stadhuis te Antwerpen (1582).
„ 160 „140. Renswoude en Renesse, bij Del&ijls beleg,
gevangen genomen} zien al hun volk dooden.
o&choon lijfebehoud hun toegezegd was (Juni
1580).
„ 109 „150. Een duitsch spion in Hohenlohe's leger ge-
worgd en naar de galg gesleept (1580).
Dl. XX. „ 13 „151. Comput keert de muiters te Steenwijk (Ok-
tober 1580).
„ 41 „ 152. Jan Willems van Roermonde (navolger van
Jan van Leiden) predikt in een koestal te
Dinslaken.
„ 56 „ 153. Steenwijk even voor het ontzet (Januari 1581).
„ 85 „154. Deputatien uit verschillende kerkeraden ver-
zoeken de Staten-Generaal afgevaardigden te
zenden naar de synode te Middelburg (1581).
„ 06 „ 155. Veiling van het markiesaat van Veere en Vlis-
singen (Juni 1581) gekocht door Willem I.
„ 115 „ 156. Willem I doet den eed als heer van Vlis-
singen (Januari 1581).
„ 132 „ 157- Maximiliaan herstelt de zaken in Veere (1480).
„ 150 „158. Oude wijze van rechtspraak (15e eeuw).
Dl. XXI. „ 3 „150. Niet verklaarde reproduktie van een oud zinne-
prentje : in een boek vertrek zitten 4 advokaten,
links de Gerechtigheid, rechts twee rechters,
op den achtergrond: „Triomph der vrijheid'*.
„ 25 M 160. Willem van Nassau en Narrits slaan zich by
Northorn door 't Spaansche leger (1581).
„ 55 „ 161. Willem I na den moordaanslag van Jean Jau-
regvd te bed liggend (Februari 1582).
„ 72 „ 162. Willem I waarschuwt den zoon van den graaf
van Egmond tegen de Salseda (1582).
,< 01 „ 163. De hertog van Anjou, te Gent, als graaf van
Vlaanderen gehuldigd (10 Augustus 1582).
„ 114 „164. Anjou in overleg met zijn geheime-raden
(1583).
▼BBZAMBLINOSN 55
^
»s
Dl. XXI. BI 189 PI. 165. De Montpensier bij den oyertocht van de Dijle,
bij Runenant van z\JD paard geslagen, vat de
piek yan een Zwitser (15,83).
^y 153 ,, 166. Sterfbed van den hertog van Anjou, op 't ka-
steel Thierx (Juni 1584).
Dl. XXTT. „ 3 „ 167. Praalbed van Willem I (JuU 1584).
.), S6 .,, 168. Afbeelding van den vorstelijken grafkelder der
prinsen en prinsessen van Oranje en Nassau,
in de Nieuwe kerk te Delft (Qravure in-4*.
naar R. v. d. Hargh door Philips met adres
van B. Mourik).
,, 55 ,, 169. Maurits doorsteekt als knaap den banbrief xijns
vaders (1580).
79 ^ 170. Hembize predikt te Oent met den degen op
zijde (1584).
103 V 171. Maurits portret, als bevorderaar van den koop>
handel, in zinnebeeldige omgeving.
,, 118 ,, 172. Afbeelding eener schilderij, vroeger te Ant-
werpen vertoond, • waarop Oranvelle het hu-
welijk van Philips II met de infimte van
Portugal inzegent. (G. heeft een papier in de
hand, waarop: ^^spensatie van bloedschande").
.,, 135 ^ 173. Philips II en zijn raad de vervolging der
Nederlanders goedkeurende.
,, 160 ., 174. Paulus Buys op order van Leicester van het
bed gelicht en gevangen gezet (16 Juli 1586).
Dl. XXIII. ,^ 3 V 175. Nicolaas van Zuylen van Drakenburch, Floris
Thin, e. a. op Leicester's last, door North,
buiten utrecht gebracht (1586).
.», 81 niI76. Leicester te Amsterdam, in den oud-raod,
onder voorzorgsmaatregelen, ontvangen (1586).
,, 55 ,,177. Het hollandsch gezantschap door Ëlisabeth
van Kngeland ontvangen (1 Januari 1587).
V 73 ^ 178. Maurits dringt er in de statenvergadering
bij Oldenbamevelt op aan, geen ontslag te
nemen (1586).
,, 89 ,, 179. Zinneprent op Willem I.
(De Prins door Godsdienst en Vrijheid met
lauweren gekroond).
,, lil ,,180. Pieter Comelisz. Boom staat Leicester tegen,
op 't Prinsenhof (3 Oktober 1587).
,, 133 ,.181. Maurits komt te Veere om ingehuldigd te
worden (SO November 1588).
56 YEBZAKSUNGEN
11
t"
11
1'
1^
Dl. XXni. BI. 155 PI. 182. Onoverwinnelijke vloot (JuliAug. 1688).
Dl. XXrV. ,, 3 ,, 188. De graaf van Nieuwenaar door een bom
in het Sterrebosch te utrecht doodge-
slagen (14 September 1588).
28 „ 184. De bezetting van Bergen op Zoom breekt
op (Nov. 1588).
51 ,, 185. Héraugière neemt Breda in (4 Maart
1590). (Afbeelding van een medaille op
deze inneming boven in het plaatje).
74 ^, 188. Maurito neemt Turnhout in (2 April
1591).
92 ,, 187. Maurits monstert zijn volk te Knodseu'
burg tegenover Nimwegen (Sept 1591).
111 ,, 188. Maurits neemt Gkertruidenbeig (Juli 1692).
139 ,, 189. Puentes hoont het lijk van Parma (1593).
164 ,., 190. De waaghalzen in Maurits leger rooven
het servies dat door Yerdugo zou aange-
boden worden aan Ernst van Oostenrijk
(dit servies werd nog in 1698 te Ken-
sington vertoond).
Dl. XXy. ^, 1 ,., 191. Intrede van Ernst van Oostenrijk in
Brussel (20 Jan. 1694).
Belegering van Groningen (1594).
Groningen in den Kerstvloed van 1717.
Uitzéilen van de hollandsche vloot naar
O. Indien (2 April 1595).
^. 107 V 10&- ^^ Middelbuigsche vrouw beschermt
haar man zoodat hij geen waardgelder
wordt (1596).
131 ,, 196. De bewoners van Bredevoort vragen
Maurits l^fsbehoud (8 1597).
139 ,, 197. Borstbeeld van Philips II, het Escuriaal
er achter.
157 ,, 198. Oldenbameveld bij Hendrik IV (1697).
Dl. XXVI. ,, 8 ,, 199. Sterfbed van Philips U (1698).
28 ,, 200. Maurits spoort de Staten-Generaai tot
krachtig optreden aan (1698).
48 ,, 201. Speansche gezanten by den bisschop van
Keulen (1699).
71 ,, 202. Admiraal Pieter van der Does op een
rots bij St. Thomas begraven (1699).
95 ,, 203. Gevecht bij Ameboyen (26 Juli 1699).
116 ,, 204. Maurits stelt Frederik Hendrik aan tot
11
11
11
23
11
192.
58
11
193.
81
s<
194.
11
11
11
11
11
11
11
VESZAMELINGSN
57
D!. XXVI. BI. 14Ö PI. 205.
Dl. XXVII.
Dl. XXVIII.
11
11
11
11
11
i«
11
«1
166
U
71
03
120
l«i
157
13
37
54
83
lOS
113
1»
11
11
ii
1'
11
•1
11
•,i
^1
11
11
200.
207.
208.
200.
210.
211.
212.
213.
214.
215.
210.
217.
218.
210.
220.
bevelhebber der troepen op het fort
St. Andries (O Mei 1000).
Oroote zaal op het Hof te 's Gravenhage,
met de veroverde vaandels van Nieuw-
poort (1000).
Oldenbamevelt komt met de zegetee-
kenen van Nieuwpoort op 't Binnenhof
(28 Juli 1000).
Jacob Michiels neemt een admiraalschip
voor Antwerpen (November 1000).
Rijnberk door Maurits belegerd (Juli 1001).
Admiraal Wol&rt Harmensz. bezoekt met
zijn vloot Temate (17 Februari 1001).
Aartshertog Albertus belegert Ostende
(1001).
De Veer veinst te willen onderhandelen
over de overgave van Ostende (24 De-
cember 1001).
Generaal Rosworm trekt door een moeras
op Stuhlweissenburg aan (September 1001).
Generale storm op Ostende a^^lagen
(7 Januari 1002).
Optocht van vrouwen en kinderen met
geraasmakende voorwerpen op den dank-
en boete<lag in Ostende (12 Maart 1002).
Penning in Zeeland geslagen, na de ge-
lukkige tehuiskomst van 2 O.-I.-vaarders,
die een portugeesch schip genomen had-^
den (Maart 1001).
Maurits ontvangt in zijn legerplaats bij
Grave de gezanten van Sumatra (Juli
1002).
Grave zweert trouw aan Maurits (38
September 1002).
Hollandsche schepen met spaansche in
gevecht (October 1602).
Norden gebrandschat en de burgers ver-
oordeeld onder de galg door te gaan
(1002).
liegpenning der Zeeuwen: ^.Imperator
maris terrae dominus", na het veroveren
van een schip tusschen Malakka en Su-
matra (1002).
58 YBBZAHELINGBN
11
1^
Dl. XXVin. BI. 148 PI. 221. Gezanten van Holland bij den koning
van Engeland (27 Mei 1603).
„ 159 ,, 222. Het kasteel Wachtendonk ingenomen door
graaf Hendrik van den Berg (5 Maart
1603).
Dl. XXIX. ,, 15 .,, 223. Het loten voor 'sHertogenbosch, welke
12 gevangenen moesten opgehangen
worden (16 September 1603).
,, 33 ,, 224. De vice-admiraal Sebald de Weert wordt
op last van den koning van Candia ver-
moord (1 Juni 1608). .
55 ,^ 225. Legpenning ter eere van den landbouw
in Holland geslagen (1608).
80 ,, 226. Bedevaart van Isabella, aartshertogin
van Oostenrijk, naar Scherpenheuvel, om
de zege der wapenen en een er%enaam
te vragen (1603).
,, 91 ,, 227. Boeren in het Paderbomsche door hol-
landsche muitelingen geplunderd (1604)
119 ,, 228. De bezetting uit Ostende, door Maurits
te Sluis ontvangen (September 1604).
138 ,, 229. De burgemeester van Paderbom bespot
(1604).
160 ,, 230. Een portugeesch galjoen op de reede
van Macao in China, door twee holland-
sche schepen in brand gestoken (1604).
Dl. XXX. ,, 9 ,f 231. Hautain slaat de spaansche vloot bij
Dover (12 Juni 1606).
,, 31 ,, 232. Slag bij Muhlheim (Oktober 1605).
.,, 49 „ 233. Penning op last van H. H. M. geslagen
naar aanleiding van het buskruitver-
raad (1 November 1605).
,, 70 ,, 234. Zelfopoffering van Reinier Claassens (6
Oktober 1606).
,, 95 .,, 235. Ernst van Nassau neemt Lochem (29
Oktober 1606).
,, 113 .,, 236. Aanval op Malakka (5 April 1606).
,, 137 ^, 237. Na een gevecht met Matelief steken de
Portugeezen drie hunner eigen schepen
in brand (23 Oktober 1606).
,, 159 ,, 238. Het stadje Erkelens door Frederik Hen-
drik in brand gestoken (1607).
Dl. XXXI. ,, 8 ,, 239. Krijgsraad aan boord van Heemskerks
11
11
11
YBBZAKBLINGBN 59
schip daags voor den slag by Qibraltar
(U April 1607).
Dl. XXXL BI. 82 PI. 240. Pater Neyen en L. Vereyken by de
Staten-Generaal om te onderhandelen
over *t Bestand (1607).
^, 54 ^, 241. Droogmakeh van de Beemster (1607 — 12).
,, 71 nn 242. Gezantschap yan admiraal van der Hagen
bij den koning van Qrissik te Soerabaya
(1607).
,, 98 „ 243. Matelief bij den koning van Pahan
(November 1607).
,, 118 „ 244. Maurits bezoekt Spinola (Februari 1608).
„ 138 „ 245. Tiende zitting over het Bestand (7
Maart 1608).
,, 166 ,, 246. Philips IV als kind van 2 jaar en 10
maanden tot koning gekroond (12 Janu-
ari 1608).
Dl. XXXII. ,, 7 , 247. De gezanten van Spanje tot het Be-
stand trekken onverrichterzake weg
(September 1608).
,^ 32 ,, 248. Adolf van Nassau bij Xanten gewond
(1608).
,, 54 ^ 249. Matelief in de Tafelbaai ten anker (13
April 1608).
V 70 ,, 250. De koning van Achem ontvangt de
hollandsche gezanten van admiraal Ma-
teUet
,, 94 ^^ 2bl. Afkondiging van het Bestand te Ant-
werpen (9 April 1609).
120 ^, 252. De vrouw van Philips Willem van Oranje,
op weg naar haar gemaal te Breda, te
Suhdert verwelkomd (1609).
134 „ 253. Du Terrail te Qeneve opgehangen (1609).
,, 163 ,, 254. Het slot van graaf Enno van Oost-
Vriesland te Aurik door Embdenaars
geplunderd (Sept 1609).
Dl. XXXIII. ,, 9 ,, 255. Pieter Willemsz. Verhoeven, admiraal,
te Nera op Banda vermoord (22 Mei
1609).
,, 35 ^ 256. Pallant geeft zijn slot Bredebant aan
de Roer aan aartshertog Leopold over
(1609).
^, 57 1^ 257. Oproer te Leeuwarden bij de nieuwe
11
11
60
TBRZAIOSUNOKN
l"
11
1«
110
139
161
11
11
11
Dl. XXXIV.
29
magistraatsverkiezing. Openloopen van
't stadhuis (Januari 1610).
Dl. XXXm. BI. 76 PI. 368. De graaf van Solms herneemt Bleiden
hij Bonn en neemt den graaf van Mans-
velt gevangen (1610).
97 V *^9- Aartshertog Leopolds volk te Mechelen
hij Maastricht door Frederik Hendrik
verslagen en de hevelhehher gevangen
gfenomen (April 1610).
260. Hendrik IV door Ravaillac vermoord
(14 Mei 1610).
261. Overgave van Gulik (2 September 1610).
262. Verdrinken der staatsjuffers der ko-
ningin van Polen hij den hrand van
Vilna (1 Juli 1610).
263. Nachtelijke bijeenkomst van ütrechtsche
oproermakers hij Claas Hendricksz, bier-
tapper (1611).
264. Hollandsche gezanten bij den koning
van Denemarken als bemiddelaars tus-
schen dezen en Zweden (Juli 1611).
265. Ontmoeting tusschen spaansche en hol-
landsche schepen bij de Cabo-verdische
eilanden (1611).
266. De keurvorst van den Palts, Frederik
Hendrik e. a. op het Haarlemmermeer
door storm overvallen, rijden, na geland
te zijn, naar den Haag terug (16 Ok-
tober 1612).
267- Prins Maurits ridder van den Kouseband
gemaakt (4 Februari 1613).
268. Conferentie te Delft over 36 geschil-
punten in den godsdienst (1613).
269. Hendrik graaf van den Berg en de vrij-
heer van Marquette onderhandelen over
een wapenstilstand te Bislijk (Okt 1614).
,, 270. De Spanjaarden en Hollanders nemen
gezamenlijk de stad Mamora in Afrika
(3 Augustus 1614).
^, 271. Brunswijk belegerd ^Juli 1616).
,, mi, .,, 272. Tumult in de kerk te Kampen na de
predikatie van Ds. Souterius over de
wedergeboorte (Juni 1615).
11
56
11
73
11
11
11
11
96
116
136
11
11
11
11
161
Dl. XXXV.
7
29
VBBZAMSLINOIIN
61
Dl. XXXV. BI. 68 PI. 278.
„ 78 „ m.
^ „ 97 „ «76.
,. 117 „ 976.
„ 187 „ 277.
„ 16» „ 278.
Dl. XXXVL „ 12 „ 27».
„ 27 „ 280.
„ 47 „ 281.
„ 70 „ 282.
SS
93 ,, 288.
„ 113 „ 28i.
n
140 ,, 286.
^1
„ 161 ,, 286.
Dl. XXXVII.
SS
SS
10 „ 287.
30 „ 288.
„ iO „ 289.
SS 73 „ 290.
Lochem in den asch gelegd (6 April 1616).
De juwelier van Wely in 't Hof van
prins Maurits vennoord (18 Maart 1616).
Kaptein Jacob Jansz. van Edam neemt
in de straat van Qibraltar eenturkschen
roover (1616).
Hugo de Oroot houdt in de raadzaal te
Amsterdam eene rede om Amsterdam
over te halen tot het voorstel van gods-
dienstnist der Staten (28 April 1616).
Een Contra-remonstrant te Qouda ter
stede uitgebracht (1616).
Condé gevangen genomen (Juli 1616).
De Vitry door d'Ancre op 't voorplein
van 'tLouvre gevangen genomen (April
1617).
Door de prediking der Remonstranten
ontstaan er oploopen te Amsterdam, o. a.
op den Singel bij de Jan Rodenpoort
(Februari 1617).
De drost te Heusden door 't gemeen
gedwongen de regeering te veranderen
in contra-remonstrantschen gfeest (1617).
Maurits te Delft door de magistraat
ontvangen tot het verzetten der regee-
ring (November 1617).
Van den Broek in gevecht met de rui-
terij van den koning van Raspoets (De-
cember 1617).
Prins Maurits te Amsterdam ontvangen
aan den Dam (Mei 1618).
De waardgelders te utrecht, op de
Neude, a%edankt (1618).
Ongeregeldheden te Leiden door Maurits
gestuit (Oktober 1618).
De hollandsche gezant bg Lodew^k XHI
op audiëntie ter wille der Synode (1618).
Examinatie van Hugo de Groot door
gedeputeerden van de Staten-Generaal
(3 September 1618).
Synode te Dordrecht (1619).
Brand van het j' «v^ ^ «^ ^^'^1'* '4 Fe-
bruari 1618).
62
YBBZAMBLINOBN
Dl. XXXVn. BI. W PI. 291.
„ 114 „ 2W.
„ 189 „ 298.
11
165 ,, 294.
11
Dl.XXXVm.,, 6 „ 295.
„ 84 „ 296.
11 ^ 11 297.
V 71 „ 298.
„ 93 „ 299.
11
11
11
113 ,. 300
11
135 „ 301.
169 „ 302.
Dl. XXXIX. „ 11 „ 303.
i">
27 „ 304.
51 ,, 305.
*^ 79 ,, 306.
11
95 „ 307.
„ 111 „ 808.
Van den Broek en Dr. de Haan ge-
vangen genomen door de Javanen (161 8).
Het weggaan der Remonstranten uit de
Synode (1619).
Gevecht tuaschen soldaten en burgers te
Hoorn om Ds. Dominicus Sapma (10
Maart 1619).
Verhoor van Hoogerbeets (1619).
Verhoor van • Johan van Oldenbamevelt
(1619).
Oldenbamevelt onthoofd (18 Mei 1619).
Het schip : ,^ieuw-Hoom", kommandeur
Bontekoe, in straat Sunda in de lucht
gesprongen (19 November 1619).
Tiseck in Bohemen door den graaf van
Bucquoi genomen (Juni 1619).
Het schip „de Zwarte Beer" van Am-
sterdam door West-Indiërs overvallen,
maar door het lossen van een kanonschot
verlaten (Augustus 1619).
Praag belegerd (1620).
Hugo de Qroot ontvlucht Loevestein
(22 Maart 1621).
Vijf zonen van vorsten uit Indië bij Mau-
rits op audiëntie (1621).
De heer Brouwer, raad van den heer
van Odenkerken, heer van Reede, op
last van graaf Hendrik van den Berg
op een stoel gebonden, om de overgave
van het huis te Reede te bevorderen
(1621).
Opbreken van het beleg van Franken-
daal (Oktober 1621).
De dorpen rondom Brussel in brand ge-
stoken door de troepen van Frederik
Hendrik (1622).
De koning van Bohemen door de her-
togen van Mansvelt en Brunswijk naar
Sedan (Juli 1622).
De koning van Bohemen door deheeren
gedeputeerden van de Staten-Ckneraal te
's-Gravenhage begroet (9 Oktober 1622).
Een fransch zceroover door een dcensch
VBBZAMBLINOBN 63
SI
11
1*
O.-L-Taarder bij Kaap de Qoede Hoop,
aan den boegspriet opgehangen (1621).
Dl. XXXIX. BI. 139 PI. 300. Ben hollandsche uitlegger (schip) bij fort
Maurits in Vlaanderen, door de Span-
jaarden overrompeld (1622).
,, 171 11 810. Sultan Osman in Constantinopel ge-
worgd (1022).
Dl. XL. ,, 13 ,, 311. Comelis Gerritsen en 3 andere samen-
zweerders tegen het leven van prins
Maurits in de herberg ,^et Zotje" ge-
viangen genomen (Feb. 1623).
28 „ 312. Slatius gevangen genomen (1623).
62 ,, 313. Een pachter verdrinkt met den schout,
die hem gevangen nam voor schuld, bij
Broek in Waterland (Aug. 1623).
69 ,, 314. Michiel van Ophovcn, prior der Predik-
heeren, tracht den gouverneur van Heus-
den, Keasel, tot overgave der stad te
bewegen (1623).
103 „ 315. Paniek onder de soldaten van den graaf
van den Berg binnen Ede (Feb. 1624).
116 ,, 316. Piet Hein in de baai van Todos los
Santos (1624).
137 11 317. Graaf Jan van Nassau neemt bij Tete-
ringen eenige hollandsche schepen (1624).
164 ,, 318. Mislukte aanslag van Maurits op 't kas-
teel van Antwerpen (1624). '
Dl. XLL ,, 10 ,, 319. Harlingen van de zeezijde overstroomd
(7 Maart 1625).
32 ,, 820. Begrafenis van prins Maurits (20 Sept.
1625).
56 ,.,321. De aartshertogin Isabella bij Breda door
Spinola begroet (Juni 1625).
75 ,, 322. Zeven personen, op het eiland Ferdinando
de Naronho achtergebleven, door een
hoUandsch jacht a%ehaald (1625).
04 ,, 323. Het schip van den vice-admiraal Dorp,
vliegt, bij Roebelle, door branders van de
Soubide, in de lucht (Juli 1626).
118 ,, 324. Het beleg van de vesting Sparenberg
door van Gent opgebroken (1625).
139 M 325. Negen hollandsche matrozen overwel-
(li^'üD een Duinkerker (1626;.
*i
1'
11
11
11
11
1*
i«
"1
1'
64
TBBZAMELINOEN
Dl. XLL
BI. 163 PI. 326.
Dl. XLII.
Dl. XLIU.
>i
^1
"tl
^1
tl
1 ,. 327.
„ 27 „ 328.
„ 48 „ 329.
)) 75 ^^ SSO.
,, 96 „ 331.
115 ,, 332.
^4 137 )^ 333.
„ 161 „ 334.
„ 7 „ 335.
4^ uO ^« «SoD.
49 „ 337.
V 73 „ 338.
103 ,, 339.
tt
„ 129 „ 340.
„ 142 „ 341.
164 ,. 342.
it
Het toegeyen aan den eisch der Staten-
Oeneraal omtrent de financiën wekt op-
roer te Leeuwarden (1626).
Op last yan Frederik Hendrik laat men het
kasteel te Laage in Oyerijsel, gedurende
't beleg yan Oldenzaal, in de lucht sprin-
gen (Juli 1626).
G^yecht tusschen Schram en Glaas Com-
paan bij Sierre Leona (Juli 1626).
Piet Hein neemt in de AUerheiligenbaai
yeracheiden schepen (Januari 1627).
Hautain slaat de Spanjaarden af in het
land yan Ooes (1627).
Reigersbergen yeriiest te VOrayenhage
een belangrijken brief aan de Oroot (1627).
Luitenant yan Someren yalt het trans-
port yan den prins yan Modena aan en
maakt yeel buit (1627).
De hertog yan Buckingham ten huize
yan de Soubise yermoord (23 Augs. 1628).
Piet Hein neemt de ZiWenrloot (10
Sept 1628).
Eenige aanzienlijken worden te Amster-
dam ter Haariemmerpoort uitgeleid
(Pebr. 1629).
Een yersterking yan 900 man uit Breda
komt onyerhinderd binnen 's Hertogen-
boech (5 Mei 1629)-
Kapitein Mauye in een schermutseling
om 's Hertogenboech, na door de Span-
jaarden geyangen genomen te zijn, yer-
moord (1 Juli 1629).
Afgeyaardigden uit Amersfoort bieden
Montecuculi te Rambrock een geschenk
in geld aan (18 Aug. 1629).
Uittocht der spaansche bezetting uit
's Hertogenbosch (17 Sept. 1629).
Olinda de Femambuc door de Hollanders
genomen (14 Febr. 1630).
Het beleg yan Batayia door de Jayanen
opgebroken (Koyember 1630).
Oraaf Jan yan Nassau door de staatschen
gevangen genomen (IG30}.
YBBZAMEUNGBN 65
11
11
n
11
11
11
Dl. XLIV. BI. 15 PI. 348. De la Pise geeft zich aan de voorstanders
van den prins yan Oranje in de stad
yan dien naam gevangen (1630).
33 ,, 344. De Spanjaarden landen bij Steenbergen,
na een gevecht op 't Slaak (1631).
46 ,, 345. Niellius e. a. remonstrantsche predi-
kanten ontvluchten Loevestein (19—20
JuU 1631).
79 ,, 346. Beleg van Roermond (Ernst Casimier
gedood) (Juli 1632).
96 yt 347. Beleg van Maastricht (1632).
113 y^ 348. De prins van Oranje en de keurvorst
van Keulen ontmoeten elkaar te Kem-
pen (1632).
136 ^ 349. De Spanjaarden voor Philippine liggende
op de vlucht gedreven door een krijgs-
list (September 1633).
164 ,, 360. Yosbergen als gezant bij den hertog
van Nieuwburg (1633).
Dl. XLY. ,, 16 ,, 351. Curagao door de Hollanders vermeesterd
(Juni 1634). .
34 ,, 352. De prins van Barban^n nabij Antwer-
pen gevangen genomen (1634).
64 ,, 353. Intocht van Ferdinand van Oostenrijk
in Brussel (4 Kov. 1634).
75 n S^* ^ oud-gouvemeur van Amboina, van
den Heuvel, geknield, op het schavot,
vergiffenis vragend voor het beleedigen
van den gouverneur-generaal (1635).
96 ,, 355. Brand te Thienen (9 Juni 1635).
115 ,, 356. Schenkenschans belegerd door de Staat-
schen (6 Sept 1635).
143 ,, 367. Overste Randwijk voor Wassenaar, door
Kroaten bezet (25 Jan. 1636).
166 ^ 358. Willem II legt den eersten steen van de
nieuwe Kolveniers-doelen te Amsterdam
(2 November 1636).
Dl. XLVL n 10 ,, 359. Willem n ontvangt van gecommitteerden
der Staten-Qeneraal de akte van op-
volging (1 Juni 1637).
,, 34 ^ 360. Spisode uit de belegering van Breda
(Aug. 1637).
47 V) S61. De koets van prins Hendrik door de
5
n
11
n
n
n
n
66
YBBZAHELINOBN
Dl. XLVI. BI. 71 PI. 362.
,, 100 ,, 363.
w
148 ,« 366.
11
„ 168 V. 366.
Dl. XLVn. „ 15 „ 367.
11
28 ,, 368.
11
11
66 ^ 369.
11
79 „ 370.
11 M 11 371.
„ 122 „ 372.
11
160 ,, 373.
„ 166 „ 37i.
Dl. XLVin. „ 8 „ 376.
„ 23 „ 376.
„ 60 „ 377.
Spanjaarden bij het beleg van Breda
buit gemaakt (1637).
Ferme aanspraak van een spaansch sol-
daat in het gasthuis te Breda (1637).
Tulpenhandel (1637).
Doorbraak van den Lekkendijk (Janu
ari 1638).
Maurits, eenige zoon van graaf Willem
yan Nassau, sneuvelt bij de schans van
Calloo (16 Juni 1638).
Bij Gelder stort een brug in, onder een
stuk geschut van graaf Hendrik van
Nassau (1638).
Gevecht tusschen hollandsche en po^
tugeesche schepen bij de baai van Goa
(i Jan. 1638).
De koning van Frankrijk geeft, op de
bres van Hesdin, aan de la Meilleraie,
den staf van maarschalk van Frankrgk
(Juni 1639).
De pasgeboren zoon van de prinses
van Oranje wordt 3 Jan. 1640 te Delft
begraven.
Oostheim, hofineester van graaf Willem
van Nassau wordt het komen op 't Hof
in 'sGravenhage ontzegd (Nov. 1640).
De koetsiers van Spiering en Brederode
op de Hoombrug by *s Ghravenhage in
gevecht (Nov. 1640).
Huweiyk van Willem II met Maria
Stuart van Engeland te Whitehall (12
Mei 1641).
Spiering, gezant van Zweden, door het
volk op 's Gravenhage's straten voor bo*
terdief gescholden (1641).
Gouden ketens in de haven van Lissa*
bon op de hollandsche schepen uitge-
deeld (Dec 1641).
Het verbranden van Volkelius' werk over
den waren Godsdienst (1642).
Een kar met buskruit geladen vliegt te
Wezel in de lucht (12 Juli 1642).
Volksoploop te 's-Gravenhage voor 't huis
VBBZAHBLINOBN 67
yan den ambassadeur Tan Portugal,
waarvan men met turven de ruiten in-
werpt (1642).
Dl. XLVni. BI. 75 PI. 378. Lodewijk XIV in 't Parlement verschij-
nend na den dood zijns vaders (Mei 1643).
,, 96 ,, 379. Gevecht bij Burgerhout door Willem II
en de Spanjaarden (1642).
,, 116 ,, 380. Bruiloftzaal van Willem II en Maria van
Engeland (14 Nov. 1643).
„ 141 „ 381. Mislukte aanslag op Lens (1644).
,, 168 ,, 382. Overmeesteren eener schans vóór de be-
legering van Sas van Qent (1644).
Dl. XLIX. n ^^ -n 883. Brand van de Nieuwe kerk te Amster-
dam (11 Jan. 1646).
„ 28 ,, 384. Tot eigemis van den koning van De-
nemarken passeert een machtige handels-
vloot de Sondt. (16 Juni 1646).
,, 51 ,, 386. Gevecht tusschen de Franschen en Spaan-
schen bij Oppedik (Juni 1645).
,, 83 „ 386. De staatsche, fransche en portugeesche
gezanten ontmoeten elkaar te Munster
(11 Januari 1646).
101 ,, 387. Een jager in 't Sticht door wolven ver*-
slonden (Jan. 1646).
130 ,, 388. Sterfbed van Frederik Hendrik (1647).
168 ,, 389. Een man en vrouw te Zaandam door een
stier doodelijk gewond (29 Aug. 1647).
DL L. ^ 16 „ 390. DeheervanBrakel,geworgfd, ineenbosch
bij Utrecht gevonden (1648).
,, 33 ,, 391. Een schip met soldaten naar Frankrijk
bestemd, stoot bij het uitvaren van de
Maas aan stukken (12 April 1648).
49 ,, 392. Afkondiging van de vrede van Munster
(16 Mei 1648).
68 „ 393. Een herder ziet in de lucht tweekrijgs-
heiren tusschen Schammerlo en Warmsen
in Westphalen (1647).
,, 85 ,, 394. Gevecht tusschen Hollanders en Portu-
gezen bij Recif (19 April 1648).
,, 102 „ 396. 'Earel I na 'thooren van zijn doodvonnis
in Westminster Hall, door de soldaten
bespot (27 Januari 1649).
„ 119 „ 396. Mevrouw d'Aubigny, voorstandstar van
11
11
11
68 TBBZAMELINOEN
Earel I geyangen gezet, springt uit het
raam en ontkomt (1640).
Dl. L. BI. 139 PI. S97. Het yolk van Lamboy plundert een
dorp in de Meyerij (1649).
Dl. LI. yi 18 ^ 898. Drie kapiteins van den vice-admiraal
Witte Ck)melisz. de With door de admi-
raliteit yan Amsterdam gevangen gezet,
maar door den Hoofdofficier bevrijd (Mei
1650).
,, 40 ,, 399. Ontmoeting van graaf Willem van Nas-
sau met J. Huydecoper en S. van der
Does bij de hofetede Wel-na (Juli 1660).
M 49 „ 400. Willem U peilt met zijn wandelstok
het rijzende water op 't geinundeerde
land voor Amstelveen (Juli 1660).
,, 69 ,, 401. Afbeelding van een begrafenispenning
op Willem U (8 Maart 1661).
„ 97 ,1 402. Doorbraak van den Diemerdijk (Maart
1661).
„ 121 ,, 403. Gedenkpenning op de groote veigadering
(18 Jan.— 26 Aug. 1661).
,, 184 n ^^' Sluiting van de groote vergadering (21
Aug. 1661).
,, 161 ,, 406. Gevecht tusschen Hein Ck)melisz van Suy-
derwou en een franschen zeeroover (1661).
Dl. LU. ^ 4 „ 406. De Sorlings (eilanden) door Robert Blake
(voor Engeland) bemachtigd (1661).
„ 32 ,, 407. Karel II van Bngeland slapende onder
een boom (1661).
„ 89 „ 408. J. Oats dankt de staten van Holland en
West-Vriesland op de knieën voor zijn
ontslag als Raadspensionaris (27 Sept.
1661).
„ 62 ,, 409. Oapaha op Amboina door kapitein Ver-
heyden vermeesterd (Juli 1646).
,, 88 n 410. Door 't kantelen van een schip, te Emden
van stapel gelaten, verdrinken vele lieden
(20 September 1661).
„ 101 „ 411. Tromp en Boume ontmoeten elkaar by
Duins (1652).
„ 108 ,, 412. De staatsche gezanten na den slag by
Duins door het gepeupel van Londen
op Ohelsey bedreigd (1662).
YEBZAHELIKQEN 69
Dl. LIL BI. 181 PI. il3. De gezanten der Staten verlaten En
geland (11 Juli 1662).
Dl. Lm. Yt 8 ,, 414. Btand van het oude stadhuis te Am-
sterdam (7 Juli 1652).
^ 24 ,, 415. Jonge Kees neemt (met zijn Vlielandsche
bemanning) een Engelsch visscherschip
(1652).
^ 43 ,n 416. Twee oproerige matrozen voor de Waag
te Amsterdam opgehangen (20 Sept 1652).
^ 62 „ 417. Het yolk van den hertog van Lotharin-
gen door de Staatschen bij Lisse over-
vallen (13 Maart 1653).
^ 76 ^ 418. Slag bij Livomo onder van Qalen (12
• * Blaart 1653).
,, 95 „ 419. Demonstratie ten gunste van den jongen
prins van Oranje, door de jongens te
'sGravenhage (7 Augustus 1653).
„ 115 ,, 420. De hollandsche vloot door zwaren storm
ontredderd (9 Nov. 1653).
„ 131 ,, 421. Cromwell ontbindt het Parlement (April
1663).
Dl. Liy. „ 2 „ 422. Brand in de Rijp (6 Jan. 1654).
17 ,^ 423. Verscheiden Amboineezen op last van den
heer Vlaming geëxecuteerd (1654).
31 ^ 404. Afbeelding van Kaap de Goede Hoop
(door J. A. van Riebeek tot bloei ge-
bracht) (1654). .
„ 48 „ 425. Vuurwerk door de staatsche gezanten, ter
eere van den vrede, in de Theems opge-
richt (6 Mei 1654).
,, 68 „ 486. Springen van 't kruitmagazijn te Delft
(12 Oktober 1654).
,, 85 „ 487. De Buyter op de reede van Salee (Ok-
tober 1654).
„ 105 ^ 428. Wreedheden aan de Waldenzen gepleegd
(1655).
„ 129 „ 429. Een bedriegend schipper op *t Prinsen-
hof aan de kaak gesteld (1655).
Dl. LV. „ 17 „ 430. De Ruyter voor de stad Arzila (1666).
^ 31 „ 431. Ontmoeting van de Buyter, een koop-
vaardijvloot begeleidende, met een en-
gelsch eskader onder Withom (29 AprU
1656).
11
11
70 VBBZAHEUNGEN
Dl. LY. BI. 43 PI. 432. De hollandsche vloot door een zwaar on-
weder overvallen, de bliksem slaat in de
Kuyters schip (September 1656).
„ 72 ,, 433. Zware brand te Aken {2 Mei 1666).
,, 87 ^1 434. Jan van Sorgen te Heusden zijn kind
ten doop brengend, antwoord afwijkend
op de 2e en Se vraag van 't formulier (1666).
,, 118 ,, 436. Gesprek tusschen de Ruyter en een com-
missaris des konings van Frankrijk (1667).
,, 1S7 n ^0' Twee kwakers brengen bij oen avond-
maalsviering in een zeeuwsche gemeente
opschudding teweeg (1667).
,, 166 „ 437. De Thou, gezant van Frankrijk, rijdt
ter- audiëntie naar H. H. M. in *s Graven-
hage (28 April 1667).
Dl. LYI. ,, 16 „ 438. Gezanten van H. H. M. overhandigen het
vredestraktaat aan de koningin van Por-
tugal (1667).
„ 38 ,, 439. Twist tusschen de fransche en spaansche
gezanten over het uitwijken hunner
equipages in 't Voorhout, door Johan de
Witt gestild (1667).
„ 63 ,, 440. De luitenant-admiraal van Opdam als
heer van Wassenaar ingehaald en hem
een gouden beker aangeboden (Mei 1667).
,, 79 ^1 441. Het portugeesch admiraalschip en een
zeeuwsch kaperschip van kapitein Aldert
vliegen voor Brazilië in de lucht (1667).
,, 95 „ 442. Het huis van den heer Tjassens te Gro-
ningen door leden van het oproerigbak-
kersgild geplunderd (1667).
„ 121 ,, 443. Het bijzetten van het lijk van Percheval
(majoor en kapitein van de garde der
Staten van Holland) te Dantzig (1657).
,, 140 „ 444. De Heer Appelboom, gezant van Zweden
bij de Staten, schrijft zijn verdediging te-
gen de beschuldiging der Staten (Juli 1 667).
^, 166 „ 445. De Denen breken het ijs bij 'teiland
Funen om de Zweden het landen te
beletten (Jan. 1668).
,, 16 ,, 446. Storm op de firiesche kust (1668).
,, 40 „ 447. Don Femando Telles de Faro, ambassa-
deur van Portugal, te Rotterdam (1668).
YBRZAMELINOBN
71
Dl. LVIL
Dl. Lvni.
BI 03 PI. 4é8.
11 72 ,) 449.
11
11
11
11
11
11
91 ,, 460.
11
11 117 1, 461.
131 ,, 462.
11
167 ,1 463.
16 „ 464.
43 ,, 466.
1, «7 „ 466.
1, 80 „ 467.
„ 107 „ 458.
„ 124 „ 459.
146 ,, 460.
11
11
164 M 461.
n
Terechtstolling van deserteurs door de
Buyter in volle zee (1658).
De Zweden aan de Oostpoort van Ko-
penhagen door de bezetting, waaronder
Nederlanders, a%eslagen (1658 — 59).
De koningin van Bohème geeft in de
vergadering van H. H. M. drie brieven
over omtrent de vlucht harer dochter
(1658).
De koning Gilolo door David Perdrix
op zee gevangen genomen en met 25 der
zijnen voor Amboina in zee geworpen
(Januari 1656).
Bankert verhaalt aan den koning van
Denemarken en luitenant-admiraal van
Wassenaar zijn overwinning op de Zwe-
den (Maart 1659).
De hollandsche vlootvoogden ter maaltijd
by den koning van Denemarken, op het
eiland Amak bij Kopenhagen (1659).
Engelsche en nederlandsche gezanten
ter audiéntie bij den koning van Zweden
(1659).
De aanslag op Koge in Denemarken,
door de Zweden bezet, a%eslagen
(1659).
Nyborg op Funen door de Denen en
Hollanders van de land- en zeezijde be-
schoten (November 1669).
De nederlandsche vloot in de haven van
Kopenhagen na een volkomen overwin-
ning op de Zweden (December 1659).
Vertrek van Karel II uit Scheveningen
naar Engeland (18 Mei 1660).
De Zeeuwen stellen in de raadsvergade-
ring der Staten van Holland voor den
prins van Oranje stadhouder te maken
(September (1660).
Een jongen versterkt met brandewijn de
bemanning van een door storm beloopen
schip (18 December 1660).
De weduwe van Willem II vertrekt uit
Hellevoetsluis naar Engeland (1660).
72 YEBZAMSLINGEN
Dl. LIX. BI. li PL 462. Intocht van Lodewijk XIV in *t prin»-
dom Oranje (1660).
^ 32 ,, 463. Een predikant te Utrecht leest op den
preekstoel een verboden boekje voor
(1660).
,, 53 ^, 464. De Ruyter door den koning van Dene-
marken in den adelstand verheven (12
Aug. 1660).
„ 78 „ 465. Ck>laert, een zeeroover, te Vlissingen op-
gebracht (25 Juni 1661).
^ 96 ,, 466. De stukken betrekkelijk het Huis van
Oranje door den heer Pots met geweld
weggenomen (1661).
„ 122 ,, 467. De a%evaardigden van H. H. M. teekenen
met den a%ezant van Portugal een vredes-
oontract (6 Aug. 1661).
„ 149 „ 468. De portugeesche gezant vertrekt op dd
Maas naar Portugal, ter bevestiging van
het vredescontract (1661).
„ 173 „ 469. Een a%ezant van Aitzema nabij Munster
opgehangen (1661).
Dl. LX. ,, 16 „ 470. Een rijtuig, door den storm, op den weg
van 's Gravenhage, van zijn riemen ge-
slagen (Feb. 1662).
„ 27 11 471. Drie rechters van Karel van Engeland
door Downing te Delft gevat (1662).
,, 52 1, 472. Het drieste optreden der roomschen in een
kapel op 'tBokin te Amsterdam lokt den
euvelmoed der gereformeerden uit (1662).
,1 68 11 473. De Ruyter overwint de turksche zeö-
roovers voor Tunis (26 Feb. 1662).
11 81 1, 474. Oevecht tusschen een hollandschen koop-
vaarder en een Tripolees (2 Aug. 1662).
11 96 n 476. Chineesche roovers op 'teiland Formoea
(Juli 1662).
11 115 ,1 476. Een makassaarsche vrouw doorsteekt een
hollandschen soldaat die haar haar kind
ontrukt had (1662).
11 137 11 477. Twee koningen te Coulang in O.-Indiö
onderwerpen zich aan den nederlandachen
bevelhebber (25 Maart 1662).
Dl. LXL 11 13 11 478. De Heer Schuylenburg ontvlucht Gro-
ningen in vrouwenkleederen (Nov. 1662).
TERZAMBLIMOBN 73
Dl. LXI. BI. 84 PI. 479. Doorbraak van den dijk bij Qorkum
(Januari 1663).
„ 62 ,, 480. Jaoob laaacx door turksche zeeroovers
zeer mishandeld (1663).
^ 64 ,, 481. Synodale yergadering over 't gebedsfor-
mulier te VGravenhage (1663).
,, 88 „ 483. De verkoop yan goederen, den prins van
Oranje toebehoorende, te Brussel aange-
plakt (1663).
,, 108 „ 483. Een aanzienlijke jonge dame te 's-Gra-
yenhage geschaakt (1668).
y^ 125 ^ 484. Reizigers in Piemont door saToische sol-
daten vermoord (1668).
^ 136 ^ 485. Ben Piemonteee door savoiiche vervol-
gers vermoord (1668).
Dl. LXTT. yy' 15 ,, 486. De Eüerschans in Ooetfnesland door de
Staatschen belegerd (1663).
^ 28 „ 487. Willem Frederik van Nassau, stadhouder
van Friesland, wondt zich doodel^k met
een pistool (1668).
,, 40 „ 488. Joan Maurits valt, door 't breken van een
ophaalbrug, te Franeker in 't veater (1668).
^ 65 „ 489. Verschil te Dordrecht tusschen regeering
en ingezetenen over het verkiezen van
Dekens (Januari 1664).
•
,, 72 ^ 400. Een engelsch en hollandsch vaartuig
genomen door de Mooren (1664).
,, 101 ,, 401. Het lyk van Gilbert de Yiane, fiskaal
van de vloot, by Algiers begraven en
zijn lyk door de Turken opgegraven en
beroofd (Juni 1664).
,, 108 „ 402. Krijgsraad aan boord van de Buyters
schip over het ontrouw gedrag der
Turken (1664).
„ 120 ,, 408. De Buyter door den onderkoning van
Spanje te Yalencia met allerlei eerbe-
wijzen ontvangen ^8 Juli 1664).
Dl. LXILL „ 10 ,, 404. De heer van Gogh op audiëntie bij den
koning van Engeland (20 Juni 1664).
,, 25 ^ 405. De Spanjaarden verhinderen het landen
van de Buyter op Malaga (1664).
,, 50 ^ 406. Ontmoeting van Jan Company en de Buy-
ters volk aan Cabo Verde (Oktober 1664).
74 TBBZAMELINGEN
Dl LXUL BI 73 PI 407. D« Buyter op de rivier yan Sierra Leona
door de negers beschoten (Dec. 1664).
^ 89 n 408. Takorary op de Qoudkust door de Hol-
landers in brand gestoken (Dec. 1664?).
^ 00 ,, 400. Brand van de St Hippoljtuskerk te
Delft (1665).
M 123 ^ 500. .Drie in elkaar verward geraakte hol-
landsche schepen door een engelachen
brander vemield (1665).
,, 134 ,, 501. Jan Pietersz, bootsgezel te Londen, om
het verspreiden van een valsch gerucht
aangaande de Rnyter, met zweepslagen
door de straten geleid (1665).
Dl. LXIV. ,, 13 ,, 502. Cormantyn in Goinea door de Hollanders
aangetast (1665).
„ 27 ), 508. Een bewoner van een der Antillen werpt,
uit vrees dat de Bngelschen hem zouden
beroove^, zelf al zijn meubelen uit* het
venster (1665).
„ 50 n 504. Muitenj op de vloot voor Texel (1665).
n 67 n ^05. Ben trommelslager, die tot werving voor
'slands vloot te Leiden omging, door
eenige lieden mishandeld, omdat hij op
naam der Staten wierf (1665).
„ 83 ,, 506. De Engelschen bezetten de kust uit
vrees voor de houding der Hollanders
(1665).
„ 07 ,, 507. De Buyter biedt, in de vergadering der
heeren ter admiraliteit van Amsterdam,
de zegeteekenen aan, op Guinea veroverd
(1 December 1665).
,,112 „ 508. In een gevecht tusschen den heer van
Langerack en den Rijngraaf Frederik
Willem, doorschiet de trompetter Hendrik
Fransen den Bijngraaf (1665).
„ 135 „ 500. De voorgewende Messiaii Nathan Levi
met vijf rabbijnen in het graf van Za-
charias (1666).
DL LXV. „ 15 „ 510. Brand te Londen (1666).
„ 37 „ 511. Buat onthooM (1666).
„ 56 „ 512. De prins van Oranje en andere aanzien-
lijken te den Helder om de vloot en de
Buyter te bezoeken (1666).
YBBZAMELINGBN
75
Dl. LXV. BI. M PI. 518.
DL LXVIL
„ 79 „ 61i.
„ 100 „ 616.
11
121 ,, 616.
11
11
1S9 ,, 617.
Dl. LXVI. „ 7 „ 618.
94 ,, 619.
11
46 ,, 690.
11
11
66 ,, 691.
^^ 86 )^' 699.
„ lOS „ 693.
,, 114 „ 694.
„ 187 „ 696.
11
19 ,, 696.
11
11 94 „ 697.
11 47 „ 698.
11
69 ,, 699.
11
n
86 ,, 680.
Begrafems van den luitenant^idmiraal
Comelis Evertsen te Middelburgs (6
JoU 1666).
Vierdaagache zeeslag (Juni 1666).
Vreugdevuren op den Dam te Amster-
dam, Yoor de overwinning in den vier-
daagschen zeeslag (1666).
M. A. de Kuyter en van Nes elkaar
trouwe hulp belovende vóór den slag bg
Schooneveld (Aug. 1666).
De Buyter ontvangt de tijding van den
dood zijner jongste dochter (94 Aug. 1666).
Terschelling door de Engelschen in brand
gestoken (1666).
De Munsterschen nabij Maastricht door de
Franschen en Staatschen gesbgen (1666).
De bottelier van het schip „het kalf*'
drijft op een wrak naar Ameland, waar
ook zijn goed aanspoelt (Oktober 1666).
J. de Wit in de Staten-vergadering van
Holland door den Purmerender a%evaar-
digde Blaauw van finanschgezindheid be-
schuldigd aoss)-
Ben jong Makassaar vraagt hulp aan den
Baad van Batavia (1666).
De kapiteins Commer en Haamstede en
14 andere Hollanders door de Bougineezen
vermoord (Januari 1667).
De prins van Oranje legt den eersten
steen van de kerk te Ter Heide (1667).
Verdeeldheid des volks over 't Eeuwig
Edict (1667).
Beschieten van 't fort Oheemess op 't ei-
land phapey (1667).
Tocht naar Chattam (1667).
Aanval der Hollanders op 't fort van Har-
wich (1667).
BIngelsche gezanten brengen, aan boord
van de Buyters schip, den ruwaard en de
Buyter bericht van den vrede (9 Aug.
1667).
J. de Witt met geestdrift te Dordrecht
begroet na den tocht van Chattam 1667).
76 TB&ZAHELINGBN
Dl. LXVn. BI. 100 PI. 581. De vrede met Engeland te Haarlem met
groote statie a%ekondigd (25 Aug. 1667).
„ 119 „ 632. AanvalderFranschenopCharleroy (1667).
,, 189 ,, 588. De Franschen schieten in Rijssel eenige
huizen in hrand (1667).
Dl. LXVm. „ 9 „ 584. Vreugdevuren en wijnionteinen voor het
huis van d'Estrades, fransch gezant bij
de Staten van Holland en Westfiriesland
(1667).
,, 30 ,, 585. De nederlandsche resident, even voor de
aardbeving, naar Ragusa gedragen in
draagstoelen (2 AprU 1667).
,, 47 1) 586. Boreel door Lodewijk XIY in audiëntie
ontvangen (1667).
„ 66 „ 587. Benige Spanjaarden mishandelen den pre-
dikant Steurhout van Usendijke (1667).
,, 84 ,, 588. Een staatstrompetter uit baldadigheid door
een zijner partijgenooten doodelijk ge-
wond (1667).
,, 97 t^ 589. Engel de Buyter, zoon van Michiel, door
den koning van Engeland tot ridder
geslagen (1667).
,, 117 1) 540. De beeltenis van de Buyter door den
koning van Denemarken begeerd, wordt
hem door Koert Siewesz. Adelaar aange-
boden (1668).
„ 182 n 541. De gravin van Bentheim met haar jongste
kind voor de poort van Deventer (5 Nov.
1668).
Dl. LXIX. „ 7 f, 542. De prins van Oranje als eerste Edele van
Zeeland door de Zeeuwen begroet (1668).
,, 27 1^ 543. Een deel der raden te Veere uit het stad-
huis gesloten, bespreekt de magistreats-
. verkiezing daar buiteit (1668).
^ 48 ,, 544. De voorzitterstoel ter rolle van *thof
op last der staten van Holland wegge-
nomen (1668).
v 69 ^ 546. Een huis te Leeuwarden, waarin eenige
gedeputeerde raden vergaderd zijn, door
militie bezet (1668).
„ 85 „ 546. Twee gedeputeerden te Leeuwarden door
soldaten weggeleid (1668).
^ 95 n 547. Het drievoudig verbond gesloten (1668).
VKHZAMKT.mGEN 77
Dl. LXIX. BI. 122 PI. 648. De Franschen steken uit brooddronken-
heid een dorp by Brussel in brand
(1668). ,
„ 140 ,, 640. C^emaskerd bal door den prins van Oranje
gegeven op 't Buitenhof (1668).
Dl. LXX. ^ 14 ^ 650. Een a%ezant yan H.H. M. by den sultan
van Turkije (6 Aug. 1668).
„ 81 ^ 561. Johan de Witt door de staten van Hol-
land, met verhoogde jaarwedde en veel
geschenken opnieuw tot raadpensionaris
benoemd (1668).
,, 47 n 558. Hollandsche schipbreukelingen dooden
een negerin en eten haar, door honger
gedreven^ op (1668).
^ 69 ^ 653. De ridder Temple te Haarlem plechtig
onthaald (1668).
,, 81 „ 664. Een man stoot zijn vrouw van een zeven
treden hoog bordes, zoodat zij 't besterft
(1668).
„ 100 ,, 665. Majoor Poleman den keizer van Java
te hulp komende tegen Montemarano
(1669).
,, 123 ^ 656. De Sousouhounan door Hurd tot keizer
van Java gekroond (1669).
y, 136 ^ 657. In de vergadering der Staten-Qeneraal
wordt de bijbel vertoond, verscheurd en
met bloed van den predikant van Usen-
dijke bespat (1669).
Dl. LXXL ,, 17 M ^^8. Een hollandsch gezant te Tunis zwaar
mishandeld (1669).
^ 33 „ 659. Twee der Spanjaarden, die den predikant
van Usendyke mishandelden gevankeiyk
te Gent binnengebracht (1669).
n 53 ,, 560. Zierikzee, weerspannig in het betalen der
quota, stelt zich in staat van tegenweer
op het naderen van kolonel van Vr^j-
bergen (1669).
^ 71 11 561. Ben gezant van H. M. buiten Pargs door
fuseliers van zijn papieren beroofd (1669).
y, 103 1, 662. Le Roux te Par^s geëxecuteerd (1669).
,,112 „ 563. De Heer van Oelder, schoonzoon van de
Ruyter, door den koning van Denemar-
ken in den adel verheven (1670).
78
VKHZAigST.TNGEN
Dl. LXXL BI. 140 PI. 5M.
DL Lxxn.
w
%^
n
6 •• 565.
^1
27 „ 566.
36 ^ 567.
„ 47 „ 568.
,, 83 ,, 569.
„ 97 „ 570.
„ 112 „ 571.
„ 125 „ 572.
^ 136 ^ 573.
„ 150 „ 574.
„ 162 „ 576.
„ 182 „ 576.
« IW ^ 577.
^^ 206 ^^ 578.
„ 218 „ 579.
Dl. LXXm. ,, 12 „ 580.
»i
27 ^ 581.
)) 35 y) 582.
)^ 43 f) 583.
Abraham Keixer, Jan Peaser en Hoppe-
yeld om verboden verstandhouding met
te pronk staan enz. gestraft (1670).
Prins Willem van Oranje legt den eed
af in den Baad van State (1670).
De Heer van Dam (Consul van H. H.
M. in Turkije uitgeplunderd (1670).
Teleurgestelde handwerklieden uit Hol-
land naar Frankrijk getrokken komen
berooid weder (1670).
De muur van Vlissingen aan de z^de der'
Noordzee ingestort (September 1671).
Verbod van den verkoop van firanschen
brandew^n op de Beurs te Amsterdam
a%ekondigd (1671).
Verdeeldheid in de vergadering der sta-
ten van Holland omtrent de benoeming
van den prins van Oranje tot kapitein-
generaal (1672).
Robert Holmes valt een hoUandsche
koopvaard^vloot aan (24 Bfaart 1672).
Afbeelding eener schilderij te Dordrecht,
die den Engelschen ergernis gaf (1672).
Slag bij Soulsbay (7 Juni 1672).
Lodewijk XIV neemt Orsoy (Juni 1672).
Arnhem door de Franschen belegerd
(Juni 1672).
Capitulatie van Arnhem (14 Juni 1672).
Zutphen belegerd (19 Juni 1672).
Belegering van Ngmegen (Juni 1672).
De Franschen trekken utrecht binnen
(23 Juni 1672).
Johan de Witt door de zoons van den
raadsheer van der Graeff te 's-Graven-
hage verraderlijk verwond (21 Juni 1672).
Daniel, baron d^Ossery om verraad, in
Rijnberk gepleegd, onthoofil (22 Aug.
1672).
Vernieling der praalachilderij ter eere
van de '\^tt gemaakt, na den tocht van
Chattam en te Dordrecht hangende
(1672).
De akte, waarbg uitvoer van koren ver-
YERZAMBLINOBN 79
* ^ boden werd, wordt op den Dam te Am-
sterdam aflezen (29 Juni 1672).
Dl. LXXm. BI. 69 PI. 584. Elf gedeputeerden uit de Staten van Hol-
land brengen den prins van Oranje, uit
't leger, yoor Bodegraven *t bericht i^ ner
verheffing tot stadhouder (4 Jnli 1672).
^ * 79 M &^* Uittocht der Franschen uit Woerden (11
JuU 1672).
^ 91 „ 586. Belegering van Groningen door de Keul-
schen en Munstersohen (1672).
,, 106 ,, 587. Afbeelding van een bom,- met inschrift,
door de belegeraars in Groningen ge-
worpen (1672).
,, 124 „ 588. Tichelaar by Gornelis de Witt (8 Juli
1672).
„ 189 „ 589. De de Witten hun middagmaal houdend
met eenige officieren op de Gevangen-
poort (1672).
^ 144 ,, 590. Mishandeling der gebroeders de Witt
voor de Gevangenpoort (20 Aug. 1672).
^ 162 „ 591. „Oproer in Rotterdam'* (8 Juli 1672).
„ 175 n 592. „Plundering van het Huis van den Baljuw
Sypenstejm te Haarlem" (14 JuU 1672).
„ 188 '„ 598. „Oproer voor het Huis van den Burge-
meester van de Poll" (te Amsterdam),
„wegens het bewaren der Stads sleutelen"
(28 Aug. 1672).
^ 206 „ 594. „Het verwoesten en verbranden van
Zwammerdam en Bodegraven" (1672).
^ 218 ^ 593. „Het innemen der stad Koevorden by
Nagt" (door Eibeigen) (80 Dec. 1672).
Dl. LXXIY. ^ 9 „ 596. „Onderhandeling der Oorlogende Mogen-
heden te Keulen" (Juni 1678).
„ 28 yt 597. „Yerraderiyke byeenkomst van de Heeren
Launay en Robbert de Gerceau (1678).
„ 82 „ 598. „Overgaaf van Naarden" (1678).
„ 45 „ 599. „Zeegevegt tusschen de Hollanders en
de gecombineerde Engelsche en Fransche
Vlooten" (7 JuU 1678).
„ 64 „ 600. Ceremonieel der Opdragt, nan den Prins
van Oranje tot het Erf-Kapitein en Ad-
miraalschap Generaal der Vereenigde
Nederlanden" (1678).
^-^^B^a^
80 YBBZAHILINOIIN
Dl. LXXrV. BI 83 PL 601. ,,Afbeelding van een yslyk Onweer te
Amsterdam" (1 Aug. 1674).
^ 80 ^ 602. ,,Het geyangen neemen yan den heer Ho-
ward" (1674).
„ 110 „ 603.. ,3elegermg yan Trier" (Aug. 1676).
y, 122 ^ 604. „Afbeelding yan de Wateryloed den
5 Noy. 1676".
Yt 187 VI ^05. „Afbeelding yan den opstand te Messina"
(Juni 1676).
^ 143 n 606. .jBeoeptie yan de Ruiter, door den Onder-
koning yan SiciUe" (24 Dec. 1675).
y, 162 ri <K>7. ^«Belegering yan Maastricht" (6 Juli 1675).
„ 100 ^ 608. ,^lag te Mont^assel" (11 April 1677).
Yt 204 Y, 600. ,3terfbed yan den predikant Momma"
(September 1677).
^ 217 r, 610. „Verandering der Begeering binnen De-
yenter" (Febr. 1677).
Dl. LXXY. vt 10 „ 611. „Oproer te Oostzaandam wegens de Turf-
impost" (18 Mei 1677).
^ 20 ,Y 612. „Belegering yan Bergen" (1678).
,, 87 VI 01S* i>lntreede der Hollandsche Ambassadeurs
binnen Pftrys" (18 Maart 1670).
,, 62 ,, 614. „Tekenen der Vrede met Algiers" (30
April 1670).
^ 70 „ 615. ,fA{beelding yan het Monument yan Von-
del in de Nieuwe Kerk te Amsterdam"
(1670).
y, 83 ,, 616. „'t (bezigt der Oomeet yan het jaar 1680.
^ 00 ^ 617. ,>A{beelding yan de yoorgenomene Regts-
pleging der Fransche geyangenen" (op
't laatste oogenblik begenadigd) (12 Dec.
1681).
Yf 106 „ 618. „Afbeelding Van Schenkenschans".
,, 110 ^ 610. „Vermoorden yan de heer yan Sommels-
dyk, Qouyemeur te Surinamen" (Juli
1688).
,, 142 Y, 620. „Het beleg yoor Weenendoor de Turken"
(1683).
,, 155 ^ 621. „De Prins met de Gemagtigden in Am-
stels Raadzaal" (1683).
Y, 167 n ^22- t^^^ianranden yan den Renbode, buiten
Maastricht" (O Jan. 1684).
„ 180 ^ 623. „Het Verzegelen der Papieren in 1684".
TBSZAHBLINGBN 81
Dl. LXXy. BI. 809 PL 6S4. ,^et geTangen neemen van Joban van
Bankhem, Baljuw van *8 Gravenhage"
(1684).
„ 826 „ 686. Afbeelding yan ,,Luzemburg*'.
Dl. LXXyi. „ 4 „ 686. ,/t Onthaal van den Prins en zyne Ge-
malin te Amsterdam" (1684).
^ 17 )« 687. executie van Thomas Armstrong, te
Londen" (84 Juni 1G85).
,, 44 ,, 688. „Bombardement der stad Genua."
,, 53 yt 689. ,,yiugten des Konings Sultan Agon, in
't Gebergte van Bantam, alwaar hy ge-
vat word" (1686).
^ 66 ,, 680. , .Belegering van Hamburg" (Juni 1686).
„ 83 „ 631. „Executie yan Jastram en Snitquer" (6
Oktober 1686).
,, 00 ,, 638. „Watervloed in Groningen en Ommelan-
den" (88 Nov. 1686).
,, 111 ,, 633. „Oyerhandigen des Briofs aan den Ko-
ning" (Jacobus V. Engeland), (geschreven
door Fagel aan Steward) (1687).
„ 117 ), 634. „Gevecht van kapitein P3m" (met 3 Al'
giersche kapers 18 Mei 1687).
,, 164 ,, 635. „Gereedmaken der Vloot na Engeland"
(Sept 1688).
„ 166 ,, 636. „Leger op de Mookerheide" (Oct. 1688).
Y, 178 „ 637. „Vertrek van Prins Willem de m naar
Engelandt" (1688).
„ 186 „ 638. „Vlugt van Koning Jacob" (van Engeland)
(81 Dec. 1688).
,, 800 „ 630. „Krooning van Prins Willem de III van
Oranje en zyne Gemalin als Koning en
Koningin van Engeland, Frankryk en Ier-
land" (88 Feb. 1689).
,. 817 )^ 640. „Zeedevegt (sic) tivsschen deEngelschen
en Franschen" (11 Mei 1689).
Dl. LXXVn. ,, 7 „ 641. „Belegering van Suriname" (1G89).
„ 85 „ 648. „*t Overhandigen des Nominatie-briefii"
van Amsterdamsche schepenen (30Febr.
1690).
,, 41 ^ 648. „Afbeelding van de Pijniging van Jan
Hol" (81 Febr. 1690).
„ 40 ^ 644. „Het sluiten van *t Verbond in de Treves-
kamer' tegen Frankrijk (16 Maart 1690).
6
82 YEBZAMELINGBK
M
»1
^1
^t
11
11
Dl. LXXyn. BI. 64 PI. 646. „Onthoofaing van Kornelis Kosterman
te Rotterdam" (16 Sept. 1690).
74 ,, 646. „Koning Willem bij zijne komst voor de
Oranje Polder" (81 Jan. 1691).
96 „ 647. „Zeeslag door den Admiraal Russel tegen
de Franschen" (29 Mei 1691).
108 „ 648. „Executie van Bartholomeus de Liniere
Ridder en Heer van Grandval" (om een
voorgenomen aanslag op Willem lU)
(13 Aug. 1691).
,, 121 ,, 640. „Belegering der stad Ooes" (Aug. 1692).
186 ,, 650. „yiugt van Halewijn" (als tegenstander
van Willem IH op Loevestein 31 Juli 1698
gevangen gezet, (1696).
144 ,, 651. „Opbreken der blokkeering van Casal"
(door den Hertog van Savoye) (Sept 1693).
165 ,, 652. „Bombardement van Brussel" (door de
Pranschen) (13—14 Aug. 1693).
„ 176 ,1 658. „Oproer te Amsterdam wegens de keure
op *t begraven" (Aansprekers oproer)
(Jan. 1696).
„ 185 „ 654. „Plundering van *tHuis van Burge-
meester Boreel" (als vervaardiger der
ordonnantie op de aansprekers aange-
zien) (Jan. 1696).
,, 210 „ 656. Afbeelding van 't huis te Rijswijk (waar
de vrede gesloten werd) (1697).
Dl. LXXVin. „ 2 „ 656. „De belegering van Aath" (Juni 1697).
„ 25 „ 667. „Teekenen der Vrede te Ryswyk" (20
Sept 1697).
,. 39 ,, 658. „Gevolgen eener aardbevinge" (1697).
„ 64 „ 669. „Monstering der Staatsche troepen by
Ambem" (door Willem IH) (1698).
„ 68 „ 660. „Vertrek van Koning Willem" (Okto-
ber 1698).
„ 77 ,, 661. „Paradebed des Konings van Spanje"
(Nov. 1700).
„ 92 „ 662. „Lillo onder Water" (1701).
,, 119 ,, 663. „Plechtigbeden by de Proclamatie der
Koningin Anna" (19 Maart 1702).
,, 128 „ 664. „Plegtige Audiëntie van den Graaf van
Marlborough" (bij H. H. M.) (30 Maart
1702).
YBBZAlCBLINGliN 83
Dl. LXXVin. BI. 140 PI. 665. „Optogt der Vry willigere te Nieuwme-
gen" (Aug. 1702).
,, 166 ^ 666. ,,Heretel der oude Regenten te Goes"
(36 Mei 1703).
,, 192 „ 667. „Afbeelding van 't beleg Tan Keizere-
waart" (Mei 1702).
„ 216 „ 668. „Lijkstaatsie van Willem de IH, Koning
Tan Groot-Brittanje, Prins Tan Oranje,
eni." (24 April 1702).
Dl. LXXIX. ,, 2 ^ 660. „Veroveren van Keizerswaart" (17 Juni
1702).
„ 26 „ 660. „Overgave van Venlo" (25 Sept. 1702).
,, 46 ^ 671. „Inneemen van Cremona door Eugenius"
(Febr. 1708).
,, 50 „ 672. „Nemen der Spaansche Zilvervloot te
Vigos" (22 Okt. 1702).
,, 01 „ 678. „Afbeelding van den Veldslag bij Eke-
ren" (Juli 1708).
„ 101 ^ 674. „Overvaren der (sic) Bode van den Heer
Hop" (die de overwinning bij Ekerenin
den Haag melden moest) (Juli 1708).
,, 126 „ 675. „Gevecht tusschen vjf Fransche Oorlog-
schepen en het Convoy van de Lisbonsche
en St übesche Vloot, onder bevel van
Roemer Vlak 22 May 1708."
,, 146 ,, 676. „Afbeelding van de stad Gelder, nevens
derzelver Blokkeeringe en Bombardee-
ringe in den Jare 1708." Gravure langw.
iü-4*. z. n. V. gr.
,, 158 „ 677. „Prins Joan Wülem Friso doet den Eed
als Generaal*' (11 April 1704).
,, 180 H 678. „Ontmoeting van Eugenius en Marlbo-
rough te Mondelsheim" (10 Juni 1704).
,, 187 ,, 670. „Platte Grond van den Str^d op den
Schellenberg bij Donauwaart, door ....
Marlborough . . . den 2 july 1704 ge-
wonnen". Gravure langw. in-4^.
yt 213 „ 680. „Plattegrond van den Veldslag tusschen
Bleinheim en Hochstet, den 18den Augus-
tus 1704, door Marlborough en den Prins
van Savoije gewonnen". Gravure in-4*.
Dl. TiXXX. ,, 12 ,, 681. „Veldslag van Hochstet of Bleinheim,
door . . . Marlborough . . . gewonnen". Gra-
84
YBKZAMBLINOBN
Dl. LXXX.
Dl. LXXXT.
11
11
11
11
11
11
11
11
11
11
11
11
11
45
n
69
11
7fl
11
Yure langw. inV. Tan achteren onbe-
drukt en Terklaring der cijfers 1 — 10
onder 't onderschrift.
BI. 24 PI. 682. ,,Dit is *t beeldt van Marlborough, die in
beleidt, in moed enx." 6-regelig yers, onder
een kniestuk van dien held, gravure in-4*.
naar A. y. d. Werf door A. van der Laan.
083. „Afbeelding* van de Stad Landauender-
zelver Belegeringe door de Bondgenoo-
ten, in den jare 1704." Gravure in-4*. x.
n. V. gr. van achteren onbedrukt
684. „Afbeelding van den Luitenant-Cteneraal,
Menno Koehoom." Borstb. n. rechts, in
medaillon (1704).
685. „Verovering van Gibraltar, door de ver
eenigde Engelsche en Hollandsche Vlo-
ten, onder bevel van den Admiraal Rooke
en den Lt Admiraal Kallenberg" (4
Augustus 1704).
686. „Springen van het oorlogschip Alber-
male" (sic) (27 Juli 1704).
687. „Beroerten te Harderwijk in 't jaar 1704".
688. „Oproer te Middelburg in 't jaar 1704".
680. „Platte grond van de verrassinge der
Fransche linien in Braband, op den 18
July 1706". Gravure in-4*. z. n. v. gr.
690. „Stoute daad door vyf Hollandsche Sol-
daten aan de Brugsche Vaart" (14
Augustus 1706).
„Leeuwe of Zout-Leeuwe door de Geal-
lieerden Ingenomen, den 5 Aug. 1705."
„Afbeelding van Barcelona" (9 Oktober
1706 overgegaan).
„Platte Grond van den Veldslag van
Ramillies, geleverd den 23sten Mei
1706." Gravure in 4*. x. n. v. gr.
694. „Veldslag van Ramillies, deu 23 Mei
1706 door den Hertog van Marlborough
en de Heer van Ouwerkerk gewonnen."
Gravure langw. in 4*. van achteren on-
bedrukt, z. n. V. gr.
696. Afbeelding van een gedenkpenning op
den slag yan Ramillies (23 Mei 1706).
84
96
107
129
11
11
11
11
143
11
156
171
13
11
11
n
691.
692.
693.
28
n
39
11
YEBZAMELINGBN
85
Dl. LXXXL BI 60 PI. 690.
^1
65 ,, 607.
„ 71 „ 698.
„ 87 „ 699.
„ 108 V, 700.
„ 118 „ 701.
t^
n
UI „ 702.
168 „ 703,
„ 166 „ 704.
Dl. LXXXn. „ 6 „ 706.
„ 20 „ 706.
„ 81 „ 707.
„ « „ 708.
„ 71 „ 709.
„ 84 „ 710.
„ 101 „ 711.
^ 116 „ 712.
)) Ito ^) 718.
fjAfbeelding yan Oostende, en derzelfe
belegering in 't jaar 1706.'* Gravure in
4^. z. n. V. gr.
„Afbeelding van de stad Meenen en,
derzelver Beleg^eringe in den jare 1700.'
Gravure in 4". z. n. v. gr.
„Afbeelding yan de stad Aath en der-
zelyer Belegeringe in den jare 1706."
Twee gedenkpenningen op de zonsyer-
duistering (12 Mei 1706).
„De stad Turin door Prins Eugenius
ontzet" (7 Sept 1706).
„Zeegeyegt der HoUandsche Conyoyers
en het Fransch Esqua der onder den
Ridder Da Torbin binnen Doggerzant"
(2 Oct. 1706).
„Marlborough bij den Graaf Piper te
Leipzig" (1707).
„Afbeelding yan het kasteel yan Müa-
nen" (1707).
„Afbeelding yan de stad Toulon" (1707).
„Onderhandeling yan Eugenius en Marl-
borough met de Staten, in den Haag"
(12 Maart 1708).
„Veldslag yan Oudenaarden, door de
Prinsen yan Sayoije en yan Mindelheim,
den elfden Juli 1708, gewonnen." Grayure
in 4^ z. n. y. gr., yan achteren onbedrukt
„Afbeelding yan Ryssel, en deszelfs
belegering in den jare 1708." Grayure
in 4'. z. n. y. gr.
„Platte grond yan het geyecht te Wy-
nendaal, den 28 September 1708." Gra-
yure in 4'. z: n. y. gr.
„Belegering yan Tortoza" (1708).
Medaille op Ferdinand yan Collen (1708).
Borstbeeld yan ,^r. Bruno yan der
Dussen. Burgemeester te Gouda, enz."
(1709).
Borstbeeld yan ,.A. Heinsius, Raad-Pen-
sionaris yan Holland" (1709).
„Doornik, en deszelfe belegering in 't jaar
1709."
86
YBBZAMELINGEN
11
170
11
Dl. LXXXTTT.
11
11
11
26
11
11
32
11
Dl. LXXXn. BI. 102 PI. 71^ „Platte Qrond van den Veldslag van
Malplaket, (sic) geleverd den 11 September
1709." Gravure in 4*. z. n. v. gr.
715. „Veldslag van Malplaket (sic) door de
Prinsen van Savoije en van lif indelheim,
den 11 Sept. 1709, gewonnen." Gravure
langw. in 4^. naar en door A. van der
Laan; van achteren onbedrukt.
716. „Afbeelding van Bergen, en deszelfe
belegering, in het jaar 1709." Gravure
in 4^. z. n. v. gr.
717. „Afbeelding van Douai, en deszelfe be-
legeringe, in het jaar 1710." Gravure in
4'. z. n. V. gr.
718. „Platte Grond van de gelegenheit der
Bondgenootsche en Fransche legers, in
de nabuurschap van Douai, gedurende
het beleg der stad in 1710" (Mei 1710).
Gravure in 4^. z. n. v. gr.
719. „Bethune, en deszel& beleg in het jaar
1710." Gravure in 4'. z. n. v. gr. .
720. „Arién en deszel& beleg, in het jaar 1710."
Gravure in 4*. z. n. v. gr.
721. „Afbeelding van Anna, Koningin van
Engeland." Borstbeeld in medaillon naar
links.
722. „Oproer te London, gedurende de Rechts-
pleging van D. Sacheverel" (Maart 1710).
723. „Het beleg van Bouchain, in den jare
1711."
724. „Prins Joan Willem Priso verdrinkt."
Gravure langw. in 4^ naar H. Kobell Jr.
door K. Vinkeles, met adres van P.
Conradi en V. van der Plaats.
725. Borstbeeld in medaillon van „Mr. Willem
Buys. Pensionaris te Amsteldam enz. enz."
726. „Verbranden der Magazynen te Atrecht
door de Staatschen (Maart 1712).
Tot Deel LXXIII, was ik verplicht zelf den titel voor iedere prent te
maken, met dit deel begonnen de Uitgevers, eerst tot bl. 144 in een
noot, aan te geven, wat elke prent voorstelde; en van de prent op bl.
162 af, staat de beschrijving der voorstelling onder iedere plaat Ik heb
mij, bij het letterlijk overnemen van die onderschriften de vrijheid ver-
11
11
11
44
52
75
11
11
11
11
11
104
135
Dl. LXXXIV.
11
11
11
11
11
11
46
78
11
11
ySBZAMSUNGBN 87
oorloofö, om de eentonigheid, de stereotype woorden, waarmede elk onde^
schrift aanvangt: („Afbeelding van de" — of „van het") weg te laten en
deel dat hier mede, ter voorkoming van misverstand voor hem, die later
mijn arbeid aanvullend, zou zien dat ik niet het geheele onderschrift ga£
Ook dient nog medegedeeld, dat het „Eerste stuk van deel LXXII" tevens het
eerste is met een gewijzigden titel. Van nu aan heet het boek : „Staatkundige
Historie van Holland, Behelzende eene Staatkundige Bespiegeling van de
voornaamste Crevallen der Nederlandsche Geschiedenissen, benevens de
maandelijksche nederlandschen Mercurius, voor het Jaar 1792 Te
Amsterdam, By Jan Augustijn Swalm, MDOCXCH. Met privüegie."*
„Nederlandschen" Mercurius werd reeds in deel LXXVI veranderd in neder-
landsche. In de prenten kwam in Deel LXXTX bl. 146 de eerste groote
verandering. De plaat, die daar voorkomt, is een uitslaande, van achter on-
bedrukt. Op bl. 187 komt een situatiekaartje van den strijd bij Schellen-
berg voor, dat weder een anderen vorm heeft. Deze kaart is nl. grooter
dan de gewone bladzijde tekst, loopt in de pagineering door en is gevol-
gelijk van achteren bedrukt. Met deze inlichtingen meen ik voldoende
toegelicht te hebben het verschil in beschrijving dat in de prenten van dit
nommer onderling op te merken valt. Alleen dit nog : o&choon de plaatjes
bij den eersten aanblik allerminst aanspraak kunnen maken op keurig-
heid van uitvoering, zijn de plaatselijke toestanden in de stad of het dorp,
waar een gebeurtenis plaats had, doorgaans zorgvuldig opgenomen. Dit
verhoogt niet weinig de waarde der voorgestelde gebeurtenissen en de
afbeelding van 726 feiten uit de geschiedenis van Nederland, geven wel
recht om, zooals in enkele deelen geschiedt, de menschen tot het samen-
stellen van historische atlassen te prikkelen. Menige hier a%ebeelde ge-
beurtenis is op geen andere wijze in prent gebracht en hieraan ontleent de
kollektie zeker niet haar minste belang voor een verzamelaar.
Niet bu Muller (No. 16).
19. Algemeene geschiedenis des Vaderlands door J. P.
Arend. Amsterdam 1845 — 83. .5 dln. 15 hdn. tn-4^.
Bovenstaand onvoltooid werk, waarvan deel I — V. 1 verscheen, bevat
een menigte portretten, platen en kaarten. Daar de eerste door van
Someren in z^n portretkatalogus zijn beschreven, vermeld ik hier alleen
de platen en kaarten.
Dl. 'I. Titelplaat: Bonifacius bij Dokkum door de ongeloovige
Friezen overvallen en gedood.
Bl. 31. Kimbrische vloed.
„ 4^. Kaart van Nederland vóór en ten tijde der
Romeinen.
„ lOi. Agrippina verlaat de legerplaats.
,, 113. Mislukte tocht van P. Vitellius.
88 YBBZAMELINGBN
BI.
116.
^1
120.
vt
147.
M
186.
11
2S0.
M
1268.
t%
286.
Dood van Earioyalda.
Gtormanicas in wanhoop over het lot zijner vloot
Eedzweren der Batavieren. (Deze prent is niet
'in het register vermeld).
Zamenkomst van Claudius Civilis en Cerealis.
Raadsvergadering der Batavieren.
Edelmoedigheid van Keizer Julianus.
Kaart van Nederland ten tijde der Franken,
Saksers en Friezen.
,, 208. De angelsaksische prinses schenkt Radigis
vergiffenis.
,, 820. Willebrord verkondigt het geloof op Walcheren.
,, 822. Grimoald vermoord.
,, 826. VöoTgenomen doop van Radboud.
Dl. IL Ie St Titelplaat: Priester Qerlach redt door zijn dapperheid het
vlek Süsel.
BI. 9. Samenkomst van Karel den Eenvoudige en
Hendrik den Vogelaar.
„ 20. Karel de Eenvoudige begiftigt graaf Dirk L
„ 80. Het sneuvelen van graaf Amout
^ 87. Hilswindis door haar gemaal bespied.
,, 60. Hertog Gkxifned gevangen binnen Dordrecht
gebracht.
„ 71. Het sneuvelen van Graaf Floris L
„ 184. Vrouw Aleid overwint de West-Friezen.
„ 104. Huwelijksvereeniging van Ada met den graaf
van Loon.
„ 268. Koning Willem door de Wesl-Friezen omge-
bracht
,, 807. Bestorming van Santa Maria.
„ 847. Een Fries wijst Floris V het lijk van koning
Willem.
,, 872. Floris V brengt Qijsbrecht v. Amstel de St
Oeerteminne toe.
„ 806. Overgave van het slot van Gijsbrecht van
Uselstein.
,, 488. Kaart van Nederland op het einde der der-
tiende eeuw.
Dl. II. 2e St. Titelplaat: Jacoba van Beieren ontvangt, op 'tGoessche
volksfeest, waar zij naar den vogel schoot, de
kleine geschenken, die haar worden aangeboden.
BI. 20. Witte van Haamstede te Haarlem.
„ 24. Zierikzee door de Vlamingen belegerd.
YBBZAHHLINOBN 89
BI. 157. Het sneuyelen Tan graaf Willem IV.
,, 176. Willem Y sluit een verbond met de Edelen
en steden.
,, 208. Eleonora yerwijt haar gemaal zijne verw^-
dering.
„ 247. Gerrit van Wateringen door graaf "VHllem V
omgebracht
,, 206. Bmmerik yan Druten vermoord.
,, 300. Aleid van Poelgeest vermoord.
„ 320. Het slot Pirlepont vermeesterd.
„ 324. De weduwe van hertog Albrecht van Beieren
stoot zijn boedel met den voet.
^ 327. Opschudding te Dordrecht
,, 330. Onderwerping van Hendrik van Montfoort
„ 381. Intocht van Willem van Gtelre in Nijmegen.
,, 406. Dood van Albrecht Beiling.
., 506. Vlucht van Jakoba van Beieren uit Qent
,, 522. Huwelijksvereeniging van Frank v. Borselen
en Jakoba van Beieren.
Dl. n. 3e St Titelplaat: De vrouw van den Zeeuwschen stadsbe-
velhebber roept Karel de Stoute's recht»
spraak in.
BI. 14. Gevecht der Hoekschen en Kabeljauwschen
door een priester verhinderd.
,, 18. Jan van Domburg geeft zich over.
,, 40. Karel de Stoute en Lodewijk X te Peronne.
,, 56. Nederlaag van Karel den Stoute bij Qranson.
,, 76. Maria van Bourgondië valt van haar paard.
„ 104. Vlucht van Walraven van Brederode.
,, 126. Zelfopoffering van Jan van Schaffelaar.
„ 164. Ontvoering van Amoud van Gelre, des nachts
over 't ijs.
„ 220. Welsprekendheid van Brugman.
„ 680. Kaart van Nederland in het midden der 16de
eeuw.
Dl. II. 4e St Titelplaat: Egmond en Hoome trachten Willem van
Oranje te bewegen niet weg te gaan uit Ne-
derland.
BI. 246. Afbeelding van geuzenpenningen, enz.
„ 362. Bijeenkomst te Dendermonde.
„ 442. Prins Willem I stilt het oproer te Antwerpen,
Dl. II. 5e St Titelplaat: Mondragon verlaat Middelburg.
BI. 34. Het sneuvelen van Adolf van Nassau.
90 TSBZAMELINGBN
BI. 62. De laatste oogenblikken van Egmond in den
kerker.
„ 148. Alba kondigt 's Konings beTelschrift te Ant-
werpen af.
„ 154. Het sneuvelen van Herman de Ruyter.
,, 252. Kaart van het beleg- van Haarlem.
,, 274. Pieter Dirksz. Hasselaar gevangen genomen.
„ 382. Voorstelling van het beleg en ontzet van Leiden.
,, 468. Tocht der Spanjaarden naar Duiveland en
Schouwen.
Dl. U. 6e St. Titelplaat: Maastricht ingenomen 29 Juni 1570.
BI. 80. Gevangenneming van de Robles.
„ 182. Intocht van Willem I te Utrecht
„ 252. Uitzetting der regeeringsleden te Amsterdam.
„ 478. Handteekeningen van eenige voorname per*
sonen.
„ 564. De uitvinding der boekdrukkunst.
Dl. III. Ie St. Titelplaat: Het schip van Don Diègo de Pimentel genomen.
BI. 12. Aanslag op het leven van Prins Willem I
door J. JaureguL
,, 41. De firansche fiirie.
„ 218. Stanley 's heldenfeit
V 411. De verrassing van Breda.
Dl. III. 2e St. Titelplaat: Ds. P. Plancius in zijn studeervertrek.
BI. 45. De slag bij Turnhout.
* „ 152. Maurits na den slag bij Nieuwpoort
„ 181. Maurits ontvangt de gezanten van den Sultan
van Achem.
,, 195. Kaart van het beleg van Ostende.
„ 256. Pater Neyen te 's-Gravenhage.
,, 834. Afdanken der Waardgelders te Utrecht
Dl. m. 3e St Titelpaat: De moeder en vrouw van R. van Oldenbame-
velt bij Maurits.
BI. 54. Gevangenneming van Oldenbamevelt
,, 224. Oldenbamevelt en zijn knecht, in de gevan-
genis.
„ 324. Overwinning van een' fi:anschen roover, door
Kapt C. Daniels.
,, 353. De nederlandsche gezanten te Algiers.
„ 739. Maurits ontzet Bergen-op-Zoom.
Dl. HL 4e St. Titelplaat:
BI. 41. Verovering van St Salvador.
,, 415. Beleg van 's-Hertogenbosch.
YEBZAMSLINGBN 91
BI. 550. De scheepsstrijd op het Slaak.
Dl. IIL 5e St Titelplaat: Sterfbed van Frederik Hendrik.
BI. il4f. Intocht van Maria de Medicis in Amsterdam.
,, 262. Graftombe van Johannes van Kerckhoven, heer
van Heenvliet
,, 430. Slag* bij Burgerhout
■Dl. IV. Ie St. Titelplaat: Afkondiging van den vrede en vreugdevuren
voor het stadhuis te Breda, 1666.
BI. 40. Kaart van 't nederlandsch gemeenebest.
„ 94. Afkondiging van den vrede te Antwerpen.
,, 104. Het (oude) stadhuis van Amsterdam.
,, 140. De blokhuizen te Amsterdam.
,, 423. Delft na 't springen van den kruittoren.
,, 468. Spotprent op Mazarin, Cromwell, koningin
Christina.
,, 513. De gerefomvserde tour h la mode.
,, 757. Spotprenten op den averechtschen bisschop.
,, 790. Sinnebeeld voor gauwe geesten, enz.
Dl. IV. 2e St Titelplaat: Willem IH landt te Torbay.
BI. 44. Verrassing van Koevorden.
,, 80. Spotprent op Keulen en Munster.
,, 84. Spotprent op Frankrijk.
,, 96. De God Israéls en zijn banier.
„ 106. Beleg van Grave.
„ 132. Spotprent op den franschen haan. ^
„ 159. Lijkstatie van de Rujter.
,, 245. Een buurlijk bagijnboek.
,, 296. Spotprent op de tweedracht.
,, 315. Beleg van Luxemburg.
„ 960. Spotprent op de „valsche kerk", enz.
„ 431. 't Prinqe van Wallis.
,, 529. Folies extravagantes, enz.
„ 545. Haagsche eerepoort
„ 630. Lijkstatie der koningin.
,, 680. Vredezaal te Rijswijk.
NiBT Bu Mulleb (S. No. 17 A).
20. ^^Vaderlandsch A. B. boek, of trekken en merk'
waardigheden uit de Vaderlandsche Geschiedenis; in al-
phabetische volgorde gerangschikt. Met 24 Prent-Afbeeldingen.
Haarlem^ Erven F, Bohn" 2. j.
Op de 12 gekleurde plaatjes, die bovenstaand boekje versieren zijn de
volgende gebeurtenissen of zaken a%ebeeld:
92 TSBZAMELINGBN
L A. (Amsterdam) Het gebouw Zeemanshoop.
B. Albrecht Beiling.
n. O. Jan Oamphuis, Oouyerneur Generaal van N. Indie.
D. Slag bij Doggersbank.
m. E. De graaf Tan Egmond.
F. Frederik Hendrik te paard,
ly. G. Hugo de Groot in de kist liggende.
H. Heemskerk op Nova Zembla.
y. L P. A. Ita een spaansche vloot aantastende, 1628.
J. Jacoba van Beijeren huwende met Frank van Borselen.
YI. K. Kenau Simonsz. Hasselaar.
L. Leidens ontzet. (De aankomst der schuiten).
Vn. M. Lambert Melisz. v. Westzanen zijn moeder wegvoerend.
N. Slag bij Nieuwpoort.
Vni. O. J. van Oldenbameveld en zijn knecht Franken.
P. H. 'K. Poot, in zijn landelijke woning zijn gedichten schrijvende.
IX. R. M. A. de Ruiter aan boord van den franschen kaper.
S. (Graftombe voor) J. C. J. van Speyk.
X. T. Abel Tasman.
U. Unie van Utrecht.
XL V. Visscherij.
W. (Gedenkteeken van) Willem I, in de kerk te Delft
Xn. Y. Gezicht van sluizen op het U.
Z. Zaandam. (Huisje van Czaar Peter).
Muller (No. 18.)
21. „Tafereelen uit de geschiedenis des vaderlands, tot
nut van groot en klein; vermakel^k voorgesteld door Mr.
J. van Lennep & Compagnie. Aanvangende met de komst
der Batavieren en eindigende als het uit is. Gedrukt en
uitgegeven b^ M. H. Binger & Zonen, Amsterdam, 1853."
Titel van 37 hoogst geestige karrikatuurvoorstellingen van voorvallen
uit onze vaderlandsche geschiedenis, helaas door het zich storen aan een
bekrompen kritiek niet verder voortgezet, ofechoon de redenen in *t'voor-
bericht genoemd, die tot de uitgave leidden, alleszins gegrond waren en
de teekenstift van den te zedigen teekenaar, die „alleen voor den engen
femiliekring gearbeid had" hier bewijs genoeg leverde, dat hij het ook
voor het algemeen gerust doen kon.
Het zijn lithografiën langw. in-8^, (waar tegenover één of meer vierregelige
versjes), naar de teekening van 'Jhr. P. van Loon te Utrecht. Bij dit
exemplaar is ook de hoogst curieuse origineele omslag, waarin de afleve-
ringen verschenen. In 't midden de vrijheidsmaagd, links boven geflan-
keerd door een boer bij de schouw zittend en zijn pijp aanstekend, onder-
TSBZAMBLINGBN 93
aan: een yiascher by drie molens. BechVi bovenaan een boerin een koe
melkende, onderaan een trekschuit.
Ik meen met de opgaaf der voorstellingen de beschryying, door Muller
onder bovenstaand nommer gegeven niet onnoodig aèm te vullen.
1. Friezen en Batavieren.
2. Civilis verslaat de Romeinen (70).
S. Brinio op een schild verheven.
4. Het kristendom ingevoerd (777).
5. Karel de Qroote richt scholen op (800).
0. Dirk lY, doodgeschoten (1049).
7. Floris I vermoord (1001).
8. Koenraad van Zwaben vermoord (1090).
9. Ada naar Texel gezonden (1201).
10. Willem U, gekroond en verslagen (1366).
11. Floris y beschermt den landbouw (1290).
13. Floris y vermoord (1396).
13. Graaf Willem m maakt vrede met Ylaanderen (1339).
14. Reinout van Gelder (Portret) (1339).
15. Aanvang der Hoeksche en Kabbeljauwsche twisten (1349).
16. Strijd tusschen Hertog Reinout en zijn broeder Ednard (1354).
17. Burgertwisten in Friesland. 1340—1500.
18. Hertog Reinout gevangen. 1861. «
19. Willem van Gulik verslaat de Brabanders bij Ravestein 1384.
30. De drukkunst door Laurens Coster uitgevonden. 1421.
81. Gravin Jacobs. 1417—1433.
83. Filips van Borgondien. 1433—1467.
33. Hertog Aamout van Gelder door zijn zoon gevangen genomen.
1466.
34. Karel de Stoute verslagen. 1476.
86. Groot Privilegie door Hertogin Maria geschonken. 1477.
36. Dood van Frans van Brederode. 1493.
37. Oproer van 't Kaas en Broodvolk. 1493.
38. Maarten van Rossum plundert 's-Gravenhage. 1628.
39. Hertog K«rel van Gelder. 1493—1538.
80. Keizer Karel Y Heer over al de Nederlanden. 1643.
31. Invoering der Inquisitie 1544. (Hierb^ een muziekstuk: „Galop
infemal").
83. Karel y doet afstand van de Regeering. 1556.
83. Yertrek der spaansche benden uit Nederland. 1660.
34. Granvelle verlaat het bewind. 1564.
86. Yerzoekschrift der Edelen. 1666.
86. Oranje neemt a&cheid van Egmond. 1667.
37. Alva aanvaardt de londvoogdij. 1567.
94 VTmZAMKLTNQBN
/■
Alle zijn langw. in-S^ en .gegfraveerd door C. L. y. Kesteren, J. y. d.
Veen, of H. J. Dekker en gedrukt ter steendrukkerij yan Ch. Binger en
Emrik en Binger.
MULLBB (No. 19).
22. „De geschiedenis des vaderlands in schetsen en
afbeeldingen. Uitgegeren door Mr. J. van Lennep. Am-
sterdam, M. H. Binger & Zonen. 1855—1861."
Titel eener serie yan 98 platen oyer de yaderlandsche geschiedenis yan
de yroegste tijden tot 1861, in 8 afleyeringen yerschenen en uitgegeyen
om de gestaakte uitgaye, in 't yorig nommer beschreyen, te yervangen.
(Een 946te teekening hierbij geyoegd en een a&cheid yan Napoleon
yoorstellende yan? is niet onder de platen opgenomen).
Daar in deze kollektie het meerendeel (63) yan de oorspronkelijke
teekeningen dezer platen aanwezig is, yolge hier de door Muller niet
gegeyen lijst yan al de yoorstellingen met den letterlijken tekst
Titel, met de wapens der 7 proyincien boogswijze boyen den titel; aan
iedere zijde een trofee: links yan krijgstuig waarbij een Batayier met
schild en lans; rechts yan attributen der kunsten en wetenschappen,
waarbij een heraut met het wapen yan Holland op den wapenrok.
Op de teekening yan Aug. Taurel is de titel in rood geschreyen en
zijn de attributen eenigszins anders geordineerd, o. a. is het wapen yan
Holland op den rok yan den heraut, hier in een klein schild op de borst
geteekend, terwijl deze in de plaat de geheele yoorzijde yan den rok beslaat.
I. Ons Vaderland yóór de aankomst der Germaansche yolks-
stammen. 100 y. O. (M. No. 33). Met de teekening door
B. te Gempt.
n. Ons Vaderland ten tijde der Batayieren, kaart in-é', naar
W. J. Hofdijk, door 8. Lankhout
ni. Brinio laat zich de kruin scheren. 69 n. C. (M. No. 64).
Met de teekening yan P. H. Egenberger.
IV. Bestorming yan Gastra Vetera. 70 n. C. (M. No. 69).
Met de teekening yan P. H. Egenberger, en een tweede, door
hem zelf a%ekeurde, blijkens zijn eigenhandige mededeeling
aan de keerzijde.
V. Juliaan schenkt aan den yorst der Ohamayen zijn zoon
terug. 360 n. O. (M. No. 83). Met de teekening yan P.
H. Egenberger.
VI. Het heilig bosch wordt omgehouwen. 740 n. C. (M. No.
106). Met de teekening yan Taurel.
VTL De brand en yemieling eener Nederlandsche riyierstad
door de Noormannen, 860. (M. No. 112). Met de teekening
yan C. Springer.
yXRZAHSLINOBN
95
vm.
DL
X.
XI.
XIL
xm.
XIV.
XV.
XVL
XVII.
XVTII.
XIX,
XXI.
xxn.
xxni.
XXIV.
XXV.
XXVL
xxvn.
Ben oud-middeleeuw8che burcht (M. No. 126). Met de
teekeniog van C. Springer.
Een kaart -van Nederland in de 13de eeuw. langw. in-4^
naar W. J. Hofilijk. (M. No. 159). langw. in*4*.
De abdy van Egmond. (M. No. 158). Met de teekening
van C. Springer.
Een gilde optocht. (M. No. 160). Met de teekening van
P. H. Egenberger.
Willem n Roomsch koning gelgroond, 2 Nov. 12é8. (M.
No. 166). Met de teekening van A. F. Zurcher.
Witte van Haemstede op de Blinkert, 26 April 1804. (M.
No. 194). Met de' teekening van P. H. Egenberger.
Hertog Eduard van Gelre vermoord, 22 Aug. 1371. (M.
No. 232). Met de teekening van P. H. Egenberger.
Jakoba van Beyeren. 1430 1 (M. No. 282). Met de teekening
van P. H. Egenbeiger.
' Aemout van Egmond door zijn zoon gevangen genomen,
10 Januari 1465. (M. No. 299). Met de teekening van P.
H. Egenberger.
De achtjarige Karel van Egmond,, door die van Nymegen
tot Hertog gehuldigd, wordt te paard en in 't harnas
door hunne stad rond gevoerd. 1473. (M. No. 313). Naar
Ch. Rochussen.
Maria van Borgondiön valt van 't paard, 17 Maart 14^2.
(M. No. 827). Met de teekening van P. H. Egenberger.
Heldendood van Jan van Schaffelaar, 16 Juli 1482. (M.
No. 331). Met de teekening van A. F. Zurcher.
Graaf Edzard den Raad van Groningen zijn ondankbaar-
heid verwijtende, wordt met schimp en spottemy beloond,
3 November 1514. (M. No. 356). Naar Ch. Rochussen.
's Gravenhage geplunderd door Maarten van Rossem 1528.
(M. No. 374). Met de teekening van D. PeduzzL «
Aanslag der wederdoopers op Amsterdam. 1535. (M. No.
390). Met de teekening van C. Springer.
Kaart van de Borgondische Kreits, in 4^ naar W. J. Hofiiijk.
Karel V doet a&tand van de regeering. 1555. (N. b. M.)
Met de teekening van D. Peduzzi.
Aanbieding van het verzoekschrift der Edelen. 5 April
1566. (N. b. M.) Met de teekening van L. Lingeman.
Graaf Adolf van Nassau sneuvelt. 23 Mei 1568. (N. b. M.)
Naar Ch. Rochussen.
Beleg van Haarlem. 1573. (N. b. M.) Met de teekening
van K. F. Bombled.
96
TBBZAMELINOIK
xxvm.
XXIX.
XXX.
A A A I»
xxxn.
XXXTTL
XXXIV.
XXXV.
XXXVL
xxxvn.
XXX VUL
XL.
XLL
XLIL
XLm.
XLIV.
XLV.
XLVL
XL VIL
Ontzet Tan Lejden. 8 Oktober 1574. (K. b. M.) Met de
teekening Tan K. F. Bombled.
Amsterdam kiest de Staateche xijde. M Mei 1578. (N. b.
M.) Naar Ch. Rochusaen.
Unie Tan Utrecht. 29 Januari 1579. (N. b. M.) Met de
teekening* Tan D. PeduzzL
^tProalgrafTan Wniem L 1584. (N. b. M.) Naar J. Bosboom.
Komst Tan Leicester. SO December 1585. (N. b. M.) Met
de teekening Tan D. PeduzzL
OTorgaTe Tan Sluis. 1587. (N. b. M.) Met de teekening
Tan D. PeduzzL
Maurits na zijn OTsrwinning te 'sX^rsTenhage Terwelkomd.
1594? (N. b. M.) Naar Oh. Rochuasen.
Slag bij Nieuwpoort 1600. (N. b. M). Met de teekening
Tan K. F. Bombled.
Afdanken Tan de Waardgelders te Utrecht. SI Juli 1618.
(N. b. M.) Met de teekening Tan K. F. Bombled.
OldenbamoTeldt geTonnist, 18 Mei 1619. (N. b. M.) Naar
Gh. Rochussen.
De rqem Tan Frederik Hendriks eeuw. 19 borstbeelden
Tan beroemde mannen en Trouwen. (N. b. M.) Met de
teekening Tan L. Lingeman.
Vrede Tan Munster. 16 Mei 1648. (N. b. M.) Met de tee-
kening Tan P. J. GreiTO naar Terburg.
Willem n sterft. 6 NoTomber 1650. (N. b. M.) Met de tee-
kening Tan H. J. Scholten.
Groote Tergadering. 1651. (N. b. M.) Met de teekening
Tan H. J. Scholten.
Deze plaat is eerst abusief Toor de Unie Tan Utrecht ge-
bruikt. In een Terbeterblaadje op groen poeier gedrukt,
Terzochten de uitgeTors daanroor Torschooning en Toegden
er de goede plaat XXX bij.
. De dood Tan Tromp. 10 Augustus 1658. (N. b. M.) Naar
Ch. Rochussen.
Tromp ontTangt de Ruyter aan boord. 1666. (N. b. M.)
Naar Ch. Rochussen.
Willem m, onthaald te Amsterdam. 1666. (N. b. M.) Met
de teekening door P. J. GreiTe.
Vierdaagsche zeeslag. 11 — 14 Juni 1666. (N. b. M.) Met
de teekening Tan Hk. Vettewinkel.
Tocht naar Chattam. 19—23 Juni 1666. (N. b. M.) Met
de teekening Tan Hk. Vettewinkel.
Lodewijk XIV en P. de Groot April 1672. (N. b. M.)
YERZAKBLINOBN
97
XLvm.
XLIX.
X
X
L.
LI.
LU.
LHI.
LIV.
LV.
LVL
Lvn.
Lvm.
LIX.
LX.
LXL
Lxn.
Lxin.
LXIV.
LXV.
LXVI.
Met de teekening van H. F. O. ten Kate.
Condé gewond bij den overtocht van den Rijn. 1072. (N.
b. M). Naar Ch. Rochussen.
Hop en zijn medea%evaardigden uit Amsterdam bestrijden
het voorstel, ter vergadering van Holland gedaan om zich
aan Lodewijk XIY te onderwerpen. (N. b. M.) Met de
teekening van P. F. Greive.
Antwoord van Willem Hl aan de Engelsche gezanten.
(N. b. M.) Naar H. F. O. den Kate.
Moord der de Witten. 1672. (N. b. M.) Naar H. F. C. ten Kate.
Dood van de Rujter. (Afbeelding zijner graftombe.) (N.
b. M.) Met de teekening van L. Lingeman.
Vrede te Nymegen gesloten. 10 Augustus 1678. (N. b.
M.) üaar H. F. C. ten Kate.
Réfugiés hier te lande ontfimgen. 1686. (N. b. M.) Met de
teekening van H. F. C. ten Kate.
Oranje te Torbay verwelkomd. 1688. (N. b. M.) Met de
teekening van P. J. Greive.
Na den slag by Fleurus. 1 Juli 1690. (N. b. M.) Naar
Ch. Rochussen.
Het huis te Rijsw^k. 20 September 1697. (N. b. M.)
Naar K. Karsen.
Tsaar Peter in Holland. 1697. (N. b. M) Met de teekening
van L. Lingeman.
Het paard van Willem m struikelt in een molshoop. 4
Maart 1702. (N. b. M.) Naar Ch. Rochussen.
De Holl. Ingenieur Willem Vleertman bewast by Blen-
heim aan Marlborough, dat de grond hard genoeg is om
een aanval op den vijand te doen. Augustus 1704. (N.
b. M.) Met de teekening van D. Peduzzi.
Jan Willem Frizo als Generaal aan 't Staatsche leger voor-
gesteld. 1707. (N. b. M.) Met de teekening van C. Schreurs.
Jan Willem Frizo verdrinkt 14 JuU 1711. (N. b. M.)
Naar Ch. Rochussen.
Vrede van Utrecht. 11 April 1718. (N. b. M.) Met de
teekening van C. Schreurs.
Willem IV als Stadhouder van Holland enz. ingehaald.
1747. (N. b. M.) Met de teekening van D. A. Peduzzi.
Bergen ep 2iOom verrast 16 September 1749. (N. b. M.)
Naar Ch. Rochussen.
Willem IV door de Bijltjens te Amsterdam ingehaald.
September 1749. (N. b. M) Met de teekening van D. A.
Peduzzi.
7
98
YBBZAMBLINOBN
Lxvn.
Lxvm.
LXIX.
LXX.
LXXL
LXXIL
Lxxm.
Lxxrv.
LXXV.
LXXVI.
Lxxvn.
LXXVHL
LXXTX.
LXXX.
LXXXL
LXXXII.
Lxxxra.
LXXXIV.
LXXXV.
LXXXVL
LaAtfte woorden van Prinoes Anna. Januari 1759. (N. b.
M.) Met de teekening van O. Schreura.
Prins Willeid V en de Princes te Amsterdam. 30 Hei — 4
Juli 1768. (N. b. H.) Naar Ch. Bochussen.
Willem y geeft een eeredegen aan Zoutman. (N. b. M.)
Naar Ch. Rochussen.
Het yerlaten van Utrecht 1787. (N.b. M.) Met de teekening
van D. A. Peduzzi.
De Princes biedt Willem V zijn kleinzoon aan. O Decem-
ber 1792. (N. b. M.) Het de teekening van C. Schreurs.
Van Boetselaer weigert de Willemstad over te geven.
1793. (MuUer No. 5199). Het de teekening van D. A.
Peduzzi.
WiUem V verlaat Nederland. 1795. (N. b. M.) ' Naar D.
Langendyk en C. Meijer.
Schennis der Grafeteden. 1795. (N. b. M.) Met de teeke-
ning van O. Schreurs.
Betaling van Assignaten. 1795. (N. b. M.) Met de teeke-
ning van C. Schreurs.
De Winter gevangen. 1797. (N. b. M.) Met de teekening
van K. F. Bombled.
Prins Frederik sterft te Padua. 6 Januari 1799. (N. b.
M.) Het de teekening van C. Schreurs.
Slag by Castricum. 6 Oktober 1799. (N. b. M.) Met de tee-
kening van K. F. Bombled.'
Een kommissie, met Ver Huell aan 't hoofd, verzoekt Kei-
zer Napoleon, zijn broeder Lodewijk tot Koning van ons
land te verheffen. (N. b. M.) Naar Ch. Rochussen.
A6cheid tusschen Keizer Napoleon en zijn broeder
Lodewijk. (N. b. M.) Het de teekening van K. F.
Bombled.
Tocht van Cort Heyligers door 't v^ater naar Bath. (M. No.
5775). Naar Ch. Rochussen.
Schetskaart van Nederland tydens de inlijving bij het kei-
zerrijk. (N..b. M.) Naar W. J. Hoöyk.
Overtocht der Berezina, November 1811. (N. b. H.) Het
de teekening van K. F. Bombled.
Prins Willem keert terug, 30 November 1813. (N. b. M.)
Naar de prent van C. van Kuijlenburg (M. 6863).
Willem I als Soevereine Vorst geproklameerd. 1813. (N.
b. H.) Met de teekening van P. H. Greive.
De Prins van Oranje te Waterioo gewond. 1815. (N. b. M.)
Naar de schilderij van Odevaere.
YEBZAMBLINOEN 99
LXXXVIL Anna Paulowna komt over, 10 September 1816. (N. b. H.)
Met de teekening van P. H. Greive.
LXXXym. Palembang ingenomen 24 Juni 1821. (N. b. M.) Zonder
naam van teekenaar.
LXXXIX. De Prins van Oranje in Brussel, 23 September 1830. (N.
b. M.) Met de teekening van K. F. Bombled.
XC. Heldendood van Van Speyk, O Februari 1831. (N. b. M.)
Naar de Schilderij van J. J. Eeckhout en G. Wappers.
XCI. De Prins voor Leuven, 12 Augustus 1881. (K. b. M.) Met
de teekening van K. F. Bombled.
XCII. Willem I teekent zijn a&tand van de kroon. 7 Oktober
1840 (N. b. M.) Met de teekening van P. H. Greive.
XCllL Het Haarlemmermeir 1843—60. (N. b. M.) Met de tee-
kening van W. Hekking Jr.
Ofischoon op een a£eonderlijke strook 96 platen worden aangekondigd,
zijn er niet meer dan 93 verschenen.
NiBT BIJ MOLLKB (No. 19).
23. „De voornaamste geschiedenissen van Noord-Neder^
land^ door Mr. J. van Lennep aan zyne kinderen vcr-
hadld Amsterdam^ Gebroeders Kraay. 1856 — 57."
De vier.deelen van dit werk zijn versierd met de volgende steendruk-
platen langw. in-8*, van de drukkerijen van Ch. Binger, O. W. Mieling
en P. W. M. Trap. Van 20 dezer prenten zijn de origineele teekeningen
in kleuren hier aanwezig en bij de beschrijving vermeld.
DL L BI. 10. De Friezen door Olennius tot woede gebracht (28).
Naar Ch. Rochussen.
„ 39. Keizer Koenraad II benoemt Bemulf tot bisschop van
Utrecht (1028). Met de teekening van D. Peduzzi.
„ 64. ^loris V gevangen genomen (1296). Met de teekening
van K. F. Bombled.
,, 106. Witte van Haemstede landt bij Haarlem (1305). Met
de teekening van D. Peduzzi.
,, 185. Het lijk van Karel den Stoute gevonden (1476). Met
de teekening van A. F. Zurcher.
,, 210. (tegenover den titel). Scheme Wybe Grovestins door
Swob Sjaardema verraderiijk gevangen genomen
(1475?). Met de teekening van H. J. Scholten.
y, 243. Jan de Bakker te Woerden verbrand (1623). Met de
teekening van P. F. Greive.
Aan het eind van het Ie deel een ,^Xaart van ons land, ten tijde der
Batavieren"; en een „Kaart van ons land, in de 14de en 16de eeuw",
beide in-4^
100 YBEZAMSLINOBN
Dl. n. BL 19. (tegenover den titel). Oranje in den Baad van State
na Granvelle's vertrek (1564). Met de teekening van
Louis Koopman.
,, 60. Kenau Simons Hasselaar op de muren van Haarlem
(1673). Met de teekening van B. Wijnveldt.
^ 101. Boisot^s schip vergaat en hij komt er zelf bij om
(1576). Met de teekening van F. A. Breuhaus de (jhroot.
^ 150. Balthasar Gerards vraagt een pas aan Willem I (10
Juli 1584). Met de teekening van P. F. Qreive.
^ 178. Enkhuizen weigert Leicester den toegang (1687). Met
de teekening van H. J. Scholten.
y, 224. Maurits dankt Qod voor de overwinning bij Nieuw-
poort (1600). Naar Ch. Bochussen.
„ 256. Oldenbameveldt ontvangt het bericht zijner veroor-
deeling (1619). Naar W. H. Schmidt
^ 301. Frederik Hendrik in de loopgraven bij *s Hertogen-
boech (1629). Met de teekening van L. Koopman.
„ 331. De Wiih aan boord bij Tromp, na den eersten aanval
bij Duins (1639). Met de teekening van F. A. Breuhaus
de Groot
Aan het eind van dit deel een plaat met afbeeldingen van werken van
verdediging en aanval in de 17e eeuw en een situatiekaart van de
,,Belegering der Stad €kt>l, door Prins Frederik Hendrik; begonnen den
10 Julij en geëindigd den 19 Augustus 1627.'* Deze beide in-4*.
DL HL BI. 11. (tegenover den titel). Willem H ontvangt te Am-
stelveen de a%evaardigden uit Amsterdam (1650). Met
de teekening van H. J. Scholten.
^ 42. Het volk dwingt de trommelslagers te Ylaardingen om
in 's prinsen naam te werven (1658). Naar P. F. Greive.
^ 93. De Buyter en de Witt by Chattam (1667). Met de
teekening van J. C. d'Amaud Gerkens.
^ 126. Gom. de Witt weigert de benoeming van den prins
tot stadhouder te teekenen (29 Juni 1672). Kaar H.
Hollander.
,, 162. Dood van de Ruyter (22 April 1676). Naar N. Pieneman.
^ 204. Willem Hl met een sloep landende nabij Goeree (31
Januari 1691). Met de teekening van L. Koopman.
„ 243. Nijmegen door de burgers verdedigd (Juni 1702).
Met de teekening van D. PeduzzL
„ 286. J. W. Friso by Malplaquet (11 September 1709). Naar
C. Bochussen.
yj 323. Intocht van WiUem lY ta Amsterdam (11 Mei 1747) •
* Naar H. F. C. ten Kate.
YBBZAMELINOEN 101
Dl. ly. BI. 18. Het sterfbed der prinses-goavemante (12 Januari 1759).
Naar H. F. C. ten Kate.
„ 09. Het rijtuig van Gtevaerts en de Gyselaar door Mou-
rand aangehouden (17 Maart 1780). Naar P. F. Greive.
„ 110. Prins Willem Terdedigt Fleurus (1794). Naar C.
Bochussen.
„ 168. Het uitvoerend bewind door Daendels gevangen ge-
nomen (12 Jipü 1798). Het de teekening van H. J.
Scholten.
„ 195. Lodewijk Napoleon bezoekt de slachtoffers van den
ramp bij Leiden (Januari 1807). Met de teekening van
L. Koopman.
„ 285. (tegenover den titel). De fransche wapenschilden te
Amsterdam a^erukt 15 November 1813). Naar J. C.
d'Amaud Gterkens.
„ 249. Aankomst van Willem I te Scheveningen (30 Novem-
ber 1813). Naar M. ten Slate.
,, 278. Oranje bij Quatre-Bras (18 Juni 1815). Met de teeke-
ning van K. F. Bombled.
n 825. Zelfopoffering van van Speijk (5 Februari 1831). Naar
J. J. Eeckhout en G. Wappers.
MULLBB (S. N^ 19 A).
24. „Vaderlands zakboekje ter bevordeipng van weten-
schappen en fraaije letteren, of almanak voor het jaar 1796.
Te Amsteldam, B^ de Weduwe J. DoU, in de Ealverstraat."
(Gegraveerde titel van een almanakje, dat ook voor de jaren 1797, 98,
1800 en 1802 verscheen. ledere jaargang is versierd met 12 voor-
stellingen uit de vaderlandsche geschiedenis, die in de eerste elk op een
aizonderlijk blaadje zijn gedrukt, maar in de volgende steeds twee op één
blad. Tegenover den titel een titelplaat, die voor de verschillende jaren
met kleine wijziging dezelfde is. In deze kollektie zijn aanwezig de jaren
1796, 97, 1800 en 1801. De voorstellingen dezer 4 jaren zijn de volgende:
179«: 1. Smeekschrift der edelen. 2. Sterfbed van Brederode. 3. Komst
van Alva. 4. Gevangenneming — (en 5). Dood van Egmond. 6. Gevan-
gennemen van de Bossu. 7. Gevangennemen van Ph. v. Mamii. 8.
Portret van Valdez. 9 Pacificatie van Gend. 10. Volksopstand te Am-
sterdam 1578. 11. Unie van Utrecht 1579 (de wapens der 7 provindön).
12. Afeweering van Spanje.
1797: 1. Portret van P. A. v. d. Werf 2. Zinnebeeld op de oprichting
der Leidsche Hoogeschool. 3. Portret van Viglius Zuichemius. 4. Inhuldiging
van Anjou. 5. Leicester komt in Nederland. 0. Stanley verraadt Deventer.
7. De onoverwinnelijke vloot 8. Verrassing van Breda. 9. Slag bij
102 YEBZAMSLINOBN
Nieuwpoort. 10. Zinnebeeld op de oprichting der O. L Maatschappij. 11.
Zeeslag voor Gibraltar. 12. Zinnebeeld op het 12-jarig bestand.
1800: (De gegraveerde titel is, wat het randwerk aangaat, gewijzigd).
1. Bezending der Staten aan den oudraad van Dordrecht. 3. Amsteldamsche
gezanten en graaf Willem bij de ho&tede Welna. S en 4. Portretten van
O. Bicker en J. Huidecoper. 5. Zinnebeeld op de groote vergadering in
den Haag. 6. Doorbraak van den Diemerdijk. 7. Zeeslag tusschen Tromp
en Bake. 8. Delft na het springen van het kniitmagazijn. 9. Pestziekté
in Holland. 10. Drie vlootofficieren gefusilleerd. 11. Karel H vertrekt naar
Engeland. 12. De Hollanders nemen Cochin.
1801. 1. Vierdaagsche zeeslag. 2. Buat onthoofd. 3 en 4. De busten
van M. A. de Ruyter en J. v. Ërakel, elk op een pedestal met trofee.
5. Tocht naar Chattam. 6. Vrede van Breda. 7. Utrecht aan de Fran-
schen overgegeven. 8. J. de Witt bij nacht overvallen. 9. Oproer te Delft.
10. P. de Groot handelt met de Franschen te Rhenen. 11. De ruwaard
de Witt in hechtenis genomen. 12. Moord der de Witten.
Voorstellingen langw. in-16^ meerendeels zonder naam, maar zeker
alle naar J. van Haastert, door O. T. de Huyzer, wier namen onder
enkele plaatjes voorkomen.
Mulleb (No. 21).
26. „Heldendaden der Nederlanders ter zee, van de
vroegste tyden tot op heden, naar aanleiding yan de
geschiedenis van het Nederlandsche zeewezen, door Mr. J.
C. de Jonge ; ontworpen, op steen geteekend en met een'
ophelderenden tekst voorzien, door P. J. Schotel . . .
Amsterdam Frans Buffa en Zonen.'' z. j.
Titel van dit gr.-fol. werk, waarin 45 afbeeldingen van zeeslagen van
1218 — 1821 voorkomen, zooals ze met name in den inhoud, aan 't einde
van het werk genoemd en bij Muller uitvoerig vermeld zijn. Alle zijn
vervaardigd ter steendrukkerij van R. de Vries Jr. te Amsterdam. Bij
de afbeelding van het bombardement van Algiers is het &c8imilé eener
verklaring van 13 officieren van den Etat-Major, welke daarbij tegenwoordig
waren, die de juistheid der afbeelding constateeren.
Niet bu Mulleb (No. 21).
27. „fltsfotVc dbregée des Provinces-Unies des Païs-bas.
Ou Von voit leur progrés, leurs conquêtes^ leur Gouverne-
ment^ et cdui de leurs compagnies en Oriënt 8f en Occident.
Comme aussi les Hommes lUustres dans les Armes 8f les
Savans dans les Lettres. Enrichie d*un grand nomhre de
figures. A Amsterdam^ Chez Jean Malherbe^ Marchand
Libraire sur Ie Vygendam. M. DCCiy
Zooals de titel reeds aangeeft, van dit folio werk, dat uit VIII, 110 en
YBSZAMELINOKK 103
n blz. bestaat, bevat het een kort overzicht der geschiedenis van Nede^
land (van 1467 tot 1700).
Vóór den tekst, die met verscheidene afbeeldingen van medailles en
andere historische voorstellingen geïllustreerd is, zijn vijf platen geplakt,
in-plano of gr. in-fol., als tot het werk behoorende die het volgende
voorstellen :
L Kaart van de XVII provinciën, in-plano z. n. v. gr.
II. Afbeelding der graven van Holland en van Vlaanderen, 70 borst-
beelden in zeer kleine medaillons. Links van deze plaat 8; rechts
9 kleine afbeeldingen, de linksche vertoonen de goden, aan wie de
dagen der week gewijd waren en Ermen de god der overwinning;
de rechtsche S. Willebroek (Willebrord) met zijn acht gezellen.
III. „Carte Historique && Cronologique pour servir k V Histoire des
Provinces-Vnies des Pais-Bas."
Op de rechterzijde dezer plaat zijn in 38 medaillons gelijk aan die van de
vorige gpravure de borstbeelden van ^^ersonnes Illustres dans les Ar-
mee" en in 38 andere, ,^ersonnes Illustres dans les Lettres'' a%ebeeld.
Links vertoont de buitenste rij in 6 grootere en kleinere medaillons
„Les Rois d'Espagne sous les regnes de qui s'est formée la Kepu-
blique des Etats des Prouinces-Vnies." Daar naast in 26 kleine
medaillons: „Les Gouverneurs de Flandre/' en eindelijk in 6 kleine
en 6 groote medaillons: „Les Princes d'Orange"; met de vermelding
van „les Batailes et Combats qui se sont donnés sur Terre et sur
Her pendant leur Gouvernement.''
IV. „Gouvernement Des Etats des Sept Provinces Vnies." Links,
naast een ,Jnstniction Generale", zeven afbeeldingen boven elkaar
van de vergadering der Staten van Orelderland, Holland, Zeeland,
Utrecht, Friesland, Overijsel en Groningen, van boven naar onder
gezien. In 't midden, onder het opschrift, een grooter afbeelding in
a%eplat ovaal van de vergadering der Staten van Holland. Daar-
onder in twee langw. vierkante afbeeldingen de Rekenkamer en de
kamer van de Admiraliteit; rechts daarvan, in medaillon, de Raad
van State; en geheel rechts, in a%eplat ovaal de Staten-Generaal,
met het onderschrift:
„Par la concorde les petites choses croissent.
Et par la discorde elles se detruisent."
Onderaan in 't midden, in a%eplat ovaal, een voorstelling van de
Unie van Utrecht De rechterhelft wordt verder van boven inge-
nomen door een gegraveerde beschrijving van het „Gouvernement
de l'Etat" en van onder door een zelMe van het „Gouvernement des
Provinces." Alle onderschriften z^n evenals in de voorgaande en
volgende platen in het franach.
104 VKKZAKKLIHQBN
Y. „Ctouyeraement de la Compagnie des Indes Orientalee tant en oes
Provinces que dans. les Indes.'*
In 't midden van de plaat met dit opechrift ziet men in een a%e-
plat ovaal de vergadering van de f,Ck)mpagnie Souveraine des Indes
Orientales." De ruimte erboven wordt ingenomen door een ge>
graveerden tekst: ,,Gouvemement Souverain en Burope"; er onder
door: „Gouvernement des Indes Orientales."
Links in zes langw. vierkante afbeeldingen in-16^, van boven naar
onder, de afbeelding der kamers van Amsterdam, Zeeland, Botter-
dam, Delft, Hoorn en Enkhuizen.
Rechts vier dergelijke: „Le Conseil de la Ville, ou des Echevins",
„Le Conseil Souverain ou d' Etat", „Cour de Justice ou le Parle-
ment" en „Conseil Presidial des petites affidres."
VI. „Mappe-Monde pour connoitre les progrés && les conquestes les plus
Remarquables des Prouinces-Vnies, Ainsy que celles des Compagnies
d'Orient et d'Occident. Et les Pais quelles possédent dans l'un et
dans Tautre Hemisphere."
In de 4 boeken boven en onder deze wereldkaart de uitlegging der
nos. 1 — 47 in de plaat
In den eigenlijken tekst zijn op elke even bladzijde meerendeels
medailles a%ebeeld, die een feit uit onze geschiedenis vereeuwigen.
Daar het meerendeel van deze reeds elders uitvoerig beschreven is
(zie V. Loon e. a.) mag ik mij ontslagen rekenen van de vermeldmg.
Ik noem dan ook hier alleen nog maar de gebeurtenissen, die tus-
schen die medailles voorkomen op plaatjes, even breed als de voer-
en keerzijde der medailles samen, en in ovaalvorm uitgevoerd.
Bladz. 4. Het smeekschrift der edelen. 1566.
„ 6. „Assemblee de Bayonne", waar men vermoedde dat het besluit
genomen was om al de Gereformeerden te verdelgen (1567).
„ 6. , J)esertion des peuples a l' aproche du Duc d' Albe."
„ 10. „Assemblee de la Noblesse avant V Arivee du Duc d* Albe*\
,, 10. „Arivee du Duc d' Albe".
„ 10. „Le Conseil des Troubles ou Conseil du Sang."
,, 18. „Combat de Mookerheyde (1574)."
„ 18. „Le Pilage ou Sacagement d' Anvers (1576)."
„ 22. „L' union d' Utrecht en (1579)".
„ 34. „Directeurs de la Compagnie des Indes Orientales" (1602).
„ 88. Beraadslaging over het Bestand (1609).
,, 44. Slag op 't Slaak (1631).
„ 46. Slag bij Duins (1639).
„ 50. „Guillaume IL prince d' Orange, a Peine a til Paru quaussi
tost il a Disparu." Borstbeeld; waarachter 't Buitenhof, met
een deel van den begrafenisstoet
TBBZAMBUNGBN 105
Bladz. 62. Vierdaagsche zeeslag (1006).
^ 50. Zeeslag in 1672.
„ 58. „Passage du Rhein^' (sic) (1072).
,, 58. „Bataille de Senef' (1672).
^ 58. «^taille de Moot Cassel" (1672).
„ 68. ,^taUle de St Denis" (1672).
„ 64t. ,^taiUe et passage de la Boyne en Irlande" (1688).
^ 66. Slag bij Landen en Neerwinden (1693).
„ 68. „Deztra latens coercet MDCXCVL"
Ofechoon dit ook een medaille genoemd wordt in den tekst, vermeld
ik deze zinnebeeldige plaat, die den vorm heeft van alle hierboven be-
schrevene. Het is een zinneprent op de mislukte pogingen tot moord
op Willem m en vertoont 6 furiën, die door de goddelijke Voorzienig*
heid aan een band gehouden worden.
Bladz. 68. „Retraite du prince de Vaudemont."
„ 70. „Maison Royalle de Ryswijk" (1697).
In plaats van de 4e gravure, zooals er op al de voorgaande platen
vier boven elkaar voorkomen, zijn hier onder bovenstaande afbeelding
gegraveerd de „Koms des Ambassadeurs et Deputez Assemblés pour la
Paix de Ryswyk."
Bladz. 74. Bataille du Roy de Suede contre Ie Czaar de Moscovie."
HULLBB (S. No. 22).
28. „Het nederlandsch ABboek; behelzende in het
kort voor de jeugd alle de Yoomaamste merkwaardigheden
onzes vaderlands, van deszelfs opkomst af tot heden toe.
Met platen en een Kaartje van het Koningryk der Neder-
landen. In 's Gravenhage, bg. de weduwe J. Allart en
Comp. 1823."
Dit 8*-werkje bevat op plaatjes de volgende 24 voorstellingen: A.
Aankomst der Batavieren. B. Brieile ingenomen. C. Cijfer-Rekenkunst
D. Drukkerij. E. Erasmus. F. Fabryken. G. 's Gravenhage. H. Havens.
I. J. Indische Bezittingen. K. Kweekschool voor de zeevaart L. Leydens
ontzet. M. Muntwezen. N. Nut van 't Algemeen. Algem. vergadering.
O. Joan van Oldenbameveld. P. Prinsen van Oranje (Willem I). R.
Michiel Adrz. de Ruyter. S. Scheepvaart T. Turlgraverijen. U. Unie v.
Utrecht Y. Visscherijen. W. (Maatschappij van) Weldadigheid. U. Uver
Trouw en Spaarzaamheid. Z. J. A. Zoutman. Besluit: „Monumenten voor
dé overwinningen bij Quatre-Bras en Waterloo." Veldslag bij Quatre-Bras.
Alle gpravures zijn zonder naam.
NiBT BU MULLBR (No. 22).
29. ^^Nederlandsche legenden^ Met 32 Platen, Naar het
106 YBBZAMELINGEN
fransch. 's Gravenhage, Nederiand^ehe maaUchappij van
schoone kunsten. 1842."
Titel van een werk in•4^ waarin behalve de drie verhalen: ,^ vorst
van eenen dag, of de Slaper in het Voorhout." „De Vries met den Vlegel
Een verhaal uit den tijd der Kruistogten." en „De Nederlandsche Ro-
bin8on'\ die minder onmiddellijk met de Ned. geschiedenis in verband
staan, twee stukken voorkomen: „Willem Beukels, de Haringvisscher."
en „Het troonbed van Willem den Goede'\ die de opneming van dit
werk in een historischen atlas volkomen rechtvaardigen. Ik vermeld
daarom hier de volgende platen:
lo. Uit: „De Vries met den Vlegel (Gaukema)."
Tetenover bl. 39. „De keizer begiftigd de Haarlemmers met een nieuw
Stads- wapen'\
2o. Uit: Willem Beukels (1398).
Tegenover bl. 47. , J)e eerste pekelharing."
„ ,, 49. „de 24 Junij" (Datum vóór welken geen haring ge-
vangen worden mocht).
„ „ 51. „Het haringkaken."
„ „ 58. „Karel V bij het graf van Beukels."
So. Uit : „Het troonbed van Willem den Goede (1336).
Tegenover bl. 56. „De Landman" (wiens koe door den baljuw wegge-
nomen was) „brengt zijne klagte in."
,, ^ 57. „Des Graven milddadigheid gedurende den hongers-
nood."
„ „ 58. „De Zeeuwsche reuzin voorgesteld."
„ ,, 60. , J)e Graaf door deszelfs Zoon bijgestaan."
^ ,, 61. „De Graaf van Ostervant tot Ridder geslagen."
,, ,, 62. „De Vrede op des Graven bed geteekend."
„ ,, 64. „De Baljuw steelt de koe."
„ „ 65. „De Baljuw veroordeeld."
Alle steendrukplaten kl. in-4®., waarvan enkele geteekend: H.
t(en) K(ate).
' Niet bu Muller (No. 22.)
30. ^yTafereden uit de vcuierlandsche geschiedenis uit
eigen opstellen geschetst door .... No. 1. No. 2."
Naar ik meen al wat er verscheen van deze proeve van schoolschriften,
ontworpen door W. Degenhardt en bestemd om er opstellen in te schrij-
ven naar aanleiding der platen hierin geplaatst. Deze twee schriften be-
vatten de volgende voorstellingen:
1. „De vroegere bewoners van ons land."
2. „Wat de Romeinen voor ons Land gedaan hebben."
3. „Claudius Civilis wekt tot opstand tegen de Romeinen."
TERZAMBUNOEN 107
4. „Evangelieprediking Willebrordus."
5. „Evangelieprediking' Boni&cius.'*
0. „Karel de Groote bezoekt de scholen."
7. „Verovering van Damiate."
8. „Dood van Graaf Willem den tweede."
9. „Graaf Floris V door de Edelen gevangen genomen."
10. „Witte van Haamstede op de markt te Haarlem."
11. „Het breien van het eerste Haringnet."
U. „St. Elisabeth's vloed."
13. „Uitvinding der Boekdrukkunst"
14. „Dood van Eduard van Gelder."
16. „Hertog Beinoud UI (van Gelder) uit de gevangenis verlost"
10. „Hertog Amoud over het ijs gevankelijk weggevoerd."
Deze mijns inziens zeer doelmatige methode om de kennis der geschie-
denis bij de jeugd te bestendigen, schijnt geen bijval te hebben gevonden.
Het was een uitgave van G. L. Funke, de steendrukplaten langw. in-8*.
van de drukkerij van Emrik en Binger.
Muller (No. 23).
81. „Beknopte historie van 't vaderland, van de vroegste
tyden af tot aan het jaar 1767. Derde druk. Amsterdam.
By Petrus Conradi, MDCCLXXXVI." 4 dln. in-S».
Alleen in het Ie deel van het werk met bovenstaanden titel komen de
volgende platen voor:
,3adboud weigert zich te laaten doopen." (719).
„Usselstein verbrand." (1417).
„De Nederlandsche gezant te Venetië." (1609).
„Joan van Oldenbameveld wordt onthoofil." (1619).
„De R. kerkbeelden te Utrecht verbrand." (1673).
„Prins Joan Willem Friso verdrinkt" (1711).
„Hoog leengerigt te Zutfen." (1764).
Al deze gravures zijn langw. in4^ door R. Yinkeles en met adres van
P. Conradi en V. v. d. Plaats. Muller vermeldt slechts 4 platen en den
len druk van dit werk.
NiBT BU MULLBB (No. 24).
32. ƒ. „Boe ende wanneer Geldetiandt Tot eene Vooghdye
is afgezonderd^
IL ,^Hoe ende wanneer HoUant tot een Graefschap is
afge6ondert'\
HL „Gestaltenis van out Zeelandt.^*
Ofschoon dit, uit drie deelen bestaande werk, niet tot de eigenlijke
historieprenten behoort, meende ik het om zijn zeldzaamheid hier te
moeten opnemen en nader omschrijven. Het is van 1646 tot 1672 door
108 YEEZAHELINOEN
Jaoob van Biesen te Arnhem uitgegeven en op vreemde wijze gedrukt
Na elke twee blz. druks volgen n1. twee blanke pagina's. ledere bedrukte
blz. heeft in den linker bovenhoek het (goed uitgevoerde) wapen van
den persoon, op die pagina beschreven.
Het eerste deel heeft 40 blz. druks, waarvan de laatste vieringenomen
worden door een opdracht van den uitgever, tevens auteur.
Het 2e stuk heeft eerst 20 blz. beschrijving van graven van Holland,
evenals al de voorgaande en volgende met het wapen in den linkerbo-
venhoek. Daarna 20 blz. twee aan twee, om den anderen, de beschrijving
van twee steden of van twee graven gevende, eindelijk 26 blz. met be-
schrijvingen van steden, waarvan er nu eens twee dan vier op twee blz.
druks voorkomen. Aan 't eind een los. ingevoegde strook met de vtrapens
in houtsnede van „Philips de Tweede, Carel de Stoute, Marie Kejserin,
en Keyser Carel de tweede, vijfde Boomsche Kejser", en een folio blad
met een: „Aenden Vaderlants-lievenden Leser", gedateerd: ,,1647.*'
De in dit deel in 't kort beschreven plaatsen zijn: „Dordrecht, Haerlem,
Delf, Lejden, Amsterdam, Govde, Rotterdam, Ctorinchem, Schiedam,
Schoonhoven, Briele, Alckmaer, Hoorn, Enchvjsen, Muyden, Goederede,
Yianen, Schagen, Edam, Monickedam, Asperen, Nieupoort, Glundert,
Gravesant, Medemleck, Purmerend, Heuclom, Del&haven, Leerdam, Woer-
den, Ovdewater, Ysselstein, Rhynsbvrg, Willem-stadt, S. Geertrvdenberg,
Hevsden, Worcum, (Woudrichem), 's Gravenhage, Naerden, Weesp, Vlaer-
dingen en Beverwjck." Onder verscheidene dezer beschrijvingen vindt
men het Lofdicht van 10 regels door Huygens op die plaatsen gemaakt
en de namen der „Regeerders in 'tjaer 1646."
Ook vindt men op enkele biz. nog bizonderheden over sommige adel-
lijke geslachten.
Het Se deel bevat op 36 bladzijden de levensbeschryving der graven
van Zeeland, eveneens met de wapens; dan volgen op 24 bladzijden de
beschrijvingen der steden „Middelburgh, Brouwershaven, Vlissingen, Ar-
nemuyden, Ziriczee, Westcapel, Domburg, Van der Goes, S. Marrtensnijck
(sic), Cortgene, Tholen en Vere." Ook hier zijn bij sommige de ,,Re.
geerders" in 1646 aangegeven.
Ik vond alleen dit derde deel en dan nog wel als „hoogst zeldzaam"
vermeld door J. T. Bodel Nijenhuis, Topographische Hjst, enz.
Aan het eind van het derde deel een folio-blad met een „Aan den Va-
derlants-lievenden Leser" van 1647. Onder het adres van Jacob van Biesen
is hier nog de naam van „Abraham van der Burg" gedrukt.
Het geheele kwarto werk behoort zeker tot de grootste curiosa.
Afzonderiyke prenten.
112 V. Chr. MuLLBB (No. 32).
33. De optogt der Cimbren over de Alpen.
Qravure in-8^ door B. Vinkeles. Proefdruk vóór de letter. Uit: E. M.
Engelberts, Aloude staat.
100 V. Chr. MuLLBB (No. 33).
34. „Ons vaderland yóór de aankomst der Germaansclie
Tolksstammen."
Zie: No. 22. Plaat I.
100 V. Chr. MüLLBB (No. -83).
35. Aankomst der Batavieren hier te lande.
Naar P. L. D(u) Bourg door A. V. D. L(aan).
In zinnebeeldige randversiering, links de Bijn, rechts de Waal voor-
stellende. Uit?
100 V. Chr. MuLLBB (No. 36).
36. „Peplvs, sive Gothorvm, Wandalorvm, Svevorum,
Hervlorvm, Gepidarvm, Marcomannorvm, et Qvadorvm Vete-
ram imagines . . . Accednnt OvstavTS Adolf^s Magnvs et
Gliristina, Gystavi Magni filia, Edente Petro Soytmanno,
Kctore et Chalcograplio Harlemensi, Anno CIDIOCL."
Van deze serie uitnemende gravuren in-folio zijn aanwezig de Nos. I,
IV, en VI — XII. Het portret van Christina van Zweden en de gedrukte
opdracht en historische aanteekeningen ontbreken aan deze belangrijke
seriej het werk van Comelis Yisscher, door Wussin beschreven in zijn
werk over dezen graveur.
100 V. Chr. Muller (No. iS).
37. Koppen yan Batavieren. L^kplechtigheden der Ba-
tavieren. Uitspanningen der Batavieren.
8 platen uit E. M. Engelberts, Aloude staat. Proefdrukken vóór de
letter in-8*, door B. Vinkeles.
110 BaTAVIBRBN 100 V. Chr.— 70 n. Chr.
70 n. Chr. a. Kibt bu Mullbb (No. 43).
38. Verkiezing van een opperhoofd hij de Batavieren.
Zie: No. 18. Deel. I. Plaat 1.
70 n. Chr. b, Nibt bu Mullbb (No. 43).
39. Offerdienst det Batavieren.
Zie: No. 18. Deel I. Plaat 2.
100 V. Chr. Nibt bu Mullbb (S. No. 48 B).
40. „De Huinebedden, of Groote Steen hoopen; in
Drenth en Westfalen.^^
Gravure langw. in-4®, door J. S(pilDian) met 2 regelig holl. onderschrift.
Uit: Medendaagsche Historie.
100 V. Chr. Nibt bu Mullbb (8. No. 46 D).
41. „de Heksen Kansd op den Bloksberg 3669 voet hoven
de oppervlakte der Zee.**
Handschrift op de achterzijde eener teekening in O. L inkt en sepia
langw. in-folio, door C. Steffelaar, waarop dit bekende Hunnebed is af-
gebeeld.
100 V. Chr. Mullbb (No. 32).
42. Nelialennia.
Elf afbeeldingen van deze godin. Gem. Pag. 7, 11 184*-*, 139'-', en 201.
69 n. Chr. Mullbb (No. 61).
43. „Clandius Cinlis** roept de Batavieren, tot den oorlog
tegen de Romeinen op.
Zie: No. 12. Plaat 1.
69. n. Chr. Mullbb (No. 64).
44. Brinio laat zicL den kruin scheren na het ten
onder brengen der Romeinen.
Zie: No. 22. Plaat Hl.
70 n. Chr. Mullbb (No. 65).
45. „Batavorvm cvm Bomanis bellvm . . . Anctore
Othone Yaenio Logdunobatauo. De batavische Oft oyde
hoUandtsche oorloghe teghen de Romejnen, Antverpi»
Apud Auctorem vaeneunt M.DC.XII. Cum Oratia ftPriui-
legio."
Titel van een werk versierd met 36 gravuren langw. in-fol. door A.
Tempesta. Zij stellen (naar hei verhaal van Com. Tadtus vervaardigd),
het volgende voor:
1. Zinneprent op het verbond tosschen „Boma'' en „Batavia", die in
't midden van een medaillon zijn a^ebeeld, elkaar de hand reikend.
70 n. Chr. BaTAVIBEBN 111
2. Grijsaards en jongelingen van de Batavieren weggevoerd.
3. Claudius Civilis gevangen naar Rome gebracht en zijn broeder
Paulus onthoofd.
i. Bijeenkomst van Civilis met andere hoofdlieden in *t Schakerbosch.
5. Bnmo door de Koord-Hollanders op een schild verheven.
6. Slag aan den Rijn door Civilis gewonnen.
7. Afgezanten der Duitschers beloven Civilis hulp.
8. Gevecht bij Castra Vetera.
9. De Romeinen te Bonn trachten de vereen, der Batav. te beletten.
10. Civilis belegert Castra Vetera en gebruikt stormbruggen.
11. Civilis verslaat de Keulschen en bestookt de Geldersche grenzen.
12. Een schip met koren door de Duitschers en Romeinen begeerd.
13. Castra Vetera nauwer belegerd, maar door de Romeinen behouden.
14. Aanvals- en verdedigingswerktuigen bij Castra Vetera.
16. Een bevelhebber uit Castra Vetera tot vredeonderhandeling a%ezon-
den, keert onverrichter zake terug.
16. Een Romein wordt doorstoken, die de bezetting van Castra Vetera
moed inspreekt.
17. De te hulp komende troepen ziende, doet de bezetting van Castra
Vetera een uitval.
18. Beraadslaging tusschen Civilis, Tutor, Classicus, e. a.
19. De bezetting van Castra Vetera bidt lijfegenade, door honger ge-
dwongen.
20. Civilis doet zijn haar sneden en eenige gevangenen door zijn klein-
zoontje doorschieten.
21. De Keulschen bieden Civilis en Velleda geschenken aan.
22. Civilis stilt een twist tusschen Trierschen en Bataven.
23. Onderhandeling te Reims. AJckoord met de Romeinen.
24. CereaUs teruggeslagen.
26. De Batavieren bij Trier geslagen.
26. De a%evallen Romeinen door Cerealis weder aangenomen.
27. De brug over de Moezel door de Batavieren genomen, enz.
28. De huisvrouw en zuster van Civilis bij Cerealis gebracht.
29. Civilis verschanst zich bij Castra Vetera en leidt den Rijn af.
30. Door raad van een overlooper wint Cerealis den slag.
31. Civilis door de Romeinen herkend werpt zich in de rivier.
32. De Romeinen bij nacht overvallen.
33. Vloten van Civilis en Cerealis in den Rijn.
34. Inval in Holland, Cerealis biedt den vrede aan.
36. De brug over den Usel a%ebroken.
36. Civilis en Cerealis, aan weerszijden van de verbroken brug, sluiten vrede.
Aan de keerzijde van iedere plaat de tekst van de volgende. Onder
iedere plaat een vierregelig hollandsch en latijnsch onderschrift.
-^^■^fcwii ■■ Il mm^J^mm II — ^i^^^M^^.^*fc^— w^M^^^^^h^ü^^^^M^^^
112 BaTAYIBRBN 70 n. Chr.
70 n. Chr. Mullbr (No. 67).
46. 1. „Civilis overwint de Romainen by den Ryn."
2. „De Batavieren en Caninefaten slaan de Romainen
by Bonna."
3. „Civilis den R^n opgedamt hebbende, strydt met
de Romainen op 't verdronke landt."
4. „Civilis laat de zynen over de Maas trekken tegens
de Menapien en Morinen."
5. „Civilis laat de vrouwen en kinderen by den strydt
staan en overwint de Romainen by 't leger Vetera."
6. „De Germaanen overvallen de Romainen by nacht,
en veroveren 't schip van Cerialis."
Zes gravures langw. in-fol. door J. Mulder, uit Tacitus^ yert. door Hooft.
70 n. Chr. Mullbb (No. 69).
47. Castra vetera (Xanten) bestormd.
Zie : No. 32. Plaat IV.
70 n. Chr. Mülleb (No. 72).
48. „Cüvilis maakt vrede met de Romeinen bg de af-
gebroken brug."
Zie: No. 11. Deel IX. Plaat IV en No. 46 Plaat 36.
70 n. Chr. Mullbb (No. 73).
49. Vrede tosschen de Romeinen en Batavieren.
Zie: No. 9. Deel I. Plaat VL
70 n. Chr. • Mullbb (No. 74).
50. „Zamenkomst van Claudios - Cüvilis en Gerealis."
Zie: No. 19. Deel L BI. 186.
70 n. Chr. . Mülleb (No. 79).
51. „Grenspaal tusschen de Batavieren en Eaninefaa-
ten, te Vliegene omtrent Naaldwgk, in het jaar VgfÜen-
honderd Gevonden."
Opschrift hoven de afbeelding der paal en de inscriptie daar naast
Grav. in-fbl. d. T. v. Bleyswyck. Bovenaan rechts: ,J Deel. Fol. 173.'*
Mullbb (No. 82).
52. De Saliers onderwerpen zich aan keizer Julianus.
Zie: No. 11. Deel XXVL Plaat H.
Mulleb (No. 86?)
53. „Afbeelding der Grondtvesten van het Huis te Brit-
ten ; Nevens d* omliggende Landtstreeken en Dorpen, ook
HET HUIS „TB BRITTEN 113
de Stadt Leiden, en den Loop yan den Rhijn b^ Eatw^k
in zee. Naar eene onde Schilder^'e, thans in 't Huis van
den Hoog Ed. Heere van Eatw^k. Hier worden by ver-
toont d' aaloude Roomsche Gedenkstukken- van tijdt tot
tgdt uit den grondt en de puinboopen opgedolven.'*
Inschrift op een doek, opgehaDgen in den linkerbovenhoek eener af-
beelding der grondvesten van het huis te Britten en een kaart van het
omliggend land; rechts bovenaan tot „Croenstijn" ; links tot „De Cager
Meer"; onderaan de zee; op het strand de in den titel vermelde oudheden.
Gravure in-plano, door F. v. Bleiswij k. Uit de Riemer, *s Chraeenhage.
Uit de kollektie van J. T. Bodel Nijenhuis.
NCBT BLT MULLBB (No. 86).
54. ^^Strandr en Zee-gezigt langs de HoüandscJie Kust
bij Katwyk aan Zee^ naar den kant van Scheveningen en
den hoek van Holland ; met den laatst ontdekten grondslag
van het aloude Romeinsche Wapenhuis Britten.**
In 't midden op den voorgrond een klein deel der groadslogen, zoo als
ze ten tijde van J. Ie Francq van Berkhey gezien zijn. Links schippers
hun gevangen visch op het strand leggend, in 't verschiet Katwijk?
Rechts op den achtergrond de zee. Gravure langw. iu-fol. naar J. Ie
Francq van Berkhey, door N. v. d. Meer Jun. Bovenaan rechts gemerkt:
„PI. III." Uit J. Ie Francq van Berkhey, Natuurlijke HUtorie van Holland. I.
Muller (No. 87)
55. „Fundamenten van het Hujjs te Britten 1694."
Onderschrift in H.S. onder de afbeelding dezer fundamenten en een
klein gedeelte strand, Waarop men enkele ruiters, een wagen met drie
paarden bespannen, enz. ziet. Op den voorgrond de zee, waarin drie
schuitjes. Gravure langw. in-fol. zonder naam of eenig gegraveerd on-
derschrift. Komt voor in Cannegieter, De Brittenbutgo. Uit de kollektie
van J. T. Bodel Nijenhuis.
NiBT BIJ Muller (No. 87).
56. ^^Landkaart van de Oude uytwateringen des Rijns ter
tuederzyde van 7 Hof van Agrippina of het thans genaamde
Huys te Brit Ie: de Vuurboet van Keyzer CaliguLa mids-
gaders de afbeelding der in het zelf ve gevondene zeldzaam-
heden.**
Inschrifl (omgeven door een lijstwerk, waarin de gevonden oudheden
sierlijk zijn a%ebeeld), in een kaart, waarop links bovenaan de „Britan*
nische of Noord-Zee" is a%ebeeld, met de daarop uitloopende twee armen
van den Rijn, waar tusschen het „Praetorium Agrippinae" (het huis te
Britten) is a%ebeeld. Links onderaan de „Voetmaat" in een ornament
8
114 HBT HUIS „TE BRITTBN"
Gravure in-plano, zonder naam; rechts boyenin: „I Deel fol. 72"; links:
J Deel fol. 70".
NiBT BIJ MULLBB (No. 87).
57. „ilnc Britannica.**
Inschrift in den linkerbovenhoek eener afbeelding der grondvesten,
van het huis te Britten. Onderaan de zee; links Brittenburg; in 't mid-
den, vooraan op het strand een koets met 4 paarden. Gravure langw.
in-4^, zonder naam. Uit Blaeu, Stedeboek, Van achteren bedrukt.
b. NiBT BU MüLLBB (No. 87).
58. „ilnc Britannica."
DezelMe afbeelding als die van Blaeu, maar kleiner. Gravure langw.
in-8'. zonder naam. Uit?
358. . Mulleb (No. 88).
59. „Rvinarvm arcis brittanicae apvd Batayos typvs."
Ofschoon ook deze plaat evenals de bij M. beschrevene een latijnsch
bovenschrift van 1 regel en onderaan rechts het nommer 56 heeft, zijn
er eenige kleine afwijkingen van de door hem gegeven beschrijving.
Grav. br. in-fol. z. n. v. gr.
Niet bu Mullee (No. 88).
60. y^Rvinarvm arcis hrittannice apvd Batavos typvs.^^
Eenregelig latijnsch opschrift boven in een kaart, waarop links in 't mid-
den de grondvesten van het huis te Britten zijn a%ebee]d. Onderaan de
Noordzee, waarin verscheiden op 't huis te Britten gevonden steenen zijn
afgebeeld. Bovenaan rechts Katwijk. In 't midden een sierlijk cartouche
met de lat. mededeeling dat in 1520, 1553 en 1562 de grondslagen zicht-
baar en de onderaan a%ebeelde oudheden (ook voorkomende in P. Scri-
verius, Out Batavien) gevonden werden. In de beide benedenhoeken een
bericht van Abr. Ortelius, dat hij van H. Goltzius de teekening van dezen
burgt bekomen had. Gravure langw. in-fol. zonder naam. Uit de kol-
lektie van J. T. Bodel Nijenhuis.
Niet bu Mullee (S. No. 88).
61. „Thuys te Britten:*
Inschrift links boven, in een zeer kleine afbeelding der grondslagen van
dit huis. Onderaan de zee en links eenige oudheden. Bovenaan de dui-
nen, enz. Gravure langw. in-12", zonder naam. Uit Le Petit, Ned. Rep.
Aan de keerzijde bedrukt. Uit de kollektie van J. T. Bodel Nijenhuis.
Niet bij Mullee (S. No. 88 A.).
62. yyEersame Leeser hier lieht ghy de caerie va{n) de{n)
fondame{n)len van dat huijs va{n) Britie{n)^ enz.
Eerste regel van een 11 -regelig hollandsch inschrift in den rechter-
HET HUIS „TB BRITTBN" 115
bovenhoek eener kaart van het huis te Britten (geheel links). Rechts
onder het iuschrift: „Cattwijck op Zee". Naast het inschrift: ,,Cattwijck
op de Rhijn.*' Links boven, de grondvesten oudheden en munten en
verder oudheden op het strand, met opgave wanneer ze gevonden en
meestendeels hoe groot ze ^ijn. Gravure langw. in-fol. zonder naam,
met adres onder in de plaat van O. J. Visser, 1631. Volgens bijschrift
van J. T. Bodel Nijenhuis is dit dezelfde kaart, die in 1588 bij J.
van Doetecom te Haarlem verscheen en bij Muller onder bovenstaand
nommer beschreven is.
Niet bu Müllee (8. No. 88 B)."
63. „il Pian des fondemens du Chateau de Britten^
situé a 300 Roeden {environ 600 Toises) du Viüage de
Ckitunck sur Mer, efc."
Begin van het verklarend inschrift in een lijstwerk in den linker
bovenhoek eener kaart, waarop, links onderaan, de, bij eb blootgekomen,
fondamenten van het huis te Britten zijn a%ebeeld. Onderaan de Noord-
zee; bovenaan: de duinen, Katwijk, enz. Rechts, in den bovenhoek, af-
beelding van eenige oudheden. Onderaan rechts negen fondamentsteenen
in 1520 en 1552 daar gevonden. Gravure in plano, blijkens onderschrift
op last van Dirk van der Boon, gemaakt te Delft, naar de origineele
teekening van 1572 gegraveerd te Amsterdam, de bijschriften vertaald
in den Haag{I) in 1782, en het schrift gegraveerd te Parijs in 1783 door
Pillot. O&choon de door Muller onder bovenstaand nommer vermelde af-
beelding zeker dezelfde is die hier beschreven wordt, is deze met
franschen tekst, waarvan bij hem geen sprake is. Uit de kollektie van
J. T. Bodel Nijenhuis.
NiBT BIJ Mulleb (S. No. 88 C).
64. „De Grondslag van het huis te Britten op deslin^
her syde van hoven.^'
Afbeelding der fondamenten ; op den achtergrond de duinen ; links de
zee, op den voorgprond links een rijtuig met twee paarden bespannen.
Gravure in-4*, door J. Schijnvoet Uit L. Smids, Schatkamer.
Niet bu Muller (S. No. 88 C.)
65. ^yGrond Teekening van H Huys te Britten, Geleegen
aan Katwyk daar den Rijn wel eer Plagt in zee te Loopen.
Gestigt door den Roojnsche Kijser Cajus Caüigula in
't Jaar Christi ZL," enz, ^^Antiquiteiten, gevonden in de
grondvesten van het Huijs te Britten in anno 1520.".
Twee teekeningen in O. I. inkt, zonder naam, op een blad iu-fo1io
met bovenstaande opschriften; uit de kollektie van J. T. Bodel Nijen-
huis, die op de keerzijde aanteekende: „Uit den Atlas v. v. Heeck(eren)
v(an) W{a88enaar)".
•<&M^-i^«dhÉ>MkBMa^ia_aa^H^_l^lMB— «ia^^
116 YBBSOHILLBNDI OEBEUBTENISSEN 70—800.
70 n. Chr. Müllbb (No. 71).
66. „Roode gebakke tegel, ter lengte Taa hV^ en ter
hoogte van Vier Duymen onder de Bouwralligheden van
het Huys te Britte gevonden."
Afbeelding in natuurlijke grootte yan dezen tegel, waarop een gebonden
vrouw is a%ebeeld, die door' vier mannen geleid wordt; links een man
met opgttheven hand, rechts een knaap met een mandje met brood?
Qrav. in-fol. bovenaan rechts gemerkt: „I: Deel. Pol. 155." Uit v. Loon,
HolL Hütorie.
534. Muller (No. 93).
67. „Radaffys, koning van Warmond ontvangt ver-
giffenis van zgn angelsaksische bruid.'*
Zie: No. 19. Dl. I. BI. 298.
534. NiBT BU MULLBB (No. 92).
68. Radiger en de engdsche prinses.
Zie: No. 18. Dl. I. Plaat 3.
695. Muller (No. 96).
69. „Willebrord verkondigt het geloof op Walcheren."
Zie: No. 19. Dl. I. BI. 320.
695. Mulleb (No. 97a).
70. Het afgodsbeeld Wodan te Westkapelle, door
Willebrord verbr^zeld.
Zie: No. 11. Dl. XXXIV. Plaat II.
714. Muller (No. 99).
71. „Grimoald vermoord."
Zie: No. 19. Dl. I. BI. 322.
719. Muller (No. 102).
72. „Voorgenomen doop van Radboud."
Zie: No. 19. Dl. I. BI. 326.
740? Muller (No. 105).
73. Het heilig woud wordt omgehouwen.
Zie: No. 22. Plaat VI.
752. Niet bij Muller (No. 105).
74. Gregorius stdt Bonifacius tot bisschop van Utrecht aan.
Zie: No. 18. Plaat 4.
800. Niet bu Muller (No. 108).
75. Bisschop Fredericus vennoord.
Zie: No. 18. Plaat 7.
800—1040. TBS8CH1LLEND£ GEBBUBTBNISSBN i 117
MULLBR (No. 112).
76. Brand eener sederlandsclie rivierstad door de Noor-
mannen.
Zie: No. 22, Plaat VIL
7 November 921. Mullbr (No. 120).
77. „Samenkomst yan Karel den Eenyoudige en
Hendrik den Vogelaar."
Zie: No. 19. Dl. II. 1. BI. 9.
15 Juni 922. Mullbb (No. 122).
78. „Earel de Eenyoadige b^ifidgt graaf Dirk I.*'
Zie: No. 19. Dl. U. 1. BI. 20.
997. Mullbb (No. 128).
79. „Hilswindis door haar gemaal bespied."
Zie: No. 19. Dl. H. 1. BI. 37.
998. MoLLBB (No. 124).
80. „Het snenyelen yan graaf Amout.*'
Zie: No. 19. Dl. IL 1. BI. 30.
Mullbb (No. 126)'
81. Een middeneeawsche burcht.
Zie: No. 22. Pl^t VIIL
1000. NiBT Bu Mulleb (No. 126).
82. Bisschop Addbold bereidt zich ten oorlog.
Zie: No. 18. Plaat 8.
Mulleb (No. 130).
83. „Hertog Godfried geyangen binnen Dordrecht ge-
bracht."
Zie: No. 19. Dl. IL 1. BI. 60.
1048. Niet bij Mullbb (No. 131).
84. Dirk IV doodt in een steekspd den broeder van
den aartsbisschop van Keulen.
Zie : No. 18. Plaat 9.
14 Januari 1049. Mullbb (No. 132).
85. „fol. 699."
Graaf Dirk IV te Dordrecht door een vergiftigden pijl getroflTen.
Qrayure langw. in-fol. z. n. of eenig onderschrift, dan alleen de aanwijzing
der bladzijde. Uit: M. Balen, Beêchr^tng van Dordrtcht.
118 YEB8CHILLENDE OEBEUBTBNISSEN 1061—1203.
1061. MuLLBB (No. 133).
86. „Het sneavelen Tan graaf Ploris I."
Zie : No. 19. Dl. IL 1. BI. 71.
1061. Muller (No. 134).
87. „Graaf Ploris I, te Hemert, vermoord."
Zie : No. 9. Dl. IL Plaat UI.
1072. a. Nikt bu Muller (No. 184).
88. Dirk V en Gertruda vluchten naar VUmnderen.
Zie: No. 18. PI. 10.
1123. b. Niet bu Muller (No. 134).
89. Crravin PetroneUa voogdes van Dirk VI voert dezen
tegen den vyand aan.
Zie: No. 18. PI. 12.
1143. Muller (No. 139).
•
90. Dirk- VI smeekt den bisschop van Utrecht om
vergiffenis.
Zie : No. 11. Dl. XH. Plaat L
1165. Muller (No. 140).
91. „Graaf Ploris III door de graaf van Vlaanderen
gevangen."
Zie: No. 9. Dl. n. Plaat IV.
1180. Muller (No. 141).
92. Ridders van het doitsche huis.
Zie: No. 11. Dl. Xni. Plaat I.
1195. Muller (No. 143).
93. „Vrouw Aleid overwint de West-Priezen."
Zie: No. 19. Dl. IL 1. BI. 184.
1195. Niet bu Muller (No. 143).
94. WiUein I verwydert zich van liet hof van Dirk VIL
Zie: No. 18. Plaat 15.
1203. Muller (No. 147).
95. „Huwel^ksvereeniging van Ada met den graaf
van Loon."
Zie: No. 19. Dl. IL 1. BI. 194.
1204. Muller (No. 148).
96. „Gravinne Ada op de Burgt te Ledden beleerd'*.
Zie: No. 11. Deel I. Plaat IV.
120*— 19. ADA-INKSMINe VA3J DAMIATB 119
lS(Hi MULLBB (No. 140).
97. „Graavinne Ada, wordt door graaf Willem van
Texel naar Engeland gezonden."
Zie: No. 9. Deel IL Plaat V.
120é. Niet bij Muller (No. 140).
98. „ife regeerde op den Bataafschen Grond,^'
Afbeelding eener graftombe, waarnaast een vervallen muur. Op den
voorgrond een half naakt man, met doek om het hoofd en spade in de
linkerhand, treurend zittende op een boomtronk, waarbij een paar bekke-
neelen. Boven de vrouwenfiguur, op de gra£cerk uitgebeiteld, staat: „Ada
Theodoric VIL" Zinneprent op Ada's dood?
1204—1672. Muller (No. 150).
99. „Het yemielen van het slot van G^sbrecht yan
Amstel 1204."
Onderschrift onder een gravure langw. in-12*. getrokken in-8*. door
S. Fokke. Het slot staat hier in brand.
Dit plaatje behoort met dè zes volgende tot een serie in 1781 uitge-
komen.
„Het beleg van het slot te Vreeland, 1278." (M. No. 172).
.,Felle brand te Amsterdam, 1452." (M. No. 294).
., Aanslag van Helling en Kuikhaver op Amst. 1577." (M. No. 758).
,,Plundering van een Remonstrantschc Kerk op de Oude Schans. 1626."
(M. No. 1556).
,,0p8chudding voor het huis van . . de Ruiter 1672." (M. No. 2431).
„Oproer te Amsterdam, 1567," (Niet bij Muller No. 488). Allen zijn
aficonderlijk opgenomen.
30 Augustus 1214. Muller (No. 151).
100. „Bestorming van Santa Maria.*'
Zie: No. 19. Dl. IL 1. BI. 307.
1210. Muller (No. 152).
101. „Aldus lag Damiaet met Torens afgeschoten!
Aldus lag Damiaet met Ketens afgesloten !" enz.
Eerste regels van een 12-regelig vers in drie rijen onder de afbeel-
ding van een schip, op de torens n^seilend, omgeven door een randwerk
met ketens, klokjes, wapens enz. versierd. In de beide bovenhoeken vijf
(samen tien) wapens. Gravure. langw. in-4**. naar J. Bouchorst, door W.
Akersloot. Uit 8. Ampzing, Beêchryting v. Haarlem.
1219. Muller (No. 156).
102. Het innemen yan Damiate.
Rechts een toren, waarvan men een regen van pijlen op het schip
120 INNEMING TAN DAMIATB 1219—1227.
werpt, dat, met het wapen van Haarlem versierd, in 't midden der plaat
te zien \a. Chravure in-4", door J. Luiken. Uit?
1219. ' MuLLBB (No. 157 & S.}.
103. „Hic depicta yides clari monnmenta trophei Prolata
in lucem," etc.
Begin van een 16-regelig latijnsch vers in vier kolommen onder de afbeel-
ding van het dóórzeilen der ketenen voor Damiate, a%ebeeld op twee
bladen in-plano. In het midden der plaat met volle zeilen, en een vlag,
waarin de „Leo Hollandie" staat naar links klimmend, ziet men het schip, dat
de keten verbrijzelde. Daar boven het wapen van Haarlem: „Vicit vim
virtus." Links en rechts een toren beide op de tinne vol krijgstuig en
soldaten, die op de schepen een regen van pijlen, enz. werpen. Aan den
voet van den linker toren een steen, waarop een latijnsche opdracht aan
de „Omatissimis. . . . Harlemiane ciuitatis Consulibus," etc. door (den
graveur en uitgever) N. Clock. In het rechten blad staat zijn naam nog
eens als graveur en uitgever en een later adres van S. Kloeting te Delft.
1219. Niet bw Müllee (No. 157).
104. Het gedeelte van de Groote kerk te Baafiem van
binnen gezien, waarin de schepen van Damiate hangen.
Teekening in plano in O. I. inkt en sepia door A. Hoetink 1864. Ook
het gedenkteeken voor Conrad en Bniinings is hierop a%ebeeld.
1191. Niet bu Mulleb (No. 142).
105. Rondgang der Haarlemsche jeugd met scheepjes,
op 1 Januari, ter eere van de overwinning bij Damiate.
Zie: No. 18. Plaat 16.
1220. Muller (No. 159).
106. Een kaaxt van Nederland m de 13e eeuw.
Zie: Muller No. 22. Plaat IX.
Mulleb (No. 158).
107. „De abdy yan Egmond."
Zie: Muller No. 22. Plaat X.
Muller (No. 160).
108. „Een gilde optocht" (in de middeleeuwen).
Zie: No. 22. Plaat XI.
1227. MuLLBB (No. 163).
109. „Gijsbert van Amstel en de graaf van Gelder
gewond in het kapittel gebragt, ter verkiezing van een
nieuwen bisschop".
Zie: No. 11. Dl. UI. Plaat H.
Ii46_13M FLOEIS DS TUVDS 121
1946. Müuu (Na 163).
110. „Graaf Wülem II wordt ridder geslagen.**
Zie: No. 11. DL XXXL Plaat IL
2 November 1246. Mullsk (No. 1M).
111. „Willem U Roomsch koning gekroond.*'
Zie : No. 22. Plaat XH.
1260. NOET BU MULLBR {No. 106).
112. Eed van Cr^sbredU van AmsUl /7, Herman van
Woerden^ e, a. om 't gdeden ongdyk op koning WiUem
te wreken.
Zie: No. 18. PL 17.
1256. MuLLBR (No. 171).
113. „Koning Willem door de West-Frieaen omge-
bracht."
Zie: No. 19. Dl. IL 1. BI. 258.
1268. MuLLBR (No. 172).
114. Beleg yan het slot Vreeland.
Zie: No. 100.
1282. MuLLBB (No. 175).
115. „Een Fries wijst Floris V het lyk van koning
Willem."
Zie: No. 19. Dl. U. 1. BI. 347.
1296. MuLLBB (No. 180).
116. Floris V.
Verkrachting van de vrouw van Qerard van Velzen. — Jachtpartij. —
Moord van Ploria V. — Vonnis aan Gerard van Velzen voltrokken. —
Vier gravures langw. kl. in-4".; z. n. v. gr. Alle van achteren be-
drukt Uit:?
7 Juni 1296. Mullbr (8. No. 180 A.).
117. „De Doot van Floris de V. Graue van HoU. en
ondergangh van Gerrit van Velsen."
Deze hoogst zeldzame plaat, die den heer Muller voor zgne beschrijving
gediend heeft, bestaat uit ééne groote voorstelling en oon iedere zijde
drie kleinere. De voorlezing van het vonnis, waarby Qerard van Velsen
veroonleeld wordt, om in een ton, met spijkers doorboord, gekuipt, en
langs de straat gerold te worden, is in het hoofdtafereel afgebeeld. De
zes kleine plaatjes stellen voor: Het onthoofden van Velsen*s broeder;
het verkrachten van V.'s vrouw; — V.'t wraakzwering ; — gevangenneming
van Floris V; — vervoer naar 'tMuiderslot en dood van den graaf. Iq
122 PLOEIS V. GUSBRECHT VAN AMSTBL
1296.
y
uitvoering en vorm is deze plaat zoo gelijk aan die, welke Muller ver-
meldt onder No. 211 en 314 en hierachter onder No. 142 beschreven, dat
deze als tot één serie behoorend moeten beschouwd worden. Onder ieder
der kleine plaatjes is een rijmspreuk en een vierregelig versje; onder de
geheele plaat een „Cort verhael" afgedrukt Dit laatste is ontleend aan
de „negenthienste divisie" Capittel 22 — 26 van ,J>ie cronycke van Hollandty
Gravure breed infol. door „Exper (?) Sillemans" ; met adres van „G. Dankerts.'"
1296. Niet bij Muller (No. 180).
118. Vonnis van Gerard van Velzen.
Gravure kl. langw. in-*", z. n. v. gr. van achteren met een gedicht be-
drukt Uit:?
1296. . Niet bij Muller (S. No. 180 A.).
119. floris V - in de gevangenis op het slot te Muiden -
en - door Gerard van Velzen gedood?
Twee teekeningen in potlood en O. I. inkt, op perkament, toegeschre-
ven aan P. Q(uast).
1296. Muller (No. 181).
120. „Floris V brengt Gysbrecht van Amstel de St.
Geerteminne toe."
Zie: No. 19. Dl. II. 1. BI. 372.
1296. Niet bij Muller (No. 183).
121. Eergraf Van Graaf Floris de Vijfde Inde Grote
kerck te Alckmaar.
Grav. in-4, naar G. Boomkamp door J. Folkema, bovenaan rechts:
„Pag. 96." Uit?
1296. Niet bu Muller (No. 183).
122. Graftombe met de trouwe lumde^i van Floris V.
Zie: No. 18. Plaat 18.
1296. * Muller (S. No. 184 A.).
123. V^'f tafereelen uit VondeFs „Gysbrecht van Am-
stel" en een uit „De bruiloft van Kloris en Roosje''.
6 grav. in^". op 1 vel in-fol. door S. Fokke en met de volgende on-
derschriften:
1. „Ontbint den knecht, zoo magh hy onverhindert spreken."
2. ,,De tijt verloopt, 't is spa, daer komen mijn soldaeten."
3. ,.Dat U de hemel spaere, is 't hier noch tijt van zingen!"
4. „O Klaere, aenschouwtge dit? vrouw Machtelt zie uw kint."
5. ,,0 Gysbrecht zet getroost uw schouders onder 't kruis."
6. ..Je zoudt de vreugd hier wel verknollen."
„Wel laet jy al de borden rollen."
1296—1301. VSBSCHILLBNDIC GEBBUBTENIS8EN 123
1296. MuLLBB (No. 184).
124. „J. V. Vondels Gysbrecht yan Aemstel.*'
Onderschrift in cartouche van eene gravure met één groot medaillon in
het midden en vier kleinere (aan weerszijden twee) door linten ver-
bonden daarnaast Gravure langw. in-4^ naar en door S. Fokke 1775.
Yan den ,,Qysbrecht" bestaat nog een uitgaaf geïllustreerd door Ch.
Rochussen in 1841 te 'sGravenhage uitgegeven door de zeer verdienste-
lijke Nederlandsche Maatschappij van schoone kunsten, waarvan o. a.
een exemplaar berust in de kollektie van Mr. S. v. Gijn.
Aan de hand van J. H. W. Unger*s BibliograpMe ta» Voftdels werken
vermeld ik hier bovendien nog:
,,Ghy8brecht d' Amstel, ou les origines d' Amsterdam. . . lUustrations
par Ch. Rochussen ... La Haye . . . 1842/' langw. in-4^
Deze fransche uitgaaf, 'geïllustreerd met dezelfde 14 platen van de hol-
landsche, is zeldzamer dan deze laatste.
„Humoresken op Vondels Gijsbrecht van Aemstel door J. Linse. Leiden
1878," langw. in.4«.
Titelprent en 20 humoristische v<)or8tellingen versieren dit werk.
Mulleb (No. 185).
125. „Overgave van het slot van Gpbrecht van
Amstel," (sic. moet zgn van Uselstem).
Zie: No. 19. Dl. II. 1. BI. 396.
1299. Mulleb (No. 187).
126. „Wolfert van Borselen, Heer van ter Veer, ten
Vensteren uyt gesmeeten en ii\ Stukken gehouwen."
Rechts het huis en de vallende van Borselen. Gravure in-4*. door J.
Luiken. Uit L. Bos, Treurtooneel tan doorluchtige manneH.
1299. a. Niet bu Mu|J.br (No. 187).
127. y^Dood van Wdfert van Borsden.^^
Een viertal ouderwetsche huizen op den achtergrond, waar voor een
onnistige menigte. Gravure kl. langw. in-4". z. n. v. gr. Van achteren
bedrukt Uit:?
1299. b. Niet bu Muller (No. 187).
128. ^^Dood van Wdfert van Borsden.'^
Qrav. kl. langw. in-4*. Uit:?
1301. Nbt bu Muller (No. 189).
129. Willem van Mechden^ bissdwp van Utrecht gedood.
Zie: No. 18. Plaat 19.
124 WITTE VAN HAAMSTBDE — WILLEM DB GOEDE ISOé— Sfl.
1808. MuLLBB (S. No. 191).
130. Vroonen bg Alkmaar verwoest.
Zie voor dit gedeelte eener plaat, de geheele beschriJYing op het
jaar 1573. (MuUer No. Q42.)
1804. Muller (No. 104).
131. „Witte yan Haamstede te Haarlem ontvangen."
Zie: No. 22. Plaat XHI.
1304. MuLLBB (No. 193).
132. „Witte yan Haemstede te Haarlem ontvangen.'*
Zie: No. 19. Dl. H. 2. BI. 20.'
1304. Muller (No. 196).
133. „Witte yan Haamstede y^rtoond zicli in de
wapenrusting yan een krggsman binnen Haarlem."
Zie: No. 11 Dl. XIX. Plaat 1.
1804. Muller (No. 201).
134. „Arent y. Benskoop yerdrinkt en andere al yech-
tende in een schouwe gejaagd."
Zie: No. 11 Dl. VI. Plaat 1.
1812? Muller (No. 202).
135. „Zienkzee door de Vlamingen belegerd."
Zie: No. 19. Dl. H. 2. BI. 24.
1804. Niet bu Muller (S. No. 202).
136. ,,Opdracht van de Kronijk door Melis Stoke aan
den graaf Willem UI. 1304."
Onderschrift in H. S. door den heer Rochussen zelf geschreven onder de
photografie van een zijner aquarellen, deze gebeurtenis voorstellende. Links
een troonhemel waaronder wereldsche en geestelijke vrouwen, ecnige monni-
ken, enz. zijn a^'ebeeld. De stoel van den graaf is ledig. Deze zelf staat
in het midden en drukt de hand van Melis Stoke, wiens bock door een
monnik, knielend, den graaf wordt aangeboden. Photografie langw. in-fol.
door M. Verveer, te 's Oravenhage.
1328. Muller (No. 207).
137. „Graaf Willem IH" (door de Friezen tot Heer
verheven)*
Zie: No. 12. Plaat 2.
1330. Niet bu Muller (No. 204).
138. Afbeelding der zeeuwsche reuzin in H gevolg van
graaf Wiüem HL
Zie: No. 18. Plaat 20.
^^^M«al*^M«^^rf^
1886. JUSTITIB VAN WILLBM DEN OOBDB 125
1880. MuLLBR (No. 208 & 8.).
139. „lustiti over den bseUuw van Zuyt-HoUant, door
Willem de Goede, Graaf van Hollandt etc."
Uitnemend exemplaar van een plaat, die hoogst zelden kompleet voor-
komt en in zeven tafereelen de geschiedenis te zien geeft, van den bailluw
van Zuid-Holland, die aan een landman een koe ontnam en door graaf Willem
den Goede, op aanklacht van den boer, ter verantwoording g^eroepen, tot
eene schadevergoeding van 100 gouden kroonen en daarna ter dood ver-*
oordeeld werd. De groote plaat in het midden stelt de uitvoering van
dit vonnis voor, terwijl aan iedere zijde drie voorvallen uit deze geschie-
denis in prent zijn gebracht. Onder ieder der kleinere voorstellingen is
een rijmspreuk en een 16-regelig vers in twee kolommen a%edrukt. De
linksgeplaatste zijn gei)ommerd 1 — 8; de rechtsche 4, 6 en 7. Daar de
drie kleine hooger zijn dan de middelste groote gravure bleef tusschen de
beide zijstukken onderaan een ruimte, waar men nu, onder de hoofdvoor-
stelling, No. 6 een gedicht in vier- en een uittreksel uit de Divisie-kroniek
in zes kolommen vindt geplaatst, aan weerszijden van een ongenommerde
gravure, „de Gerechtigheid" voorstellende. Het geheel is omgeven door een
wit op zwart gedrukten rand, waarin bovenaan de aangehaalde titel staat.
De groote plaat in het midden draagt den naam van B. Dolendo als teekenaar
en graveur on dien van G. Valck als uitgever. De kleine, ter weerszijden,
zijn zonder naam, terw^l de ongenommerde door de Gheyn is gegraveerd
en den naam van C. J. Visscher als uitgever dfaagt.
1836. Muller (No. 309).
140. Justitie over den bailluw van Zuidholland.
Acht gravures langw. in•12^ op 1 blad in-fol. z. n. v. gr. Onder iedere
voorstelling een distichon op één regel. In de derde afbeelding het adres
van C. J. Visscher. Juist in *t midden van 't papier een „M"; zeker het
volgnommer eener serie volksprenten. Zie ook Muller No. 887.
1886. Muller (No. 210).
141. Justitie over den bailluw van Zuidholland.
Links het bed op een twee treden hooge estrade. In 't midden de bail-
luw. Gravure langw. in-fol. z. n. (door R. de Hooghe). Uit Balen. Be-
sckrtff>ing v. Dordrecht.
1386. MuLLflR (No. 211).
142. „Justitie van Willem de goede Grave van HoU.
etc. Over den Bailju van Zuyt-Hofiant."
Deze plaat is zoo geheel gelijk aan die, vermeld onder No. 117, dat
er geen twijfel aan behoeft te bestaan dat zg van denzelfden graveur
(Sillemans) zijn, en wellicht pendanten. Do voorstellingen, (één groote in het
126 JUSnriB 7AN WILLBH den GOEDB 184j^-46.
midden en aan iedere zijde drie kleinere) gelijken geheel op die van
No. 117, evenals de rijmspreuken en het uittreksel uit de Divisie-
kroniek. De 16-regelige verzen onder de kleine afbeeldingen zijn hier
echter door tweeregelige vervangen. Onderaan rechts: „Tot Amsterdam.
Gedruckt bij Hugo Allardt inde Calverstraet.'*
1336. NiBT BIJ Muller (No. 211).
143. De hcdjuw van Z.~HcXLand voert de koe van den
armen hoer weg.
Goede gravure, langw. in-8*. z. n. v. gr. Links op den achtergrond de
vrouw en twee kinderen, handenwringend, voor de deur der woning. Op den
voorgrond de smeekende boer, enz. Onder in de plaat leest men in boek-
druk ,,Ghedruckt tot Haerlem." Titelplaatje van: ,.Govdani Baillju van
Suydt-Hollandt ofte Ghetoomde Vermetelheyt Droefbegin, Bly-eyndeSpel.
Scelervm poena comes Ghedruckt tot Haerlem, Voor den Autheur tot der
(}oude By Adriaen Rooman, woonende aen 't Marckt-Veldt inde Vergulde
Parsse. CIOIOXXX." in-4r
1342. MuLLBB (No. 212).
144. „Eleonora verwet haar gemaal zgn yerwgdering."
Zie: No. 19. Dl. H. 2. BI. 208.
134*2. Niet bu Mullbb (No. 212).
145. ^^Eleonora van Engdand verwijt te Nimwegen aan
ïmar gemaal^ Reinotui II van Gelder zijne verwijdering^
onder voorwendsel dat zij melaatsch zou zyn."
Teekening in•4^ in zwart krijt en kleuren, z. n.
1346. Mullbb (No. 216}.
146. „Het sneuvelen van graaf Willem FV."
Zie : No. 19. Dl. U. 2. BI. 157.
1345. Muller (S. No. 217 A.).
1 47. Afbeelding van een looden kist met rond hoofdstak.
lo. ..De kist ongeopend.** 2o. ,.Dezelve geopend; met het Lyk zo als het
ingepakt en op den Buik lag.'* So. ..Het Lyk, zo als het gekeerd en ge-
deeltelyk ontbloot was." Kist en lijk zijn denkelijk van Willem IV en
in 1770 in de Fransche of St Maria kapel te *s Gravenhage gevonden.
Gravure in-8*. naar A. Frese, door C. P. De afbeeldingen zijn gemerkt:
„XX — XXII, zijn op één blad gedrukt, en behooren in P. Timareten, Ver-
zameling van ffedenkstukken ^ in Nederland . . . met Nederduitsche Vertae-
tingen . . . 'door A. F. II Deel, Bevattende s'Orarenhoffe en Scketeningen,
In 's Cfrarenhagr 1778", m-8*. Het eerste deel bevat Delft. Aan Mr. S.
V. Gijn, te Dordrecht, dank ik de wetenschap, dat er nog een stuk van
het 3e deel is verschenen, waarin Dordrecht behandeld werd. Dit ge-
1346. SAKBAMSNT TAN MIRAKEL TS AMSTBRDAM 127
deelte is hoogst zeldzaam, maar toch even voor het afilnikkan Ttn dit
vel nog aan het hier aanwezig exemplaar toegevoegd.
In dit deel, veel kleiner dan de beide andere en niet geheel voltooid,
zijn de gra&teenen vermeld, toen in de Groote-, St. Nicolaes* of Nieuwe,
en Augustijner Kerk te Dordrecht aanwezig en voor verschillende bizondero
gebouwen aangebracht.
1345. Muller (No. 919).
148. „D' Waare Afbeeldinge van het H. Sacrament van
Mirakel Gescliiet tot Amsterdam op de H. Stede, in 't jaar,
1345."
Onderschrift, met Sregelig vers in 4 kolommen, onder de afbeelding
van de toediening der hostie' aan een zieke, midden op den voorgrond.
Rechts, op den achtergrond, het uitbraken door den zieke en het in 't vuur
werpen van het braaksel. Links ziet men, door een geopende deur, op den
achtergrond de processie met de hostie. Qravure zonder naam, met adres
van „J. Greve op de Looijersgracht te Amsterdam."
1345. Muller (No. 220).
149. „Amstelredams. eer ende opcomen door de denck-
waerdighe miraklen aldaer gescliied aen ende door. het
H. Sacrament des Altaers Anno 1345. t' Antwerpen By
Hendrick Aertssens, 1639. Door Boetius a Bolswert.'*
Titel iu een cartouche op een gegraveerde titelprent van bovengenoemd
werkje (tekst van L. Marius). Boven deze cartouche een kleinere met het
scheepje van Petrus. De 16 plaatjes, waarmede het boekje verder ge-
ïllustreerd is, hebben ieder een 6-regelig latijnsch en even groot hollandsch
vers in twee kolommen, onder de plaat gegraveerd. Zij stellen het
volgende voor:
1. 't Wapen van AmsterdanL
2. De hostie aan den zieke toegediend. (De zieke links).
3. Het braaksel in *t vuur geworpen. (De haard links).
4. De hostie ongedeerd midden in 't vuur. Hier evenals in plaat 12
en 13 maakt het latijnsch gedicht deel uit van de gravure.
5. De vrouw des huizes vindt den volgenden morgen de hostie in den
asch. (De haard links).
6. Processie naar de woning waar de hostie was. (De personen gaan
van links naar rechts).
7. Een kind valt in 't vuur ('t vuur links) en geneest als het bij de
hostie gebracht wordt.
8. De kerk, waar de hostie bewaard wordt, brandt af, (links het viertal
jammerende bewoners) de hostie bleef gespaard.
9. Een blinde (hier rechts) gaat naar de kerk, waar de mirakuleuze
hostie is en krjjgt hot gezicht weder.
128 SAKBAMENT VAN MIRAKEL TE AM8TBEDAM 1846—50
10. Keizer Maximiliaan bidt voor het H. Sakrament (hier rechts) en
wordt gezond.
11. Raadsvergadering, waar het wonder bezegeld wordt
12. Zinnebeeld: Koperen slang en pelikaan.
13. Twee engelen een monstrans omhoog houdend.
14. Biechtstoel (de geestelijke rechts gewend).
15. Communie (de geestelijke rechts gewend).
16. Lijkdienst (rechts op den achtergrond het vagevuur).
Er bestaat ook afdrukken van deze plaatjes waaralle voorstellingen juist om-
gekeerd zijn. Daarom gaf ik hier de plaatsbepaling bij de meeste der platen aan.
1345. NiBT BU MULLBB (No. 221).
150. „AmsteWam."
Dit is het eenige inschrift in de titelplaat van„^M predtkatién op den
jaarli/kicheH gedenkdag van ket toonder der heiUqe stede, gedaan binnen
.^msteldam, door J. N. Tnede druk. Te Amiteldam, Bg Tk. Krajen-
sckot . . . 1750." In 't midden van die titelplaat een afbeelding van ,,Amstel-
dam" als op een opgehangen doek geteekend; daarboven een engeltje
met twee wapens. Hier rondomheen 12 afbeeldingen van de lotgevallen
dezer hostie. Alle verkleinde kopiën van de plaatjes uit het boekje van
L. Marius; hierboven beschreven. Zie verder No. 186. Gravure in-8®. door
C. P. Fritsch. Met „Uitlegging der tytelplaat" in zeven 6regelige
coupletten van J. Delsing.
1345. Mulleb (No. 223).
151. „Schets der Eiste, waar in de Miracoleuse Hostie,
te Amsterdam, allereerst zou gelegd geweeët zgn.**
Bovenschrift in de gravure, waarop de kist a%ebeeld is. Gravure door J. F.
„Afbeelding yan *t Glas, door den Aartshertoge Maxi-
miliaan, in of omtrent den jaare 1484, vereerd, in de
Kapel der Heilige Stede, nn de Nieuwe-zyds kapel.
Gravure zonder naam; evenals de vorige uit het 2e deel van J. Wage-
naar. Beschr^ving van Amsterdam. Hierbij:
„De Kerk van Bujrten op 't Rockin te zien. Om Zeker
verhaald Mirakel voor desen de Hijlige stee geheten."
„De Kerk van Buyten in de Kalverstniat te zien.
Is Gebouwt Anno 1345."
Twee graviires in-4*. zonder naam.
1340. Muller (No. 226).
152. „Margaretha van Henegouwen. Schenkt Amstel-dam
*t voorrecht van nimmer van de Graaflykheid gescheiden
te worden."
Onderschrift onder de onderste van twee gravures op één plaat; langw.
1854-70 SACRAMBNT TAN MIRAKEL TB BBU8SBL 129
«
m•8^ naar H. P. Schouten, door B. de Bakker. Uit. L. v. Ollefen, Ver-
korte heschryting van Amsterdam^ Amst. 1782. Zie voor de bovenste
No. 187, terwyi de andere plaatjes, die dit werkje verneren en
meerendeels voorstellingen beVatten, die op geen andere w^xe in prent
gebracht zijn, alhier voorkomen onder Muller Nos. 295, 816, 404, 668,
1466, 2600a en 8521. Bnkele zyn later, elk afronderiyk, nog a%edrukt
en voor andere werkjes gebruikt, xoo ook deie en in dien staat hiermede
aanwezig.
1847. NiBT BIJ Muller (No. 225).
153. Huldiging van* graaf Willem V.
Zie: No. 18. Plaat 21.
1850. MüLLBB (No. 226).
154. „Willem V sluit een .yerbond met de edelen en
steden**, (yan Holland te Dordrecht).
Zie: No. W. Dl. U. 2. BI. 176.
1354. Muller (No. 228).
155. „Emmerik van Draten vermoord.'*
Zie: No. 10. Dl. n. 2. BI. 266.
1857. Muller (No. 220).
156. „Gerrit van Wateringen door graaf Willem V
omgebragt."
Zie: No. 10. DL n. 2. BI. 247.
1870. Niet bu Muller (No. 281).
157. „fffstorie van het H. Sacrament van mirakelen
Berustende tot Bruessd inde Collegiale Kercke van S.
Goedde^ beschreven Door M, Steiten Ydens . . . Tot Brvessel
By Rutgeert Vdpius . . . 1608."
Titel van een 8^ boekje versierd met 14 plaatjes. Op den titel een
vignet, Ck>d den Vader voorstellende, gezeten op een stoel, de tiaar op het
hoofd, en een aureool er omheen; tusschen zyne knieén de hostie in den
vorm van een krois. Links S. Michael den draak vertredende; rechts 8.
Oudule. De plaatjes, die ik aangeef met het qjfer der bladzyde, viraarop
zy voorkomen, stellen het volgende voor:
BI. 8: ,',Ionatha8 een principael iode wint met gelde Meester lan van
Louen, om te stelen het Heylich Sacrament des Autaers."
BI. 12 : „Meester lan van Louen steelt het Heylich Sacrament, en (de)
draeghet tot Enghen, ende gheuet aen lonathas."
BI. 16: „lonathas met andere ioden spotten ende schimpen met het
Heylich Sacrament"
9
130 SACEAIONT YAN IffTRAKWT. TB BRUSSEL BNZ. 1870—88
BI. 18: ^Jonathas wert ^ermoort van twee Straet-Bchendeni in zynen
Boomgaert wandelende."
BI. 22: „De yyedvrve Tan lonathas brenght het Heylich Sacrament
wederom van Enghen tot Bmeasele, ende stellet inde handen vande ioden
aldaer."
BI. 25: jfie ioden versaampt zynde in haerliede Synagoge binnen
Bruessele, op den goeden Vrydach: vernieuwen hunne blasphemien tegen
het Heylich Sacrament; ende hebbende tselue met dagghen doorsteken, aoo
isaer overvloedich bloet wt gheloopen."
BI. 29 : , J)e ioden handelen met een Vrouwe, om de heylighe Hostien
te draeghen in de Stadt van Colen."
BL 33 : „Catharina wort des nachts door een Goddelycke openbaeringhe
oft inspraeck onderwesen van V ghene zy doen soude met de Heylighe
Hostien.*'
BI. 36: ,J)en bicht-vader, met raedt van andere geestelycke Heeren,
heeft aenveert van Catharine de Ciborie mette H. Hostien.*'
BI. 39: „De ioden worden geuangen ghenomen, ende scherpelijck on-
dervraecht*'
BI. 46 : , J>e ioden . . worden met gloyende tangen ghenepen, ende
leuendich verbrant."
BI. 49 : „Die heylighe miracvleuse Hostien worden met een seer solem*
. nele Processie gedragen wt die Cappelle Prochie naer de Collegiale Kërcke
van S. Ck)edele."
Op bl. 81 is voorts nog een afbeeldsel der hostie te zien en op bl.
258 Ste Oudule met een palmtak in de linkerhand, een lantaarn in de
rechterhand, waarvan het licht door een duivel met een blaasbalg wordt
gebluacht Op den achtergrond Brussel.
22 Augustus 1371. Mullbb (No. 232).
158. „Hertog Eduard yan G^e** (door zgn gunsteling
Herman Bier verraderl^k) „vermoord."
Zie: No. 22. Plaat XIV.
1877. NiBT BU Mullbb (No. 233).
159. Siman van Zaanden (in den strijd tusschep. Hoek-
schen en Kabdjauioschen) te Haarlem uü het venster geworpen.
Zie: No. 18. Plaat 22.
13 Maart 1387. Mullbb (No. 234).
160. „Onderwerping yan Hendrik van Montfoort.**
Zie: No. 10. Dl. H. 2. BI. 336.
1388. Mullbb (No. 235).
161. „Intogt yan Willem yan Gtelre in Ngmegen.**
Zie: No. 19. Dl. H. 2. Bl. 381.
1898—21 YBBSCHILLENDS OEBEUBTSNISSBN 131
1898. MuLLBB (No. 288).
162. „Aleid van Poelgeest vermoord."
Zie: No. 11. Dl. XXXL Plaat Hl.
1393. Muller (No. 240).
163. „Aleid van Poelgeest vermoord.'*
Zie: No. 19. Dl. II. 2. BI. 800.
1397. Muller (S. No. 242A).
164. „Willem Beuckel sterf Anno 1397."
Opechrift boven in de kopie van een „Copie eener Schildering' sich be-
vindende in de kerkglazen te Biervliet, zijnde, bij het vervaardigen dezer
copie in 1821 het origineel, door het breken van glazen, reeds eenigzins
defekt" Zij stelt Beukelsz voor in 't midden der plaat op een omgekeerde
mand zittende, met een mes in de rechter- en een haring in de linker-
hand. Op den achtergrond de zee en eenige schepen. Steendruk langw.
kl. in-4* van H. J. Backer. Midden onder de voorstelling het wapen van
Biervliet, üit: Zeeimsche Volksalmanak 1844. De gekleurde teekening
van dit plaatje berust in de kollektie van Mr. S. v. Oijn.
1393. Muller (No. 244).
165. „Het slot Pirlepont vermeesterd."
Zie: No. 19. Dl. n. 2. BI. 320.
1400. Muller (No. 254).
166. „Opschudding te Dordrecht in 1406."
Zie: No. 19. Dl. II. 2. BI. 827.
1417. Muller (No. 256).
167. „Jonkheer Willem van Arkel, sneuveld te 60-
rinchem." •
Zie: No. 11. Dl. XVIIL Plaat Hl.
1418. MuLLBB (No. 261).
168. „Een groot aantal gildemeesters op de feestdag
van St. Lucia, in den nacht op de Groote markt te Zwolle
onthooft."
Zie: No. 11. Dl. XXXV. Plaat IV.
1417. Niet bij Mulleb (No. 258).
169. De dauphgn (echtgenoot van Jacoba van Beieren)^
sterft.
Zie: No. 18. Plaat 28.
1421. Mulleb (No. 265).
170. „Naemen der onder Geloopen Dorpen in deDort-
sche Waert."
Inschrifl op een. door twee figuren vastgehouden, kleed in den rechter
132 BOSKDEUKKUNST — JAKOBA TAK BBIBBXN 1488—2(1
•
bovenhoek eener plaat, waarop door qjfers 44 ondeigeloopen plaatsen
aangeduid worden, welker namen mede rechtB boven in zijn vermeld. Op
den voorgrond jammerende lieden. Oravure langw. in*^. naar A. Hou-
braken door R. de Hooghe. Uit: M. Balen. Buehryving um Dordrecht
14«3. Nnrr bü Müllbr (No. 2«9).
171. ^^Std van zes kunst^ten^ behoorende tot de ga'-
lerg van beroemde mannen en vrou^oen^ in Nedefiand^ door
eene vriendin der jfiugd^ drie stukjes.
• tegenover
PLAAT 1. voorstellende laurbns kostbb in het Haar-
lemmer Hout Ie stukje bl. 4.
2. het Haringpakken te Amsterdam . — 117.
8. JAN DB BAXKBB in 's Oravenhageu
als Martelaar verbrand 2e stukje — 18.
4. PBTBB DB OBOOTB by JOHANNA BLOK. — 7*.
6. wiLLBM VAN KuiLBNBUBO Verdrinkt 8e stukje — 5.
6. BBICBBAND VAN BHUN — 82.
Te Amsterdam, b\j P. den Hengst en Zoon."
Omslag met bovenstaande opgave. Behalve de zes genoemde plaatjes is
er ook bijgevoegd de gegraveerde titel, die 1828 als het jaar van uitgave
aangeeft. Alle plaatjes zijn in-8*. of langw. 8^ en gegraveerd naar J. v.
Meurs door D. Veel waard. De cyfers der aangegeven bladzyden ver-
schillen. Op de plaatjes staat blz. 8, 81, 115, 164, 200 en 280.
1428. a. NiBT vu Mullbb (No. 271).
172. Laurens Koster spd.
Spel in plano, waarop, in 89 aMeelingen, verschillende afbeeldingen van
met de boekdrukkunst in betrekking staande personen en zaken zijn
aangebracht. Orove gekleurde houtsnede in-plano door J. Coldew\jn, met
adres van H. Moolen^zer (te Amsterdam).
1428. b. NiBT BU Mullbb (No. 271).
173. Uitvinding der hoekdnMcunst. Inwendige eener
boekdnüdcery.
Zie: No. 18. Plaat 24.
1426. MüLLBB (No. 272).
174. „BnrgemeeBter Prooia te Otrecht yennoord."
Zie: No. 11. Dl. XXV. Plaat HL
November 1426. Müllbb (No. 274).
175. „Vlagt yan Jacoba yan Begeren nit Gent.**
Zie: No. 10. Dl. H. 2. Bl 605.
Januari 1428. Müllbb (No. 276).
176. „Albert Beiling." '
Zie: No. 12. Plaat 8.
ltö«— 52 TSBSOHILLENDB 0EBEUBTRNIS8BN 133
Januari 14A6. Mdllbb (No. 276).
177. „Dood yan Albrecht Beiling."
Zie: No. 10. Dl IL 2. BL 406.
1430. MuLLBB (No. 282)
178. „Jacoba yan Beyeren stelt zich aan 't hoofd der
Hoekschen."
Zie : No. 22. Plaat XV.
1430? NiBT BU MuLLBB (No. 283).
179. ^yGravin Jacoba schiet te Goes naar den papegaaV*
Links bijna op den achtergrond Jacoba met den boog; rechts op den
voorgrond de paal met den vogeL Gravure in-8^ zonder in- of onder*
schrift door J. Lamsvelt. Bovenaan rechts gemerkt: r^ttg* 573.**
1433? NiBT BU MULLBB (No. 283).
180. j^Frans van Bonden en Jacoba vcni Beierend
Frank van Borselen, geknield voor Jacoba kust haar de hand. De
achterwand van de kamer prijkt met de letters IJ. D. Qravure in•8^
zonder naam (door R. Vinkeles). ProeMruk voor de letter.
1 Augustus 1434. Muller (No. 285).
181. „Huwelgksyereenigmg yan Frank yan Borselen
met Jakoba yan Beijeren."
Zie: No. 10. Dl. IL 2. BI. 522.
1 November 1444. Mullbb (No. 201).
182. „Oeyecht toaschen de Hoekschen en Kabeljauw-
schen in Haarlem door een priester yerhinderd.*'
Zie: No. 10. Dl. U. 8. 31. 14.
1446. Mullbb (No. 203).
183. „Jan yan Domburg geeft zich oyer.*'
Zie: Na 10. Dl. IL 3. BI. 18.
1448. Niet bu Muller (No. 203).
184. De Hollanders door Engdschen mitiuindeld {om
den bondbreuk van Phüips van Bourgondie met Engeland).
Zie: No. 18. Plaat 25.
1462. MuLum (No. 204).
185. „Felle brand te Amsterdam, 1452.**
Qravure langw. in-12*, door 8. Fokke.
1452. Niet bu Mulleb (No. 204).
186. y^Het Doomebosch staat gintsch in volle dam;
Het Heiligdom blinkt hier^ in Amstddam.
Drie regels van een Id-regelig vers van J. Delsing onder een
»»
134 YSBSCHILLENDB OBBBUBTBNISSSN 1463—70
plaatje, dat rechts Mozes bij het braambosch voorstelt, links den brand
der N. Z. kapel in 1542 moet verbeelden. De mirakuleuze hostie van 1345
verbrandde ook toen niet Gravure langw. in•12^ zonder naam van graveur.
Rechts bovenaan gemerkt „pag. I." Uit: „J. N(anning), Twee predika-
tien^ enz. Zie: Na Muller No. 221.
1468. Muller (No. 295).
187. „Predikmg van Brugman."
Onderschrift onder de bovenste van twee gravures, op één blad langw.
in-8*. naar H. P. Schouten, door B. de Bakker. Uit L. van Ollefen,
Verkorte heschryviny tan Amsteldatny Amst. 1782. Zie voor de onderste
plaat Muller No. 226.
Ook a&onderlijk gedrukt voor een ander werkje en in dien staat hier
ook aanwezig.
1468. Muller (S. No. 295A).
188. „Welsprekendheid van Brugman.*'
Zie: No. 19. Dl. II. 3. BI. 220.
10 Januari 1485. Muller (No. 299).
189. „Aemout van Egmond door zgn zoon gevangen
genomen.'*
Zie: No. 22. Plaat XVI.
10 Januari 1465. Muller (No. 300).
190. „Ontvoering van Amoud van Gelre des nachts
over t gs.
Zie: No. 10. Dl. IL 3. BI. 164.
10 Januari 1465. Nibt bij Muller (No. 300).
191. Amoud van Gelder gevangen genomen.
Zie: No. 18. Plaat 27.
1465. Niet bu Muller (No. 301).
192. y^Adolf van Gdder dreigt met de vuist zijn vader^
die jdoor een luik uü de gevangenis zietJ**
De prent, die zonder twijfel Simson voorstelt, is door Muller onder
bovenstaand nommer en opschrift beschreven. Volledigheidshalve is deze
uitnemende gravure, naar Rembrandt, door P. Devlamynck, hier ook op-
genomen. Proefiiruk voor alle letter.
1470. Muller (No. 807).
193. „Reinoud Ile agttiende heer van Brederode, door . . .
David van Bourgondien de ridderorde van *t guldenvlies
afgerukt."
Zie: No. 11. Dl. VIII. Plaat U.
1471—77 VEB8CHILLBNDE OEBBUBTENISSKN 135
1471. MüLLBB (No. 309).
194. „Vlagt yan Walraven van Brederode."
Zie: No. 19. Dl. U. S. BI. 10*.
*
147.? Muller (No. 811).
195. „Aam van der Bnrch een r^k landman van *t dorp
Wondt, vader van 12 volwassen zoonen, biedt dezelve den
grave van Holland aan.'*
Zie: No. 11. Dl. XXXHI. Plaat IL
1472? MuLLBB (No. 312).
196. „Die van Zirkzee trekken hertog Karel van Bour-
gondië te gemoet.*'
Zie : No. 11. Dl. XXXIV. Plaat Hl.
1473. MuLLBR (No. 313).
197. „De achtjarige Earel van Egmond, door die van
Nym^n tot Hertog gehuldigd, wordt te paard en in
*t harnas door hunne stad rond gevoerd."
Zie : No. 22. Plaat XVU.
147.? MüLLBB (No. 316).
198. „Saphira."
Zie: No. 12. Plaat 4.
147.? Niet bij Muller (No. 315).
199. RhhisatiU (gouverneur van Zeeland) om vrouwen
verkracMing gedood.
Zie: No. 18. Plaat 26.
1474. Muller (No. 316).
200. „Henrick Janszoon Akkerman, trekt met eenige
Amsteldamsche Schutters uit, naar Nuis ter hulpe van
Karel den Isten.»»
Links een poort, waaruit een bende krijgslieden naar rechts marcheert
Bovenste van twee gravures op één blad. Gravure langw. in-12", zonder
naam, met bovenstaand onderschrift. Uit: .,L. v. Ollefen, Verkorte he-
schryting tan Amtteldam. Amst 1782." Zie voor de onderste : Muller
No. 1455.
5 Januari 1477. Muller (No. 317).
201. „Het l{jk van Karel den Stouten, gevonden in een
moeras, vastgevroren in het ^s."
Zie: No. 11. Dl. XXI. Plaat IV.
136 JAN TAN SCHAFFBLAAB. KAAS SN BROODVOLK 1477-^9
6 Januari 1477. Nibt bu Mullbb (No. 817).
202. Het Igk van Kard den Stoute gevonden.
Zie: No. 18. Plaat 28.
17 Maart 1482. Mullbr (No. 327).
203. „Maria yan Borgondien valt yan *t paard."
Zie: No. 22. Plaat XVIII.
17 Maart 1482. Mullbb (No. S28).
204. „Ongelukkig einde yan Maria yan Bouigondie."
Zie: No. 11, Dl. XXIL Plaat IV.
16 JuU 1482. Mullbb (Na 830).
205. „Schaffelaar."
Zie: No. 12. Plaat 5.
16 Juli 1482. Nibt bu Mullbr (No. 830).
206. t^Zdfopoffering van Jan van Scaffélaar.'*
Zie: No. 19. Dl. IL 8. BI. 126.
16 JuU 1482. Mullbb (No. 831).
207. „Heldendood yan Jan yan Schaffelaar, 16 Juli 1482.*'
Zie: Muller No. 22. Plaat XIX.
16 JuU 1482. Mullbb (No. 832).
208. „Jan yan Schaffelaar."
Oezicht in de Klokkekamer. Links van 3chafielaar gereed om uit het
torenvenster te springen. Steendruk, langw. in-4*. naar J. G. Elink Sterk,
door „Soetens et fils'*. Boven de plaat: „La mort héroique de J. van
SchaiSelaar". Links bovenaan: „Pantheon pi. XXIir* (niet 34 zooals Mul-
ler opgeeft).
16 JuU 1482. Mullbb (No. 384).
209. „Stoute daad yan Jan yan Schaffelaar."
Zie: No. 11. Dl. XXVL Plaat IV.
11 Februari 1489. Nibt bij Mullbb (No. 339).
210. ^^keijser Mcummüiaen schenkt de kroon op ^t Wapen
der Stad Atnsterdam"
HS. onderschrift onder twee verschillende teekeningen van deze ge-
beurtenis. De teekeningen z^n in toogvorm. Op de één zit de keizer in
't midden der voorstelling op een rijk gebeeldhouwden troon met 6 treden.
Op de andere heeft de troon, die minder rijk gebeeldhouwd is, een balda-
kijn en 10 treden. Links nadert een magistraatspersoon den troon, wien de
keizer een stuk met uithangend zegel geeft, terw^l hij hem naar rechts, op
het gekroond wordende wapen wijst Op de balustraden, aan beide z\)den
1493—1505. YBBSCHILLBNDE OEBBUBTBNISSEN 137
van de yooretelling aangebracht, staat een zinnebeeldige vrouwenfiguur.
Achter den troon een ronde tempel. De toog met draperiën versierd.
Twee teekenfaigen in O. L inkt en sepia, langw. in-4^ door O. Rademaker.
1492. Mulleb (No. 845).
211. „Woede yan het E^aas- en Broodsvolk te Alkmaar."
Zie: No. 11. Dl. U. Haat IV.
1490. 0. NiBT BIJ Muller (S. No. 346 A).
212. 'y^Brugsche loterykaari van 1496.*'
Opschrift boven de reproductie eener oude lotery-kaart 1 vel in-plano,
aan weerszijden een lijstwerk, zonder naam.
1496. b. NnsT bu Mulleb (S. No. 346 A).
213. yyUHmdetiyóker ghedaente eenes Pausschen Ezeh/
ghewmden inde Riviere den Tüber/ binnen Rome/ Anno
1496. Beschreven ende tuigheieght door D. Phüippvs Melan"
ihon: Midtsgaders het ghevoden D. Martinvs Lvther opt
zdve stuck wt de Fransoysche Tale in Nederduysch over*-
gheiety
Titelgravure van een pamflet tegen Bome.
1500. c. Niet bu Muller (No. 346).
214. Wonderteékenen in Utrecht {Regenen van kruisen;
vreemde vogdsy enz.)
Zie: No. 18. PI. 30.
1505—1626. d. Niet bij Mulleb (S. No. 346 A).
215. yyPrentverbeeldingen van een zevental onderwerpen
uit de vaderlandsche g^chiedenis; met toepasselijke Bij^
schriften.^*
Titel voor een zevental prentverbeeldingen, geschiedkundige gebeurte-
nissen voorstellende. Die voorvallen zijn de volgende:
„Belegering van Hagestein; oorsprong van den HoUandschen Tuin,
1505."
,,Scheepsstrijd tusschen Fransche Oorloge- en Hollandsche Koopvaardij-
schepen, 1554.*'
„Besluit der Algemeene Staten, om met Leicester alleen in de Neder-
duitsche taal te handelen, {sic) 1586."
,Frederik Hendrik, ontzet door Bax, 1606."
,Reinier Klaaszoon, 1606. '
„Een Hellebaardier brengt de tijding van het bevallen der Prinses van
Oranje, aan den voorzitter van H. H. M. 1626."
„Piet Hein, met een gouden keten omhangen, 1628.'
11^
„]
138 YEBSCHILLENDB OBBBUBTSNISSEN 1660—16
Zeven houtgravures m-12®, waarvan 6 zonder naam, maar door J. Plug-
ger, wiens initialen op de Se, en wiens naam op de Oe plaat voorkomen.
Tegenover ieder plaatje een vers, met de hier boven vermelde opschriften,
üit den Etikhuizer Almanak, 1821.
«
1607. a. NiBT BU MuLLBB (No. S48).
216. ^yAnno 1507 was er een watervloed te enkhuyse
zo dat er een gelade schuyt met koejen is door de kerk
gevare.**
Opschrift boven den predikstoel. Gezicht in de kerk waarin een schuit
drijft, met drie koeien en drie mannen erin, terwijl eenige andere per*
sonen op een der kerkkroonen, op ladders, enz. staan. Gekleurde gravure
in4» door J(ean) (de) R(idder).
1607. b. Niet bu Mullbr (No. 348).
* 217. Amsterdam met een blokhuis versterkt en door
Gerard van Mierop verdedigd tegen Kard van Gdder.
Zie: No. 18. Plaat 82.
3 November 1614. Mulleb (No. 366).
218. „Graaf Edzard den Raad yan Groningen zgn
ondankbaarheid yerw^tende, wordt met schimp en spot-
temy beloond, 3 November 1514."
Zie: Muller No. 22. Plaat XX.
1516. Muller (S. No. 366 B).
219. „La trju^phante et solemnelle entree faicte sur
Ie nouuel et ioyeux adaenement de treshoult trespuissant
et tresexcellent prince Monsieur Charles prince des hes-
paignes Archiduc daustrice duo de bourgongne Coce de
Flaüadres &c. En sa yille de Bruges Ism mil. y. ces &
XV Ie xvine iour dqpuril (sic) apres Pasques redigee en
escript par maistre Remy du puys son treshumble Indi-
ciaire et historiographe . . . Gilles d' Gourmont" (Paris 1515.)
Facsimile-uitgave van dezen hoogst zeldzamen intocht Titel en 32
platen gr. in•4^ vormen het geheel. Alle bizonderheden van dezen intocht
zijn hierop afgebeeld.
1616. Muller (No. 368).
220. „La vie de V empereur Charles V. en tres-belles
tailles-douces, gravées sur les desseins du celébre A. Tem-
peste, par deux des plus habiles Maitres J. de Gein & G.
Boel. A. Leide, Chez Pierre van der Aa, Avec Privil^."
Titel en acht platen. Onafgesneden exemplaar dezer zeldzame serfe.
Gravures langw. infol.
1616^20 UILSNSP1]$GBL 139
1515. NiBT BU MULLBR (No. 368).
221. Lange Pier en Groote Wierd^ twee gedtuihte
Friezen met hunne schepen op zee.
Zie: No. 18. Plaat. 34^
1519. Muller (No. 364 d).
222. „Quid in celis sol Hoc. in. terra Caesar est."
Inschrift geplaatst in het linksche van drie aan elkaar sluitende gra-
vures, boven en ter zijde van een, door twaalf paarden getrokken triomf-
wagen, ter eere van den overleden keizer Mazimiliaan, die daarop is a%e-
beeld. De wagen, waarop „Prvdentia", „Constantia**, „dementia" „Veri-
tas" enz. te zien zijn, wordt door „Ratio" bestuurd, terwijl men „NobiliW en
„Potentia" op de teugels leest en „Provitentia" (sic) „Moderatio" „Alacri-
tas'!, „Oportvnitas", „Velocitas", ,,Firmitvdo", „Acrimonia", „Virilitas",
„Ardatia", ,.Magnanimitas". „Experienta" en „Solertia" de rijk opgetuigde
paarden begfeleiden en „Gravitas" en „Perseverantia" aan de zichtbare
zijde van den wagen gaan. Gravure zonder naam uit: B. Pirckheimer.
Opera, Francof 1610.
1520. MuLLBB (S. No. 367 A*).
223. Uilenspiegel.
Een armoedig gekleed man, den doedelzak bespelende en met twee
kinderen in een mars op den rug, terwijl zijn vrouw naast hem gaat, met
een kind op den schouder en de ezel, eveneens met kinderen beladen, hem
volgt, wordt door een jongsken met een uil op den schouder voora%egaan.
Kopie der oorspronkelijke prent van Lucas van Leiden, later nog eens
als spotprent op den bisschop van Munster gebruikt. (Zie: Muller No. 2333).
1520. * Niet bu Mullbb (8. No. 367 A).
224. j,Ule)i8piegd. Ligt Begrdben zu Dam in Flandem^
in der grosen Kirch, auf dem Grdb ist er ako Sitzend ab"
gébOdet, Starb Ao. 1301.'*
Opschrift boven de afbeelding van een man, te halver lijve, in een
leunstoel zittend, kleed met hermelijn omzoomd, vedermuts over de nar-
renkap. Naar rechts gekeerd, met bjek in de beide handen. Onder do
plaat een zesregelig duitsch vers: , .Schau Ulenspiegein hier. Das Bildnüs
macht dich Lachen" enz. Gravure door P. Tróschel, met adres van P.
Fürst
1520. Nwr BU Mullbb (S. No. 367 A).
225. ^^Het recht Conterfytsd van Thyl Vlenspiegel
weicken hegrauen leyt tot Dam^ een myle van Brugge^
ende twee van Sluys^ inde groote kercky op wiens sarck
aldus int latyn geschreven staet: Sta Yiator^ Thylivm
140 ' AUOSBUBGSCHE CONFBOTIE, ENZ. 1520—80
Vlenspiegd cupice sedentem^ et pro liuiij et Mordogi salute
Deum praecare supplicem. Obijt. aiv> 1301, dat is, Staat
stil gy die hier voorby gaet siet hier Thyl Vlenspiegd ge^
seten en bidt Godt voor de wdvaert des Snaeck en Gui-
clidaer Sterff Anno 1301.**
Onderschrift onder een dergelijk portret als bovenstaand. Hier in ge-
ornamenteerd randwerk. Rechts in den bovenhoek een uil in achtkante
lijst Gravure zonder naam, met adres van Craspar de Hollander te?
1522? NiBT BU Muller (No. 367).
226. De Gdderschen en Friezen brandschatten Texd
en Wieringen.
Zie: No. 18. Plaat 87.
1624. NiBT BU MULLBB (No. 868).
227. Paus Adriaan IVj in een kdder^ Luthers leerinn
gen met de H. S. vergdijkende.
Zie: No. 18. Plaat 36.
1526. Muller (No. 369 en 8).
228. 't Licht op den kandelaar.
Zie: No. 235.
1528. Muller (No. 874).
229. „'s Grayenhage geplonderd door Maarten yan
Rossem 1528."
Zie: No. 22. Plaat XXI.
1528. Muller (No. 875).
230. „Keizer Earel de V, b^ toortslicht te Utrecht
ingehaald, ontfangt de roede yan justitie en de sleutels
yan de poorten."
Zie: No. 11. Dl. XXL Plaat 111.
1628. Niet bu Muller (No. 875).
231. Kard V maakt zidi heer van 'f Stidü.
Zie: No. 18. Plaat 39.
26 Juni 1530. Muller (No. 878).
232. „Ware ende eygentlycke afbeeldinghe. yan. de.
hooch. aensienlycke. Yergaderinge. gehoyden int. iaer 1530.
den. 25. Jyny. op. den. biaschoplycken. saeL binnen, de. stadt.
Aygsborch. alwaer. de. Confessie, der Eyangelischen. Pro-
testerenden. Vorsten, ende steden, yoor. gelesen. ende. aen.
Keyserleycke. May. Carolys. V. is. oyergegeyen. worden, wit.
1580—60 AUOSB. OONFESSH 't LICHT OP DBN KANDBLAAE 141
geloofvraerdigen. Historiën, ende. Conterfeytiiiffhe. naet.
leren. so. yed. moogelyck. by. een. gebracht, end. in. cooper.
gestelt.'*
Zeldzame gravure door Hendrick Lodewycksz. Uitlegging der Nos. 1 — i7
onder de plaat. Gfezicht in de gewelMe zaal. Links boven den zetel des
keizers een viertal portretten. In *t midden van de geheel bezette zaal
een tafel, waaraan twee mannen zitten te schryven.
25 Jmü 1580. Mullbb (S. No. 878 B).
233. „Ausborcbsche Cüonfessie."
Chravure in-fol. door Muller beschreven naar het exemplaar van den
heer A. J. Nijland te Utrecht Behalve het adres van Clement de
Jonghe en Jochem Bormeester staat op dit exemplaar in den linker be-
nedenhoek : ,,D. P. se.** De plaat stelt Luther en den Keizer (of een rech-
ter) voor, als zinnebeelden van wet en Evangelie, naast een gouden kandelaar
met 7 armen, welke op den B\jbel staat. Deze ligt op de arke des Ver-
bonds, die weder op rotsblokken is geplaatst Aan iederen arm zijn drie
medaillons bevestigd met zinnebeeldige voorstellingen van Art. 1— XXI
der Confessie van Augsburg. Onder in de plaat een 7-regelig inschrift
Verschillende teksten hooger in de plaat Zie voor antwoord op de vraag van
Muller: „Dit zal dus de plaat z^n waar de kandelaar op tafel staat, en
de Psus en Luther aan tafel zitten?" No. 385 van dezen katalogus.
S5 Juni 1580. o. Nut bu Mullib (S. No. 878 B).
284. jjEigentliche Abbüdung des Leuchters voarer Rdi'
gion^ wie diesélbe in der AiAgspurgischen Confessian kürz-
lich begriffetij Wdche van dem H. Geist angezündet^ auff
den Fdsen der Propheten u. Apostel in Gottes Wort
gegründet^ auch durch des AUerhöchsten Schütz Rundert
und acht und sibensig Jahr heüeuchtend erhalten^ und
bisz zu der WeU Ende beuxxhret toerden urird"
Onderschrift in drie regels onder eene plaat, in hoofilzaak gel\jk
aan de vorige. De medaillons, zoowel als verscheiden der daar
bij gestelde teksten, verschillen echter met die van de hierboven -
beschreven hollandsche plaat Staat bij deze in de arke des verbonds:
„Het verbont van Paasau is op gerecht anno 1562 maer A* 1555 Bevesticht
op den ryckx dach van Ausborch,*' indeduitscheleestmen: „Passaulscher
Bund und vertrag 1555 Munsterischer und Osnabruckischer Fried 1640."
In het hollandsche onderschrüt wordt van „meer als over de hondert
iaaren" gesproken,*' kifr van 178 jaar. Gravure door G. Rogg met adres
van A. Schmidt
142 WEDSRDOOPSBS 1530
1530. b. NiBT BU MuLLBB (S. No. 378 B).
235. ,/f Licht is op den kanddaer gesteit.'*
a, Zinneprent op de Hervorming. Rondom een tafel, met bovenstaand
inschrift, en waarop een brandende kaars (het door de Hervorming op
nieuw ontstoken licht des Evangelies) staat, zitten 16 steunpilaren der
kerk, als: „Wiclef, Hus, Hieronjmus van Praag, Zuinglius, Luterus,
Oecolampadius, Bucerus, Calvinus, Melanchton, Petrvs Martyr, Cnox,
Flaccius Illyricus, Bullingerus, Zanchius, Beza," en „W. Perkins," terwijl
bovenaan, in een schilderij, de portretten prijken van: „George Princ. Anhald.,
Joannes k Lasco, G. Farel, J. Sleidanus, Ph. v. Mamiz en Fr. Junius.
Een Kardinaal „Verkeerde G^leertheit," een monster „Leugengeest", de Paus
„Valsche Successi" en een monnik „Schyn heilicheit'* trachten te vergeefe
de kaars uit te blazen. Onder de plaat de naam en een vierregelig vers
op ieder der hierboven genoemde en in de plaat, met de letters A — Q
aangewezen personen. Aan 't slot een versje op „de vyanden van het
licht" Onderaan rechts : „Johaimis de Ram Excud. na de copy van Londè(n)
t' Amsterdam" ; links: „H. Bergius Kardenus."
Muller vraagt (Suppl. No. 878 B.): „Dit zal dus de plAat zijn waar de
kandelaar op tafel staat, en Paus en Luther aan tafel zitten." (Zie No. 288).
Ik verwijs echter naar no. 369 van zijn katalogus en naar hetzelfde
nommer in het „Aanhangsel" aan het eind van het vierde deel, waar hij
de hollandsche en engelsche plaat vermeldt, die „'t licht op den kan-
delaar" heet en waarvan de hollandsche hier boven door mij meer uit-
voerig is beschreven.
b. Dezelfde voorstelling zeer slechte afdruk, met „Carel AUardt Excudit.
Na de copy van londen." Dit is een andere plaat als de voorgaande.
Bij onderlinge vergelijking valt dit dadelijk in 'toog. Zoo is b.v. het
monster : „Leugen geest" hier een monnik met neergeslagen kap en kruis
op den rug en z\jn de portretten tegen den muur veel kleiner dan in de
vorige plaat en alle in medaillons. Ook aan de verzen onder de plaat,
die bij beide eronder gegraveerd zijn, is duidelijk te zien dat het twee
verschillende platen zijn. De heer J. Philip v. d. Keilen schrijft ze toe
Bkn den graveur Cl. Duysent.
25 Juni 1530. Nibt bij Muller (No. 379).
236. ,^[0Aug8burgse Confessie^ ^
Kopergravure in-16*. z. n. v. gr.
5 November 1530. Muller (No. 380).
237. „Ongemeene watervloed en doorbraak der hol-
landsche dijken.*'
Zie: No. 9. Dl. III. Plaat VII.
1635
WEDBRDOOPEBS 143
15S5. NiBT BU MüLLBB (Aanh. No. 382 A).
238. yyBet hdeg van Oldedoaster'' {by Bclsward).
Kopergrayure in-V. z. n. v. gr.
1585. Niet bij Mulleb (No. 883a).
239. „Die grutvd^cke Gheschiedenisse ende op4oop der
Stadt van Amsterdam/ door die oproerische Anabaptisten
ter sdver t^t met die bedtenisse des eerster Adam^t/ ofte
naeckt loopers Diderick Snijder, waerachtich beschreven.*^
In *t midden van dit in drie kolommen verdeelde blad pnjkt
de beeltenis, ter halver lijve en naar rechts, van „Diederick Snyder
den eersten Adamyt ende Naect-looper." Hij is geharnast en heeft een
speer in de linkerhand, terwijl de rechter op een boek rust. Achter zijn
hoofd eene voorstelling der naaktloopers. Gravure door en met adres
van C. V. Sichem. In de kolommen aan weerszijden en in 16 regels
tekst onder de gravure, een uitvoerig verhaal van de handelingen der
wederdoopers in verschillende plaatsen.
1635. NiBT BU Muller (No. 883b).
240. „ Vvaerachtighe'afbeddinghe des Conincks van Mun'
ster/ ghenamt Jan Be%ickdz. sijns hantwercks een snijder/
ofte Cleermaker/ ghéboren tot Leyden in HóUandt/ in
zijnen Tyttd voerde hy dese worden als volght lek Jan
van Godts ghenaden . . . een dienaer der gerechtidieyt.**
In het midden van het blad het portret van „Johan Bevckels von
Leyden. Roy des Anabaptiste dens {sic) Munster en Westphalen. 1533."
Hieronder een 6-regelig vers geteekend C. v. S(ichem). In een kolom druks^
aan weerszijden het leven van J. B. Onderaan rechts: „Tot Amstelre-
dam. Bij Christoffel van Sichem Figuersnijder ende Plaetsnijder/ 1606."
Het portret is door v. 8. gegraveerd en stelt hem voor ter halver lijve,
naar rechts met den scepter in de rechter- en een rol papier in de linkerhand.
1635. Muller (No. 384).
241. Het Boeck D. Lamberti Hortensii yan Montfoprt,
in sgn Leven rector yan de Schole tot Naerden. Van den
Oproer der Weder-Dooperen. eerst Int Latijn beschreyen/
ende Ghedruckt tot Basel, met Priyilegien yan de Key-
serlgcke Majesteyt, ende Nu in Nederlandts oyergheset.
Mitsgaeders, Een Yoor-reden yan den selyen Autheoraen
de E. VVyse ende Voorsienighe Heeren, Burghemeesteren
Schepenen ende Raedt der Stadt Amsterdam. Tot Hoorn,
By Gillis Claesz. Coster, Boeck-yercooper aende Groote
Kerck/ Anno 1624."
In dit fol. boek van YIII, en 26 (dubbele) = 52 blz. komen de vol-
gende prenten voor:
144 WBDBBD00PSB8 1S36
Blad 2. De doop der Wederdoopere.
„Wevers en Pelsera heel versot, die malcanderen weder Doopen" enz.
Blad 8. De Wederdoopers hunne kostbaarheden yerkoopende.
„Sy vercochten Juweelen en Cleeren, Lant goei in alle hoeoen" eni.
Blad 5. Vier wederdoopers met uitgetrokken zwaarden.
In de gravure: „Betert V, wee penite(n)ti wrake."
Onder de gravure: „De Schepen worden aenghehouwen, haer rejs
belet, sy mochCen niet voort, enz.
Blad 18. NaakÜoopers op straat, het huis, waarin zy vergaderden in
brand.
In de gravure: „We We We Wee."
Onder de gravure: „Haer nieuwe Gheest die heeft gheblaeckt, als
*t openbaer heeft ghebleken" enz.
Blad 18. (verso) Afbeelding van het klooster te Bolsward door de wede^
doopers ingenomen.
In de gravure: „Ovde klooster."
Blad 20. De wederdoopers op den Dam; rechts burgemeester Colijn
vermoord.
In de gravure: „Bur gem. M. Pieter Col^n."
Onder de gravure: „Turbaty makende en oproer, namen sy de plaets
in als menschen verweet," enz.
Blad 22. De Wederdoopers in *t stadhuis ingesloten. Op den achter-
grond 't stadhuis, op den voorgrond een kanon, enz.
„De Burgers wilden niet toelaten, den schandelijcken moort ende
groot confuys", enz.
Blad 28. Terechtstelling der wederdoopers. Links een dubbele galg
waaraan de lijken aan de voeten opgehangen zijn; rechts de op het
rad tentoongestelde.
„Met de voeten opwaerts gelijck honden, zijn sy aan een Qalghe gheknocht**
Blad 24. Terechtstelling op het schavot
„Met verraders en hadde niemant meedoogen, want men hoorde se noyt
beclagen" enz.
Alle gravures zijn zonder naam, gr. in-4^. en aan de achterz\jde be-
drukt. Muller vermeldt de afbeelding van „Ovde Clooster" niet
1535. MuLLBB (No. 885).
242. Oproer der Wederdoopers te Amsterdam.
Serie van 16 plaatjes in-8*. üit L. Hortensius, Oproer der Weder-
doopers. Onder iedere gravure een tweeregelig versje. Muller vermeldt
er slechts 8. De volgorde is hier geheel anders dan in 't vorig en in het
volgend nommer van dezen catalogus. Naar dit laatste genonmnerd staan
zij hier in de volgende orde: 1, 2, 3, 17, 4, 5, 6, 7, 8,9,11, 12,18,14, 15.
De versjes onder de plaatjes zijn echter geheel anders.
15S6 OPROBB DER W£D£EDOOPERS 145
1535. KiBT BU MlTLLEB (No. 385).
243. j^Oproere n fsicj der Wederdopers.*^
Inschrift in een zinnebeeldige titelplaat behoorende in „L. Hortenaius,
Verkaal Van de oproeren Der ivederdoopers, Voorgevallen Te Amsterdam^
Munster m in Oroenin^er-land . . . t' Amsterdam, By Adriaan Schoonebeek,
1694." Op het voetstuk, waarop het boven vermeld inschrift is gegraveerd,
staat de Arglistigheid, met een schapenvacht omhangen. Zij wordt,
terwijl ze bezig is te doopen, door een engel der wrake, die een kelk met
hostie in de eene hand heeft, met een bliksemflits getroffen. Rechts eenige
gedoode wederdoopers. In dit werkje komen de volgende plaatjes voor:
(die, welke op Nederland betrekking hebben, zijn met een N. aangegeven).
BI. 7. 1. „Leertouwers, Wevers . . . Valt hier aan 't doopen'', enz.
Op den voorgrond twee personen bij een doopvont knielend enz.
„ 11. 2. ,,*t Gespuys verkoopt juweel en kleed," enz.
„ 23. 3. Men stut haar reis Sie hier hen, met geweer opdond' ren,
langs de straat (N.) Vier personen loopen met uitgetrokken
zwaarden van rechts naar links.
,, 53. 4. „Jan Bokelsz. stijgt ten Troone in Purper, stijf van goud", enz.
Bechts op den achtergrond de troon, omringd door veel volk.
„ 59. 5. „Waarzegger Warendorp werft hier zijn Lijfetrauwanten".
,, 81. 6. „Twee Dienaars vlugten; maar zy worden agterhaald;enz.
Op den voorgrond Bokelsz. met zijne gekroonde vrouw.
„ 82. 7. „Zijn Koninginnen... zijn twistig; hy beslegt die tweespalt
met 2ijn swaard." .
In 't midden Bokelsz, zelf één zijner vrouwen onthoofdend.
94. ,8. „Jan Bokelsz. toond zig fier aan Hessens Kerkgezant," enz.
101. 9. „Ziet. hoe dit vuil gebroed a^rijslijk brand en blaakt En
op de straat verschijnd; als zinloos, moedernoakt." (N.)
Voorstelling met een 9-tal naaktloopende lieden.
„ 107. 10. „Zy pogen Bolswaert te vermeest'ren door geweld; Maar
d'uitgedaagde Vries weer alles hier hersteld." (N.)
Afbeelding van het oude klooster te Bolsward, door de
wederdoopers in bezit genomen. Boven in de plaat een
oningevuld label.
,, 133. 11. „Zelf Amsterdam moet van die schandelijke plagen, Die
Muytemakers, moord en plondering verdragen." (N.)
Afbeelding van een gevecht op den Dam.
,, 136. 12. „De Borgere rotten zaam, en schieten 't harnas aan, Des
is het woeden in een ogenblik gedaan." (N.)
De gewapende burgerij op den Dam. Rechts op den voor-
grond een kanon, vaatje kruit, enz.
,, 141. 13. „Het hollend treurspel, dat een bloedige aanvang had,
Neemt ook een bloedig eind, met galgen, mik, en rad." (N).
10
91
11
146 OPBOBB BEB WEDBEDOOPERS 15S6
O. a. 18 lijken van wederdoopers aan de voeten en geheel
naakt aan de galg hangende.
61. 143. 14. ,,Het halsrecht gaat zijn gang, en loond het schelms misdrijf,
En rukt de Muytenaars de harten uit het lijf.'* (N.)
Hechts op den achtergrond een schavot, waarop aan één
der muiters, die op een slachtbank ligt, het hart uit het lijf
gesneden wordt.
.,, 157. 15. „ regt en straf.
En, na zijn dood, verstrekt een yz're korf zijn gpraf."
,,(1)169. 16. Drie geldstukken met de beeltenis van Jan van Leiden,
enz. (voor- en keerrijde).
,. 161, 17. ,,'Een tweede Koning hier zoo wel als d'eerste woed, Zijn
Degen verwende in zijn Egaas hartebloed." (N.)
Links op den voorgrond een man gereed eene vrouw te
doorsteken.
Alle uitnemende gravures in 8*. zonder naam.
IBSB. MüLLEB (No. 387).
244. Oproer der Wederdoopers.
a. Serie van 8 plaatjes langw. in-12*. zonder naam van graveur, met
adres van C. Visacher en twee-regelig onderschrift.
1. „Wevers en Pelsers . . . wederdoopen de Lieden", enz.
2. .,,De Wederdoopers verkopen haer Meubelen", enz.
3. „4. k 5. Wederdopers lopen tot Amsteldam . . . roepende", enz.
4. „Anno 1535. den 11 Februari hebben 7 Mannen en 5 Vrouwen inde
Soutsteegh tot Amsteldam . . . naeckt langhs de straten lopende", enz.
5. ,,A*. 1535. den 28 Februari naemen de Wederdopers te Bolswaert in
Vrieslant 't Oude Klooster in", enz.
6. „A^ 1535. den 10 Maij namen de Wederdopers de Marckt . . . van
Amsteldam in", enz.
7. „De Burgerij van Amsteldam besetten haar Marckt en Stadthuys," enz.
8. „A®. 1533 den 14, 20, en 21 May syn de . . . Wederdopers . . .
gereght", enz.
b. Dezelfde voorstellingen veel grover en gekleurd, op 1 blad, dat juist
in 't midden gemerkt is EE en dus tot een serie volks- of kinderprenten
schijnt te behooren.
1535. Niet bu Mullbb (No. 388).
245. Innemen van het stadhuis te Amstef*dam door de
wederdoopers.
Teekenmg in O. I. inkt en sepia z. n. Links het stadhuis dat be-
stormd wordt
16S5— 1639. OPROEE DBR WBDBBDOOPBRS, BNZ. 147
1585. Niet bu Mulleb (No. 888).
246. jjHerdoopers Andagh op Amsterdam. Den x. Afa^\
1535.*'
Opschrift van een label in een gravure in-4°. voorstellende het bezetten
van den Dam door de Wederdoopers. Titelprent voor P. Codde's tooneel-
spel met bovenstaanden titel.
1535. MuLLKB (No. 890).
247. „Aanslag der wederdoopers op Amsterdam. 1535.**
Zie: No. 22. Plaat XXU.
Niet bij Muller (No. 890).
248. Naaktloopers te Amsterdam.
Zie: No. 18. Plaat 41.
1536. Mulleb (No. 391).
249. „Int iaer ons heeren duijsent v^ï hondert ses en
dortich op heijlich Cruijs dach datmen de stadt delft
branden sach opden dorden dach meg.**
Gravure kl. in-8^ Onderaan links ,,S. K. exc." Links de stad, waar-
boven „DELFT", rechts eea huis, waarboven „LASERVS HVYS."
Een monnik roept naar binnen: „Delft brant" een ander zegt ten venster
uit: „Qodt sij gelooft."
1586. Niet bu Muller (No. 393).
250. ^jAfbeelding van het Menno Simons kerkje bij
Witmarsum in Vriedand.*^
Onderschrift, en 4-regelig vers in twee rijen onder de afbeelding van
het inwendige van een zeer eenvoudig kerkgebouwtje. Op den achtergrond
de preekstoel, waarboven een zandlooper hangt Rechts en op den
achtergrond twee ramen; links tegen den muur een kniestuk van Menno,
in lijst Links van het onderschrift de woning, rechts het portret te
halver lijve van Menno Simonsz. Gravure breed infol. naar H. Thepass,
door D. Slujter, met adres van M. Stoffels te Zaandam. „Proefdruk."
Hierbij een vel hoUandsche tekst in-^^ met opschrift: „Menno-Simons*
kerkje." en onderaan een 6-regelig vers van M. Nieuwenhuijzen.
1538. Niet bu Mulleb (No. 895).
251. Komeet in HoUand gezien.
Zie: No. 18. Plaat é3.
1539. Niet bu Muller (No. 396).
252. Vonnis over Pijl^ opperdeken van het weversgild
door H volk uitgesproken.
Zie: No. 18. Plaat éi,.
148 TBESCHILLBNBB OBBBUETBNISSEN 1548—16441
1541. * Niet bu Müllbb (No. 807).
253. De landvoogdes beweegt, door leugen^ de afge-
vaardigden der Staten van Holland tot hidp.
Zie: No. 18. Plaat 46.
1548. MuLLBR (No. 399).
254. „Hertog Willem (van Golik) valt kegzer Earel
y te yoet, en staat zgn Hertogdom Gelder en Graafiachap
Zutfen aan hem af.*'
Zie: No. 11. Dl. XXXV. Plaat L
1544. Müllbb (S. No. 898 A.).
255. „De yermaerde koopstadt van Amstelredam/ ge-
conterfeyt met alle sgn Wateren/ Bruggen/ Straten/
Eereken/ Kloosteren/ Huysen/ Toorens/ Poorten ende
Mueren/ ende omleggende situatie/ gemaeckt ter eeren K.
M. ende oock den Eersamen Raedt der selver Stadi/ende
allen liefhebberen der Eonste, etc.
Wtgegeven by Comelis Anthonizoon Schilder/ met
Oc^jToye der E. M. onsen ^enadighsten Heere/ van
't selfde niet te moghen nae-drucken noch rerkoopen
binnen den tgdt van ses Jaren lanck gheduerende/ ende
ghedateert van den Jare duysent yijf-hondert drie-en-yeertigh/
op seeckere penen int selfde Octroye hegrepen/ op dat
hem een yegelgck voor schade verhoede mach.
Dese af beeldinghe vindtmen te koop in die yermaerde
koopstadt van Amstelredam achter de Nieuwe Eerck by
den Toorsz Comelis Anthoniszoon, Schilder inde Schrg-
yende handt."
Inscbrifi in het tweede blad van een plattegrond van Amsterdam, uit
. twaalf bladen (drie naast en vier boven elkaar) bestaande. Op het derde
blad Neptunus met het wapen van Amsterdam in de rechter-, en den
drietand en een cartouche, waarop „Amsterdam" in de linkerhand. Om
de geheele kaart een drie duim breeden zwart en witten rand. Uitne-
mende houtsnede. Bxemplaar in losse bladen met alle marges.
Ofschoon geen bepaalde historieplaat, heb ik, in navolging van Muller,
haar hier beschreven als belangrijk voortbrengsel der kunst en één der
eerste proeven van plattegronden.
15 September 1546. Nm bu Mullsr (No. 400).
256. „De zilveren kap van MaximUiaan van Bourgonje.*'
Gravure in-fol. P. B. d(elineavit).
15i9— 1555 BELEG TAN TEROUANNE-LE CLEBO 149
1549. Mulleb (No. 404).
257. „Burgemeester Joost Boick neemt Pilips den Il^en
den Eed af."
Gravure langw. in-8*. met bovenstaand onderschrift, naar H. P. Schouten,
door B. de Bakker. Bovenste van twee voorstellingen op één plaat uit
L. V. Ollefen. Verkorte beschryvin^ van Amsteldam^ Amsteld. 1782.
Zie voor de onderste Muller No. 404. Dus niet uit Staatk. Historie van
Molland^ zooals Muller meent, tenzij een afisonderlijke afdruk van dit
plaatje, mede hier aanwezig, daarin behoort.
1558. NiBT Bu Mulleb (No. 405).
258. „fie^ helech van de stadt van Terwanen.**
Opschrift in cartouche boven de afbeelding der op een hoogte gele-
gen stad, en de daartegen optrekkende troepen. Onderin over twee derden
der plaat, naar rechts, een omlijste open ruimte, voor een inschrift, «hier
volgeschreven met latijnsch inschrift, omtrent de ligging der plaats enz.
Het noorden is hier ondei^ het zuiden bovenaan; 't westen rechts,
'toosten links. Gravure langw. in-4^ z. n. v. gr.
1555—1715. Niet bij Müllbb (No. 405).
259. ^jGeschiedenissen der vereenigde Nederlanden^ Sedert
den aanvang van die RepuUyk tot op den Vrede van
Utrecht in H Jaar 1713. en Ixet Tractaat van Barrière in
't Jaar 1715. gesloten. Verciert Met d' Afbeeldzels der Voor^
naamste Personaadjen^ Beruchste (sic) Gevallen^ Belegeringen
van Steden, Velddagen, en meer andere Keurlyke Print'
verbeeldingen, gesneden door den Heer Picard Romein, en
andere voorname Meesters, in drie deelen in folio. In
't Fransch besdireven door den Heere Jean Ie Qerc. En
nu in 't Nederduitsch vertaalt. T Amsterdam, By Zacharias
Quitélain, Boeckverkooper op den Dam. 1730."
De 54 portretten, die in dit werk voorkomen, zijn reeds door van
Someren in zijn portretkatalog^ beschreven. Ik kan dus volman met
de vermelding der platen, waarvan de opgave hier volgt:
1. Zinnebeeldige titelplaat voor deel I: ,,De Republyk der ver-
eenigde Nederlanden zittende op haren Throon; Hebbende aan hare
regterhand (links op de plaat) den godsdienst, de vryheid, den vrede,
en zeevaart; Aan hare linker den koophandel, 't geluk, en den overvloed.
Asia, Afrika en Amerika komen elk als om stryd hare schatten die
republyk aanbieden."
2. „Algemeene Kaart der Vereenigde Nederlanden."
3. „Spaansche Inquisitie." Verklaring der nos. 1—13 onder de plaat
in 7 r^en.
150 JEAN LB CLBKC 1655—1715
4. „Predikatien der Gereformeerden, A*. 1566, buyten Antwerpen
ondernomen." (M. No. 476^}. •
5. „Het stormen der Beelden, in Vlaanderen en Brabandt A^ 1568.
begonnen, en terstond door geheel Nederlandt verspreyt." (M.
No. 480^).
6. „De Spaansche Bloedraadt, g«lvk dezeWe door den wreeden Hertog
van Alba is aangestelt, in den jaare 1567." (M. No. 510^).
7. „f Veroveren van den Briel, op den eersten April des jaars 1572."
(M. No. 573*).
8. „D' opper krygs Bouwmeester van den Hertog van Alva, Don Pe-
dro Pacieco, beneffens twee Spaansche Jonkers, in den Jaare 1572.
tot Vlissingen opgehangen." (M. No. 579*).
9. „Wreede moordt der Spanjaarden tot Naarden, den eersten December
des jaars 1572." (M. No. 601).
10. „Het Beleg van Haarlem." (M. No. 613).
11. „Het beleg van Alkmaar." (M. No. 646).
12. „Zeeslag tusschen den Graaf van Bossu, en den {sic) Noordt Hollan-
ders, voorgevallen den 11. en 12. October, 1573." (M. No. 652*).
13. Standbeeld door Alba tot eigene eer opgericht. (M. No. 569), die ech-
ter in zijn opgave verschilt met dit exemplaar, daar dit niet gemerkt
is „I. 298", maar „Tom I No. 14").
14. ,,'t ontzet van Leyden." (1574). (M. No. 691*).
15. „Het beleg van Woerde." (1576). (M. No. 705).
16. „Toght der Spanjaarden, door 't waater, naa Duyvelandt en Schou-
wen." (M. No. 707).
17. „Voorbeeldt van d'a%rijselyke Wreedtheit der Spanjaarden, aan see-
kere Bruydt getoont, by 't pionderen van Antwerpen Ao. 1576."
(M. No. 722c;.
18. „Het Slot Vredenburg tot Uytrecht." (M. No. 731).
19. „De Stadt Maastricht, door den Prins van Parma met Storm vero-
vert, den 29. July des Jaars 1579." (M. No. 810*).
►20. „Mislukte -belegeringe van Steenwijk, door den Graaf van Rennen-
berg, A». 1580. en 1581." (M. No. 833*).
21. „Kameryk in den Jaare 1581. door den Hertog van Anjou ontset."
(M. No. 837*).
22. „D'aanslag van den Hertog van Anjou op Antwerpen, in den Jaare
1583. mislukt" (M. No. 871*).
23. „'t Vermoorden van den Prins van Oranje, door Balthasar Gerards,
in den Jaare 1584. te Delft." (M. No. 885c).
«
24. „De kostelyke Grafeteede, tot Delft, ter eere van den Prins van
Oranje, Willem van Nassauw, gesticht." (M. No. 897*).
25. „Schipbrugh over de Schelde," enz. (M. No. 911*).
26. „afbeelding der werking van Gianibellies brandtscheepen tegens de
1555—1715 JBA}) LB CLEBC 151
schipbrug des Prinaen van Parma over de Schelde." (M. No. 912^,
maar met y^Tomi L No. 23").
27. ifHet belegh der Stadt Antwerpen in den Jaeren mdlxxxiv en
MDLXXXV." (M. No. 9055).
26. ^fie Stadt Grave, door den Prins van Parma, in den Jaare 1586. be-
legert" (M. No. 943*).
29. „Vertooninge van de ontsachlyke Spaansche Krygs vloot, in den
Jaare 1588." {M. No. 979*).
30. „Het Belegh der Stadt Bergen op Soom in den Jaare iidlxxxvui."
(M. No. 982*).
31. „Toeleg van Maarten Schenk op de Stadt Nymegen in 't Jaar 15S9."
(M. No. 985*).
32. „Veroveringe van t* Kasteel van Breda, door Soldaaten, in een Turf-
schip verborgen, Ao. 1590." (M. No. 993*, maar met „Tom. I No. 29").
33. „Het belegh der Stadt Groningen in den Jaere mdxciv." (M.
No. 1031).
34. ,4^e Stadt Huy, met krygslist door Heraugiere verovert, en wederom
verlooren in Vjaar 1595." (M. No. 1036*).
35. „Scheeps-tocht, in den Jaare 1396, naar Nova Zembla ondemoomen."
(M. No. 1034*.).
36. „Veroveringe van Cadix, in 't Jaar 1596." (M. No. 1046*).
37. „De Slagh by Turnhout, in den Jaere iiDxcvn. ' (M. No. 1059*).
38. „Hoedaanigh de Hollanders in de Jaaren 1596. en 1597. in Nova Zembla
hebben overwintert" (M. No. 1033*).
39. „Stranding van een Walvisch van 70. voeten lang, tusschen Katwyk en
Schevelingen, in de Maandt van February, Ao. 1598." (M. No.
1082*).
40. ,,De Stad Bommel belegert door den Admirant, maar verlost door
Prins Maurits, in 't Jaar 1599." (M. No. 1102*).
41. „De Stadt Allegona, op t' Eylandt Groot Canaria, in den Jaare 1599.
vermeestert" (M. No. 1106*).
42. „Gevecht, tusschen Gerard. Abrahams en twintig Nederlanders, teg^ns
den Heere van Breaute en twintig Fransche Ruyters, op 4en4. Fe-
bruary des Jaars 1600." (M. N. 1124e).
43. „Slagh by Nieupoort" (M. No. 1138*).
44. „Slagh by Nieupoort" (M. No. 1139*).
45. Titelplaat van deel II: Mars en Mercurius aan weerszijden van de
Nederlandsche maagd, aan wier voeten de leeuw ligt.
46. ,J)e groote gehoorzaal in den Haag, in den welken de-heeren staa-
ten-generaal der vereenigde Nederlanden de gesandten ont&ngeu,
en — hunne vergaaderingen houden."
47. „Afbeelding van het vermaarde Synode van Dordrecht in het jaar
1618. en 1619." (M. No. 1338^).
152 LE CLEBC-MOTLBY
1555—1715
48. ,,Johan van Olden BarneYelt, binnen 's Gravenhage onthalst, den ISe.
May. 1619. in de ouderdom van 72. Jaaren.** (M. No. 1891).
49. „De Weduwe van Oldenbarneveld bid Prins Maurits om genade voor
haar Zoon." (M. No. Ié90a).
50. .,Af beelding vande twee Blokhuizen op den Amstel voor Amsterdam,
gebouwt in het jaar 1650." (M. No. 2002).
51. „Het blocqueeren van Amsterdam, door de troepen van Willem de
Tweede, prins van Oranje, van den 80. luly. tot den 4. Augusty des
jaars 1660." (M. No. 1993).
52. ,.Het doorbreeken van de SL Anthonis Dyk buiten Amsterdam op den
6e maart 1651." (M. No. 2019).
53. Titelplaat van deel 111 : C^eschiedenis, met den spiegel der waar-
heid in de linkerhand, schrijvende. Links een engeltje met eeu
lauwerkrans; rechts een met een g^esel.
54. „De Prins van Oranie Willem de UI. doet den Eed als Stadhouder
in t' jaar 1672." (M. No. 2877).
55. „De' 2. Broeders Jan en Comelis de Wit in den Hage vermoord en
daar na aan de galg by de beenen opgehangen &cc. den 20. Augusti
1672." (M. No. 2408tf).
56. „De France wreedheid tot Bodegraave, en Swammerdam geschiedt in
den Jaare 1672." (M. No. 2436*).
57. „Het verdronken van Johan Willem Friso, Prins van Oranje en
Nassau &c. in 'tovervaaren vande Moerdyk den 14e July, 1711."
(M. No. 3473a).
Alle platen zijn — met uitzondering der titelplaten, die gewoon groot in-
folio zijn — in-plano, gedeeltelijk naar of door Luiken, gedeeltelijk door
B. Picart.
1555—1648. Niet bu Muller (No. 406).
260. ,,The rise of the dutdi repuUic. A History, By
John Lothrop Motley, In three volumes, London : John Qiap^
man . . . Chapman 8f Hall . . . MDCCCLVI.
Dit werk, drie deelen in-8®, is hier in een exemplaar aanwezig, dat,
zoowel zijne opname in dezen katalogus, als de breede beschrijving wettigt,
aan dit boekwerk besteed. Het oorspronkelijk oktavo werk is blad voor
blad in folio kader gezet, zoodat het nu uit drie zeer groot folio dee-
len bestaat, in marokko gebonden en verguld op snede. Dit groot
formaat was noodig, omdat de bezitter zooveel hem zulks mogelijk was,
van elk der voorname personen, in dit werk genoemd en met onze ge-
schiedenis van dien Tijd in betrekking staande, een handschrift tusschen
den tekst wilde voegen.
Van die brieven en H. S. stukken volge hier een gedetailleerde lijst:
Na de voorrede vindt men eeu negental brieven van J. L. Motley zelf
1566—1648 JOHN LOTHKOP MOTLBY 153
aan den heer Bennett te Londen, die een eigenaardigen blik gunnen in
zijn manier van werken.
Deel I. tegenover bl. 63: Een brief met opschrift: ,,Maximi1ian vongots
gnaden Komischer Kunig", op zijn last geschreven aan Wol%ang zu Ottin-
g^n, uit ,.Prussel 22 Sept. 1505," en handelend over zijn valkenier.
Tegenover bl. 67: Brief aan Wolfgang Graf zu Ottingen en de zonen
van graaf Joachim van Ostemson (?) door Carolus (Karel V) eigenhandig
geteekend en ten doel hebbende de vee te bij te leggen, die tusschen
voorgenoemden en Harms Thomasz von Alsborg bestond.
Bl. 100: Brief onderteekend door Hendrik Qraaf van Brederode van
26 Bec. 1567 aan Diderich Suho? over het ontmoeten van den graaf van
Berge.
Bl. 100: Een zeer groote perkamenten schuldbrief waarbij Karel V
erkent van Pieter van Neck, Jan Pietersz, Kies en GerritRenger te' hebben
geleend zeshonderd vijftig Carolus guldens, betaald in handen van Adriaan
Stalpart, rentmeester generaal van Kennemerland en Yrieslandt Dit stuk
is geteekend door v. Praet, de Barlaymont, N. Clajsonem, (Claissone), P.
Boisot, Joes de Damhoudere en Aelbrecht van Loo.
Aan de achterzijde is nog vermeld dat deze brief niet meer is dan een
,,8lapert'\ omdat de zaak «ilgedaan is door den afstand aan den houder
van twee kampen vroonland, genoemd Wm. Foppes weyde en Pr. Pieters
weyde.
Bl. 101 : Gedeeltelijk eigenhandige brief van Yiglius Zuichemus aan
Serapius Hanya, med. dokter te Leeuwarden, waarin hij een verzoek
van dezen om voor Leeuwarden bij den koning tusschen te treden afwijst.
(Niet bij Hoynck v. Papendrecht).
Bl. 103: Een door Vargas geschreven en door Philips II ondertce-
kende brief aan „Presidi et questoribus Status nostriMedioIani', gedateerd
uit Brussel 7 Maart 1557.
Bl. lOS: Perkamenten brief^ geteekend door Willem 1: ..Guille de
Nassau", waarbij aan Nicolaas Doublet (die zich op advies van zijn schoon-
vader Coenaert de Rechtere, daartoe tot den prins had gewend) een huis,
erve en klein huis op het Buitenhof te 's Gravenhage voor „'s hoofs turff
schuyr" wordt afgestaan, onder voorwaarde dat de „sesthien hondert
ponden van veertich grooten ,,die door hen aan onkosten gedragheu sijn''
hun zullen worden terugbetaald, eer deze „huysinghen Int gheheel nochte
deel aenghevaert, nochte tonghebruyck ghemaeckt sullen raoghen worden",
zooals dit geregistreerd is in ,,'t iije witte register ' beginnende 10 Apnl 157Ö.
Bl. 109: Eigenhandige brief van den Kardinaal de Granvelie aan
,.8enor Joan . . . embazador dela magd . . Madrid' '.^gedateerd 13 Oktober I5b5.
Bl. 117: Rekwest aan den Admiraal de Colligny, waarbij de bewo-
ners zijner heerlijkheid Beaulpont vermindering vragen van de som van
500 Livres, die zij hem moeten betalen. Met 4-regelige eigenhandige
154 JOHN LOTH&OP KOTLST 1565—1648
aposüUe waarbij hij hen 100 livres kwijtscheldt Gedateerd te Ohatillon
8 November 1559 en geteekend: „de Coulligny."
BI. 187: Een brief aan die van Milaan door Vargas geschreven en
door Philips II en hem onderteekend van 10 Maart 1557.
BI. 147: Brief door Alva geteekend en geschreven door d'Ouerloepe
aan Brunninck van Wijngaerden, rentmeester generaal van Zeeland
„beoisterschelt" gedateerd uit Brussel, 1 Augustus 1572, behelzende een
verbod om „de gebanne Rebelle ... te obedieeren.*'
BI. 151: Geteekend stuk door Em. Philibert de Savoie. Yrijgeleide
voor „Johan de la Richardie, Jehan de Coullanges, Fran^is Baricolle,
Frangois, varlet de chambre, et Pierre de coulent, barbier du Baron de
Curtoy et Roch du grippel." Gedateerd uit het kamp te Haen in Ver-
mandois den 2en November 1557.
BI. 152 : Een door Hendrik IV van Frankrijk geteekend stuk, waarbij
op verzoek der koningin, burgerrecht wordt toegekend aan Mare Antoine
Seghizo, geboortig van Modena, „escuyer tranchanf' der koningin. Ge-
geven te Montargis in Febr. 1549.
BI. 157: Een door Joannes Petrus Caraffii (later Paus Paulus IV)
eigenhandig geteekend stuk ten behoeve van Balthasar Visscher
kanunnik van St Jan in het nieuwe klooster te Herbipola. Gedateerd
Bome 18 Nov. 1544.
BI. 163: Order van betaling der soldij over het kwartaal Oktober —
December 1556, aan Anthoine de Ia Grange, die door een pistoolschot in
den slag van St. Quentin gewond was. Geteekend door „Francoys
duc de Guise," te Parijs 13 Febr. 1657.
BI. 166: Italiaansche eigenhandige brief van Cosmo de Medici aan
don Femando di Gouzaga, gedateerd Sept 1548.
BI. 174 : Zeer belangrijke brief van de Montmorency aan den hertog
de Guise over een verraad, waarvan op het kasteel van Joynville ge-
sproken was. De schrijver zegt: „vous ferez uug merveilleuse grand
seruice et plaisir au Roy • Sy vous vous en pouvez saisyr. Je vous
aduertyz que toute ceste compagnye &ict tresbonne chere" ; de brief is
gedateerd 27 Dec. z. j. van St Germain en laye.
BI. 201: Eigenhandige betalingsorder gegeven door ,.Francoys duc
de Guise" aan Jehan Bauesson, metselaar, tot ontvangst eener som van
twee duizend livres, noodig voor de gebouwen van het kasteel te Joinville,
gedagteekend 20 April 1556.
BI. 223: Acte geteekend door „IsabeI(Ia} Clara Eugenie'' ten behoeve
van Albert Hubert de Guemoual, waarbij zij hem, ofschoon nog te jong,
den leeftijd toekent, noodig om het bevel over een compagnie soldaten
te voeren. Brussel 12 Aug. 1632.
BI. 227 : Aanbevelingsbrief, in zeer slecht duitsch, geteekend door „Mar-
garita* van Oostenrijk aan Bernard van Munster. Uit Brussel, 11 Juni 1560.
JOHN LOTHBOP MOTLET 155
1555—1648 ^
BI. 228: Brief geteekend door Ottavio Famese aan den hertog de
Firenze. Uit Parma 15 Febr. 1558.
BI. 300: G^teekende brief van Philips den Oude, landgraaf van
Hessen, aan Ernst graaf van Sohns om soldaten te werven. Uit Cassel,
27 Dec. 1655.
BI. 362: Rekening van hetgeen Floris de Montmorency, heer van
Montigny toekwam, als tweede Commissaris „au Renouvellement des
Loix et audition des comptes des villes et chastellenies en flandres" door
hem voor voldaan geteekend den 14en Mei 1561.
BI. 475 : Brief, geteekend door Catharina de Medicis, aan de hertogin
van Mantua, ten behoeve van Laurens Silvano. Gedateerd uit Blois,
16 Nov. 1559.
BI. 485: Brief geteekend door Alez. Famese aan Marcus Fucaros
en Hermanos te Augusta. Uit Brugge, 27 Febr. 1583.
BI. 402: Latijnsche brief van Mamiz van St. Aldegonde aan? dien
hij aanraadt de hem door den prins opgedragen taak te aanvaarden. Uit
Antwerpen, 4 Nov. 1579.
Deel 11. BI. 17 : Origineele dadingsbrief tusschen Thomas Gresham
en Willem Dawkes, over den verkoop (voor 700 £) van huizen in de
buurt van St. Laurens. Geteekend door Gresham. In 't tweede jaar der
regeering van koning Philips.
Hoogst belangrijk en uitvoerig stuk met veel plaatselijke bizonder>
heden over Guildhall.
BI. 204: Geteekende brief van Lamoral, graafvanKgmond aan kapitein
Loz, behelzende een geruststelling omtrent de uit te betalen soldij en
last om met 100 soldaten zijner compagnie te trekken naar „la cite lez
Arras." Uit Bruxelles, 11 Februari 1560.
BI. 209: Schuldbrief van Karel V aan Herman Verbyes, Comelis
Jansjioen Crooswijck. Anthonis C'laessen en Pieter de Bye voor zeshonderd
{>oiulen vlaamsch door dezen betaald en geleend aan Bauduin van Drinck*
waert, rentmeester generaal in Zuidholland, onder verband van de tien-
den van Swijndrecht en alle domeinen in Zuidholland. Aan de keerzijde
o. a. geteekend door Ph. de Montmorency, Boisot, e. a.
BI. 261: Aanbevelingsbrief door Charles IX, koning van Frankrijk,
geteekend. voor Sr. de Bellievre, die in het gevolg van 's konings broeder
mede naar Polen zou gaan, aan? Uit Rennes, 12 December 1573.
BI. 267 : Bede om 15 k 20000 fl. geteekend door keizer Maximiliaan
II, aan ?^ die hem reeds met 25000 fl. tot den aankoop van Pardowicz
in staat gt'Ktcld had. Uit Weenen, 26 Oktober 1561.
BI. 269 : Brief geteekend door Karel, markgraaf des H. R. rijks van
Burgaw, landgraaf van Nellenburg aan Johan Khevenhuller, graaf van
Frankenburg, raad aan het Hof te Madrid. Verzoek om geld om tegen
de Turken te kunnen optrekken. Uit Praag, 2 Mei 1596.
156 JOHN LOTHROP MOTLBT 1555—1648
BI. 277 : Door Elisabeth van Engeland gfeteekende firansche brief aan
den hertog van Wurtemberg zonder jaar of plaats.
BI. 418: Brief geteekend door Willem, graaf van den Berghe aan
de Gereformeerde predikanten te Bremen. Uit Berg, 18 Juli 1577.
BI. 496: Brief, ter geleide van andere stukken, geteekend door Louis
de Requesens aan? Uit Brussel 9 Juli 1575.
Deel IIL BI. 127 : Brief geteekend door Don ,,Jehan*' van Oostenrijk
aan „Ie Sr. du conté de Watmes over eene beslissing van de Staten van
Artois. Namen, 21 Juli 1577.
BI. 185: Eigenhandige brief van Antonio Perez aan Yespasianus de
Gonzaga te Navarre, Condeleantie over den dood van prins Ruygomez.
Uit Madrid, 12 Oktober 1578.
BI. 227: Kwitantie op perkament geteekend door Margaretha de Valois.
Uit Parijs, 1 Juli 1606.
BI. 276 : Brief, geteekend door „Matthias"' aartshertog van Oostenrijk,
bet verzoek inhoudende zijn goederen, die te Weenen zijn en door het
hooge water niet vervoerd kunnen worden, op wagens te laden. Z. pi.
19 Juni 1582.
BI. 337: Betalingsorder van — en geteekend door Fran^is, hertog van
Anjou, eenig broeder des konings aan den hr. de Beaulieu ten behoeve
van den heer Beauregard, gedateerd uit Alengon, 24 Mdart 1570.
BI. 845: Geteekende brief van Fr(anci8) Walsingham, secretaris van
koningin Elisabeth, gericht axm alle sherifs. bailli& enz. tot vrijgeleide van
FranQois Tassi, die van plan was, tnet een bark met koopmansgoederen
„the Nightingale" naar Duinkerken over te steken. Z. pi. 22 Februari 1586.
BI. 484: Brief van Philips, graaf v. Hohenlohe aan „Monsieur Huy-
gens', secretaris v. d. Raad v. State, ten geleide van een brief aan den
Raad van State om betaling van „zessdehalff hondert gulden'*, door hem
geleend aan ritmeester Calmuyter? om zyn ruiters tot het heroveren?
van Bruessel willich te maecken." Uit Delft, 12 Augustus 1583.
BI. 540: Eigenhandige brief van den „Prince d' Orange'* (Philips
Willem) aan Oldenbameveld.
Ik schrijf dezen brief in zijn geheel af:
Monsieur, lly a deux mois que ie vous auois escrit pour vous remer-
cyer de laffection que montrez aux occasions de mes affaires come Ie Sr.
de Keremans ma souvent fait entendre iay sceu de luy que ce pacquet
a este esgarre ce na pas este faute de recognoistre lobligation que ie vous
en ay et auray toutte ma vie ce que vous voulant tesmoigi^er etasseurer
derechief par ceste auecq vn nouueau remerciement et oeuffre de mon
seruice vous priant me continuer tousiours vous faueurs et affections en
touttes les occurrences se pouroient ouffrir pour mon aduantage tant en
ces traittez de paix (que dieu hase reussir heureusement come en tout
Autre chose qui vous poura estre represente par Ie dit Sr. de Keremans de
1565^1648
JOHN LOTHROP MOTLBY 157
ma part et dont espere doit auoir &it quelque ouuerture eest non seullement
pour mes particuliers mais pour Ie zele que iay destre vtile et apporter
du seruice a la patrie.
Obligez moi donques en ceste occasion que rien ne me sera de plus
chier que de satis&ire a tant dobligations en vers vous et les Y(ot)respar
vne asseuree atestation de ce que ie suis et seray a Jamais.
Monsieur Yre tresaffectionne a \ous faire seruice^
Le Prince dOrange.
dOrange ce 17 de decembre 1607.
BI. 614: Spaansch stuk geteekend door Philips U ten behoeve van
Don Manuique de Cuniga gegeven in Madrid den 4en Februari? 1675.
De verzamelaar der voorgaande stukken had plan ook het volgende
werk van Motley op dezelfde wijze te illustreeren, maar kwam daartoe
(om ons onbekende redenen) niet. Aan het eind van het derde deel zijn
de volgende stukken, die daartoe o. a. hadden moeten dienen, bijgebonden :
Een stuk geteekend door „R. Leycester" waarbij hij verklaart het dorp
Gbudriaan „achter de Nijpoort bij Schoenhoven'* te nemen onder zijn be-
scherming en sauvegarde met al heure roerende en onroerende goederen,
met het recht als bewijs daarvoor zijn wapen te gebruiken. Qegeven
te Utrecht, 10 April, 1586.
Een door Maurits geteekend stuk, waarin hij bescherming belooft aan
de bewoners van het „Graafechap Brouck." Gegeven in 's Gravenhage 17
Januari 1604.
Brief van „Le Prince d'Orange" aan den heer „Huguens" Secretaris v.
d. Raad van State. Uit Orange 20 Febr. 1626.
Eigenhandige brief van Claude de Barlaymont aan „les trois membres
de la ville de Boysleduc." Gedagteekend uit Nieuw Heerlaer, November
1579, en verzoekende de g^evangenen los te laten, die de a%evaardigden
uit de provincie Munster vragen zullen.
Missive namens de Staten-Generaal geteekend door J. van Oldenbame-
velt gericht aan Gecommitteerde Raden ter admiraliteit van Middelburg
houdende verbod van „bereyde ofte (eflTen) geverwede wolle Laeckenen."
's Gravenh. 16 Oktober 1614.
„Estimate of the charege for contynewinge off their Shipps and pyn-
nasses herafler mentyonyd, from the XXVth of Awgust last, And to
ende the last of December 1588 Under the charege of Sr. Martyn Fro-
bister Knighte Servinge on the narrow Seas."
Interessante rekening van 1847—16—0 pond sterling aan gage, enz. getee-
kend door Th. Howard, W. Wynter, John Hawkyns en Wilhm Holstok, de
eerste en derde bekend uit de overwinning der onoverwinnelijke vloot.
Brief geteekend door Jacobus, koning van Schotland aan de Staten van
Holland en Westfriesland ten behoeve van Alex. Wischart. Uit Santa
Cruce, 4 Juni 1590.
158 JOmr LOTHKOP KOTLEY 1555^1648
Behalve deze H. S. stukken zijn er nog een aantal portretten en plat-
tegronden tusschen den tekst gevoegd. Voor zoover de eerste uit Lar-
rey's Oeschiedenis van Engeland zijn genomen, vermeld ik alleen den
naam der personen. Van de andere en van enkele historieprenten, die
dit verdienen, volgt een uitvoeriger opgaaf.
„Charles Quint."
„Carlo Quinto Augusüssimo Imperatore de Romani Re delle Spagne, &'*
Borstbeeld links in ovaal, met krijgsattributen, door J. A. Bönez.
„Anverpia." Plattegrond in-plano; de keerzijde van de linker helft
bedrukt met een beschrijving der stad. Hechts onderaan in de kaart, in
een cartouche, enkele bizonderheden over Antwerpen.
„Bruxella." Plattegrond, rechts onderaan een cartouche met inschrift van
Hadr. Barlandus. De keerzijde van de linkerhelft dezer gravure z. n. be-
drukt met eene beschrijving der stad.
Borstbeeld van „Henrik, heer van Brederode." Naar links, in ovaal,
door J. Houbraken.
„Guillaume Premier prince d'Orange."
„Quillaume Ier (Ie Jeune) Comte de Nassau prince d'Orange" 1684.
Borstbeeld, naar rechts, in•8^ naar Porbus.
„Gaspar de Coligni, Admiraal van Frankrijk.'* Borstb. links, in ovaal,
in-8". naar J. Buys, door R. Vinkeles.-— — -
„Philip IL king of Spain Naples Sicilië &c. &&c. &c'* Te halver lijve,
links, in lijstwerk, aan ieder zijde met 4 wapens versierd. Gravure in-fol.
naar Titian, door Vertue 1785. „From an Original . . in the . . . Collec-
üon of . . . William Duke of Devonshire."
„Philip II, of Spain and Mary of Engeland. By Sir Antonio More.*'
Beiden ten voeten uit in een k^mer, tusschen beiden een venster, op den
achtergrond. Gravure in-fol. geteekend door G. P. Harding 1812, gegrav.
d. J. Brown.
„Marie" (vrouw van Philips II).
,.Ferdinand de Tolede duc d'Albe."
„Dunkerque, Ville de Flandre sur la Colme.*' Gezicht op de stad.
Gravure langw. in-fol. z. n. Rechts bovenaan: „Tom. 4. 377."
„Duynkercke", „Grevelinge", „Borborch". Gravure in-plano. Bovenaan
een gezicht op de stad Duinkerken; links onderaan plattegrond van Gre-
velingen; rechts gezicht op Borborch, z. n. uit Braun en Hogenberg.
De achterzijde der linkerhelft bedrukt met eene beschrijving.
„Isabella Clara Eugenia," enz. Borstbeeld rechts, met randschr. Gravure
in-4o. zonder naam, met driereg. gegraveerd onderschrift.
„Isabella Clara Eugenia . . . Belgy provinciarvm domina." Ten voeten uit,
in rijk kostuum, naar een gelijktijdig schilderij. Gravure gr. in-8*.
„Margareta Austriaca Dudssa Parma et Placentis", etc Te paard,
naar links. Gravure infol. z. n.
Ibhb-^IMA JOHN LOTHBOP KOTLET 159
y.'Brfgsd Flandricarvm Tibivm ornamenta.'' Plattegrond yan Brugge,
in den linker benedenhoek een cartouche met inschrift. Gravure inplano
z. n. De achterzijde der linkerhelft bedrukt met een beschrijving.
„Catharina of Hedicis.'* borstbeeld, rechts, in ovaal. Gravure in•4^
door Jones.
„Alezandre Famese, duc de Panne."
(Franciscus) ,,Juniu8." Borstbeeld, links, in ovaal. Gravure in-8^ „From
an original Painting", door Th. Trotter.
„Yalenciennes, 'Ville de Hainaut sur l'Escaut." Prospect der stad.
Gravure langw. in-fol. z. n.
„.^temsB Memor. et Quiet An. Bille Uzori lectiss. et dilectiss lo Bill
Conuiz (sic) moestiss. P. P." Borstb. in ovaal, staande tegen een soort
altaar waarop muziekinstrument; in den rook, die van het altaar opstijgt,
leest men: „Anna* migravit Musica Mussq. pereunt." Gravure kl. in-4^
„Simon Passsus delineavit et sculpsit.*'
„Albert, Prince Aremberg. From a French Print" Te halver lijve,
links, in harnas. Gravure in•8^ door Birrell.
„Egmont" Borstbeeld, links, in-8®. door M. EssUnger.
„Philips van Monmorancy, g^raaf van Hoome." Borstb. rechts, in ovaal,
Grav. in-fol. z. n.
„Philippvs a Montmorency comes Hom." Borstb. links, in ovaal met
randschr. Chrav. in-foL z. n.
„Elisabeth" (van Engeland).
„Elisabeth". Borstb. rechts. Gravure in-8^. door F. Fleischmann.
„Roterodamvm HoUandiae opp." „Ctoude." Gravure in-plano, zonder
naam, waarvan de bovenste helft een tamelijk curieus gezicht op Rotter-
dam vertoont, daar de stad rondom als in een zee ligt; terwijl onderaan
een gezicht op Gk>uda is a%ebeeld. Aan de achterzijde van de linker
helft der plaat eene beschrijving. Evenals alle volgende plattegronden en
profiels uit: Braun en Hogenberg.
„Dordracvm vulgo Dortt" Inschrift in een cartouche in den rechter
bovenhoek van een plano-gravure zonder naam, waarop een profiel der
stad is a%ebeeld. Midden bovenin het wapen van Dordt; links onderaan,
in een cartouche, verklaring der nos. 1 — 19 in de plaat. Op de keerzijde
der linkerhelft eene beschrijving.
„Harlemvm." Plattegrond in-plano z. n. Links onderaan een cartouche
met inschrift. Achterzijde der linkerhelft met beschrijving.
„Amstelredamvm." Plattegrond. Cartouche in den rechter bovenhoek. In
den linker benedenhoek verklaring der cijfers 1 — 28 in de plaat.
„Leiden." Plattegrond met een groot deel der omstreken.
,;Delphium." Plattegrond in-plano. Cartouche met inschrift links.
„Traiectvm ad Mosam." Gezicht op de stad. Op den voorgrond onderaan
twee groote cartouches, door lofwerk verbonden. Li de rechtscbe de ver-
160 JOHN LOTHROP MOTLBY 1555—1648
klaring der cijfers 1 — 41 in de plaat. Daarboven een viertal figuren, in-
teressant voor het kostuum.
„Don Johan v. Oostenrijk." Borstb. rechts, in ovaaL
„NamvrcvnL" Qezicht in vogelvlucht. In 't midden bovenaan een cartouche,
aan weerszijden een wapen. Links onderaan een tweede cartouche.
„Marguerite."
„Matihias . . . archidvx Avstriee." Borstb. links, in ovaal, met randschrift
en 4 reg. lat. vers onder de plaat Gravure in*4®. zonder naam.
„Frangois duc d'Alencon.'*
„Fr. Walsingham, secretaire d'Elizabeth.*'
„Atrebatum" (vulgo Arras). Plattegrond in-plano, z. n. Links bovenin
een cartouche met de verklaring der letters A — Q in de plaat. De achter-
zijde van de linkerhelft bedrukt met een lat. beschrijving.
„Qroninga*' etc. Plattegrond in-plano. Cartouche Imks onderaan.
„Maurice, Prince d'Orange"
„Hypra Flandriarvm dvitas mvnitissima." Plattegrond in-plano. z. n. v. gr.
„Phüippe n."
,.Itobert Dudley, comte de Leycestre."
„Henri IV." Borstb. van voren, in ovaal. Gravure in-fbl. naar Lepicier
door Moitte.
„Aldenarda capta an. 1587." (M. No. 869).
„Sir John Hawkins Kt. firom a basso relievo ivory bust in possession
of the revd. Bradford dean Hawkins. Borstb. naar links, photogr. in•8^
.«The Spanish Invincible Armada, attacked between Dover and Calais,
and defeated by the English Fleet'* Opschrift boven de afbeelding der
beide vloten. Links bovenaan een deel der engelsche-, rechts onderaan
een stuk der fransche kust Bondom de afbeelding, in 18 medaillons, de
borstbeelden van de bevelhebbers en officieren der engelsche vloot Ghra-
vure langw. in*4^ „Engraved for the Universal Magazine 1750 fbr J.
Hinton", etc. z. n. v. gr.
„Grand Yictory over the formidable Spanish Armada, by Lord Howard,
the Adminds Sr. Francis Drake, Forbisher&&c. inthe Year 1588." Rechts,
meer op den voorgrond een schip; op den geheelen achtergrond eenige
brandende schepen. Versierd lijstwerk om de plaat Gravure in-fol. naar
Wale, door Walker. „Engraved for Ra3rmond's Hittory of EngekmtT'
zooals in een medaillon, boven in het lijstwerk, staat
„Bergen op Zoom." Plattegrond in-plano. Keerzijde van de linker-
helft bedrukt
„The Death of Sr. Philip Sidney." Onderschrift onder een plaat het oogen-
blik voorstellende waarop hij, na in den slag bg Zutphen doodelgk gewond
te zijn, het water, dat men hem voor den dorst bracht, aan den smachtenden
mindere liet brengen. Ets in-plono naar J. Mortimer, door F. Bartolozzi.
„^oques premier."
1554—1614 AFSTAND KAREL Y — H06ENBERG 161
1554. NiBT BIJ MULLBB (No. 406).
261. ^^Zee^evegt in de Hoofden 1554".
Origineele teekening yan J. Buys, met bovenstaand ondcrschrül in
handschrift Zie voor de gravure naar deze teekening: No. 9. Dl. IV.
Plaat 16.
1555. MuLLBB (No. 409?)
262. Overdracht der regeering yan Nederland door
Karel V aan Philips II.
Rechts Karel Y staande voor den troon; zijn zoon geknield vóór hem.
Qravure kl. langw. in-4o. zonder naam of onderschrift.
1555. a. NiBT BU MuLLBR (No. 409).
263. Karel V draagt het bestuur van Nederland over
€uin Pliüips IL
Gravure in-4". naar G. Melder door P. Tanjé. Uit?
1555. 6. NiBT BIJ MiiLLER (No. 409).
264. „De afstand van Kyzer Karel de V. van zyn
Staten ten behoeven van zyn zoon füippm de iJ."
Gravure langw. in-4". z. n. v. gr. Links bovenaan: „IV Deel." Rechts :
„Pag. 364."
29 December 1558. Mulleb (No. 412c),
265. Lgkstaide yan Karel V.
Van deze hoogst belangrijke serie platen is een exemplaar van den Sen
druk in deze verzameling. Muller beschrijft de verschillende staten uit-
voerig. Titel on doodendans ontbreken.
1559—1614. Mulleb (No. 413).
266. Prentwerk van Fr. Hogenberg over de gebeur-
tenissen in Nederland, enz.
Van dit door Muller zeer uitvoerig beschreven v^erk (zie ook de ,,N#
vorscher" 1860, bl. 21 e. v.) zijn de volgende platen hier aanwezig en
vermeld in de orde waarin zij oudtijds byeengebonden z^n.
No. 2—10, 12, 13, 11, 14—17, met „Segovia"; 18, tonder vers, 19—52.
De platen 19 — 52 hebben alle vier 2-regeIige duitsche verzen, alleen
plaat 34 en 35 (genummerd 16 en 17) hebben ieder slechts twee 2-regeIige
gedichten, no. 51 (genummerd 83) dertien regels in 4 kolommen van drie
en één losse regel en no. 52 (genunmierd 34) vierentwintig regels dicht
in zes rijen. Deze wijken dus af van Mullers beschrijving.
54, 55, 60, 66, 57, 68, 69, 72, 74, 75, 78, 79, 99, 100—105 (deze staat
hier op 1567) 168, 106—137, 139, 138, 140—148, 187 (in plaatsing afwij-
kende van alle ex. door Muller gezien), 149—162, 164—166, 171, 167,
23, 109 172, 170. 173-183, 163, 184—186. 188—212 (in dit ex. «iW
11
162 HOGEKBERG 1550—1014
kleiner dan de andere) 218, 220, 215, 210, 218, 217, 210, 221, 214, 222—
226, 228, 282—234, 248, 227: „Warhafitige vnd eygentliche contraÊictvra,
des . . . Herm Gebhardta, Churiiirsten von Cöllen" enz. Opschrift in
boekdruk boven het borstbeeld van boyengenoemden vorst, in medaillon
met latijnsch randschrift. Onder de plaat 11 regels tekst in boekdruk
en het adres van Fr. Hogenberg, Colon. 1588. Links: „Qerhardvs*' ;
rechts: „Trvchses." 't Geheel omgeven door lijstwerk. Bij Muller
zonder tekst 235. „Emestvs D. G. .Bavariae dux." Borstbeeld links
geheel als 't vorige, met op-, onder- en zijschrift, in lijstwerk, met adres
van Hogenberg 1583 en 1584. 246, 231, 236—241, 284, 242, 247 (onder-
aan gemerkt 0), 255, 295, 244, 248, 254, 260, 268, 246, 257, 250, 261,
266—268, 90, 253, 271, 272, 277, 278, 285, 279, 280, 274, 281—283
(met 56-regelig duitsch vers), 290 (kleiner maar niet slecht gegraveerd),
286, 287, 289, 292, 291, 294, 298, 296, 297, 299, 300. Dan volgt een
plaat de inneming van Rijnberk voorstellende, maar op een geheel andere
manier dan dit op plaat 299 is a%ebeeld. Hier ligt links bovenaan
de stad, die daar in *t midden der plaat is a%ebeeld; hier de jrivier op
den voorgrond, dd^ op den achtergrond. Hier een 12-regelig duitsch
vers in 8 kolommen, èéL&r een 8-regelig duitsch vers in 2 kolommen
en drie regels firansch onderschrift. Deze plaat wordt door Muller in
't geheel niet vermeld. 302, 305, 311, 814—316, 821-328, 325, 828—830,
91, 462, hier met het opschrift: „Abris, wie Papa in vngem von den
christen belegert vnd sighaft eröbert ist worde(n). den 19. Avgusti
anno 1597." De vraagteekens by Muller, wiens exemplaar zonder eenig
inschrift was, zijn hiermede beantwoord. Onder de plaat in een soort
cartouche de verklaring der letters A — Q. 384. In een door Muller
niet beschreven staat, met 8-regelig duitsch onderschrift links, en firansch
onderschrift rechts onder de plaat en verklaring der letters A — H in
't duitsch en ftansch in den rechter bovenhoek.
Behalve de bovengenoemde zijn in dit exemplaar nog bijgebonden de
volgende platen uit Orlers :
30 Mei 1591. De Schans bij Zutphen door Maurits genomen (M. No. 998).
10 Juni 1591. Deventer door Maurits veroverd (M. No. 1000).
24 Sept 1591. Maurits verovert Hulst (M. No. 1005).
21 Octr. 1591. „ „ Nijmegen (M. No. 1007).
5 Juli 1592. „ „ Steenwijk (M. No. 1010).
12 Sept 1592. „ „ Coevorden (M. No. 1014).
25 Juli 1598. „ „ Geertruidenberg (M. No. 1021).
22 „ 1594. „ „ Gronmgen (M. No. 1029). Het onder-
schrift is uit veel grooter lettersoort gezet dan bij de voorgaande.
2 Sept. 1597. Maurits verovert Meurs (M. No. 1065).
27 „ 1597. „ „ Grol (M. No. 1069).
9 Octr. 1597. v v Breedevoort (M. No. 1072).
1659—1614 HOQENBERG BAUDARTIÜS 163
22 Octr. 1B97. Maurits verovert Oldenzaal (M. b. N.) 1075). Exemplaar
zonder onderschrift en alleen de latijnsche naam in de plaat. Zie op:
Muller No. 1075.
12 Nov. 1697. Maurits verovert Lingen (M. No. 1077).
80 Juli 1601. „ „ Rijnberck (M. No. 1166?)
5 Mei 1600. „ neemt de St. Andriesschans (M. No. 1126). Onder
deze plaat is de tekst van de verovering van Breedevoort a%edrukt
Ook zijn hier nog tusschengevoegd de platen door Muller beschreven onder
No. 990 (zie verder op dat no.), Suppl. No. 1066er. (die trouwens dezelide
is als a). No. 1093. Vruchteloos beleg van Bommel. In ovaal met 11 reg. lat.
vers van Qrotius. Onderaan links Gideon, rechts Judas Machabeus (niet
twee romeinsche soldaten zooals Muller opgeeft). Ofschoon het vel papier
van onderen geheel onafgesneden is, is er geen onderschrift onder de
plaat, zooals Muller vermoedde. Gravure in-plano, zonder naam (door P.
Bast?). No. 1120 (komt ook voor in Nass. Laurencrans v. Orlers). 8. No.
1142Ad. Slag bij Nieuwpoort. Links onderaan ligt Nieuwpoort. Daar
boven een ovaal, met 17-regelig lat. inschrift, omgeven door een vlaggen-
trofee. Rechts onderaan: „F. v. Mendoza capitur." Bovenaan: „oceani
qui inter Angliam et inferiorem Germaniam pars." Gravure in-plano door
P. Bast, „Gum Priuilegio" en onder de plaat in drie kolommen de (door
MuUer niet vermelde) hoU. verklaring der Nos. 1 — 20 in de plaat
Vóór de platen 321 en 322 van Hogenberg vindt men hier nog een
blad, waarop deze beide platen te zamen, nauwkeurig gecopieerd doch
verkleind, voorkomen. De bovenste heeft tot opschrift: „Wie Huy von
den Staten in genomenn wirdt"; de onderste: „Huy wird von den Span-
schen wider gewonnen." In dezen vorm, maar dan van achteren bedrukt
en elk a&onderlijk komen deze voorstellingen voor in Aitzinger, lieo
Belgicm,
Muller beschrijft ze in zijn S. No. 1034A en 1036A naar het exemplaar
van Mr. S. v. Gijn en zegt daar dat ze by Hogenbeig aldus niet voor-
komen.
1659—1614. Niet bu Muller (No. 413).
267. ^^Pólemographia avraico-Mgica^ Scriptore Wü^
hdmo Baudartio Deinsiano Flandro"
Voorhandsche titel van dit voor de vaderlandsche geschiedenis van
1659—1614 belangrijk werk. Ik acht het voor het overzicht der daarin
voorkomende prenten beter ze hier achter elkaar te vermelden op de wijze,
waarop Muller het prentwerk van Hogenberg beschreef, dan ze door
den atlas heen te verdeelen, te meer omdat daardoor de vergelijking
met H.*s werk, door Muller even uitvoerig gegeven, gemakkelijker wordt
Gegraveerde titel: links „arma," rechts: „indvstria", daartusschen een
soort schild, dat wit gelaten en waarop met boekdruktype gedrukt is:
164 BAUDABTIÜS 1669—1014
,, Vhit dir^«M/i<» «r D$$eripiiê om m mm prmUotfÊim^ ohtidioMim" enz. Daar-
«cht«r «« bo\>>n Q«)oof, Hoop on Lielde. Onderaan 8 wapens in lofwerk.
Vo)|ftv I^tum. Jaar. Na t. Hogenberg.
h 80. ,,XVII Proyindarvm Inferioris Germania
tabvla." Kaart, met de Noordzee bovenaan,
d. M. „Margareta Aystriaca** borstbeeld in me-
daillon.
100. Smeekschrift der edelen.
101. De hagepreeken.
102. Beeldstormerij.
103. Slag bij „Ouster Weel."
104. Oranje en v. Stralen stillen het oproer te
Antwerpen.
105. Yalenciennes ingenomen.
106. Oranje vertrekt naar Duitschland.
168. Den Calvinisten en Lutherschen het pre-
diken verboden.
Portret van Alva, borstbeeld links.
108. Intocht van Alva in Brussel.
109. Graven van Egmond en Hoome gevangen
genomen.
110. Margaretha van Parma uitgeleid.
111. Slag bij Heiligerlee.
112. Onthoofiling der Batenburgen.
N. b. H. Portretten van Egmond en Hoome.
113. Egmond en Hoome onthoofd.
114. Slag bij Jemmingen.
115. Slag bij Dalem.
116. Borstbeeld van Willem I in medaillon.
117. Oranje trekt over de Maas.
118. Steekspel te Brussel.
119. Executie van Spell.
120. Algemeen pardon te Antwerpen afge-
kondigd.
121. Lodron.
122. Herman de Ruyter op Loevestein.
123. Den Briel ingenomen.
124. Bossu te Rotterdam.
126. Boermond door Oranje genomen.
127. Bergen door Lodewijk van Nassau ge-
nomen.
126. Bergen aan Alva overgegeven.
128. Alva geeft Mechelen ter plundering over.
S, 6/iv
1666
4. 14/vi
*»
y 20/vii
*i
6, i8/ni
1667
7. l4/in
^^
8. 94/ni
*i
0, 21/iv
11
10. 10/iv
11
n.
12. 18/vin
11
13. 10/xii
11
14. 80/xn
11
15. 23/v
1568
16. 2/vi
11
17.
18. 5/vi
11
19. 21vn
11
20. 26/iv
11
21.
22. 7/x
11
23.
1569
24. ll/li
11
26. 16/vn
1570
26. /re
11
27. /xn
11
28. 1/iv
1572
29. 9/iv
11
80. 4/vui
11
81. 24/v
11
82. 19/re
11
33. 2/x
11
1559—1614
BAÜDAETIUS
165
Volgn. Dtaum.
Jaar. 1
84. 16/xi
1672
85. /xn
11
36.
1572/73
87.
1573
88. /uien/vi
11
89. 27/n
11
40. 5/vui
15
41. /ix
11
4«. 20/vm
11
48. ll/x
11
44.
1567 1)
46.
11
46.
15Ï2
47. 2/xu
1573
48. 29/1
1574
49.
1672—74
50. 19/u
1574
51. 6/vi
11
52. 14/iv
11
53. 8/x
„ ï
64. 3/x
11
55. 8/vm
11
56. 28/ix
11
57. 21/u
1576
58.
1576-76
69. 28/vu
1676
60. 14/ix
11
61. 15/ix
11
62. 30/x
11
63. 4/xi
11
64. 4/xi
11
65. 4/xi
11
66. ^xi
11
67. 4/xi
11
68. 5/xi
129. Zutfen door de Spanjaarden genomen.
180. Moord te Naarden.
181. Plan van Haarlem en omliggend land.
184. Ombrengen van vele Haarlemmers.
188. Diemerdijk.
182. Overwinning bij Vlissingen op de Span-
jaarden.
186. Rammekens door Oranjes troepen bezet.
186. Alkmaar vergeefs belegerd.
187. Geertruidenberg door des prinsen troepen
bezet
189. Overwinning op de Zuiderzee, Bossu ge-
vangen.
1567 N. b. H. De Bloedraad.
„ Standbeeld van Alva, door hem zelf op-
gericht.
188. Borstbeeld van Requesens (rechts).
140. Alva's vertrek.
142. Zeeslag bij Bergen-op-Zoom.
141. Het belejg van Middelburg.
143. Middelburg gaat over aan Oranje.
144. Pardon te Brussel a^kondigd.
146. Slag op de Mookerheide.
N. b. H. Beleg van Leiden.
146. Ontzet van Leiden.
147. Moord van Oudewater.
148. Bommenede door de Spanjaarden genomen.
149. Krimpen gaat over aan Oranje.
150. Zierikzee belegerd.
151. Aalst door de Spanjaarden genomen.
152. De regeering te Brussel gevangen ge-
nomen.
153. Slag bij Thienen.
154. Moord te Maastricht.
156. Plan van Antwerpen.
167. Beschieten der stad Antwerpen.
168. Spaansche furie te Antwerpen. (Aan de
Schelde).
160. Spaansche furie. (Op de straat).
169. Spaansche furie. (Op de markt en 't stad-
huis).
161. Spaansche furie. (Martelingen).
r$
166 BAUDAETIUS
166^—1614
69. U/xi
1576
70. 12/xi.
n
71. 34/xi
11
72.
1577
73. 23/II
11
74. 27/11
11
75. 26/v
11
76. 21/iv
11
77.
11
78. 2/v
>i
79. 24/vu
1*
Volgn. Datum. Jaar. No. v. Hogenberg.
162. Gent door Oranje bezet.
163. Yalenciennes door de Spanjaarden ont-
ruimd.
164. Verraad v. Kobles te Groningen ontdekt
165. Nederlaag der Spanjaarden bij Luik.
166. Vredenburcb te Utrecht geslecht.
167. De Pacificatie van Qend te Antwerpen
a%ekondigd.
169. De Spanjaarden trekken uit Antwerpen.
170. De Spanjaarden trekken uit Maastricht.
171. Borstbeeld van Don Juan y. Oostenrijk,
(links).
172. Intocht van Don Juan te Brussel.
173. „Hoe Don Jan d Austria 't Slot van Namen
in neemt"
80. 1/vin „ 174. „Hoe die Walen 't Slot van Antwerpen
verlaten moesten."
81. 2/viii ,, 175. De duitsche troepen trekken uit Aütwerpen.
82. 25/viii ,, 176. Het kasteel van Antwerpen geslecht
88. 21/ix „ 177. Focker en Fronsberg gevangen.
84. 18/ix ,, 178. „Dincomste des Princen van Oranjen tot
Antwerpen."
85. 23/nc „ 179. ,.Des Princen van Oranje Triumphante
incomste binnen Brussel." (in twee speel-
vaartuigen).
180. Aerschot, e. a. gevangen genomen.
184. Borstbeeld van Matthias v. Oostenrijk
(links).
181. Intocht van Matthias in Antwerpen.
182. De Staatschen .verrassen Amsterdam.
183. De Staatschen verdreven uit Amsterdam.
185. Intocht van Matthias in Brussel.
186. Matthias doet den eed te Brussel.
187. Don Jan ontvangt den prins van Parma.
188. Slag bij Gemblours.
189. Verovering van Sichem.
190. De Jezuieten en eenige Minderbroeders
uit Antwerpen gevoerd,
191. Ontdekking van sodomie in een klooster
te Brugge.
192. „Executie der Sodomiten binnen die Stadt
gendt'
86. 28/x
11
87.
11
88. 21/xi
11
89. 23/xi
11
90. 23/xi
11
91. 18/1
1578
92. 20/1
11
93. 25/1
11
94. 31/1
11
95. 22/u
11
96.
11
97. 18/v
11
98. 28/vu
11
105. 2/x
11
106. 26/x
11
107. 3/x
11
108. 2/m
1570
1569—1614 BAÜDAETIUS 167
Volgn. Datum. Jaar. No. v. Hogenberg.
99. 26/vu 1578 195. Sodomit monniken te Brugge verbrand.
100. 14/vii ,, 193. Matthias inspecteert het Statenleger.
101. 20/vu ,, 194. „Inneming der stadt Campen van wegen
de Staten."
102. 1/viii ,, 196. Slag bij Rymenant
103. 26/vm ,, 197. Matthias inspecteert de troepen van Joan
Casimir.
10i>. 24/rx ,, 198. Meenen door de Malcontenten inge-
nomen.
199. De hertog van Alen^n neemt Bins in.
200. Gosson te Atrecht onthoofd.
201. Deventer voor de Staten genomen.
204. Parma trekt voor Antwerpen.
Deze plaat is hier verkeerd gfenommerd en geplaatst. Vgs. Muller
No. 805 was ze bij hem genommerd 110, wat in overeenstemming is
met den verklarenden tekst, die ook in dit ex. op de juiste plaats staat
109. 8/i 1579 203. Hoopman Biel voor Kerpen gehangen.
110. 202. Alexander Famese. Borstb. links, inmed.
(Zie noot bij No. 108).
lil. 12/iu „ 205. Beleg van Maastricht.
112. 29/vi ,, 206. Maastricht door Parma ingenomen.
113. 4/vi ,, N. b. H. Brussel door den graaf van Kgmond on-
verwacht genomen.
114. „ 207- Schans bij Willebroeck door de Staatschen
genomen.
1579—1580 208. Kortrijk door de Malcontenten genomen.
1580 N. b. H. Leeuwardens kasteel genomen en de
monniken uitgeleid.
y, 209. Mechelen voor de Staten gewonnen.
,, N. b. H. De la Noue gevangen genomen.
,, 210. Diest door de Franschen genomen.
,. 211. Vloot der vier keurvorsten op den Rijn.
,, 212. Hollach verslaat de Spanjaarden bij Har-
denberg.
„ 213. Hattem voor de Staatschen behouden.
.,, 214. Steenwijk door Rennenberg belegerd, doch
ontzet
,, 215. Breda door Haultepenne ingenomen.
,, 216. Kamerijk door Parma belegerd, maar
ontzet
126. /tx ,, 217. Chateau Cambresis door de Franschen
veroverd.
115.
116.
5/u
117.
9/iV
118.
10/v
119.
8/vi
120.
/viu
121.
17/vi
122.
17/xii
123.
124.
28/vi
125.
18/vui
168 BAUDAETIUS
1659—1614
Yolgn. Dattun. Jaar: No. v. Hogenberg.
127. lö/ix 1681 N. b. H. Hevig gevecht bij Noordhora.
128. 29/x ,, 218. Vertrek van Matthias.
120. 5/xu ,, 219. Panna neemt Bergen op Zoom, doch
wordt er weder uit verdreven.
130. 220. Borstb. Fran^ois de Valois. Borstb. links,
in med.
131. 19/u 1582 221. De hertog van Anjou te Antwerpen tot
Hertog V. Brabant gehuldigd.
132. 22/II ,, 222. Tocht van den hertog door Antwerpen.
133. 223. Anjou doet den eed èls hertog..
134. 18/iu „ 224. Aanslag van Jean Jauregui op prins
Wülem I.
Dit is de eerste plaat, waarop een fransch inschrift voorkomt
135. 19/m 1582 N. b. H. Jean Jauregui terechtgesteld.
130. ,, N. b. H. „Triumphe e(c) Blyschap gedaen ouer
tmoordadich fey t aen den P. va(n) Ora(n)ge
geschiet, te Boomen. in spainien en inde
Malcontenten Landen.*'
Afbeelding o. a. van een „Batement'\ waar rechts de prins in de hel
geworpen, wordt, links Jauregui ten hemel vaart
137. 28/ui 1582 N. b. H. Executie van A. Timmerman en A. de
Yenero, medestanders van J. Jaureg^.
138. 2/vui „ 225. Lier door Sempel verraden en door de
Malcontenten ingenomen.
Eerste plaat met 4-regelig holl. en fir. onderschrift, in plaats van het latijnsche.
130. 24/ix 1582 226. Lochem door Parma belegerd, wordt door
Oranje ontzet
140. 5/vii ,, N. b. H. Audenaerde door Parma belegerd en in-
genomen.
Zonder onderschrift, maar in den linkerbenedenhoek van de prent zelf is
een fransch inschrift in cartouche met het adres van Abraham de Bruyn.
141. 31/vii 1582 N.b.H. Executie van F. Basa, die, met Saloedo,
Willem van Oranje en Anjou wilde ver-
moorden, 4-reg. fr. en holl. onderschr.
142. 25/x ,, ,, Salcedo te Parijs gevonnisd (zie no. 141)
3-reg. fr. en holl. onderschr.
143. 23/iv ,, ,, Aelst door 't hertogelijk leger ingenomen.
3-reg. fr. en holl. onderschr.
144. 8/vin „ „ Schermutseling bij Wijnoxbergen. 2-reg.
fr. en holl. onderschr.
145. 27/viii ,, ,, Schermutseling bij Oent 2-reg. fr. en
holl. onderschr.
1559—1614 BAUDAETXU8 169
Volgpi. Datum. Ja£(r. No. v. Hogenberg.
146. 17/i 1583 229. Fransche furie te Antwerpen.
147. 230. De Franschen uit Antwerpen verjaagd.
In dit ex. zijn de platen 146 en 147 verkeerd a%edrukt nl. eerst 147
en dan 146.
148. 227. Borstbeeld v. Oebhard v. Keulen, links,
in med.
149. 2S/1V 1583 232. Eindhoven door den graaf van Mansvelt
ingenomen. Met 8-regelig, doorloopend,
hollandsch onderschrift.
233. Het kasteel van Wouw aan de Staten
overgegaan.
234. Het kasteel van Westerloo door Mansvelt
ingenomen.
1583—84 N. b. H. Gent door Parma ingenomen.
246. Borstbeeld van Adolf graaf v.Nieuwenaer,
links, in med.
247. Truchsess komt te Delft aan.
248. Belegeringswerken om Zutfen.
250. Willem I door Balthasar Gerards ver-
moord.
261. Executie van Balthasar Gerards.
252. „Heerlijcke begrawinge {sic) des Princen
van Orang'en binnen Delft."
Deel U.
159. N. b. H. Willem Lodewijk v. Nassau. Borstb.
links, in med.
160. „ Elisabeth v. Engeland. Borstb. rechts,
in med.
161. 253. Robert Dudley Leicester. Borstb. rechts,
in med.
162. 259. Plan van ^twerpen, zonder onderschrift,
in den linker benedenhoek de verklaring
der cijfers 1 — 14 in de plaat
N. b. H. Schansen om Antwerpen.
256. De dijken vóór Antwerpen doorgestoken.
261. Schipbrug van Parma over de Schelde.
262. De schipbrug door branders vernield.
265. 'Inneming en verlies van den Gouwen-
steinschen dijk.
267. Het schip: „Fin de la Guerre."
268. Parma ontvangt de ridderorde van het
Gulden vlies.
150. 10/v
11
151. 6/vi
•
11
152.
1583 {
153.
154. 20/iv
158
155. 3/vii
11
156. 10/vu
11
157. 14/vn
11
158. 3/vui
11
163. 24/x
11
164.
1585
165.
11
166. 4/iv
11
167. 7en26/y
11
168.
169. 10/vui
IS
170 BAÜDAETIU8 1559-6114
Volg. Datum. Jaar. No. v. Hogenberg.
170. 17/vm 1585 269. Antwerpen gaat aan Parma over.
171. 29/i „ 258. Mislukte aanslag v. Hohenloheop sHer-
togenbosch.
172. 20/y ,, 264. Neuss door den graaf van Meurs inge-
nomen.
173. 23/vi ,., 266. Nederlaag bij Amerongen, gevangenne-
ming van de Villers.
174. 270. Maurits. Borstb. rechts, in med.
175. 15/x ,, N. b. H. Yseloord door de Staatschen ingenomen.
176. 15/xi „ 272. Nijmegen door den graaf v. Nieuwenaar
verlaten.
177. /xu ,, 278. Gevaar der Spanjaarden in de Bomme-
lerwaard.
178. 27/i 1586 275. Willem v. Nassau bij Boxum verslagen.
179. 27/u „ 277. Werlo door Schenk en Cloetius ingenomen.
180. 12/v „ 276. Grave door Parma belegerd.
181. 7/vi „ 278. Grave door Parma genomen.
182. 28/vi „ 279. Venlo aan Parma overgegaan.
183. 274. Kaart van Neuss en omliggend land.
184. 10/vi „ 281. Neuss door Parma belegerd.
185. 26/ vu I,, 282. Neuss door Parma ingenomen.
186. 16/vii ,, N. b. H. Axel bij verrassing door Maurits inge-
nomen.
187. 1/vni ,, 283. Parma door den Paus te Gnadendall ver-
eerd.
188. 24/ix „ 284. Rijnberk belegerd.
189. /ix ,, 285. Zutfèn door Lejcester belegerd.
190. 1587 286. Ruhrort door Schenk ingenomen.
191. /i „ 287. Gelre aan de Spanjaarden overgegaan door
verraad.
192. 13/vn ,, 288. Schermutseling bij Engelen.
193. „ 289. Sluis door Parma belegerd.
194. 24/xii .,, 291. Bonn door Schenk genomen.
195. 16/iv ' 1588 292. Taxis (J. B.) te Bonn gesneuveld, wordt
te Keulen begraven.
196. I,, 293. De Spaansche Armada in 't kanaal.
197. 20/ix ,., 295. Bonn door den hertog V. Aerschot belegerd.
198. 20/xii ,, 296. Wachtendonk door den graaf v. Mans-
velt genomen.
199. lO/vui 1589 297. Schenk verdrinkt bij een aanslag op Nij-
wegen.
200. 30/i 1590 299. Rijnberk gaat aan Mansveld over.
1669-1614 BAUDAETIÜ8 171
Voljf. Datum. Jaar. No. v. Hogenberg.
201. 1690 300. Nijmegen door Maurits uit Knodsenburg
belegerd.
801. Breda bij verrassing ingenomen.
303 Zutfen door de Staatschen ingenomen.
304. Deventer door Maurits ingenomen.
306. Del&ijl door Maurits ingenomen.
300. Knodsenburg door Parma belegerd, door
Maurits ontzet.
307. Hulst door Maurits ingenomen.
308. Nijmegen door Maurits ingenomen.
309. Steenwijk door Maurits ingenomen.
310. Coevorden door Maurits ingenomen.
311. Begrafenis van Parma te Brussel.
312. Gteertruidenberg belegerd.
314. Wedde door W. L. v. Nassau genomen.
315. Ernst v. Oostenrijk. Borstb. rechts, in med.
316. Intocht van Ernst in Brussel.
N. b. H. Vergeefeche aanval van Verdugo op
Del&ijl.
317. Coevorden door Maurits genomen.
319. Groningen door Maurits genomen.
1596 N. b. H. Lod. Gunther en Phil. v. Nassau strijden
met den kon. v. Frankr. bij Monmedy.
321. Huy door Heraugière ingenomen.
322. Huy door den bisschop weder overweldigd.
323. Maurits breekt het beleg voor Grol op.
326. Hevig gevecht bij Wesel.
326. Albertus van Oostenrijk. Borstb. links,
in med.
328. Intocht van Albertus te Brussel.
329. Hulst door den aartshertog ingenomen.
831. Maurits wint den slag bij Turnhout (1).
N. b. H. Maurits wint den slag bij Turnhout (11).
332. Maurits neemt Rijnberk.
N. b. H. Meurs ingenomen dfwr Maurits.
Grol ingenomen door Maurits.
Breedevoort ingenomen door Maurits.
,, Oldenzeel ingenomen door Maurits.
,, Lingen ingenomen door Maurits.
,, Franciscus de Mendoza. Borstb. rechts,
in med.
286. 11/x 16U8 ,, Het innemen van .,'t Huys te Broeck.^
202. 4>/iu
11
203. 24,30/v
IS
204. 10/vi
11
205. 1/vii
1591
206. 25/vu
11
207. 24/ix
11
208. 21/x
11
209. 5/vu
1692
210. 12/ix
11
211. 20/xn
'1
212.
1693
213. 26/vm
11
214.
11
216. 31/1 *
1694
216. 12/II
11
217. 6/v
11
218. 24/vii
11
219.
1596
220. 8/11
n
221. 21/m
11
222. 16/vii
11
223. 2/ix
11
224.
226. 11/u
1696
226. 10/vui
11
227. 24/1
1697
228.
11
229. 21/vm
1»
230. 2/ix
11
231. 28/ix
11
232. 22/x
n
238. 21/x
"1
234. 12/xi
«<
286.
1*
11
172 BAUDABTIUS 1559—1614
Volgn. Datum. Jaar. No. v. Hogenberg.
237. /iv 1599 8S5. Schenkenschans door de Spanjaarden be-
legerd.
238. /y ,, N. b. H. Vergeefech beleg van Bommel door Men-
doza.
239. /v ,, ,, Vergee&ch beleg van Bommel door Men-
doza.
240. 327. Borstb. v. Isabella Olara Eugenia, links,
in med.
338. St. Andries door Maurits genomen.
339. Wachtendonk door Lodew. v. N. genomen.
N. b. H. De holl. vloot op weg naar Nieuwpoort L
„ De holl. vloot op weg naar Nieuwpoort II.
„ Toebereidselen tot den slag door Albertus.
,,, Toebereidselen tot den slag door Maurits.
„ Slag bij Nieuwpoort I,
,, Slag bij Nieuwpoort II.
„ „De Swarte Gbley van Dort" neemt 8
schepen vóór Antwerpen.
.,, Beleg van Ostende. (Vogelvlucht gezicht).
„ Beleg van Ostende.
N. b. H. Beleg van Ostende. (Belegeringswerk-
tuigen).
34i. Maurits neemt Rijnberk.
343. Belegering van 's Hertogenbosch.
1602 N. b. H. Tocht van Maurits door Brabant
„ Tocht van Maurits door Brabant.
346. Grave door Maurits belegerd.
350. Wachtendonck verloren.
346. 's Hertogenbosch door Maurits te ver
geefy belegerd.
1604 N. b. H. Sluis door Maurits ingenomen.
,, Ernst Casimir v. Nassau. Borstb. rechts,
in med.
^^ Spinola. Borstb. rechts, in med.
356. Mislukte aanslag op Antwerpen.
N. b. H. Oldenzeel door Spinola genomen.
357. Lingen door Spinola genomen.
361. Wachtendonk door Bucquoy genomen.
358. Veldslag bij Ruhrort
359. Orakow door Spinola genomen.
363. Breedevoort door Verdugo bezet en weder
verlaten.
241. 11/v
1600
242. 2S/i
11
243. /vi
11
244. /vi
11
245. /vi
11
246. /vi
11
247. 2/vii
u
248.
11
249. 29/xi
11
250. 1601-
-1604
251.
11
252.
11
253. 30/vii
1601
254. 1/xi
11
255.
1602
256.
11
257. 18/vu
11
258. 5/ia
1603
259. 29/viii
11
260. 30/viii*
1604
261.
263.
263. l/v
1605
264. /viii
11
265. 28/vm
11
266.
11
267. 9/x
11
268. 8/xi
11
269. 6/m
1606
I
I
27».
14/vm
«7S.
M
«74.
IS/a
275.
276.
277.
l/n
278.
19/xi
27».
14/iv
280.
281.
lSi9~l«14 BAUDASTIDS — ^BBBTELLIUS 173
Volg. DstmiL Jaar. Na t. Hog«nbefg.
270. 22/ti 1<I06 N. b. H. Sluis Terrast, doch weder ontruimd.
271. 10/vn y, 364. Spinola neemt Lochem.
Afbeelding der meelmoleos door paarden bewogen en daar voor het
gebmikt.
1606 365. Grol door Spinola genomen.
r, 366. Bijnberk door Spinola belegerd.
yt 367. Bijnberk door Spinola bezet
N. b. H. Frederik Hendrik. Borstb. rechts, in med.
^ Joannes Neyen. Borstb. links, in med.
1608 370. Ontmoeting van Spinola en Maurits by
de Hoombnig.
372. Slag by Xanten.
1609 373. 't 12-jarig bestand te Antwerpen afge-
kondigd.
,, N. b. H. De Spanjaarden bij Mühlheim geslagen.
1610 374. Het kasteel Bredenbend door aortshoiog
Leopold ontzet
282. l/v ,, 375. Christiaan v. Anhalt en Frederik Hendrik
verdrijven de Waalsche troepen by Reckum.
283. 25/vn ,, 376. Maurits stelt adjn troepen op bij Nouss.
284. 2/ix ,, 382. De stad en het kasteel Oulik door Mau-
rits ingenomen.
285. N. b. H. Kaart v. h. land van Gulik.
Boven in de plaat een 2-regelig lat inschrül. Deze plaat heeft de dubbele
breedte der overige platen en is tevens de laatste van het werk van Baudartius.
Het Ie deel bevat plaat 1 — 158 en beslaat in het geheel VHI en 464 blx.
Op hl. yni, de wapens der VU provinciën en van Oranje in twee schilden.
Het 2e deel beslaat met den geboekdrukten titel: „Polemogniphiae
NassovicfB pars secvnda'^ enz. 382 en X blz. langw. in•4^
De platen, waarbg niets is aangegeven hebben een 4 regelig latynsch
onderschrift in twee r^en.
1550. Nikt vu Muller (S. No. 416).
268. DiversarufmJ natianvm habUvs Centum et qtMttvor
iconibus in aere incisis düigenter expressi item ordines dvo
Processionum. Vhüs Svmmi Pontificis Alter Serenisa. /Vtn-
ctpis Venetiarum opera Petri BertèUii . . . Patavjj 1592.
— To. Alter diveraar. nationvm habitvs nunc primvm editi
d Pe. Bertédio quib. addüa $unt ordo romani imperii ab
Othone II instUutiis Pompa regis Tvrcarvm 8f personatorvm
veatUvs luirij^ qiu)rum est in ItaUa frequens usus. Patavij 1592.
Titels van twee deeltjes van een zeer belangrijk kostuum^boekjc. Mee
174 BEBTBLLIÜS - COSTUMBS BSLGIQÜES 900—1830
rendeels bestaande uit ital. kostomes, be^at het werlge ook kleederdrachten
Tan Engelschen, Franschen, Duitschers, enz. De volgenden hebben be-
trekking op Holland en venneld ik daarom uitvoeriger.
Dl. L No. 4p2. „CommuniB fere nautarum amictus apud Belgas.*'
,, ,, 44. „Solennis Habitus Optimatum in G^rmania inferiori."
,, V 59. ,.^obiIis Indicus oAentalis."
V ,, 60. „Nobilis Indica orientalis omata.*'
Dl. n. .,, 29—36. Kopiên van de z. g. verdedigers van Haarlem van
Qoltzius. (Zie M. No. 632 en S.).
Omtrent Nederland en zijne koloniën komen er overigens geen plaatjes
in voor. Uit de overige werelddeelen enkele; zoo b. v. ,JLthabalippa
Rex vbimus America''; een bewoner en bewoonster van Virginia, enz.
De uitslaande platen zijn beide defekt.
Niet bu Muller (S. No. 416).
269. ^^Costumes hdgiqaes anciens ét modemes Müüai-
res^ Civüs et Religieiuc. BruxèlXes d la lAth. Royale de
Jóbard. 1830/'
G^lithografeerde titel, met vignet, allerlei wapentuig voorstellend, van
een hoogst zeldzaam kompleet voorkomend werk versierd, met 124 platen,
die kleederdrachten en personen uit alle eeuwen voorstellen en waarvan
hier de opgave volgt:
1. Dames van het Hof van Philips den Goede.
2. Jeugdige vlaamsche uit de 16e eeuw.
3. Krijgsman in kostuum der 5e eeuw.
4. Heer van 't Hof van Philippe d' Alsace.
5. Raadsheer 1830.
6. Krijgsman der 14e eeuw, naar een schilderij in 8t Jorisdoelen te
Oudenaarde.
7. Adellijke dame der 13e eeuw.
8. Dirk IV.
9. Ingenieur van den waterstaat, 19e eeuw.
10. Vlaamsche boer en boerin.
11. Krijgsman onder Philips August.
12. Hofilame van Karel den Groote.
13. Hofbeamte en man uit het volk der 14e eeuw.
14. Brusselsch vrijwilliger (te paard) 1789.
15. Druïde,
16. Professor van het Collegium Philosophicum (19e eeuw).
17. Lid van de ,;ordre equestre de Limbourg."
18. Vlaming der 16e eeuw.
19. Braban^nne der 16e eeuw.
20. De Abt van Tongerloo.
900—1880 COSTÜHBS BELOIQUES 175
In 1789 was deze abt één der hefUgste tegenstanders van den, om zijne
milde beginselen, beroemden Joseph II: Vooral de opheffing van verschei-
den geestelijke instellingen berokkende hem den haat der klerikalen. De
abt van St Bemard en die van Tongerloo spanden met Van der Noot
en Van der Mersch samen en begunstigden de omwenteling.
21. Maurits.
22. Karel de Stoute.
23. Godfried UI.
24. Kostuum der ridders van de zwaan.
26. Jakoba van Beieren.
26. Jan van Henegouwen (1280).
27. Vlaamsche jonkman en meisje (einde 15e eeuw).
28. Mai^aretha van Oostenrijk (1507).
29. Jan van Beieren (1390).
30. Een boogschutter (1380).
31. Vlaamsch ridder (naar een schilderij op het stadhuis te Leuven).
32. Brabantsch capucijner (uit den tijd der omwenteling 1789, het
zwaard in de eene- het kruis in de andere hand).
33. Belgisch generaal-majoor (1830).
34. Jezuïeten.
35. Philips de Goede.
36. Amold I.
37. „Varlet ou Damoiseau" uit den tijd van Karel VI.
38. H. Kruisridders.
39. Burger uit de XlVe eeuw.
40. Margaretha van Beieren.
41. Karel van Frankryk, stichter van Brussel (976).
42. Dame van Brugge (13e eeuw).
43. Willem II, graaf v. Holland.
44. Brabantsch dorpsbewoner.
46. Friesche dame.
46. Monnik uit de abdij van Grimbergen.
47. Vlaamsch edelman.
48. Gravin van VUanderen (1400).
49. Vlaamsch zeeman.
50. Vlaamsche Barones (14e eeuw).
51. Vlaamsche dienstbode (15e eeuw).
52. Bewoonster der Ardennen (löe eeuw).
53. Fries (15e eeuw).
54. Hellebardiers van Karel V.
55. Ridder van het Hof van Karel den Stoute. (I5e eeuw).
56. Karel V.
57. Buaschieter van prins Maurits.
176 COSTUlfES BBL0IQUS8 900—1830
68. Mosketier Tan prins Maurits.
59. Lander yan prins Maurits
60. „La &il1e" Bnisselsch kostuum.
61. Jong edelman uit den tijd van Albert en Isabella.
62. Maximiliaan, graaf van Hoorne.
68. Erasmus.
64. '^Hsitandine.
65. Bagijn yan Brussel.
66. Laurens Coster.
67. Tempelier.
68. Pleegzuster uit Leuven.
69. Brigitine.
70. Huzaar Belgische troepen 1815.
71. Lancier Belgische troepen 1828.
72. „Chanoine régulier de Rouge-Cloitre." (Opgeheven 1784).
73. Kwartiermeester-generaal (1830).
74. Noordhollandsche dienstbode.
75. Qeldersche boerin.
76. Friesche schipper.
77. Monnik uit de abdij van Cambron (Bemardiner).
78. Amsterdamsche melkvrouw.
79. Vlaamach edelman (16e eeuw).
80. Anna Maria Schuurman.
81. Officier der schutterij (1830).
82. Belgisch kurassier (1830).
83. „Le g1orieux*\ nar van den hertog van Bouigondie (1468).
84. Philippe de Oeveooeur (1400).
85. Isabelle de Croy (1500).
86. Philippe de Commines (1400).
87. Philips de Schoone (1400).
88. Vlaamsche dame (15e eeuw).
89. Edelman (15e eeuw).
90. Muzikant der schutterij 1828.
91. „Comtesse Homeline de Croye."
92. Bewaarder van het park te Brussel (1830).
93. Boudewijn, 18e graaf van Vlaanderen (1200).
94. „Jeanne de Constantinople (1200).''
95. Infimte Isabella.
96. „Le chapeau de paille (Hélène Forment?, 2e femme de Rubens).''
97. Kamerheer (1830).
98. Z. K. H. de Prins van Oranje (Willem II).
99. De koning (Willem I).
100. Minister (1830).
1560
COSTUMBS — ZINNBPEENTBN 177
101. Officier der jagers (1830).
102. Officier der grenadiers (1830). j
103. Officier der in&nterie (1830).
104. Brugsch kostuum (1400).
105. Referendaris (1830).
106. SaintHubert.
107. Vlaamsch wever.
108. Brouwer van Leuven (15e eeuw).
109. Maria de Lalaing (1580).
110. Eommissaris van politie (1830).
111. Don Juan van Oostenrijk.
112. Margaretha van Parma.
113. Infente Isabella (1598).
114. Sappeur-pompier van Brussel (1830).
115. Menapier.
116. Zeelandsche vrouw.
117. Belgisch bisschop uit de 8e eeuw.
118. Burger van Antwerpen (1548).
119. Soudenier van Willem I (1580).
120. Hollandsch scheepskapitein (1500).
121. Frankisch krijgsman.
122. Saksisch krijgsman..
123. Jaoques de Lalaing.
124. Marie de Louvain.
124 gekleurde lithografiën in-4*, geteekend: „V. H(emelrgck)", „D.
L.** „Madou" enz. Meerendeels zonder naam. Het exemplaar is afkom-
stig uit de bibliotheek van den heer T. d' Hannart(?) d* Hamale.
1550—1600. NiBT BU Muller (No. 416).
270. ,,Ke(3irrog Sn/ixiou wtv^r ..Cebetis Thebani tabula."'
Opschrift boven een zinneprent op 'tmenscheiyk leven. Rechts op den
voorgrond een poort: „Vite introitus", aan de linkerzijde staat de goede
„Gtenivs"; rechts zit „Seductio**, die aan dejeugd den zw\jmelbeker toereikt.
Binnen de poort links „Fortuna" en allerlei verleidingen. In 't midden,
op een berg, het „Domicilium Salutis", waarheen men langs een smal
pad opklimt. In de beide bovenhoeken twee zinnebeeldige voorstellingen
op het Leven en den Dood. Onder de plaat een gegraveerde latijnscho en
hollandsche verklaring der cijlérs 1 — 22 in de plaat. Gravure in-plano zonder
naam. In den linkerbenedenhoek der plaat: „In usum studiosss iuventutis
Tabulam Cebetis in minorem hanc formam redegit et ezcudit Carolus Allard "
1B50— 1600. Niet bij Müllke (No. 416).
271. „Z)e Processie op Palm SondUig,^*
Onderschrift onder een plaatje, waarop in 't midden een man op een
12
178 SPOT- BN ZINNBPRBNTBN 1650— lÖOO
ezel is a%ebeeld, voora%egaan en gevolgd door een stoet mannen. Volgens
Wagenaar, Amsterdam^ Dl. Vil, 2 bl. 4£7, was dit een ezel en man van
hout, die het ééne jaar, in processie, uit de kapel der H. Stede naar de
Nieuwe kerk, en het andere jaar uit de kapel van Jeruzalem naar de Oude
kerk getrokken werden. Gravure kl. in-é**. zonder naam. Uit?
1550—1600. Muller (S. No. 417 A).
272. „ Vuech magherman aan hier hoe hongherich gh^ siet
Tis hier al uette Cuecken ghi en dint hier niet." —
„Daer magherman die pot roert is een arm ghasterge
dos Loop ick nae de uette Cuecken met herten blge.'*
Onderschriften rechts onder twee platen de vette en magere keuken
voorstellende. Links daarvan twee fransche versjes. De vette keuken
vertoont een tafel rijk bezet met speenvarkens, worst, ganzen, enz.
waaromheen een menigte smulpapen. Rechts de schoorsteen, waaronder
drie potten te vuur hangen en een speenvarken aan het spit steekt
Links op den achtergrond wordt een magere doedelzakspeler de deur
uitgedreven. De magere keuken geeft juist het tegenovergestelde te zien.
Hechts een tafel, waaromheen een vijftal magere mannen allen gretig
tastend naar een pan met mosselen, midden op de tafel staande. Links
de schouw, waaronder één armelijk potje te vuur hangt, door een mager
man geroerd. Links op den voorgrond een man, die stokvisch zit te
beuken; daarnaast een vrouw en kind in een bakermat, een jongen, die
een pot uitlikt, enz.
Gravures langw. in-4*. naar P. Breugel, door P. Ameriginus, met adres
van H. Oock, 156S.
1550—1600. a. Nikt bij Müllbr (S. No. 417 C).
* 273. ^^Stans autem Zacheus^ dixit cui lesum:'* etc.
Onderschrift onder een plaat, waarop rechts Jezus is a%ebeeld ter maaltijd
bij Zacheus, links de keuken, waarin drie vrouwen bezig zijn wildbraad
gereed te maken. Gravure langw. in-fol. naar P. v. d. Borcht, met adres
van Car. C(ollart) Merkwaardig voor het keukengereedschap en het kostuum.
1550—1600. b. Niet bu Muller (S. No. 417 C).
274. ^^Om een hcker beetken in H vleeschuys te cryglien
{siet men dese vroukens neerstelyck spoyen
Want het maeckt goet sop^ ende verUyt den gheest^
{soo dek aan beuroyen.*^
Afbeelding van verschillende slagerswinkels, met hunne uitstallingen
op straat en de daar))ij staande koopsters. Voor kostuum, zoowel als
voor zeden en gewoonten zeer interessante prent, langw. in-fol. „Pet.
van der Boreht inuenit. Carel CoUart excud", met bovenstaand hollandsch
en 2-regeIig fransch onderschrift daarnaast.
1550— 1600
SPOT- BN ZINNBPEBNTBN 179
1550—1600. NiBT BIJ Mulleb (S. No. 418 A).
275. ^^Ghij smokers met tonback ghij Brandewyns gheseüen
Gh^ die in nohes kroech drinckt uijt een vatse kan
Dat u de wervd dratjt en 't ingewant wü swéUen
Verdwadde narren hier schout desen Roemer an
Dit is dat eedle natt den Koden en den klaren
*t Gdd u m^n Elen^baes dit is de rechte saus
Pots tausent dat *ser in soo loet ick U neder dalen
En is de krieck te vol ick giet het wedrom aus.''
Drinkgelag, dat, evenals het eronder gegraveerde vers, dienen moet om
den wijn boven de tabak en den brandewijn te verheffen. Hechts een
tafel met roemers en fluitglas. In 't midden een lustig gezelschap rondom
een andere tafel. Links twee personen, waarvan een overgeeft. Qravure
door Kittenstein, met adres van C. J. Visscher.
1550—1600. MuLLBB (8. No. 418 B).
276. „Omdat Ick my te seere opden Morgen heb ye>'laten .
Daer om draghe Ick Naraet die cleeren met gaten.** enz.
6-regelig vers in drie rijen boven een gravure, waarop de zorgeloos-
heid gegispt wordt In een schoemtiakerswerkplaats (geen smidse, zooals
Muller opgeeft) zit links op den voorgrond vrouw „Verlega", met het
hoofd leunend op den arm, waarin het spinrokken rust Blijkens het
4-reg^lig vers onder hare afbeelding is z\j het volkomen eens, met
haren man „Sorghelos'', die rechts op een doedelzak speelt, om n.1. tot
den volgenden dag den arbeid uit te stellen. Links «op den ach
tergrond komt „Naraet'\ waarschuwend met de hierboven aangehaalde
woorden binnen. In 't midden op den achtergrond twee knechts, één
van welke Naraet antwoordt: „Heft v van hier Naraet, laet onsen
meester sorghen. Dat wy nv niet en doen, dat doen wy Morghen.''
Boven den schoenmaker een schilderij, waarop een vrouw is a%ebceld
op een hek zittende; bij haar drie ganzen. Hierop slaan de laatste twee
regels van het opschrift:
„Die Gonsen hebben den cost, soo eick oock sal.
Wat wildy doch al sorghen, Godt verleenet al."
Gravure zonder naam (P. Breugcl?) met adres van H. Oock te Ant
werpen „Aux Quatre Vents."
1550—1600. Niet bu Müllbr (S. No. 418 B).
277., ^^Die daer luy en locker sijt ho*T crtjsman oft dercken
die gheratckt daer en smaeckt da^ van als sonder tverken
Die tufjnen s^n u)orsten die huijsen met vlaijen
cappufjnen en kieckens tvliechter al ghébratjen**
Ooderschrifl onder de voorstelling van Luilekkerland. In 't midden een'
180 SPOT- SN ZnnrEPEBNTXN 1650—1600
boom, waar omheeD een boer, een krijgsman en een student in vuliige boa-
ding liggen te slapen. Links een gebraden varken langs den weg loopende,
een gebraden eend, die zich zelf op de schaal legt Op den achtergrond
een omtuining van worsten. Rechts een vrouw, wie een gebraden vogel
in den mond vliegt Boven haar een afdak met vladen. Gravure langw.
in-^*. naar P. Breugel.
1650—1600. a. Mullbb (S. No. 418 C).
278. „f Vareken moet in t' Schot"
„Die haer goet als droncken Swynen
Brengen door in Yenus Kott
Moeten nae elendich quynen
Eyndelyck int Varckensschott/'
Onderschrift onder een spotprent op den wellust Een man, die zich
blijkens het versje aan dronkenschap en wellust overgaf^ wordt door
een schreeuwende menigte achtervolgd en in een varkenskot geduwd,
dat rechts op de plaat is a%ebeeld. Links een vervallen kerkje, enz.
Gravure langw. in-4*. naar P. Breughel, met adres van C. J. Yisscher.
b. Dezelfde voorstelling omgekeerd, in ovaal, door Muller vermeld naar
een exemplaar van het Prentenkabinet is hier aanwezig. Gravure in-4*
„Breughel inve(n)t martinus. petreiu. ezcude I. H. W(iericx) 1568'*
1550—1600. NiBT BU Mullbb (8. No. 418 C).
279. „Ns cantemne senem munatum sttdta puMd*^ etc.
„Afe cum mangnifica noli contemnere doté*^ etc.
Onderschriften van vier regels, in twee rijen gegraveerd, onder
twee zinneprenten op de wulpsche grijsheid, zoo bij nuumen als vrouwen.
Op de eerste plaat is links een paar jonge verloofden a%ebee]d, rechts
een grijze rijkaard, die met de linkerhand in een bak met geld wroet^
terwijl zijn rechter aanhalend op den schouder der jonge maagd rust, die
hij wil bewegen, aan hem de voorkeur te geven om zijn geld. Op- de
tweede zoekt een oude vrouw door het doen blinken der schijven die zij
uit een geheel gevuld koffertje genomen heeft, een jongman tot gelijke
daad te bewegen.
De hollandsche verzen in letterdruk onder ieder der platen geplaatst
zijn te karakteristiek om ze hier niet op te nemen:
,,Laat loopen dien Wulp, hy souw 't verquisten ,,al.
Komt oen mijn zy, wildy vry van rouw ,,zyn:
Siet ick heb 'tgelt, in sacken en kisten „al,
En van al dees rijckdom, süldy Heer en Vrouw ,^ijn,
Loop, loop, lan Dras-broeck, ghy meught my bekoren „niet
Ick prijs dees longhelinck, hem komt de scheer „soen:
Dat ik my eens keerde, of van Yenus hooren „liet,
Ghy soudt segghen, ligt stil. 't sou my seer doen."
1550—1600 SPOT- EN ZINNEPBËNTKN 181
,.Laet varen dat Kleuter, 6 longh-man moedigh,
Paert u met my, blust doch 'tbegheer ,.yet,
Soo meughdy leven ter wereldt voorspocdigh,
Wont van alle dees schatten, maeck ick u Heer „siet.
Het longh is vrolijck, en ghy versleten,
Dies auldy mijn jeucht, niet in 'tghequel ., houwen,
Zy zijn oock waerdt met roeden ghcsmcten,
Die om het gelts wil, een oudt vel „touwen."' {sic).
Twee gi-avures laiigw. in-é". naar H. Goltzius. De latijusche gedichten
zijn van C. Schonaeus.
1550—1600. Niet bu Mulleb (8. No. 418 D).
280. j^Waer de Vrouw d*ouerhandt heeft, eii draedU
(de brouck
Daer ist dat Jan. de man leeft^ naar aduys van den douck^*
„Om la fem{m)e gouuerne^ portant la banniere
Et des hrayes auecq; Ie tout y va derriere.^*
Onderschrift 'in twee rijen onder een geestige afbeelding van een
huishouden, waar 't haantje zwijgt en 't hennetje kraait. Kechts trekt
een man, onderdanig voor de opgeheven vuist zijner vrouw gfeknield. haar
de broek aan. Boven haar hoofd een bord, waarop: ,.Aut amat, aut
odit Muiier" enz. Links krijgt een ander geknield liggend man van
zijn vrouw een stomp tegen zijn kaken. Een jongen houdt haar een
vlaggetje boven het hoofd, waarop een hand en de woorden : ,.D' overhant"
staan. Verder verschillende personen, binnenkomende door een deur,
midden op den achtergrond. Links op den achtergrond een vrouw,
die twee mannen, waarvan er een zit te has})elen, met een tang dreigt
Op den voorgrond bezem, tang, schop, haspel, enz. Gravure breed
in-fol. zonder naam (door P. Feddes van Harlingen?) met adres van
L. Boscher.
1660—1600. Muller {8. No. 418 F). /
281. „Brveghel mve(n.) H. Cock exc. 1562. PAM
E(rigums)."
Eenig inschrift in een prent door Muller onder bovenstaand nommer
vermeld en genoemd: .,De Koopman en de apen." Zie voor uitvoeriger
beschrijving het volgend nommer. Hier ligt de koopman naar rechts, op
de volgende naar links met het hoofd. Een der, trouwens kleine, verschil-
len tusschen deze en de volgende voorstelling is dat hier de aap, die bij
de vier dansenden op den achtergrond op den trom slaat, op drie pooten
staat, terwijl hy in de volgende plaat zit. Gravure langw. n-fol. naar
en door P. Breugel.
182 SPOT-*EN ZINNBPEENTBN 1660—1600
1650—1600. a, Nibt bu Muller (S. No. 418 F).
282. ^^Vhistoire de son . . e crevx qm perdt son hien en
dormanV
Opschrift boven een sooi^elijke voorstelling als er bij Muller onder
bovenstaand nommer beschreven is. Op den voorgrond een man, met het
hoofd naar links liggende en daarmede leunend op de rechterhand,
in slaap gevallen bij zijn mand met allerlei galantcriën en omringd door
een menigte apen. Een van deze doet zijn gevoeg in des koopmans
muts, een ander zit op zijn schouder en vlooit hem. De inhoud van de
mand wordt door verschillende andere aan de boomtakken gehangen of
op den grond geworpen. Rechts op den voorgrond beziet een aap zich in een
spiegel. In 't midden op den voorgrond trekt er één een paar kousen aan.
Onder de plaat een vierregelig firansch versje in twee kolommen. In
den beschadigden rechter benedenhoek is nog leesbaar ,,Langlo a Paris
Jean de la." 't Is dus een fïransche prent, doch is deze nu de oorspron-
kelijke? Of de door Muller vermelde?
1550—1600. *, Niet bij Muller (8. No. 418 F).
283. „Afenfre7 Mercante assicurato dorme
E di saluar la mercantia si crede,
Simil a^sogni suoi vengan Ie torme
Di pazze Scimie a lui, dal capo al piedè'^ ; etc.
Onderschrift van 8 regels in vier rijen onder een zelfde voorstelling als
de beide voorgaande platen. De koopman hier met het hoofd naar links.
De trommelende aap op drie pooten staande. Gravure langw. infol. z. n.
met adres: „lo Turpin exc. Rome 1599."
1550—1600. Niet bij Muller (S. No. 418 K).
284. Spiegélgevecht op liet water.
Op de voorplecht van verscheiden schuitjes is een plank aangebracht,
waarop een aap met lans en schild staat, 't Doel is, zooals bij de voorste
twee gezien wordt, elkander van die plank in 't water te werpen. De
verdere bemanning, zoowel als de toeschouwers zijn alle apen. Rechts
op den achtergrond een kasteel. Eén der vele voorstellingen, waarin
menschelijke uitspanningen, enz. door apen worden geparodieerd. Gravure
langw. in-4*. zonder naam (naar P. v. Breugel door P. v. d. Borcht?).
1550—1600. Niet bij Muller (S. No. 418 L).
285. Zinneprent op den oorlog.
Gravure zonder eenig in-, op- of onderschrifi. In 't midden een olifimt
Op zijn rug een eigenaardig gevaarte, geheel gevuld met krijgslieden,
die uit verschillende openingen pijlen schieten, steenen werpen, enz. op
het volk, dat in allerlei zonderlinge kostumen en met alleriei strijdtuig
op den olifimt en zijn bezetting aanvallen. Links op den achtergrond
1560—1600 SPOT- EN ZINN£PR£NTBN 183
o. a., op een hoogte, een bierkan aan een galg en een schuit op twee
tonnen. Gravure naar Hier. Bos. het adres: „A. Paris," enz. uitgewischt.
«
1550—1600. Muller (S. No. 418 M).
286. „Pypt iiou vry oppe. en speelt van hertten fier
backt wafelen en siiuyven om wel te smeeren
tis non (sic) al keremisse/ syt nou vrolyck hier
dus brei^ malcanderen eens van den Rynschen Cleeren
en wylt nou wt ghenuchten de sot wel scheeren."
Voor een schouw, waarop een uil als reizend nar is a%ebeeld, zit
links ecu dikke boer, rechts een vrouw met wafelijzer in de hand, links
van den boer een guitaarspcler ; rechts o. a, een vrouw, die met treeften
tang ketelmuziek maakt. Op den voorgrond rechts zit een nar, met neer-
geslagen kap, die door een vrouw ingezeept wordt In 't midden op den
voorgrond een dansend hondje met narrenkap. Aanschouwelijke voorstelling
van het spreekwoord: „den zot scheeren." Grav. met bovenstaand holl.
en 6-reg. fr. versje, door P. A M E(riginu8) naar H. Bos, Ie staat met
adres van H. Cock, 1567.
1550—1600. Mulleb {S. No. 418 N).
287. „laet die boeren haer kermis houuen."
Inschrifl in het vaandel eeuer boogschuttersvereeniging, dat uitge-
hangt voor de herberg: „dit is in die kro(ne)", rechts opeen geestige
plaat, die een boerekermis voorstelt. Bij de herberg staan twee
doedelzakspelers op wier muziek een viertal paren danst, lu 't midden
voeren eenige personen een zwaarddans uit. Daarachter een geharnast
man te paard, inrijdende tegen een draak op wielen. Op den achtergrond
een kerk; een processie trekt er binnen. Terzijde van de kerk, rechts,
kramen en een kwakzalverstheater op tonnen. Links op den voorgrond
cen^kermiswagen, daarnaast twee balspclers, erachter een vrouw schom-
melend in een schuur. Geheel op den achtergrond papegaaischieters rondom
een molen, waarop de vogel op een stok geplaatst is. Gravure iuplano
naar P. „Brvegel" met adres: „Au Palais a Paris Paules de la Houue
cxcud. 1601."
1550—1600. Muller (S. No. 418 P).
288. „Mopso nisa datvr, qvid non speremvs amantes.''
Onderschrift eener prent waarop rechte een haveloos gekleed paar
samen danst op de muziek, die een Cbgen een boom geleund man
maakt op een aschschop. Links een soort tent, waarbij eön jongen
met een spaarpot en twee andere personen. Muller noemt het een bede-
laarsbruiloft. Gravure langw. in-fol. naar P. Breugel door P. A M £(ri-
ginus) met adres van H. Cock 1570.
184 SPOT- BN ZINNEPBBNTEN 1550—1600
1560—1600. MuLLBB (8. No. 418 Z).
289. uQhj lieden van Mall^m wilt nu wel syn gesint,
lek Vrou Hexe wil hier oock wel worden bemint.
Om y te genesen ben ick geeomen hier,
Tuwen dienste, met myn onder meesterssen fier.
Compt vry den meesten met den minsten sonder verbeyen,
Hebdy de wesp int hooft, oft loteren v de keyen."
Illustratie van het spreekwoord: ,,De kei in 't hoofd hebben", voor
niet wijs zijn. Bijna in 't midden der plaat, op den voorgrond, de Hexe
(vrouwelijke kwakzalver) die een patiënt onderhanden heeft. Zij toont
aan de, van de rechterzijde afkomende, patiënten, den kei waarvan zij
den lijder verlost heeft Achter haar een helper met een spanen doos
met geneesmiddelen in de rechter- en een groote viool in de linkerhand.
1'erzijde van haar, op den achtergrond; een staak, waaraan reclame-
biljetten en een menigte keien. Mébr links het kwakzalverstheater op
twee tonnen. Rechts, op den voorgprond, een geroot ei, waarin een dokter
bezig is een man van tallooze keien te snijden. Links, op den voorgrond,
een gek achter de tralies van het dolhuis, op den achtergrond een molen.
Gravure naar P. Breugel, door P. A M E(riginus), niet adres van T. G(alle)?
1550—1600 (1618). MuLLBE (8. No. 41SAc).
„ „ ,, loOv.
290. „Grandibvs exigvi svnt pisces piscibvs esca."
„Siet sone dit hebbe ick zeer langhe gheweten, dat die
groote vissen de cleyne eten."
Onderschrift onder een zinneprent op de ..verdrvckinghe der armen.
De rijcke lieden verdrucken u door gewelf', zooals, van links naar rechts
gezien, in het latijn, fransch en hollandsch rechts boven in de plaat staat
Do prent stelt een groeten visch voor, uit wiens bek en opengesneden
buik een menigte kleinere visschen komen. Op den voorgrond links een
schuitje, waarin aan de linkerzijde een vader zit, die zijn kind op dien
visch wijst, en waarbij „ecce'' staat. Een man, die een visch schoonmaakt
zit aan de rechterzijde in het schuitje. Links bovenaan een hut, en een
boom waaraan visschen worden opgehangen, enz. Gravure naar „Hiero-
nymus Bos** met adres van „loan Galle." Onderaan rechts gemerkt
N. Deze plaat is later op Oldenbamevelt toegepast Zie Muller no. 1364.
IBBO— 1600. NiBT BU MuLLEE (No. 418 Ac).
291. „Siét sone dit heV ick seer lange gheweten Dat
die groote Vissen de cleyne ete^xJ'^
Onderschrift onder dezelfde afbeelding van de vorige plaat, maar nu
andersom. Het scheepje met den vader, die zgn zoontje op den visch
wijst, hier rechts. In plaats der fr., holl. en lat inschriften rechts boven
1650—1600 SPOT- EN ZINNBPKBNTEN 185
in de vorige prent, hier nu links: „Grandibus exigui'', etc. Ofschoon tot
zel& in kleine bizonderheden aan de vorige gelijk, draagt deze plaat den
naam van P. Breugel als inventor en het adres van C. J. Visscher.
Welke is de oorspronkelijke?
1650—1000. MuLLKB (Aanh. No. 418 Ad).
292. „Siet viiaden dit heeftmen veel laren geweten
Dat de groote vissen de cleynen eten."
Zeer curieusc oude gravure, waarop onder allerlei vormen het boven-
staand opschrift aianschouwelijk wordt voorgesteld. Tallooze inschriflen
in de plaat leveren even zoovele variaties op hetzelfde thema. Als proeve
schrijf ik er één af:
„Hier hanghtmen de cleijne* vissen z^ aen zij.
De groote die ontsuemment of men laetse vrij.
Niet datse de gaigh minder verdienen,
Maar om andere redenen soo ick sou mienen.
Dat de cleijne slocken dat weeght niet swaer,
Oock is haer buijck soo cleijn men wertet strack gewaer.
Maar de groote die slooken met suelke hoopeu,
Dat de bast sou breecken begostmen se op te knooi>en."
Burleske illustraties van het opschrift volstrekt niet in verband te
brengen met den dood van Oldenbamevelt. Gravure in-plano, z. n. met
adres van Jan Tiel.
1650—1600. Mulleb (S. No. 418 Ae.)
293. „Bigome" ^oz^
Afbeelding van een zeer dik beest, met bovenstaanden naam op zijn
huid. Als pendant behoort erbij, maar is hier niet aanwezig, ecu zeer
mager beest: ,.Scherminckelaen8icht'' Bigome wordt dik, omdat hij zich
voedt met mannen, die goed voor hunne vrouwen zijn en deze zijn er
nog al veel. Daar „Scherminckelaensicht" leven moet van vrouwen, die
goed voor hare mannen zijn, blijft hij zeer mager, want die zijn er bijna
niet „Goeden broeder" ligt rechts geknield voor Bigome en wijst op zijn
vrouw „Duijvel." Op den achtergrond links ranselt ,,Nydicheijt" ,,Ian
Goetbloet" a£ Rechts een menigte (goede?) mannen. Gravure zonder
naam, langw. in fol. Daar de plaat zonder eenige mai^e is, is niet
juist te bepalen of onder dezen staat een vers behoort.
1660—1600. NiBT BU Muller (No. 418 Ae).
294. ,,Bigome'' ,,Scherminkd''
Op- en onderschriften boven twee beesten, waarvan het een rechts op de
plaat geheel, het andere links slechts gedeeltelijk te zien is. Het rechtsche is
een zeer dik beest (zie de beschrijving van het vorig nommer). Het linksche,
dat meer op den achtergrond nog eens geheel is afgebeeld, zeer mager.
186 SPOT- BN ZIKNBPRBNTBN 1550—1600
,jGroeden broeder" van de vorige plaat heet hier: ,,Goo8seii" zijn vrouw:
,,Griet." ,,Nijdicheijt" ia hier: „Lobbrich"; „Jan Goetbloet" nu .,Ja8per."
De trits aankomende mannen wordt hier „Verheerde Compangi" genoemd
Scherminkel eet ,,Engeltjen" op. Vóór hem : „Marri-crabbers," die „Hans
Pluym" in 't aangezicht vliegt Boven hen oFokel" die .,Iaep" met een
knuppel nazit. Beide voorstellingen zijn hier op 1 vel in-plano gegraveerd
en juist andersom als Muller ze beschrijft. Onder de gravure, zonder
naam, zes S-regelige verzen in zes kolommen. In den linkerbenedenhoek
der plaat het adres van Jacobus Allart.
1550—1600. Mulleb (S. No. 418 Af).
295. „Wel aen ghy Spaerpotten, Tonnen, en kisten
Tis al om geit en goet, dit etriden en twisten.
Al seet men v ooc anders, willet niet ghelonen.
Daerom vuere(n) wy den haec die ons noyt en miste(n).
Men soeckt wel actie om ons te aerdoouen,
Maer men souwer niet krygen, waerder niet te roouen."
Ouderschrifl in drie kolommen, waarboven even veel latijnsche regels,
onder een karikatuur op den oorlog of op de geldzucht. Verwoed gevecht
tusschen een menigte wezens, wier lichamen, niet uit eieren bestaan, zooals
Muller zegt, • maar uit steenen spaarpotten of geldkisten. Gravure naar
P. Breugel door P. Ameriginus met adres ,,Aux quatro Vents." (H. Cock).
1550—1600. Niet bij Muller (S. No. 418 AO-
296. ^,Niema(n)t'en-kent'he{myselve{ny*
Onderschrift onder een schilderij (die een nar voorstelt zich zelven in een
spiegel beziende). Deze schilderij hangt tegen een muur op den achtergrond
ecner plaat, waarop allerlei soorten van koopwaren dooreen liggen.
Tusschen deze waren verschillende personen, op wier kleed het woord
,,Elck" staat. Op den achtergrond een leger. Ook dïidr twee kleinere
figuren, elk met een lantaarn gewapend, evenals den man in het midden
op den voorgrond. Daar ook bij hen het woordje .,elck'' staat, vermoed
ik dat de geheele plaat een illustratie wil zijn van het spreekwoord:
„Elk zoekt zijn voordeel." Onder de plaat een 4-regelig lat onder-
schrift: „Nemo non Quaeril passim sua commoda, Nemo Non querit seae
cunctis in rebus agendis", etc. Gravure zonder naam (P. Breugel?) met
adres van H. Cock.
1550—1600. NiBT BU Mullee (S. (No. 418 Af).
297. „De gierigaards,*^
Aan een tafel, waarop een menigte geldstukken uitgestort liggen, is
een man, bezig het bedrag dier munten te boeken. Links van hem zijne
vrouw? met de rechterhand op zijn schouder leunende. Zoowel om het
kostuum als het huisraad is deze teekening in-fbl. naar Q. Metsys, hoogst
merkwaardig.
1550—1600 SPOT- BN ZINNBPEENTBN 187
1550—1600. NiBT BU MuLLBB (S. No. 418 Ah).
298. De Gierigheid.
Men oud man zit achter zijn lessenaar en schrijft (met de linkerhand).
Naast hem zijn vrouw geld wegende boven een tafel, waarop verschil-
lende schuldbrieven liggen. Achter haar de Gierigheid als een sater, met
een krauwel in de linker, een geldtasch in de rechterhand. Boven dezen
een tweeden sater met begeerige blikken op het goud ziende. Rechts
van dezen, boven in de plaat de dood. meteenzandlooperin dühand,door
een venster kijkend. Zwarte kunst in-folio, door „J. V(ander) Brvg(ghen)."
1550—1600. a. Niet bu Muller (8. No. 418 Ah).
299. ^Jnvidia^ BeUi mater ^ occiipat rliedam
Iniqvitateyn :^^ etc.
Aanvang van een zesregelig onderschrift in twee ciirtouches onder een
zinneprent op den Haat. Deze zit boven op een soort triomfwagen. Aan
hare voeten „Bellum." De paarden „Calumnia" en ,,Detrnctio" worden
gemend door ,.Liuor" terwijl „Perturbatio", ,.Inquietas" en „Maleuolcntia"
aan weerszijden van den wagen gaan. Links in den benedenhoek: „M.
Ilemskcrck jnve(n) T. Galle excud." Gravure langw. in-4®.
1550—1600. 6. NiBT BIJ Muller (S. No. 418 Ah).
300. „BeUvm minos intentat insidens rJiedae
Vindictae,*^ etc.
Zinneprent op den oorlog, evenals de beide volgende, van gelijke con-
ceptie als de voorgaande en ook, als deze, met O-regelig latijnsch onder
schrift, in twee cartouches. ,,Bellum'' zit op een wagen met krijgstuig,
zijn rechterbeen rust op den schouder van ,,Humilitas." ..Puror" ment de
paarden: ,,Vastitas" en ,.Perditio", terwijl „Faraes", ..Blasphemia" en
..Riia" den wagen vergezellen. Achter den wagen de krijgsgevangenen
en den roof, waar boven ,.Crudelitas." Links op den achtergrond een
stad m brand. Gravure langw. in-4®. In den linker benedenhoek: „Mar-
tinus hemskerck jnuentor."
1550—1600. c. Niet bu Muller (S. No. 418 Ah).
301. ^jAuriga Torpor uehiculo Indigentia
Tapinaphrosynes matrem Inopiam aegrè trcüiens
Yix tandem equos*% etc.
Onderschrift, als voren onder een zinneprent op de armoede „Inopia"
zit op een armelijken wagen; vóór haar „Humilitas.'' „Torpor' ment de
magere knollen: „Debilitas*' en „Aegritudo." De wagen wordt vergezeld
door „Servits" (sic) ,.Patientia" en ,.Fragilitas.'* Gravure langw. in-4*. In
den linkerbenedenhoek: „Martinnus hemskerk jnventor."
188 SPOT- EN ZINNBPBBNTBN 1550—1600
1560—1600. d. Niet bu Müllbb (8. No. él8 Ah).
302. ^^Pax uecta curru Vnamitate tandem adest
Ddapsa caelo^^* etc.
Onderschrift als boven, onder een zinneprent op den Vrede. „Pax" zit,
met een palmtak en lauwerkrans in de handen, boven op den wapfen.
Vóór haar ,,Opulentia"' met een kroon op de rechterhand. ,.Anior'* ment
de paarden: .,Vtilitas" en .,Concordia." Naast den wagen gfaan ,.Ju8titia'\
„Diligentia" en „Veritiis." Links op den achtei^frond landbouwers. Gra-
vure langw. in-4^ Onderaan links: ,,M. Hemskerck inuentor Theodor.
Galle excude."
1550—1600. Niet bij Mullke (8. No. 418 Ah*).
303. 1. „Des Sathans sdiüdery van 's toeerdts yeddiwydt
Bevanght des Mensclien Imrt : dies Lust hem stricken leydt.'*
2. „Den Lust Beglieerte volght^ en treckt niet sonder moeyten
Deit Mensch om Iwoch in H gout end' eer syn lust te hoeten.''
3. „Afe nu de Mensch ved goets en sadien lieeft met gdt^
Ryck 's Duyvels cameraet syn Hoop' hy daer op stelt."
4. ^^Maer afe liem d' eew'glie Doot ten laesten komt voor ooglien^
Soo vindt hy sich (eylaes!) door yedel' Hoop bedrooghen."
Onderschriften van vier zinneprenten op de eer- en de geldzucht. Boven
ieder hollandsch een latijnsch distichon. De platen links gemerkt 1 — 4.
De eerste plaat stelt links Satan voor die een vrouw (de ijdelheid)
schildert in een menschenhart, dat op den schildersezel staat. Rechts een
jongmensch, die naar deze schilderij kijkt, terwijl eene vrouw, de „Lust'
hem een strik om het been doet.
De tweede plaat vertoont Cupido geblinddoekt, die met een koord een
man tegen een rots optrekt, waarop geld, kroon, kleinoodién, enz. zijn
tetïtoougesteld.
Op de derde plaat helpt de Duivel een man, om het beeld der Hoop te
{)laatsen, op een zak met geld gevuld, waaromheen allerlei sieraden staan.
Die „Hoop'', hoe ook vastgehouden, blijkt te wankelen, waar de Dood,
zooals op de vierde plaat a%ebeeld is, hem bezoekt. Gravures in-4*, door-
en met adres van W. Swanenburg.
b. No. 3 en 4 vroegere staat, zonder naam en onderschrift.
1550—1600. Muller (8. No. 418Ai).
304. „Justdtia inuiolata sequo que pondere lancem
Dirigit", enz.
Prachtige zinnebeeldige plaat op den eindtriomf van het Christendom.
De Gerechtigheid wordt door de Liefde omhelsd on gekroond door twee
engeltjes, terwijl de Heilige Geest op hen nederdaalt Een prachtig
zinnebeeldig randwerk, waarin (behalve de medaillons, die „Ivstitia-Pax-
1650—1800 SPOT- EN ZINNEPBSNTEN 189
Lex-Ratio-Fides'' Yoorstellen), beelden voorkomen ontleend aan JesaiaXI:
De wolf zal met het lam verkeeren, de luipaard zal bij den geitenbok
nederliggen, de jonge leeuw en het mestvee tezamen en een klein jongs-
ken zal ze wijden, omgeeft de hoofdvoorstelling. Uitnemend exemplaar
dezer uiterst zeldzame gravute in-plano naar M. de Vos, door J. H.
Wiericx, met adres van P. Baltens en 12-regelig latijnsch vers van
„Hugo Favoil" in drie coupletten, twee boven en één onder, onder de
gravure. Muller beschreef dit exemplaar.
1550—1600. NnsT bij Mullbb (S. No. 418Ai}.
305. ^^Naturce sequitur semina quisque suce^
Inschrift, boven in een zinneprent op de Dankbaarheid en Ondankbnar-
beid. In een rijkgebeeldhouwde lijst met verscheidene zinnebeeldige at-
tributen is „Beneficentia" afgebeeld als een sierlijke naakte vrouwenfiguur
gezeten op een stoel. Rechts een man, om wiens been zich een slang
kronkelt aan wien zij met de linkerhand de zon (het meeste) geeft en die
haar des niettegenstaande verraderlijk met een dolk treft en in den arm
bijt Voor den man een doodkist, waarop: ,.Mors, Oblivio." Links een
vrouw, die dankbaar een halve maan (het mindere) aanvaardt. Boven deze
een beeld in een nis, met opschrift: „Quantum fert ssquitas.*' Achter haar
een zuil, waarop: „JSt M." Aan de voeten van „Beneficentia" ligt
een leeuw, door lekken zijn dankbaarheid toonende aan een hondje, dat
naast hem ligt; een muis doorknaagt een touw, waarmede hij gebonden
is. Gïoede Natuur baart, ondersteund door Sol (een krachtig jongeling),
een kind, aan hetwelk Sol het goede inblaast, terwijl zij uit de guirlande die
het bovendeel der lijst versiert, fijne vruchten plukt tot voedsel voor haar
kind. Rechts ondersteunt Satumus een andere barende vrouw, Booze Natuur,
wier kind hij het kwade inblaast, terwijl zij uit dezelfde guirlande papavers
plukt Leest men in een cartouche bij haar: „Pro Myrrha aconita', links
staat in een dergelijk cartouche: „Pure do capioqz manu." Aan de lin-
kerzijde van het sluitstuk der lijst een vrouw, die haar kind de moeder-
borst reikt met het bijschrift : „Animo non eximet levum" ; rechts een andere
die haar kind. om hetwelk zich een slangenstaart kronkelt, met een lepel
voert, en het bijschrift: „Ingrat quod in sinu anguis." In den sluitsteen
zelf: „Iiigratis servire nefas. Non pent. bonis quod fit bene." Onder do
hoofdvoorHtelHng een 8-regelig latijnsch vers van P. Hogerb(eetfi), in
tweo kolommen. Daaronder de volgende latijnsche opdracht in cartouche :
,.Benifico splcndidoq. Sionia Lus hunc humane indolis tjpum Jnc. Razctus
in propcnse voluntati«*et studij teaBera(m) libens Lubennq. dedit" Onderde
plant, in boekdruk een duiterh vers van elf 4-repolige couplett<'n dcwr
„Tugond vben^'indt met opschrift: .,Krklarung Dieser 8pie;»"ol/ oder
Oe*ltvhtnuHz Dor danckharhoit vnnd vndancklNirkciUi." Gravure inplnno
In lu*t v<H't«tuk der lioofduflKvMing: „Ketel In ven. et figutrayvit J.
190 SPOT- BN ZmNBPRBNTBN 1560—1600
Saenred(am} sculp. J. Razet diyulgay(it}, Robbertus de Baudous Excudebat."
1550—1600. Niet bu Mulleb (S. No. 418 Am).
306. Winter^ IJsvermaak.
G^icht op de Keizerspoort te Antwerpen en een gedeelte van den
muur, met het bevroren water daaromheen. Een menigte schaatsenrijders
en rijderessen en verscheiden toeschouwers, van welke een man en
vrouw, rechts bij een boom afgebeeld, lachend wijzen op een rijdster, die
op het ijs gevallen en wier partes posteriores bloot gezien worden. Op
de brug een huifkar. Qravure langw. in-fbl. z. n. met adres van H. Oock.
1550—1600. Niet bu Muller (Suppl. No. 418 An).
307. „Wa bescherming van tieranny en vryheid der
(conscientie
Deez Nederlanden men lange heeft zien haaken'^ enz.
Begin van een 10-regelig vers onder in een lithografie No. I, van
dezelfde serie afbeeldingen der goudsche kerkglazen, waarvan Muller in
zijn supplement zeven bij den heer van Qijn berustende teekeningen
vermeldt. De plaat vertoont in de rechterhelft van het a%ebeelde raam
„Vrijheid der concienscie" en „Bescherming van tieranny" op een zegekar
gezeten, waaronder „Tierannie" ligt. Links de zinnebeeldige figuren van
„Liefde", „gerechtigheyt", „Eendracht", „getrouwigheyt" en „Stantvas-
tigheyt." In 't midden bovenin de wapens van Holland en Oranje, verder
de wapens der steden van Zuidholland ter linker- en rechterzijde der
plaat en boven- en onder het vers onderaan. Steendruk in-plano naar en
door P. V. Borselen gedrukt bij Desguerrois en Co., en met adres van P.
van Borselen, H. H. Vetter en J. Kramers Jz. Qekleurd en zwart ex.
1550—1600. Mulleb (8. No. 418 Aq).
308. „Al reyst den esele ter scholen om leeren/ ist
eenen esele hy en sal gheen peert weder keeren."
Onderschrift in één regel — met een even groot latijnsch erboven —
onder de voorstelling eener school. In 't midden zit de meester, met een
roede op de muts gestoken; gereed een jongen voor het ontbloote ach-
terste te kastijden. Rondom hem en verder over de geheele prent allerlei
soort van potsierlijk uitgedoschte wezens met ABplanken, boeken, enz.
Achter hem een ezel op de achterste pooten staande en zingende van een
vóór hem liggend muziekblad. Aan weerszijden de kaars en bril ; zinspeling
op „Wat baten kaars en bril. Als de uil niet sien en wil," enz. Qravure
naar P. Breugel door P. a Merica, met adres vdn H. Cock, 1567-
1550-1600. Niet bij Muller (S. No. 418 Aq).
309. ^^Oudste Stads-Armenscholen inde Nederlandeit»^*
,,Al800 en can ick niet stil swijghende voorbij giien die godzalighe
1550— IflOO SPOT- EN ZINNBPEBNTBN 191
instellinghe van de annscholen, soodanige als ick . . in . . Brugge gesien
hebbe**, enz. H. S. van J. £. ter Gouw, dienende als titel voor de door
hem in O. I. inkt geteekende afbeelding van een „Schoolmatres'*; van „De
Strafbank in de School van het Rasphuis te Amsterdam'*; van de ,.Plak
en gard in de Gravenstraat" te Amsterdam; en van eenige uittreksels
uit zeer oude schoolordonnanties, 8 bladen in-i**; de teekeningen in-lS**.
1560 — 1600. a. Niet bu Mulleb (No. 418 Aq).
310. ^^Aüemode school.'*
In *t midden van een vertrek, dat voor school en schoenmakers-werk-
plaats te gelijk dient, zit een vrouw met een klos in de linker en een
roede in de rechterhand; aan haar schoot een kind met ABboek. Rechts
van haar, een man, schoenen lappende. Verder is het vertrek gevuld met
over elkaar rollende en allerlei kattekwaad uitvoerende kinderen. Op den
achtergrond, tegen den muur en op een tafel verschillende paren schoenen.
Links op den voorgrond allerlei pannen, potlepels, enz. ; daarachter eenige
jongens aan 'tkooten. Graviure naar P. Breugel, door F. de Baillieu, met
adres van F. v. d. Wijngaerde te Antwerpen. Onder de plaat links van
het bovenvermeld onderschrift vier fransche versregels in twee rijen,
rechts de volgende hollandsche verzen:
,Jck lappe, ick luere ick naeye mennighen naet.
Maer wat ick wercke, ick blijfue al in eenen staat,
Den cost is my ommers wel suer om winnen.
Want dees kinder breke(n} mij thoot, en doe(n} mij quaet gare(n) spinnen."
b. Dezelfde plaat Latere staat Met adres van M. Bunel, Antwerpen.
1550—1600. Niet bu Mulleb (S. No. 418 Av).
311. „ïVtvmp/ius Veritatü."
Opschrift (en 6-regelig latijnsch vers in drie rijen) boven een zinneprent
op de eindelijke zegepraal der waarheid. In 't midden de Waarheid als een
treffelijke vrouwenfiguur met den Bijbel op den rechter knie en een lamp,
(het licht der waarheid), met inschrift*. „idnvm xvi" op de linkerhand omhoog
houdend. In een aureool om haar hoofd : „Christvs" ; daarboven een duive,
(de Heilige Geest), terwijl geheel boven in de plaat een kring van Oheru-
bijnenkopjes den Hebreeuwschen naam van God omgeeft en twee engeltjes
daaronder een lint vasthouden, waarop: „Veritas Vincit Omnia. 3. Esdras
4." Links staat op een menigte folianten een oude monnik, ,.Perver8a
opinio" zooals op het bock bij zijn voet staat, die met een bril op, in den
Bijbel ziet. Hij heeft een lantaarn in de rechterhand. Rechts Geveinsd-
heid als een Megera, met slangen in de hand, achter baar de oude slang.
Veritas vertreedt met haar linkervoet den Leugen, in vrouwengodaante,
die van boven levend, van onderen geraamte is en een staart heeft. Met haar
linkerarm rust deze op een wereldbol, waarop een gevecht is a^ebeeld, terwijl
zij in de linkerhand een lint houdt, waarop: ..Dccipio cvnctos . . . Anno 1679."
192 SPOT- EN ZINNBP&BNTEN
1550—1600
Onder de plaat een 6-regelig hollandsch, een IS-regelig duitsch
en een 6-rege1ig fransch vers, in vier rijen naast elkaar. Gravure
in-plano. In den linkerbenedenhoek op een steen: „M. D(e) Y(08) inv.
1550—1600. MüLLBE (No. 410a).
312. „Monument voor de hervormde kerk van Neder-
land. Begonne in 't Jaar 1566."
Inschrift in een liggend ovaal, midden in een zinneprent op de Her-
vorming. Boven dit ovaal het borstbeeld van „Jan Arense'* in medaillon;
links de Ckxisdienst, rechts het Evangelie? Daarboven links een engeltje
met een schild, waarin een brandend hart is a%ebeeld; rechts een ander
met een schild, waarin de Leeuw met den pijlbundel. Hemelsch licht
bestraalt de voorstelling. In een kleiner ovaal dat het grootere van onderen
gedeeltelijk bedekt, is „De naziening der by bel-boeken, te Leyden" alge-
beeld, terwijl daaronder, in een langwerpig vierkant „De naziening der
s3modale-boeken, op 't Hof in 's Hage" is voorgesteld. Aan weerszijden van
de nis, waarin dit monument staat, zijn vier tafereelen uit de Nederlandsche
kerkgeschiedenis afgebeeld; links bovenaan: „Eerste Predikatie buiten
Amsterdam op den Rietvink, 1566." onderaan: „Eerste Predikatie te
Dordrecht in de St Joris Doelen, 1572." Rechts bovenaan: „Eerste Pre-
dikatie buiten Hoorn, 1566", onderaan. „De Predikant te Leeuwaerden
door de Qewapende burgers opgeleid, 1566." Gravure in-plano naar
D. Kerkhoff, door T. Koning, met adres van D. M. Langeveld. Proefdruk.
1550—1600. MuLLBB (No. 420).
313. „Monument voor den Zaligen Reformateur Joan-
nes Calyinus, geboore te Noyon, den 10 July in den jare
1509. overleden te Geneven, den 27 Mey in den jare 1564."
Inschrift in een ovaal in 't midden eener prent ter eere van Calvyn.
Boven dit ovaal zijn borstbeeld naar links, met Geloofen Wetenschap? als
twee zinnebeeldige vrouwen, aan weerszijden. Daaronder een voorstelling in
medaillon: „J. Calvinus verantwoord zig op den rijksdag." Nog lager een
afbeelding der „Dordrechtsche synode van den jaren 1618 en 1610." Links
in medaillon „Het nachtmaal" en, in liggend ovaal daaronder: „De con-
sistorie." Rechts: „Den doop," en daaronder: „Aanneming tot lidmaat."
Proefdruk eener gravure in-^lano naar D. Kerkhoff, door Th. Koning, met
adres van D. M. Langeveld (1791). Volgens Muller Supplement behoort
hierbij nog een verklaring in 2 kol. kl. fol. Pendant der vorige plaat
1550—1600. MuLLBR (S. No. 421 A).
314. „Ridder."
Midden in een sterke vesting staat een ,. Ridder" met zwaard en srhild .
1550—1600 SPOT- EN ZINNBPRBNTEN 193
De vier hoektx)ren8 zijn door „Wysheyt" en „Verstant" bezet Aan iedere
zijde van den ridder zes zinnebeeldige figuren, christelijke deugden af-
beeldende, als links: „Nedrich heyt" „Godt salicheyt", „Mildadic heyt",
„Sacht moedicheyt", „getrouwic heyt", en „Maticheyt", rechts: ,,Eendni
chticbeyt", „Spar saemheyt", „B^nnha rticheyt", „Voorsichticheyt"
„Yver", ,.Lyden." Vóór hem een krijgsbende: „Gelove," Achter hem
een andere „Qoede wercken." Links twee dergelijke: „Wackerheyt" en
„Hope"; rechts evenzoo: „Sterckte" en „Liefde." Onder en aan weêrs-,
zijden van de vesting staan telkens drie (gelijke) figuren : „Uren", „Tydt",
„Dagen." Van alle zijden wordt de vesting belegerd en trekken de
ondeugden, eveneens als krijgfsbenden voorgesteld, tegen de vesting op.
Rechts ziet men o. a.: „Wanhop", „Dronkenschap", „Ledicheyt", „Ho-
vardy", „Qulsicheyt", enz. Links: ,.Dievery", „Overspel", .,Hoerery", enz.
Het vaandel van elke bende vertoont een zinnebeeldige voorstelling van
elke deugd en ondeugd. Op den voorgrond, onder aan de plaat een
tent, waarin Satan ten troon zit, omringd door zijn staf: ,.Gewoonte",
„Wellus{t)", „Geveynshey t", enz. Links de „Secretaris." Uit beide hoekon
komen zijn volgelingen bij troepen op. Gravure in-plano z. n. met adres
van Hugo AUardt.
1560—1600. a. Niet bij Muller (8. No. 421 A).
315. „£si ccelo demisa Fides qva svrgere fessis
Dat rebvs, magna gratia magna Dei^
^^Tgheloove is een hetrowing Gods^ ten twyfelt niet,
In de cracht syns woortds, (sic) aan tglieen dat men niet ensiet.
Een vrouw, met een kruis in de rechterhand, wijst een schamel gekleed
man, die twee kinderen bij zich heeft op het links uit den hemel neder-
dalende geld en alle aardsche gaven, een scepter (wereldlijke) een tiaar
(geestelijke maCht) enz. Rechts zit de rijke dwaas omgeven door geld en
kostbaarheden, waarop hij zijn vertrouwen vestigt, terwijl op den achter-
grond de gelijkenis van den man is a%ebeeld, die nieuwe schuren deed
bouwen om zijn oogst te bergen. De dood trefl hem echter met zijn
schicht. Gravure breed in-fol. naar „M. de Vos" door „Jeronimius"
W(iericx) met adres: „Aux. 4-. vents." Onder de plaat vier lat. en vier
holl. 4-regelige coupletten in 4 kolommen.
1550—1600. b. Niet bij Muller (8. No. 4-21 A).
316. ^^Spes Fidei semen promissce firma salvtis
Anchora, per Christvm gavdia restittnt.^^
j^De Hope ist saet dwdc eerst dede groeyen
Tglidoove, devr de bdoofte na schrifts hevroeyen.
In 't midden een vrouw, met engelwieken, een krans op 't hoofd, de
eene voet rustend op een anker (zinnebeeld der Hope), en met de rechter
hand zaad uitstrooiend, dat welig opwast en door een maaister? geoogst
13
»»
»»
194 SPOT- EK ZINNEPB1SNTEN
1660—1000
wordt Met de linkerband wijst ze een man, die rechts op een ploegstaart
zit en tusschen distels en doornen wroet om naar aardsche schatten, op den
verheerlijkten Christus, in den linkerbovenhoek op de wolken a%ebeeld.
Rechts op den achtergrond een stal, waarin koning David geknield ligt
te bidden. Boven het dak een engel met een doodshooM in de rechter-
en een lint in de linkerhand waarop het inschiift: ,,Propitius est Deus et
prohibita est plaga." Qravure breed in-fbl. naar M. de Vos, en zeker
(evenals de voorgfaande en volgende) door Hier. Wiericx. Met adres
„Aux. 4. vents** en vier 4-regelige latijnsche en vier evengroote holl.
verzen in vier kolommen onder de plaat.
1550—1600. Muller (S. No. tól B).
317. „Coelica dona Fides, Spes, et Dilectio vera,
Praebent in&actym pectvs ad omne bonvm."
„Liefde is de vïvcht van t' Gheloove correckt,
Den bant der Volcomenthz die sy bedeckt."
Zinneprent op de liefile Qods als drangreden tot menschenliefde voor
den oprecht geloovige. Een vrouw, wier hoofd met zeven engelenkopjes
gekroond is, wijst een kreupel en gebreklijdend man, (als de oorzaak
waardoor zij hem weldadigheid bewijzen wil), op Christus, die rechts is
voorgesteld als de goede herder een lam dragende. Achter Christus de
verloren zoon bij de zwijnen — en tot zijn vader terugkeerende. Links
Johannes de Dooper. Vier 4-regelige latijnsche en even zooveel hollandsche
verzen onder de plaat Qravure naar M. de Vos, met adres „Aux.
4. vents." (H. Cock).
Met de beide voorgaande prenten maakt deze, door Muller naar dit
exemplaar beschrevene plaat, één stel uit Voor zoover ik kon nagaan,
z^jn die twee Geloof en Hope door Muller nergens vermeld. Zij vormen
met deze een zeldzaam geheel.
1650—1600. NiBT BU MuLLBB (S. No. 461 B).
318. Zinneprent op godsdienst en werMzin.
Bechts Jozef en Maria door een vrouw aan haar nederige woning
ontvangen. Links een troep reizende speellieden, brooddronken in en
om een huifkar zittend, aan welks boom een pot te vuur hangt üit een
holle boom kijkt een man. Qravure zonder naam (P. Breugel) en zonder
eenig op* of inschrift met adres van F. Huys, 1658. De vlucht naar Egypte 7
1660—1600. Muller (8. No. 4«1 C).
319. „Q^attvor adyersvs lystvm certamina vinci.
Qyattvor ayxiljs. picta tabella docet."
„Vierderley strydt hier den Gherecht^hen heeft.
Welck dees figvre in vier pynten te kennen gheeft."
Zinneprent op den str^d van den waren geloovigen B. K. De geloo
1B60— 1600 SPOT- EN ZINNEPEBNTBN 195
vige, a%ebeeld door eene vrouw, wie (Jods naam in de handpalm is gfe-
graveerd en wie de H. G. in het harte woont, wordt aan vier zijden be-
stookt door den duivel, de wereld, de ketterij en den dood, maar als
overwinnende gekroond. Uitnemende en zeer zeldzame gravure naar M. de
Vos, met adres „Aux quatre Vents" en 4 vierregelige latijnsche en even
zooveel hollandsche verzen onder de plaat Muller beschreef dit exemplaar.
1550—1600. Niet bu Müllbb (8. No. 421 C).
320. Spectandce veniunt tres hoc in imagine Diuce.
±xxupx Kx, TThrig 'Èpui," enz.
Zinneprent op geloof, hoop en liefde, omgeven door een randwerk van
verscheiden symbolische figuren als: de zinnebeelden der vier evange-
listen; wet en evangelie; Job, Abraham, Jona, Daniel, enz. Gravure met
zesregelig latijnsch onderschrifl, naar Marton de Vos door „loannes Ditmer
Hamb." en met adres van J. Galle.
1550—1600. NiBT BU Muller {8. No. 421 C).
321. ^^Spiritvale christiani militis certamen^ qvod is in se
habet lex namqve Dei in iüo est adversvs legem peccati.^*
De stryd van den geestelijken krijgsman naar £}pheze VI. In 't midden
den krijgsman met het zwaard des Geestes in de rechterhand; het schild
des geloo& aan den linkerarm; den helm der zaligheid op het hoofd;
zgne voeten geschoeid met de bereidheid des Evangelies. Zóó, den rech-
terarm steunende op den uitersten hoeksteen Christus, door een rotsblok
a^ebeeld, dat der oude slang den kop vermorzelt, vertreedt hij „Caro"
het vleesch, die als een wulpsche vrouw onder zijne voeten ligt Hechts
van hem staan „Mors'* Dood en ,,Diabolvs*' Duivel, links „Mvndo'' de
Wereld als een rijk uitgedoschte dame, met een wereldbol op 't hoofd,
een geldbuidel in de rechterhand en den kelk der bedwelming op de lin-
ker. Iets hooger, meer naar het midden: „Peccatvm" (de Zonde) als een
vrouw wier lichaam eindigt in een slangenstaart en wier hoofdharen
slangen zijn, met een stok, waaraan een hondekop zit op den krijgsman
aanvallend. Onderaan in 't midden begint „spaciosa via", de breede weg
des verderfe, waarop dobbelsteenen, speelkaarten, een raket, malieschij-
ven en een masker liggen. Hechts daarvan, iets hooger, de smalle
weg „arcta via", die bovenaan links eindigt in het nieuwe Jerusalem.
De H. Geest daalt als een duif op den krijgsman neer. De geheele plaat
is verder bezaaid met teksten met de voorstelling in verband staande. In
den rechterbovenhoek in lijstwerk: „Doctissimo clarissimoq viro Jacobo
Monav, civitatis Breslaviensis Silesie Piatricio. Hvbertvs Caymox civis No-
nmbergensis dedicat
Hcroes alios insani prslia Mortis
Certamen at te my8ticu{m) magis iuuat
196 SPOT- EN ZINNSPRENTBN 1660—1800
Hoc tibi caslatum Monaui mittim, lere
Amoris inter nos perenne symbolum/'
De breed-folio gravure naar M. de Vos, door „leronimus Wierinck" met
adres van G. de Jode, heeft bovenstaand opschrift in drie regels boven
in de plaat, aan weerszijden van den eersten regel evenals bij het on-
derschrift: „Militia est vita hominis svper terram. lob Ca YII", is een
klein stukje lijstwerk.
1560—1600. Niet bü Muller (S. No. 421 C).
322. „Date nohis de óleo vestro," etc.
Onderschrift onder de afbeelding der wijze en dwaze maagden. Gravure
als zinneprent hier opgenomen ter wille van de handwerken door de
wijze maagden verricht en de daarbij a^ebeelde gereedschappen. Naar
P. Breugel, met adres van H. Cock, Antwerpen.
1550—1600. Muller (S. No. 431 D).
323. „Septem. dolores. ecclesiae, catholicae. et. fidelis.
animae. contemplamini. et. vocate. lamentatrices. vt. yeniant.
et. ad. eas. qyae. sapientes. synt. mittite. et. properent.
festinent. et. assymant. sypernos. lamentys. dedycant.
ocyli.nostri. laciymas. et. palpebrae. nostrae deflyant. aqyas.*'
Zinneprent op de zeven smarten der ware kerk en van den waren
geloovige. Een vrouw met den tiaar op het hoofd en in wier hart
zeven zwaarden steken zit weenend op een steen, waarop men leest:
„Svper. hanc petram petra. avtem. erat Christvs" Boven en rechts van
haar zijn in medaillons de zeven smarten figuurlijk voorgesteld, zij zijn:
het gemis van haren bruidegom; de tekortkomingen harer voorgangers;
het bitter lijden van Christus; de verharding der zondaars ; de overtreding
harer geboden; het lot der ketters; de verdoemenis van velen. Fraaie
en zeer zeldzame gravure z. n. v. gr., met bovenstaand opschrift en twee
4-regelige latijnsche verzen, alles omgeven door een fijn randwerk. Muller
beschreef^!/ exemplaar. In de plaat is met gelijktijdig schrift geschreven:
„dese c(on}templatie es van eenen eenhoréb oft cappuchijn . . . ? pijr asouppi ?
80. 8. 1610.
1550—1600. Niet bu Muller (No. 428).
324. „/n dese gemeene ware Apostolycke kercke. J$
Godes woort tlicht der waerlxeyt Blyschap. vrede, eenicheyt^
vryheyt^ ende ouerunnninge van[den) Vaeder in Jesu Christo.
deur den H. Geest tot salicheyt.^^
y^Dese kercke wort inder duisternisse van Godes vyanden
seer aengeuochten^ ghélastert^ ven^olchty gehaet, ende ver-
drm:kt^ met aller wreetheyt ende tirannye. Tot ver-
doemenisse.^*
Inschriften boven links en rechts van een kerk, door wier koepel, die
1650— IflOO SPOT- KN ZINNBPRBNTBN 197
op zee zuilen rust, de stralen van het goddelijk licht vallen. Achter in
de kerk, op de plaats, waar, in het pendant, hierna onder No. S41 beschre-
ven, het altaar staat, ziet men hier den predikstoel, daar vóór de doop-
vont, nog meer naar voren de Avondmoalstnlel en geheel vooraan de
„gebeden" door knielende mannen, en de „lofsangen" door knielende vrou-
wen voorgesteld. Bij preekstoel, doopbekken, avondmaalstafel en in ieder
der kolommen inschriften. In 't door een lagen muur omgeven voorpor-
taal: „tFvndament deser kercke is Christvs"; waartusschen, iets hooger
op den vloer der kerk: „salicheyt" Gravure in-fol. z. n. v. gr.
1550—1600. Muller (No. 425).
325. „Sacrificiom yiiiYei*saIe, dat is,
HetAlghemeani J^"^' ) , i *: gh^bedt om ghenaede
OflferhLde Z S'^*^' [^"^'l ghehoorsaemheat des wets.
( Tongs, ) \ belgdenisse des gheloofs.
r
Onderschrift, met twee verschillende gedichten, onder oen zinneprent
op de hervormde kerk. In het midden der plaat ziet men een wapen-
schild, waarboven een helm „Den helm der Salicheijt" pdjkt Het schild
steunt op den leeuw en den os {beiden gevleugeld) ,,Marke" en „Lukas"
terwijl een engel en een arend „Matheus'* en „Johan" als tenanten
naast het schild staan. Daar achter wordt een hermelijnen mantel (de
mantel des geloofs) door twee engelen opgehouden. Erboven het alziend
oog in stralenkrans, met den naam Jahveh, een oor en een hand in
halven cirkel daar omheen. Links de zee, met het bovenschrift, slaande op
oog, oor en hand hierboven vermeld : „De oogen des heereu sien op do
rechtveerdige en syn ooren op haer schreyen." „Doe dese ellendige riep
hoorde de heere en[de) holp hem wt alle synen noodcn Ps. 3k" Rechts
een ommuurde kerk. Binnen den muur: „Confldens d{omi)no o(n) movetur
vt mons 8yo(n) i(n) Seculum manet." Het bovenste gedicht is eigenaardig
ingericht ; het is in drie kolommen gedrukt In 't midden staat het Onze
Vader; links een gedicht, dat met het Onze Vader samen kan worden
gelezen, rechts een dergelijk, maar dat tevens de ,.tien geboden" bevat.
De verzen zijn zoo ingericht, dat men ze geheel doorlezen kan of ieder
afzonderlijk. M. i. kennelijk met het doel om er een roomsche glimp
aan te geven staat onder deze afdeeling. „Het Vader onse, machmen
vier mael lesen, te weten, met het eerat, met het leste, a part, ende met
die beijde deelen ghelijck. Die soeckt die vindt. Mat 7."
Daaronder, in twee kolommen, een gedicht, waarin de 12 artikelen des
geloofs zijn begrepen. Gravure zonder naam. Gedicht in lijstwerk.
Onderaan: ,,Wt het Ëngelsch overgheset door Edvardvm Kenrick Cam-
bobritannum. Ghedruckt t' Amsterdam by Qiles Thorp, woohende op
Vyllenburgh. 1622." Muller beschrijft deze prent naar het „Eénig (hem be-
kende) Ex. in de collectie v. Dr. P. Ver Loren van Themaat te Utrecht.''
198 SPOT- EN ZINNEPRENTEN 1550—1600
1550—1600. MüLLBR (No. 4®7).
326. „ Ay Pap ist met scliillen gecooct, soe bitter als roet,
Waerom dees Gatten licken niet, als sy plagen," enz.
Begin van een gedicht in 18 regels en drie kolommen, boven in een
zinneprent op de godsdienstige sekten. Aan een tafel zitten een man met een
luit (Luyter), rechts een ander (Calvijn), die een stuk kalfevleesch met citroen
bedruipt en er de bouten afsnijdt, terwijl hij volgens het vers zegt „Dit Calf
fyn ist, om eten (Calvynist). Links een ,.Pap ist" volgens 't begin van 't vers
met de sleutels en pauselijke kroon op zijn borst, en twee „Gatten", die
niet „licken" willen (Catholicken) „Ratio" zooals men op haar kleed leest,
is kok en wijst de drie bovengenoemden, met den „Haer doper" die rechts
bij de schouw zit, volgens een vers, dat in 't midden der plaat, op den
voorgrond tegen een soort aanrecht gegraveerd is, op himne fouten;
links komt Eendracht de deur binnen. Zij wijst op een hert (misschien
met bedekte zinspeling op Coomhert?}, wiens hart zij aan den'Eedelicken
kok (Ratio) geven wil om 't hem voor te zetten, ,,di© zonder eens herts-
naam twistich sneuen."* Op den scboorsteenboezem zit ,,Charitas" met
vier kinderen rondom zich, met deze vier regels gedicht er onder:
Waert dat elck dochte op Christi laetste sententie,
Daar hy der liefden wercken alleen maect mentie,
En hoe den ber(m)hertighen syn ryck sullen ont&en,
lek soude int hert, ende niet voor die schouwe staen."
Zie voor het geheele vers „D^ Libt^ye^ No. 2. Gravure zonder naam.
In dezen staat ook zonder adres. Misschien 't origineel van de door
Muller beschreven prent
1550-lCOO. Muller (8. No. 428).
327. „Hier strijkt en sw^mt voor Christus d' Antichrist.
Hier wijkt de kroon voor heijlige papieren.'* enz.
Spotprent op de Roomsche kerk. Aan de eene zijde eener weegschaal
staan, Luther, Calvijn, Huss en andere hervormers, die aan hun kant den
Bijbel op de schaal hebben geplaatst. Aan de andere zijde is de paus
omgeven door kardinalen, e. a. De pauselijke kroon en sleutels, een boek
(de legenden) en een cellebroeder op de andere schaal, blijken te licht
tegenover den Bijbel, ofechoon een tweede monnik zijn best doet haar
omlaag te trekken. Gravure z. n. v. gr. (door C. C. Duijsend?) met
adres van „Rombout Van den Hoye" met zes é-regelige hollandsche
verzen onder de plaat. Muller beschrijft drie verschillende staten. Dezen
staat, wellicht de eerste, beschreef hij naar dit exemplaar.
1550—1600. Mulleb (8. No. 428).
328. „Hier strykt en swymt voor Christus d' Antichrist
Hier wyckt de kroon voor Heylige papieren" enz.
Vei-s van 24 regels in vier kolommen onder een anderen staat der hier
1B50— 1600
SPOT- BN ZINNBPRBNTBN 199
boven beschreven prent. Gravure zonder naam, met adres van Marünui^
van Beusekom. Van dezen staat beschrijft Muller het exemplaar van
Mr. 8. V. Gijn te Dordrecht.
1550—1600. Muller {S. No. 428 A).
329. Hier stryckt er swymt voor Christus, enz.
Grove en onnauwkeurige kopie in-4". van de voorgaande gr. fol. plaat.
Men heeft de zes 4-regelige coupletten hier tot vier 6-regelige gemaakt
Muller beschreef het exemplaar van Mr. S. van Gijn.
1550—1600. Mulleb (No. 420).
330. „H^^ ^^^ J^^^ Luter en Calvinus zegen pralen
Zy konnen met haar twee al *t Rooms gebroet ophalen/' enz.
Spotprent op Rome. Een hand uit den hemel houdt een weegschaal.
In de linksche schaal zitten twee hervormers, in de rechtsche de pausen
vele monniken, o&choon de duivel uit alle macht trekt, kan hij de laatste
schaal niet omlaag krijgen. Gravure iu-4°. z. n. v. gr. Met 8-regelig
vers in twee rijen, door M. V. H. onder de plaat. Uit een boek?
1550—1600. a. Niet bu Mulleb (No. 429).
331. ^^Dubbelzinnige Confessie van de Koning van Poolen.^^
Opschrift boven een vers van tweemaal 36 regels, in twee kolommen.
Leest men iedere kolom a&onderlijk, dan is het eerste eena&wering van
Luther en zijne leer, het tweede een lofdicht op de Boomsche kerk.
Leest men de beide kolommen naast elkaar als ééne regel, dan is het
een verfoeien der Roomsche en een aanhangen der Luthersche leer.
Boven dit vers rechts de beeltams van den Paus, links van Luther met
de zwaan. De paus, in vol ornaat, houdt scepter en kruis op den kop der
zwaan. Luther met een boek in de hand en den Bijbel naast zich.
Gravure langw. in-4**. zouder naam of adres. Daar Muller de zinueprcnten
op de Boomschen, onder bovenstaand jaartal bijeenvoegde, meende ik ook
deze hier een plaats te moeten geven.
1550—1600. b. Niet bu Mülleb (No. 429).
332. ^^Confessie van de koning van Poolen,^*
Opschrift onder dezelfde voorstelling en boven hetzelfde vers van de
vorige plaat. Het vers is hier echter omlijst en de beide afdeelingen
zijn door een lijstwerk gescheiden. Gravure langw. in-4*. z. n. v. gr.
1550—1600. c. Niet bu Muller (No. 429).
333. ^^Confessie van de Koning van Poolen.*^
Dezelfde voorstelling als de beide voorgaande platen. Het dubbele
vers van 36 regels in boekdruk is hier door een ander van tien dubbele
regels vervangen, dat onder de plaat is gegraveerd. Gekleurd exemplaar
dezer gravure in•4^ zonder naam.
200 SPOT- BN ZINNBPEBNTBN 1B60— 1600
1550—1600. NiBT BIJ MuLLBR (No. 4d9).
334. ^jderi Roomsclien hangelaer,^^
OpschriH in H. S. boven een zinne- en spotprent op den paus en den
aflaathandel. De paus zit links op een vooruitstekenden rotspunt ; aan
zijn rechterzijde liggen pauselijke bullen, links van hem staat een bisschop
met mijter en staf, achter hem drie personen, waarbij twee kardinalen.
Met een hengel reikt hij aan tal van personen, (waaronder Luther) die
door een breede klove van hem gescheiden zijn, drie bullen toe, die
echter blijkbaar niet worden begeerd, daar één der hier vergaderden de
tong tegen den paus uitsteekt en een ander een scheef gezicht trekt.
Gravure langw. in-4°. zonder naam of adres.
1550—1600. a. Niet bu Muller (No. 430).
335. j)Ego svm ostivm ovivm,'*
Opschrift boven de deuropening eener schaapskooi, waarfu Christus staat
met een lam op den schouder en door andere schapen omgeven. Door
dak en muren breken verschillende lieden in en stelen de schapen. Op
den achtergrond links een goede herder, die den wolf wederstaat; rechts
de huurling, die voor den wolf vlucht. Onder de plaat vier regels latijn
in twee rijen: ..Hic tvto stabvlate viri," etc. van Hadr. Junius. Gravure
naar P. Breugel door P. G{alle) 1565. Daar de voorstelling dezer plaat
evenals van de volgende bijna zeker als model moet gediend hebben voor
een gedeelte der spotprent hier onder No. 337 beschreven, heb ik beide
hier geplaatst.
1550—1600. b. Niet bij Muller (No. 430).
33G. „/c/c ben des schaepstal deu}% myn Schaepkens
ghaen door ini;;** eiiz.
Vierregelig onderschrift onder een dergelijke voorstelling als de voor-
gaande; doch in kleiner verhoudingen. De goede herder en huurling
hier beiden aan de rechterzijde der schaapskooi; geheel op den achter-
grond een dorp. Op den voorgrond eenige gebonden schapen. Gravure
naar P. v. Breugel door N. de Visscher, 1606.
1550—1600. Muller (No. 431).
337. „Tafereel | wie op dese werelt na Gode leven J
ofte Proef steen ^ vrie datter in verkeertheyt leeffc. ^
In gehoorsaemheyt des Gheloofs, Rom. 1. 5 en(de) 16, 26.
In ongehoorsaamheyt des Evangeliums, 2 Thess. 1. 8 en(de)
loan. 3. 36.
Spotprent op de Koomsche kerk. In een groote schaapskooi trachten
verschillende huurlingen door muur en dak binnen te komen. Christus
verlaat den stal door de deur en de schapen komen naar hem toe. In
de uitvoerige verklaring ouder de plaat worden onder de indringers (aq)
1560—1600 SPOT- BN ZINNBPEBNTBN 201
genoemd behalve de „TurckeD en Indianen, de Paus, De deken van Ronse;
de casse boeve, die met zijn reliquien van honts ende peerts beenderen
binnen wil komen; de Pape met zijn a^gfodt van Scherpenheuvel ; de
monnicken van Peeter Pots;" enz. Midden tusschen de uitlegging het
portret van den „Ertzbisschop van Mechelen." Gravure langw. in-fol. z. n.
V. gr. Uiterst zeldzaam. In den laatsten regel der uitlegging leest men
„T* selve is alles naerder beschreven ... in zeker Amsterdams boec ge-
naemt TegenstelUnge etc. Met dese e£Sgie des Ertzbisschops baniere des
pausdoms etc."
1550—1600. Muller (No. 432).
338. „Quid monstri hoc, triplici veiiex cui cmgitur auro !
Hic ille est virtutum osor, scelerumqz repertor
Papa," etc.
Zeer uitvoerige, vinnige spotprent op de ceremoniën en sacramenten
der R. K. kerk, maar vooral op hare geldgierigheid ; in drie bladen, te
zamen ongeveer 1.60 M. breed. Alle figuren zijn niet min oï meer {zoosüs
Muller zegt), maar seer grotesk geteekend. De pastoor b. v. die het
misoffer opdraagt, doet dit zonder broek aan, zoodat men, doordien een
koorknaap den stool oplicht, zijn naakte posterioree ziet. Grav. door
B. Rob. met adres van D. G. 1605. De a£zonderlijke uitlegging ontbreekt
aan dit exemplaar.
1550—1600. Muller (No. 433). Zie ook (8. No. 1304 B).
339. „Moer Moer de Werrelt is in Roer."
Inschrift midden in een spotprent op het Katholicisme. Deze plaat be-
hoort in een schotschrift getiteld: „Krachteloose Donder van den hel'
schen Hondt'\ en stelt het volgende voor: Rechts, in den hoek bovenaan,
staat een bijenkorf (de Roomsche Kerk) waarbg een monnik, als wachter^
zit, die op zijn hoorn blaast: „Sancte Ignati ora pro nobis, Sancte Baltha-
sar Gerardi ora pro nobis, Sancte Francisce Ravalliace ora pro nobis."
Daaronder de „swarte Constapel" (de duivel), die, aangespoord door een paar
roomsche geestelijken, drie kanonnen laadt. De eerste dondert aflaten, siel.
missen enz. uit. De tweede : boeien, stroppen, galton enz. De derde : .,Engels
bos kruyt, Bourgoensche pistolen, Fransche pistolen," enz. Op die kanon*
nen staat galg en rad opgericht; er naast onderaan, de Babylonsche hoer
op een zeshoofdig monster, hare gaven uit een beker uitgietende overeen
viertal zwijnen, met pauselijke kroon, kardinaalshoed, bisschopsmijter en
monnikskap getooid, terwijl, nog meer naar het midden der plaat, de Paus met
zijn gevolg, te paard, op de naakte waarheid aanrent, die op gelijken afstand
van het midden der plaat links op een steen staat, waarop het kruis van
Christus is opgericht. Tusschen deze beide laatste (den Paus en de
Waarheid) en iets hooger, is een wereldbol a%ebeeld, waarin het boven-
genoemd opschrift staat In de rechter helft wortelt een boom, waaraan
202 SPOT- BN ZINNSPRBNTEN 1560—1600
de hoofden van Egmond en Hoome, der H.H. Batenburg, enz. Tusschen
dien boom en de Bijenkorf een allegorische voorstelling, waar „Room''
en rijn aanhangers worden voorgesteld als het vlas brekende, rokke-
nende, spinnende, terwijl één monnik een basilisken-ei uitbroedende,
met een blaasbalg het vuur aanblaast. Op een berg, naast de rechter-
zijde der wereldbol, kroont de duivel den Paus. Boven de wereld zit
Satan op een kruis. Links naast de Naakte Waarheid staan eenige schapen
„de kudde Christi", weidende aan de zoete waterbeken. Boven deWaai^
heid een berg, waarop Christus van den duivel wordt verzocht In de
linker helft der wereldbol bloeit de ware wijnstok. Nog meer links,
bovenaan, wordt tusschen de graven van Chatillon, Oranje, Egmond en
Hoome, e. a. een schip op wielen, voortgetrokken door leeuwen. In het
hierbij behoorend pamflet wordt dit gedeelte der plaat op de volgende
wijze beschreven: „Schip of wagen, waerin vergadert sijn alle Christen-
princen getrokken door leeuwen; de senores van Spanje moeten rich
daarover niet belgen ; bij de leeuwen zijn Concordia, Justitia en Vigilantia,
't Compas is Keligio, De stuurlui rijn in 't Oranje gekleed. Bondgenooten
met een krans van rozen om 't hoofd, met witte leliën op hun kleed . . .
met Brandenburgsche pal trokken, met Wittenbergfsche Kasakken. De
Constapels zijn de eendrachtige Gemeente. De Lantaarn is 't licht der
getrouwheid. De masten, zeilen, wielen, ankers en wimpels hebben
ieder hun beduidenis, die men zelf kan onderkennen." Een engelenkopje
in den linker bovenhoek, blaast wind in de zeilen. Links onderaan:
„lieden van alle natiën, die vloeken over den loozen spinner (Spinola
uitgieten, die 'tWeselken in zijn web getrokken heeft." Gravure, op
twee bladen, zonder nanm. Muller beschrijft in zijn supplement deze
plaat nader onder No. ISOéB.
1550—1600. Muller (No. *3é).
340. „Hola ghy roouers tspuel is noch ierst b^honnen.
Laet staen de panden sy en roeren v niet.
lek raet v voer tbeste eer ghy wert yerslonnen.
Want V valsche treeken den heere siet.
O Almachtighen godt behoet ons doch ghenadelyck
Voert ghecroonde beest met syn geschoeren
Die ons soecken te vernielen seer omgestadelyck
En so verradelyck v woert versmoeren,*'
Opschrift in twee cartouches boven in een spotprent op de Boomsche
Kerk. Aan de voorzijde van een tafel ritten drie monniken. Rechts één,
half ontkleed, tegenover een burgerman en een hollandsch matroos, met
wie hij gedobbeld heeft. In 't midden een ander met den tegenover hem
zittenden man kaartspelend; de kelk met geld is naar den laatsten om-
gevallen. De derde links heeft met triktrakken ciborie en geld, ja zelfe
IBBO— 1600
SPOT- BN ZINNEPRBNTBN 203
zijn covel, die hij afdoet, verspeeld aan den ridder, die tegen hem over
zit en van wien een paus en kardinaal het gewonnene willen wegnemen.
Onder de plaat:
O ghij valsche ketters dit wil ick stryken
het spvel staet schoon het is ons ghewonnen
ons broeder Franciscvs vol van practyken
die en sal niet wyken hy en heeft v verslonnen
o lacy ochermen wat is ons gheschiet
ons kelcken ceboerien tis al vervlogen
o vader van Romen ons bystant biet
cap en covel het wert al wt getoghen."
Gravure in-4°, niet met monogram AVE, waarboven een P, maar met
het naamcijfer van Petrus Ameriginus. Zeer zeldzaam; Muller beschrijft
het exemplaar van wijlen Dr. P. Ver Loren van Themaat (Zie M.
Suppl. No. 428 B en 8. No. 434 a, de laatste bij Mr. 8. v. Gijn, waar
de prent tot opschrift heeft: „Siet 's lans practycken openbaerlyck, hij
veriiest het spel alst blijckt seer claeriijck," en ook in dezen katalogus
Na Muller No. 1659).
1550—1600. MuLLEE (No. 435).
341. „Afbeeldinghe Vande Roomsche Kercke."
Opschrift boven de afbeelding eener kerk, die geheel vervallen is; de
muren zijn gescheurd en vooraan geheel weg. In 't midden op den voor-
grond zit de paus op een zetel, op welks ééne hoek een zak geld op
de andere een zwaard ligt. Boven zijn hoofd leest men : „d' antechrist"
Vóór hem ligt een vorst geknield. Twee geestelijken zijn bezig den muur
weder op te bouwen, achter de vier pilaren, wier beteekenis in de prent
gegraveerd en te lezen is. Op den voorgrond staat: „Dcse Roomsche
Kercke Is rontsomme geopent en gebloot deur de kennisse der waerheyt,
sulcx dat des Antechrists a%oderye, alomme geopenbaert is." Om de
kerk een lage muur waarbinnen dit randschrift: „De munnincken on(de)
Jesuiten syn doende om dese Kercke aen allen syden weder dicht te
maecken, op dat de Sonne des gerechticheyts daer Jnne niet soo seer
en schy ne" Gravure in-fbl. z. n. v. gr. door Muller beschreven naar het
exemplaar van Dr. P. Ver Loren van Themaat, die echter het pendant,
hiervóór onder No. 334 beschreven, niet bezat.
1550—1600. MüLLBB (8. No. 435 A).
342. „L'eglise de Christ."
Inschrift rechts boven in een zinneprent op de vervolgingen der Roomsche
kerk. De .,Cardinalis Lotharingvs" en Cardinal Gra(n} veile schieten kanon-
nen af, die door 8atan geladen worden en gericht zijn op een reeds half
verwoesten toren, waarachter een kerk. Uit de kerk ontvluchten „die kinder
gottes'* „Les enfens de dieu." Gravure in-fol. zonder naam van graveur.
204 SPOT- EN ZINNKPRBNTBN 1B60— löCO
1550—1600. Niet bu Muller (S. No. 485 A).
343. ^Jn thiaram pontificiam tyranidis romance.*^
Opschrifl aan weerszijden van een tiaar, boven in 't midden van een
vinnige spotprent op de R. K. Kerk. Op een troon waarvan de twee
stijlen „BlAsphemia' en „Rebellio" heeten, zit de Hoer van Babylon (de
Koomsche Kerk) veelannig en met den pauselijken tiaar op 't hoofd voor
wie „F. Barbarossa", wien de kroon van het hoofd valt, geknield ligt
terwijl aan weerszijden van hem staat: „Rebellie in imperatores.'* In
twee harer handen heeft ze een zwaard (*t geestelijk en 't wereldlijk) met
het bijschrifl ,.Ecce duo gladii hic", terwijl ze in een rechterhand een
kelk houdt met het inschrifl „Philtrv(m) pacis." Het „Consilium generale"
zit aan weerszijden van haar. Dit Consilium bestaat links uit twee als
bisschoppen en één als kardinaal uitgedoste slangen ; rechts uit een arend
met kardinaalshoed; een slang en kikker? met bisschopmijters op het
hoofd ; terwijl men in hun kleeding leest : „Pro'' „gen" „ies" „vip" „eri" „na."
Onder Barbarossa verscheiden lijken, met opschrifl: „Reges, principes et
magistratvs." Links, ter zijde van den troon, bijna boven in de pAaat :
„Proditiones et direptiones Antverpian©," waaronder een stad in brand;
rechts, op gelijke hoogte „Inqvisitio hispanica", waaronder brandstapels, een
processie, enz. Verder vertoont deze teekening links al wat onder den
invloed van Rome slechts gedaan en gedacht worden kon; rechts al wat
buiten dien invloed goeds voorgesteld worden mocht Zweeft links bovenin
de engel der wrake door de lucht, rechts daalt „Pietas" neer, met de
waarschuwing: „Exite ex magna illa Babylon" enz. Onder deze is een
zee met schepen „Commercia libera" a%ebeeld. Daaronder een aantal
vorsten met kroon, helm of hoed op 't hoofd als „Gratia Dei reges
principes et magistratvs", zooals boven hun hoofden staat, terwijl men
onderaan leest: „Fidei et Ubertatis christianss defensores popvllq pasto-
res." Links ook verschillende vorsten, die door allerlei geestelijkeu?
,.paricid8B et proditores regvm et principvm" aan ketenen geleid worden
naar de „sedeo" „regina", terwijl hunne kronen ter aarde liggen als „In-
strvmenta servitvtis romanee." In 't midden links vindt men nog een in-
schrift, evenals alle andere op de plaat geplakt, zonder bepaalde voor-
stelling erbij. Dit luidt: „Proditio anglicana svb parlamento a iesvitis
machinata." Penteekening in-plano zonder naam (manier van Martin de
Vos), in O. I. inkt en met wit opgewerkt.
1550—1600. Muller (S. No. 435 D).
344. „Kyck uyt/ mannen/ k^ck uyt/ noch eens s^gh'
(ick k^ck uyt/
Komt altemael en siet wat dit wilt en beduyt'V enz.
De beteekenis van deze plaat blijkt het best uit h^t inschrift op één
der zes steenen, in het midden bovenaan geplaatst en vast gehouden
1550—1600 SPOT- BN ZINNEPKENTSN 205
door eene vrouw, die tusschen David en Qod den Vader in den hemel
gexeten is. Het luidt: ,^out Eendracht Bataviers, en al gij vrye Heeren.
80 sult ghij over u vijanden Triumpheren.**
Fraaie zinnebeeldige gravure, waarop Christus, als de goede herder op
den „Hoecsteen"' in het midden staat; terwijl rechts van Hem zijne volge-
lingen in kalme rust, en links een aantal monniken handenwringend en ver-
twijfeld z^n a%ebeeld. Naar A. de Weert, zonder eenigen naam en met
verklaring op rym in drie kolommen onder de plaat, die uit den tijd van
Spinola is.
Reeds had ik tot hiertoe naar eigen inzicht de plaat beschreven, toen
ik in het Supplement onder No. 1668 A nog een tweede beschrijving bij
Muller vond, waarin hij, naar het schijnt vergeten hebbende dat hij
onder S. no. 485 D haar reeds behandelde, zegt: „Deze plaat is waar-
schynlijk een oude godsdienstige prent (zinneprent op den godsdienst)."
Trouwens moet het een andere staat zijn, die hij onder no. 1668 beschreef,
want op den eersten staat komt „Och Papenheym, Och Cordua*' nog
nift voor.
1550—1600. MuLLBB (S. No. 4S5 E).
345. „Missa hic mossat iners manea est, cadet icta securi
Sacra Papas Arbos anrea fructifera.
Papa ades, hanc fdrca sustenta, accorrite fratres,
Aut perit omnis honos, missaque }iv(Tog erit.'*
Spotprent op de mis. Twee hervormers zijn bezig een boom, aan welks
takken allerlei kerksieraden hangen, om te houwen. Een paus en monnik
beijveren zich den boom stevig te schragen. Gravure, met bovenstaand
latijnsch en 8-regelig hollandsch vers in twee kolommen, door P. H.
Muller beschreef dit exemplaar.
1550—1600. MuLLBB (No. 487).
346. „Piramide papistiqne".
Spotprent op den Paus, Loiola en Pater Joannes k Gouda. De piramide
wordt gevormd door een kronkelende slang waarom tal van kleinere zich
heen gewonden hebben. De naam van den paus is door het volgend
acrosticon wedergegeven : , J'astorium .^mbitio Parit .^ntechristum''. Van
de Jesuiten door: ../a J^^Signum Fltimi Judicii Tuba ^ntichristi'*, terwijl
als anagram van 1. k Gouda rechts van piramide staat: .,Non es a Deo
G-Juda". Fraaie gravure zonder naam met 10-regelig fransch en hollandsch
vers onder de plaat en het jaartal 1612 in de gravure. Muller, die deze
plaat onder bovenstaand nommer beschrijft, maakt geen melding van twee,
m^ns inziens nog al curicuse charades onder in de gravure aangebracht
Indien ik het niet mis heb. moet men daaruit het volgende lezen : „Duyvel
sche papen dye haer arm schaepckens scheeren sijn wij." „Arm schaep dye
deur haer herders leeren: wa eet".
206 SPOT- BN ZINKEP&BNTSN
1B50— 1600
16B0— 1600. a. Niet bu Mullee (S. 4S8).
347. „Dö vergelykinge Christi met den Roomsche Paus.''
Teekening in kleuren met 22-regeIi|{' duitsch gedicht, gedateerd: ,,20
Augustus 1631. Voorstelling van Christus rijdende op een ezelin en ge-
kroond met een doornenkroon, de paus te paard in vol ornaat en met
den tiara op.
1550—1600. b. Niet bij Mullee (S. No. 438).
348. Vergdycking van Christus en de Paus.^*
Voorstelling als de voorgaande, met 9-regelig gedicht in vier kolommen,
gegraveerd onder de plaat. Grootere gravure dan die vermeld onder
het volgend nommer.
1550—1600. Niet bu Mullee (8. No. *39 Ba).
849. Als voren. ,.Vergdycking^\ enz.
Geheel dezelfde voorstelling, maar veel kleiner. Het 9-regelig vers ge-
graveerd onder de plaat. De tweede vergelijking in 60-regels, als in
't vorig nommer en „Siet Lezer", enz. Zonder adres.
1550—1600. Niet bu Mulleb (S. No. 439 Ba).
350. Geheel als voren.
Gekleurd exemplaar. Onderaan : „Te Amsteldam gedrukt voor den
Autheur.*' Hieraan en aan eenige verschillen in de 50-regelige vergelijking
is te zien dat dit nog weder een andere uitgave is dan de vorige.
1650—1600. Muller (S. No. 439 Bb).
351. Als voren. „Vergdyking", enz.
Dit onderschrift en het vers hier in boekdruk onder de plaat Daaronder
„De Vergelykinge Christi met den Roomsche Paus, By Forme van een
Stichtelyke, en Leerzame Samenspraak, voor de Liefhebbers der Waar-
heid'*, een vers van 50 dubbele regels en „Siet Lezer uit dit Staaltje of
't wel mist. Dat men de Paus noemt, den Antichrist." Onderaan: „Te
Amsterdam in de Halsteeg by de Nes 1758." Zeer slechte kopie der voor-
gaande gravure.
1550—1600. Niet bu Mullee (8. No. 439 Bb).
352. Als voren. ^yVergdycking'^ enz.
Gekleurd exemplaar. Met adres: „Te Amsterdam by de Erve Greve,
Printverkooper boven de Beurs, in de Kas No. 7."
1550—1600. Muller (No. 440).
353. „Grorgonevm Capvt."
Opschrift in een spotprent op den paus. In een randwerk, uit welke
ornamenten links een wolf met bisschopsmijter en een zwijn met kanli-
naalsmuts deu kop steken, en rechts een ezel met bril un een gan.s met
1660—1600 SPOT- SN ZINNBPBBNTBN 207
paternoster in den bek gezien worden, is op kunstige w^ze uit allerlei
kerksieraden der R. K. Kerk het borstbeeld van een paus a%ebeeld. Een
klok met inschrift: ,JLnno 1670 S. Peter Maria M." (op een vroegeren
staat vgs. Muller ,.1^^'*) dient voor tiaar; een misboek met het pauselijk
wapen als rug en schouders; een hostie als oog; schenkkan met open
deksel als kin en mond, enz. Onder de plaat een 8-regelig gegraveerd
vers: „Hier ziet gy 't rechte beeld, enz." met het opschrift: „Afbeelding
van den nieuwen paus.'* Gravure zonder naam. Zie voor een dergel^ke
prent M. No. 2800.
1660—1600. Niet bu Mullbb (No. 4il).
354. ^^Grutüdfjk Laster-^beéld wdk D. Luther voor zijn
laatste Boek, wdk hy anno 1545 tegen de kathdtike kerk
heeft geschreven, heeft laaten zetten, zo als SHeidanus be^
tuigt. Ub. 16."
Spotprent op den Paus, die met ezelsooren a^ebeeld is, zittende opeen
stoel, door vier duivels naar den geopenden brandenden a%rond getrokken
wordt en door twee andere duivels wordt gekroond. Gra^'ure klein in-4*,
z. n. V. grav. met bovenstaand inschrift in de plaat
Muller beschryft een geheel andere voorstelling onder hetzelfde opschrift.
1660—1600. Mullbb No. 4i2).
355. „La genea Logie De loan Le blanc — Die ge-
bnrtt Ton lan De weisses.**
Spotprent op de mis. Van 't zaaien van 't graan tot het maken van
den hostie z^n alle handelingen die het graan ondergaat, hier a%ebeeld ^
en aangewezen met letter A— H, die midden onder de plaat in het fransch
en duitsch verklaard worden. Links onder de plaat een 8*regelig fransch,
rechts een even groot duitsch vers. Gravure langw. inV. zonder naam.
1660—1600. MüLLBB (No. 448).
356. Spotprent op de mis.
Vervolg der handelingen, die de hostie ondergaat. Zijn deze in de
vorige plaat aangegeven in acht handelingen: het zaaien van 't graan,
't maaien, * dorschen, wannen, malen, bakken van den ouwel, vormen en
keuren van de hostie; in deze plaat is, in zes tafereelen A — F, het in
processie ronddragen, gebruiken, aanbidden, wijden, plaatsen in de ciborie
en wegsluitcn voorgesteld. De verklaring der letters A — F van dit exem-
plaar is in platduitsch en fransch en deels in den linkerboven-, deels in
den rechterbenedenhoek gegraveerd.
1660—1600. NoET BU Mulleb (No 444).
357. Zinneprent op de Inquisitie.
De voorstelling van Salomo's eerste recht is hier vervormd tot een
208
tagea de venrot^sag om ket geloot De gimiui c i
OfAtaauL WÊÊÊT htdi U^kcns óe bqKUftcBindeToontelliBgder]
óe Tcïfrende modest^ke Trmwlrriagwi codogaaii. Sokmo it kier ^C^i>-
d^k próeepi" de om h«B fitamde Joodirhe g ele e tdeu = Doei. ifw^ ]>oct.
i^a, Doet. lëfmau. Doet. fUJimd; de ■weder , die cm hei behood Tm
't leren des kinds imm irt ^ « Vetm EcrieM." de sDdere aoeder = ^aks
"Rrxïetur Op deo acktergrood TcrKküleode tcrerhuielliiigea. Ondenmi
in es onder de pl»t TecKliiUeade teksten.
1S5O-10OO. Knrr bu Ktua Xo. 4M^.
358. Spaansdie Inqumüe.
DezeUSe ToonteUing als die door Mnlkr onder Na VItf beschreren,
maar z-mler den naam Tan C. Luiken in de plaat, die Inwi w qis
doidel^ geootg tcot ééne Tan C. Dedcer te herkennen is.
1560-1600. Knrr nj Mcllbb (Ko. M6:.
359. Zmneprent op het ombrengen der hervormden.
Op den Toor^g^rond is op een grooten steen een brandstapel gemaakt,
waarop een rrouw. door een stnlenknns omgeren. terwijl engden in
den hemel gereed zijn baar te kixjonen en Jezus op de wolken gezeten,
zijne armen uitotrekt om haar te ontvangen. Links is een man bezig haar
met ketenen aan den staak vast te maken, terwijl rechts een man boot
aandraagt en een ander (de Nijd?) haar een kruis voOThoodt^ Links een
fbmtus met folterwerktoigen. Op den achtergrond verBchillende martel-
izatiön. Zeer firaaie teekeniog in-4^. zonder naam (door J. C. Philips).
Titelprent voort
1560-1600. Nxrr bu Mullbb (Na 446).
360. ,,Credendi lïbertatis typw.''
Oorspronkelijke teekening voor de plaat door Muller onder No. 440 en
8. No. 440b beschreven. Uitnemend stuk in O. L inkt en blauw uitge-
voerd, met bovenstaand opschrift, dat in de gegraveerde plaat veranderd
is in ,,Liberae religiones typvs." Spotprent op de hervorming. In 't mid-
den een wagen „Libera religio'\ waarop twee gekroonde vrouwen zitten
die de bazuin steken, terwijl vier saters op de hoeken van den wagen
eveneens een bazuin aan den mond hebben. Op de doeken aan deze ba.
zuinen bevestigd, verschillende inschriften, als : „Omnia co(n)funde'\ , Jlbsit
religie", „Omnia destrue", „Prefectos traduc populo," „Scripturas sacras
vt vis intelliga" „Pontifices, Reges ^u stercora pendas." De wagen, die
getrokken wordt door een steigerend paard, waarop „Calvinvs" zit, en door
een etend paard, dat door „Lvthervs" bereden wordt, rijdt over den Bijbel
en de „Sermones vetervm'* heen. Achter den wagen volgt een bende
soldaten, die „Rebellio et HeresiB*' in hun vaandel voeren, terwijl JPav-
pertas" op krukken tusachen hen inloopt Rechts op den achtergrond
1550—1600 ZnnflPRBNTEN 209
ziet men „Iv8titU'\ „Pax'* en „Pietas" klachten. Links een brandende
stad waarboven „Devnstatio** en krijgsyolk, waarby „Crvdelitas." Muller
beschrijft de plaat naar het exempl. van Ds. P. Ver Loren.
1550—1600. MuLLBB (8. No. 448 ±b),
361. „Tipe de Ia Beligion.*' „Estampe dn Tableau
trouvé dans 1* Eglise, des cy devant soy disant Jesuittes
de Billom, en Aurergne V An 1762."
Zinneprent ter verheerlijking der R. K. kerk met bovenstaand op- en
onderschrift. O&choon in geen enkel opzicht met de Nederlandsche
geschiedenis in verband staande, meen ik aan de hand van F. Muller
deze plaat, zoowel om opvatting als uitvoering onder de Gtodsdiens^irenten
uit dit tijdvak te mogen vermelden. Gravure langw. in-fbl.
155&-1600. MuLLBB (No. 450).
362. „Afbeeldinge waerin dat claer vergeleken wordt,
hoe aerdich dat de nieuwe reformatie orer een comt, met
de barbarissche onmenschelycke verwoestinge, dat het af-
godissche heydendom inde oude heylige Boomsche Apos-
tolyke kercke gedaen heeft,*' enz.
Onderschrift in twee regels onder een zeer overdreven spotprent op de
hervormden. In *t midden op den voorgrond staan een „catolyck*' en
een ,,gereibnneert" op een heuvel. De voorstellingen links en rechts
van deze beide mannen zijn bijna gelgk. Aan weerszoden wordt een
dienstdoend R. K. geestelijke doorstoken, Christus- en Mariabeelden worden
verbrand of vernietigd^ beelden a%6trokken, kerken in brand gestoken
en aan honden de hostie gevoerd. Hét is links de heidenwereld,
rechts de gereformeerde kerk, die deze heiligschennis pleegt Boven het
hoofil der beide* mannen, in een label, een „Samenspraeke over dese af-
beeldinge tusschen een catolyck met gereformeert predicanV', in een 20-
regelig gedicht, waaronder rechts „Pag. 17S." Deze gravure, langw.
in-fol., z. n. V. gr. behoort in een werk van Aemout van Geluwe, byge-
naamd den Vlaamschen boer.
1550—1600. NiBT BU Muller (No. 541).
363. „G^He uytvaert van AUe Oncathdycke RéUgien.''
Dit opschrift wordt door den T^d, gezeten op de wolken, gehouden boven
een l^kkist door zes mannen gedragen. Op het kleed, dat de kist bedekt,
leest men „Luther, Calvin, Menno." Gravure kl. in-8*. door D. Hergouls.
1550—1600. Muller (No. 452).
364. „Af-beldsel (sic) vanden ghebrandt-merckten Sodo-
miet, lan Calvin, gheschildert door Marten van Cleef, doen-
ter-tydt levende : is te sien inde Pladdgs-vvey 't Antwerpen.'*
Onderschrift, met motto's uit ,.S. Augustijn" en uit „S. leronymus" in
14
210 LKYSN DBB PRINSEN VAN ORANJE 1S50— 1650
twee regels, en uitlegging van J. S. F. M. in vier kolommen, onder
een ets in drie afdeelingen verdeeld. Links Calvijn aan een schandpaal,
op den ontblooten rug met een lelie gebrandmerkt (om 't crimenne&ndum
volgens Bolsec en Stapleton). In 't midden M. Servetus op den brandstapel,
waarbij Calvijn toeziet. Rechts Beza met zijn bijzit (!) Oandida en zijn
medegenoot in het crimen ne&ndum „Audeberteke'* (altijd volgens
Costerus), te zamen bij een ledikant. Zeer slechte ets, zonder naam. Latere
staat dan de door Muller vermelde?
1550— 1600. Niet bu Mullbb (No. 446).
365. y^Afheddinghe van Broei* Camdis Adriaenszoon
van DordYeM/ eertijds Minnfbroeder tot Brugghe in
Vlaenderen.**
Opschrift (evenals het zij- en onderschrift) in gothische letter om de
afbeelding van den Minderbroeder, van voren gezien, te halver lijve,
staande, gesticuleerend in een preekstoel. Links op den achtergrond ziet
men hem met twee naakte vrouwen; rechts met een gekleede, die voor
hem* geknield ligt; doelende op de geheime discipline, die hij over zijn
biechtelingen voerde. Onder het portret gegraveerd : „F. Comelivs Adriani
Dordracen(us) pat. iranciscanorum Brugis, 1606." Links van het portret
84 regels proza en één couplet van 20 regels; rechts drie even groote
coupletten. Onder het portret 12 dichtregels in twee gelijke kolommen.
Gravure in-4*. z. n. v. gr. Zie: Na Muller (No. 383a).
1560—1600. NiBT BU MüLLBB (S. No. 450 C).
366. ^^Patientice trivmphvs,**
Zinneprent (voorstelling uit een rederijkersoptocht?} „Patienta'' (sic) zit op
een rotsblok op een driewieligen wagen, die door „Spes" en „Desiderio*'
getrokken wordt Naast Patientia een lam, in haar rechterhand houdt
' ze een banier waarop een „lelie onder de doornen" is a%ebeeld. Op haar
linkerhand een aanbeeld, waarop een hart in het vuur en drie hamers.
„Fortvna" loopt achter den wagen; haar rad is gebroken. Op den ach-
tergrond een schip in nood. Qravure langw. in-4^ naar M. v. Heems-
kerk, met adres van Theod. Galle. Bovenstaand inschrift en een 6-re-
gelig latijnsch onderschrift, in twee rijen onder de afbeelding.
1560—1650. a. Nibt bij Müllbb (No. 462).
367. „'t leven en hedryf Der prinsen van Oranje
WHhein de eerste, Maurits. Frederik Henrik. WHhem de
tweede. Wilhem de derde. Aengehechi met de daden der
Nassoutüsche stanij van het jaar ses honderd twee en
tachentig tot dese tijd : Vervatende vorders een kort begrip
der Nederiandsche staat^ oorlogen en voorvallen^ zedert
sestien ïumdert jaaren : Door Amoldtis Montanus^ Bedienaer
1650—1660 LEYBN DBA PRINSBN YAN ORANJE 211
des Godddyken tooords tot Schoonhooven, 't Amsterdam,
By Arent van den Heuvd en Samud Imbredit^ Boeckver-
koapers. 1664."
Titel van een werkje in-S**, waarin een zinnebeeldige titelprent en pren-
ten en portretten voorkomen.
De titelprent vertoont de Hollandsche maagd op een verhevenheid ge-
zeten, door een lichtstraal van boven: „Rechtvaardigheid der zaak'* be-
schenen. Achter de maagd Willem I. Links Maurits en lager Wil-
lem III. die met haar de speer, viraarop de vrijheidshoed staat, vasthouden.
Bechts Frederik Hendrik met een zwaard en lager Willem II met een
olijftak in de rechterhand. Onderaan, in ornament van krijgstuig, 't eerste
gedeelte van den geboekdnikten titel. Verder de volgende portretten en
platen.
„Philips de Ooede 30 Grave". Borstb. in med. met 4-reg. vers.
„Carel de Stoute 81 Grave'\ Borstb. in med. met 4-reg. vers.
„Wilhelm Prince van Oranje". Borstb. rechts.
„Mavrits Prince van Oranje". Borstb. links.
„Oranje verkooren tot Stadhouder doet den eed'<voor de Staten van
Holand (sic) en ter Hollesit." (sic) (verkleind dezelfde voorstelling van
Muller No. 1549; hier echter, blijkens het inschrift in den rechterboven-
hoek, onder het opschrift, op Maurits toegepast).
„Bergen op Zoom" (1689).
„Ernst Casimir". Borstb. rechts.
„Maastricht". Rechts bovenaan: „169."
„Henrick Grave van den Bergh" etc. Borstb. rechts.
„Rhynberk". Bechts bovenaan: „174."
„Isabella Glara Eugenia In£wte van Spanien" etc. Borstb. van voren.
„Ferdinandus van Oostenryck Cardinaal Infiint van Spanien." Borstb. links.
„J. Mauritus Grave van Nassouw Generael in Brasilien." Borstb.
rechts.
„Breda". Rechts bovenaan: „331."
„De Graaf'. „ „ „276."
„Slvis". „ ,. „312."
„Oostende". „ „ „316."
„Slag van Heemskerk". Rechts bovenaan .,362."
„Lykstaasie van Syn Hoogheid, binnen Delft." Afbeelding in zes
rijen boven elkaar, links bovenaan de ingang der kerk. Rechts bo-
venaan: „437."
' „Frederik Henrik. Prinae van Oranje". Borstb. rechts in ovaal door
C. V. Dalen.
.,Philippu8 de vierde Koning van Spanien. etc.' Borstb. van voren.
.,Qrol". Rechts bovenaan: „61."
,,Pieter P: Heyn L: Admirael van Holiandt'. Borstb. links.
212 LBTI, TEATRO BBLGIOO 1550—1650
„Weael". ]
Etecht
9 bovenaan;
: „103."
„'sHartoogen Bosch".
11
11
„na."
„Oranje".
11
11
„128."
„Slag op 't Slaak".
11
11
„135."
„De Spaensche Vloot".
11
11
1,40."
„f in nemen van Breda".
11
11
„100.'
„Geertruyden Bergh".
11
11
„133.'
„Groeningen".
11
11
„145."
„Schinkenschans' \
11
11
„218."
„Slagh in Vlaenderen".
11
11
„220."
„Johan Wolfferdt heer van Brederode", etc. Borstb. van voren.
„Marlen Herperts Tromp. L. Admirael van Hollandt". Borstb. rechts.
„'t Huis te Gennip". Rechts bovenaan : „273."
„Francisco de Melo Grave van Assumar etc." Borstb. rechts.
„'t Sas van Gendt". Rechts bovenaan: „309."
„Wilhelmus Prederik Graef van Nassouw". Borstb. rechts.
„Hulst"» Rechts bovenaan: „321."
„Wilhelmus prins van Oranien Grave van Nassou, etc." Borstb. links.
De portretten z^n alle kl. in-8'. de platen langfw. kl. in-4*.; van de
platen staat het opschrift bij alle boven in 't midden, bij de portretten
staat het inschrifl onderaan. Geen der platen of portretten draagt den
naam van teekenaar of graveur, het po^et van Frederik Hendrik uitge-
zonderd. Muller vermeldt een gedeelte der plaatjes in S. (No. 890 E).
b. Niet bu Mulles (S. No. 462).
368. j^Teatro Bdgico di Gregario LetV*
Titel in een door twee engeltjes gedragen draperie, die als titelprent
dient voor de beide deelen van Lieti's werk; voor het eerste deel met bij-
voeging van „Par. 1." terwijl voor het tweede aan de gegraveerde 1, een
geschreven 1 is toegevoegd. De titel in boekdruk is uitvoeriger en
geeft „Guglielmo de Jonge" te Amsterdam, in 1690, als uitgever aan.
Van Someren geeft in zijn portretkatalogus op bl. 83/84 een kort
overzicht van de verschillende serien portretten, die in dit merkwaardig
werk zijn a%edrukt. Ik acht mij dus ontslagen van de opsomming dezer
reeksen en bepaal mij tot de vermelding der overige platen.
Op bl. 49 van het Ie deel is het wapen van Philips H, door een engel
gedragen en door een tweeden ondersteund, en omringd door den keten
van het gulden vlies, a%edrukt boven het begin van het „Libro seconde."
Gravure in-4'*. zonder naam.
Op bl. 65 : de afbeelding van het standbeeld van Alva ; op het voetstuk het
latijnsch inschrifl, aan weerszijden een zinnebeeldige voorstelling op twee
der andere zijden van dit voetstuk afgebeeld. Gravure in-4^. zonder naam.
(Zie Muller No. 596).
1550—1650 LBTI, TEATRO BBLGICO 213
TusBchen blz. 82 en 88 : ,3olegeringe ende Overwinninge der Stercke
stad Mastricht.** Gezicht in vogelvlucht der stad en der opgeworpen
belegeringswerken. Het opschrift rechts boven in de plaat. Onderaan
rechts eenige ruiters. Gravure langw. in-lbl. zonder naam. Onderaan
links: „Fig. H fbl. ISe."
Tusschen blz. 100 en 101 : „Belegering der Stadt Breda. Door Fre-
derick Henderick Prince van Orangien, den 23 July 1687.'* Kaart van
Breda en der belegeringswerken. Gravure lang^. in-fbl. zonder naam.
Opschrift bovenaan links in cartouche. Onderaan links twee wapens.
Tusschen blz. 110 en 111 : „Linga" De belegering van Lingen. In
't midden plan der stad. Links op den voorgrond een troep ruiterij;
verder verschillende legerafdeelingen op de plaat Geheel als plaat 284
uit Baudartius (Muller 1078) maar grooter. Gravure langw. in-fol. Links
onderaan monogram, ,3* D(olendo)? Gum priuilego.'*
Achter de voorgaande een tweede plaat: „Belegeringe der Staroke
Stadt Groll door syn Bxcellentie Fredrick Hendrick . . . Begonnen den
19en July 'tiaer l627. ende ver overt den 19en Augusty des selfiLen
laers.'* Inschrift in cartouche, rechts boven in een kaart der stad met
de belegeringswerken. Links boven en onderin a^nderlijke afbeeldingen
van een deel der vestingwerken. Gravure langw. in-fbl. z. n. v. gr.
Tusschen blz. 188 en 189: „Tabvla prelii prope Neoportvm commissi
n Ivlii cioioc", etc. Inschrift tusschen twee afbeeldingen van den slag.
Dezelfde gravure in-plano, als Muller No. 1141 ; van achteren niet bedrukt
Tusschen blz. 140 en 141: „Ostenda." Kaart van de stad en omliggend
land. Naar Hogenberg. Gravure langw. infbl. zonder naam.
Tusschen blz. 150 en 151: .,Baya de Gibraltar.'' Gravure langw. infol.
Op bl. 155 het wapen van Oranje, waaronder een tronk, waaruit twee
oranjespruiten voortkomen met het bijschrift „tandem fit svrovlvs arbor."
Gravure inV. zonder naam.
Tusschen blz. 168 en 169: Gezicht in de zaal, waar aan Maurits de
orde van den kousebond wordt vereerd. Onder de plaat (Muller No. 1290) de
verklaring der letters A— R in vijf kolonunen. Gravure langw. in*fol. z. n.
Tusschen blz. 172 en 178: „Limbvrg." Gezicht der stad en om-
geving. Gravure langw. in-fol. zonder naam, met inschrift en aanwijzing der
cijfers 1—9 rechts onderaan. Rechts bovenaan gemerkt: „Fig. 15fol. 168.'
Tusschen blz. 180 en 181: „De Gklegentheyt ende Belegeringhe van
Schencken schans Curyeus gemoeten ende getekent. By den ervaren
Ingenieur Joannes lacobi Schort Anno 1685, en 36." Kaart van Schen-
kenschans en omliggend land. Bovenin rechts profiel van de Schans,
links het inschrift in cartouche. Gravure langw. in-fol. z. n. v. gr. Rechts
bovenaan gemerkt: „Fig. 28, Fol. 289.' UitOommelin. (Muller No. 1748).
Tusschen blz. 182 en 183 : Inneming van Breda door het turfechip.
Vier voorstellingen op één blad, twee aan twee boven elkander. Met
214 LETI, TEATBO BELGIGO 1650—1660
cijfers in- doch zonder uitlegging dier cijfers onder de plaat Gravure
langw. in-fel. zonder naam (Muller No. 991^).
Tusschen blz. 188 en 189: ,^et Sas van Gent Beleegert den28Iuly
Anno 1644. en door Accoort^yerouert den 6 September.'' (Muller Ko. 1885).
Inschrift rechts onderaan. Links bovenaan gemerkt: ,,Tweede deel Fol. 168.*'
Tusschen blz. 196 en 197: ,.Grafetede te Delft, opgericht ter eere van
Willem van Nassau, Prins van Oranje." Gravure langw. in-fel. (Muller
No. 897) Uit: Bor, Ned. Oorlogen.
Op bl. 281: „Comelio de Wit. Giovanni de Wit" Opschrift boven de
portretten in borstbeeld der beide broeders. Onder in de plaat de lijken aan
de galg, twee mannen schenden de lijken. Gravure in*4* zonder naam.
Tusschen blz. 288 en 289: „Bergfen op Zoom." Gravure langw. in*fe1.
zonder naam. Uit Hogenberg?
Tusschen blz. 382 en 383: „Afbeelding van 'thooger huys des parle-
ments van Engelant" Onderschrift, en verklaring der cijfers 1 — 13, in 4
kolommen, onder een gezicht in de zaal van het Parlement In *t midden
op den achtergrond de troon. Op den voorgrond een balustrade, in 't mid-
den daarvan het wapen van Engeland in medaillon. Gravure langw.
in-fel. door en met adres van J. Gole (Muller No. 2741).
Op bl. 410: een kaart: ,.Belgii Foederati Nova descriptio, Amstelodami.
Apud Joh: Janssonium k Waesberge." Gravure langw. in•4^ zonder naam.
Op bl. 416: een dergfelijke van „Geldria et Transysvlana" langw.
in-4'. z. n.
Op bl. 4S1: „Zvtphania Oomitatvs'' langw. •in-4^ z. n.
Op bl. 423: .,Zelandiae Comitatus" langw. in-4*. z. n.
Verder van hier tot het einde verscheiden gegraveerde plattegronden
en kaarten als:
Tusschen blz. 426 en 427: „Middelbvrgvm", en „Vlissingen", langw.
in-plano z. n.
Tusschen blz. 428 en 420: „Veere" langw. in-4*. z. n. „Zirizea Vulgo
Zierickzee" langw. in-plano, z. n. Onderaan rechts uitlegging der cijfers
1 — 34 in de kaart
Tusschen blz. 430 en 431: „Amemvyden" en ,.Goesa." beide langw.
in-4^. z. n.
Op bl. 483: „Ultraiectum Dominium" langw. in•4^ z. n.
Tusschen blz. 436 en 437: plattegrond van „Traiectvm", „Wtrecht"
bovenaan een profiel der stad; onderaan links verklaring der nos. 1 — 26;
rechts een buitenplaats, enz. langw. in-plano naar en door J. v. d. Aveele.
Tusschen blz. 438 en 439: „Amisfvrtvm Vulgo Amersfeort" langw.
in-plano z. n.
Op bl. 439: „Frisia occidentalis" langw. in-4*. z. n.
Op blz. 441 en 442: Twee kostuumprenten : een boer en boerin van
Molqueren. Zie: Na Muller (No. 3012). Gravures in-4*.
1660—1650 LBTI, TEATRO BELGICO 215
Tusschen blz. 448 en 449: „Leoverdia." rechts onderaan Terklaring der
nos. 1 — 80 in de plaat langw. in-fol. z. n.
Tusschen blz. 460 en 461: „Harlingen." rechts onderaan yerklaring der
nos. 1 — 14 in de plaat langw. in-fol. z. n.
Tusschen blz. 462 en 468: een plaat met 4 plattegronden, n.1. links
bovenaan: „Sneecha Yulgo Sneeck", onderaan: „Sloten'*, rechts bovenaan.:
„Doccvm", onderaan: „Ylstae." langw. in-fol. z. n.
Op bl. 457: „Ditio Transisulana" Kaart langw. in-é**. z. n.
Tusschen blz. 458 en 460 : „Daventria Vulgo Deventer." langw. in-fol. z. n.
Tusschen blz. 460 en 461 : „Vrbis Campensis. ad Isalam flwivm icon."
langw. in>fol. z. n. onderaan links verklaring der cijfers 1 — 17. „Swolla"
langw. in-plano, z. n. links onderaan verklaring der cijfers 1 — 40. „Block-
zyl" langw. in-4*. z. n.
Tusschen blz. 462 en 463: „Hasselt" en „Vollenhove", als voren.
Tusschen blz. 464 en 465 :. „Steenwjck" als voren.
Op bl. 467: „Groeninga Domini(um)." langw. in-4*. z. n.
Tusschen blz. 468 en 469: „Groeninga Vulgo Groeningen." langw. in-
fol. z. n., onderaan links verklaring der letters A-MM. Voorstelling
der belegering van „Groninga" naar Hogenberg. Gravure langw. in-fol. z. n.
Behalve genoemde platen en kaarten, die hier op andere plaatsen zijn
tusschengevoegd dan het register aangeeft, maar toch, met den tekst in
verband, op de juiste plaats staan, ontbreken volgens dat register nog enkele.
Het in sommige opzichten merkwaardiger tweede deel bevat de volgende
platen en kaarten:
Op bl. 8. „Hollandia". langw. in•4^ z. n.
Op bl. 56. „Hollandia Septentrionalis; Sive West-Frisiie Descriptie
nova." langw. in-4'. z. n.
Op bl. 57 een zinneprent op den aard van het hollandsch staatsbestuur.
„Holandia" (sic) is a%ebeeld als een vrouw op een soort troon zittende,
gesteund door „Aristocratia" links en „Democratia" rechts van den be-
schouwer. Zij heeft in de rechterhand een keten, die om „Monarchia"
geslagen is, in de linker een dergelijke, waarmede ,.Tirannia" geboeid is.
De Monarchie heeft een label in de hand, waarop ,. Omnibus Vnus"
Gravure in-4*. z. n.
Op bl. 105 een zinneprent op den godsdienst in de Nederlanden.
In 't midden der plaat: „Religione" (sic), als een gesluierde vrouw met
het kruis in de rechter en het heilig vuur op de linkerhand. Voor haar
,,Ooncordia" met een hart op een schotel en den pijlbundel aan hare voeten,
en „Liberta" aan ,,Concordia"' de rechterhand reikende, terwijl zij op den
linker de vrijheidsmuts heeft. Op den achtergrond links ,.Reformatione"
(sic), met een sikkel in de rechterhand en een boek, waarin men leest
„Pereunt discrimine nullo ammissse legrs" (sic). Rechts ,.Verita" met een
zon in de rechter- en een palmtak in de liukerhand. Gravure in-4^ z. n.
216 LBTI, TSATEO BELGICO 1550—1050
Op bl. 163 een zinnebeeldige yoorstelling op de admiraliteit, enz.
In 't midden der plaat de hollandsche leeuw in den tuin, de gekruiste
ankers (teeken der admiraliteit) met beide pooten vasthoudend. Boven
den leeuw twee engeltjes, nederdalend om hem te kroonen. Links van
den tuin de Gerechtigheid met zwaard en weegschaal en Neptunus met
den drietand op een dolfijn. Rechts Mars met den üütkel en drie tritons.
Gravure in-é*. z. n.
Op bl. 305: kaart „India orientalis." Op bl. 212 een andere: ,,InsuleB
Indie Orientalis'', beide langw. in-4*. z. n.
Tusschen blz. 248 en 240: ..Waere affbeeldinge Wegens het Gasteel
ende Stadt Batavia gelegen opt groot Eijlant Java Anno 1681.'* Platte-
grond der stad etf onderaan profiel van het kasteel. Rechts in den be-
nedenhoek verklaring der letters A — I, a — z en der cijfers 1 — 21. Gravure
langw. in-plano, z. n.
Tusschen blz. 274 en 275: „Tocht nger Nova Zemla in den Jaere
MDXcvi." Gravure langw. in*fbl. door J. Luyken. (Muller No. 1054).
Uit Bor. Daarachter een tweede plaat: „Nova. Zembla'* 4 ai beeldingen
op een blad langw. in-fel., voorstellingen uit het verbluf van Heems-
kerk aldaar (Muller No. 1052). Uit: Orlers, Nass. Laurenerans,
Tusschen blz. 282 — 283 : a „'t Neemen van de Suyker Prysen in de Bay
de Tode los Santos Anno 1627." Gravure langw. in-fel. z. n. onderaan
rechts gemerkt: „Fol 23." (M. No. 1561). UitCk>mmelm. b „S. Salvador".
Links „Tapesiepe" en rechts „St. Antonio" zonder eenig verder inschrift
of cijfer in de plaat. Gravure langw. in-fel. z. n.
Op bl. 283: een kaartje van „Cuba insula", langw. in-4*. z. n.
Tusschen blz. 284 en 285: „Villa D Olinda D Pemambuco". Bovenaan
het profiel der stad, onderaan de kust gezien in vogelvlucht €kavure langw.
in-fol. z. n. (Muller No. 1659b). Uit Commelin.
Tusschen blz. 286 en 287: „Afbeeldinge vande Cabo St Augustin
Met haer forten", van boven rechts gemerkte n^ig. 18 Fol. 190." en
„Afbeeldinghe van Pariba en de forten", 2 gravures langw. in-fol. z. n.
(Muller No. 1721 en 1723). Beide uit Commelin.
Tusschen blz. 288 en 289: „Veroveringe van Rio Grande in Brasil. Anno
1633." Als voren (Muller No. 1717).
Op bl. 294: kaart: „Gvineae nova descriptio". Gravure langw. in-4*. z. n.
Tusschen blz. 312 en 313: „Amstelodami celeberrimi Hollandiie emporii
delineatio nova." Aan weerszijden bovenin en in 't midden onderin
deze plattegrond verklaring der getallen 1 — 172 en de „Naemen der
Bolwercken" No. 1 — 26. Gravure langw. in-plano, z. n.
Op bl. 329 : afbeelding van een boerin uit Waterland met juk en melk-
emmers. Zie: Na Muller (No. 3012). Van het weggeslepen onderschrift is
alleen leesbaar: „P. van den Berge delin. et fecit" Gravure in-4^
Op bl. 332: kostuum van een roomsch weesmeisje. Gravure in-4^ z. n.
1550— 1Ö60 LBTI, TBATRO BELGICO 217
Op blz. 867 en 368: Boer en boerin van Zaandam. Zie: Na Muller
(No. S012) 2 gravures in-i*, z. n.
Op b1. 378 : Qezicht in Burgemeesterskamer te Amsterdam, waarin rechts
de vier regeerende burgemeesters ieder aan eene zijde van een tafel zitten.
Boven den ingang een schilderij. Gravure in-4*. z. n.
Op blz. 409 en 410. Visscher en visschersvrouw van 't eiland Marken.
Zie: Na Muller (No. 3012), 2 gn^vures in-i**, z. n. terwijl tusschen de
blz. éM en 488 de volgende plattegronden voorkomen:
Tegenover bl. 425. „Hage Comitis, Vulgo 's Graven-Hage." Langw. in-
plano z. n.
,, Ml. „Lugdunum Batavorum Vulgo Leyden.** Als voren.
„ 451. „Harlemvm Vulgo, Haerlem." Als voren.
,, 455. „Beverwjck." Langw. in-4^. z. n.
,, 457. „Rotterdam." Langw. in-plano z. n. links bovenaan ver*
klaring der cijfers 1 — 46.
,, 460. ,.Dordracvm Vulgo Dortt.'* Langw. in-plano. z. n.
,, 462. „Govda." Langw. in-fel. z. n.
,, 464. „Briela." Langw. in-i**, z. n.
„ 468. ,.Gk)rchvm." Als voren.
„ 469. „Naerden." Als' voren.
„ 471. „Muyden." Als voren.
„ 472. „Weesp." Als voren.
,, 474. „Schiedam." Langw. in-fel. z. n. ,
,, 475. ,J)elfi3haven." Langw. in-4*. z. n.
„ 476. „Woerden." Als voren.
„ 477. „Oudewater." Als voren.
^ 477. „Schoonhoven." Als voren.
„ 479. „Alckmaria." Langw. in-plano, z. n. rechts onderaan ver-
klaring der nos. 1 — 100 en letters A — C.
„ 481. „Homa Vulgo Hoorn." Langw. in-plano, z. n. rechts
onderaan verklaring der nonmiers 1 — 65.
„ 482. „Enchvsa." Langw. in-plano, z. n. rechts bovenaan ver-
klaring der letters a — w.
„ 484. „Edam." Langw. in-4^. z. n.
„ 4S5. „Monnekedam" en ,J*urmerend.'' Als voren.
„ 487. „Breda." Langw. in-plano, z. n. rechts bovenaan ver-
klaring der letters a — t en cijfers 1 — 19.
,, 488. „Maestricht" Langw. in-plano, z. n.
Bovendien zijn op de blz. 431, 432, 433 en 435 vier (drie dames- en één
heeren-kostuum) a%ebeeld, die wanneer ze Nederlanders uit dien tijd
voorstellen, duidelijk doen uitkomen, dat de fransche modes toen zeer in-
heemsch waren in Holland.
Tegenover bl. 470. .,I>e Moordt der Spanjaerden te Naerden, geschiedt dei)
218 SniADA, DE BSLIiO BSLGICO 1550—1650
eersten van December in den Jaare 1573/* Grayure
langw. in-fbl. door J. Luyken (Muller No. 001). Uit :
Bor, Nederl. Oorhgm,
1550—1650. NiBT BU Muller (S. No. 454 A).
369. ^yDe BMo bdgico decades dvas avctiores et correC"
tiores cvm figvris encis (sic) prodevnt a Famiano Strcuia
Soc: Jesv Romano Mogvntice 1651."
Deze titel komt voor op een schild, vastgehouden door een leeuw, in
welken vorm de 17 provinciën hier a%ebeeld zijn. Het is de titelprent
van Strada's werk in kwarto-uitgaaf^ waarin de volgende platen, allen
langwerpig, in-fol. voorkomen.
1. „Obsessi apud Bommeliam Hispani an 1585. xxl" (Muller No. 980).
2. ,,Pugna ad Osteruelam Margarita Parmensi Gubematrice 1567.
xxra." (Muller No. 498).
8« „Obsidio Yalencene Margarita Parmensi, etc 1567. xvm.'' (Muller
No. 503).
4. „Pugna ad Hiligerlteum Albano Gubematore anno 1568'. zxii."
(Muller No. 536).
5. „Pugna ad Gkmingam, Albano Gubematore. 1568. xxv.** (Muller
No. 546).
6. „Pugna ad Getam fluvium Albano Gubematore 1660 (sic) xv.**
(Muller No. 551).
7. „Aldenarda capta Anno 1587. (sic) u.'' (Muller No. 860).
8. „Pugna Mochensis Ludovico Requesenio Gubematore 1574. iv.*'
(Muller No. 667).
9. „Transmissio Zelandici maris, Requesenio Gubematore 1575.*' (Muller
No. 708).
10. „Palatio vulgo Steccata, pontis Antverpiani pars. xxvl** (N. b. M.)
11. „Pugna Gemblacensis seu Boucensis lo. Austriaco Gubematore 1578.
1." (Muller No. 770).
12. „Limburgi expugnatio Austriaco Gubematore 1578. x.'* (Muller
No. 781).
13. „Reuocatio exercitus catolici ad Rimenantam lo. Austriaco Guber-
natore 1678. xxvn." (Muller No. 789).
14. „Monüum recuperatio, Albano Gubematore 1672. xi." (Muller No. 591).
16. „Traiectensis (ad Mosam) obsidio anno 1579. xvn." (Muller No. 808).
16. ..Trajecti (ad Mosam) expugnatio anno 1579. v." (Muller No. 808).
17. „Tomacum captum anno 1681." (Muller No. 845).
18. „Kaart van Antwerpen, zijn omstreken en de Schelde 1585. uv."
(N. b. M.)
19. „Pugna ad Steenbergfam Anno 1583. xiui." (N. b. M.)
20. ,4*ons Antwerpianus Scaldi impodtus. (1685). xu." (N. b. M.)
1567—155» ST. QUENTIN - ENZ. 219
21. „Pontis Antwerpiani fractura. (1585). xm." (N. b. M.) ^
22. „Nauis incendiaria cum cuniculo.*' „Nauis cum inuerso yelo. (1585).
XX." (N. b. M.)
23. „Pugfna in aggere Couenstenio. Anno 1585.'' (Muller No. 919).
34. „Gravia obsidio Anno 1586. imv." (Muller No. 941).
25. „Slusa capta anno 1588." (Muller No. 960).
26. „Pugna ad Engelam, Anno 1687. nn." (Muller No. 963).
Alle inschriften staan midden boven in de plaat, behalve bij no. 11,
waar het onder de plaat en boven de verklaring der letters staat, die
onder elke plaat in 4 of meer regels is gegraveerd. Alle platen zijn
zonder naam van graveur en doen in ontwerp veel aan de prenten uit
Hogenberg denken. De romeinsche cijfers achter 'tmeerendeel der titels
voorkomende staan zeer onbeholpen gegraveerd, in den rechter beneden-
hoek der plaat. Behalve de platen, bevat deze uitgaaf van Strada nog
22 portretten allen in ovaal kl. in^. z. n. v. gr.
10—27 Augustus 1567. a. Niet bij Mülleb (No. 455).
370. „& Qvintino:'
Opschrift op een door twee engelen gehouden lint boven in een fraaie
plaat, de slag voorstellende; in 't midden, eenigzins bovenaan, St. Quentin.
Rechts en links van dit lint, in de plaat, een 4-regelig latijnsch tijdvers
met opschrift. Bovenaan rechts onder het vers: „Francesi rotti et presi."
Onderaan : . JnglesL" Links onderaan : „Il padiglione del re." Bovenaan het
leger van , J)vca di Brvynsvick" enz. Hoogst merkwaardige, door Muller
niet vermelde gravure in-plano, z. n. v. gr.
1557. b. NiBT DU Mulleb (No. 455).
371. „Stogr bij St. Quentin.''
Zie: No. 18. Plaat 59.
1558. Muller (No. 45S).
372. „Schuytjen van Koe huyden."
Een man en hondje in een kleine schuit op zee, de vaart voorstellende
van Ëllerd uit Hoorn naar Dantzig in een schuitje van vier ossehuiden
gemaakt Gravure in-12^ z. n. v. gr. met bovenst, inschrifl in een label,
boven in de plaat Uit?
15 Augustus 1559. Niet bij Muller (No. 459).
373. Philips II vertrekt uit Nederland.
Zie : No. 18. Plaat 61.
1559. Niet bij Muller (No. 469).
374. Een nicht van Sonnius als tusschenpersone ge*
hruikt tegen een besluit van den paus.
Zie: No. 18. Plaat 62.
220 TEBSCHILLENBE OEBEUBTENISSEN 1561—1566
1560? Niet bij Muller (No. 459).
375. Het wapen van Holland^ door Reinout^ heer van
Brederode aangenmnen als 't zijne, voor zijn oogen verbroken.
Zie: No. 18. Plaat 65.
28 November 1561—38 Nov. 1562. Niet bij Muller (No. 461).
376. Kaart van de „Raembussé'* schutters te Amsterdam,
PhotoUthografische herdruk van die kaart, v^aarboven de zes uitgeloofde
prijzen zijn afbeeld. Photolith. van A. Kroon naar bet procédé Asser.
1561. a. Niet bu Muller (No. 460).
377. Geweldenarijen der Spanjaarden op Walcheren,
Zie: No. 18. Plaat 68.
1561. b. Niet bu Muller (No. 460).
378. Bijeenkomst in het paleis van Margaretha van
Parma om over GranvéUe^s Uijven te spreken.
Zie: No. 18. Plaat 64.
1564? o. Niet bu Muller (No. 468).
379. De prins van Oranje en Egmond in het kabinet
der landvoogdes den toestand des lands besprekend.
Zie: No. 18. Plaat 65.
1565. 6. Niet bu Muller (No. 463).
380. Synode te Utrecht, in 't Capittèlhuis van den Dom,
ter bevestiging der beduiten van het concilie van Trente.
Zie: No. 18. Plaat 52.
1565. a. Niet bu Muller (No. 465).
381. ,jde Prediking van Franciscus Junitis."
Bij een venster, waardoor men de rookwolken des brandstapels ziet op-
gaan, waarop zij verbrand worden, die hetzelfde geloofbeledenals Junius,
staat deze en predikt voor de rondom hem verzamelden. Op veler gelaat
is verslagenheid te lezen. Links y^^ den prediker staat echter een edel-
man, die de hand aan zijn zwaard geslagen heeft, gereed om het uit te
trekken, waarin hij, door een naast hem staand.per80on, weerhouden wordt
Teekcning in zwart krijt door J. L. Cornet. Het onderwerp is ontleend
aan G. Brandt, Historie der Reformatie, Dl. 1 bl. 291.
1565. h. Niet bu Muller (No. 465).
382. Bijeenkomst in 't huis van .den graaf van Kuilen-
burg te Brussel. Eerste aanleiding tot het Compromis.
Zie: No. 18. Plaat 66.
1566 8MBSKSCHSIFT DBB BDELBN, BNZ. 221
5 Aprü 1586. Mulleb (No. 469).
383. „Bi^o^^i a^ui 't hoofd der Edelen, het yer-
zoekschrifk aan de Gouyemante overgeeyende.*'
Rechte de gouvernante, door Edelen en soldaten omgeyen, onder een
draperie zittend; links Brederode het smeekschrift aanbiedend. Gkavnre
in42^ naar J. Bujs, door B. Vinkelee. Boven in 't midden gemerict:
I. Uit: De vryheid aan de nederlandeehe jeugd. Amst J. Allard, 1784.
een boekje in-12*. met gegraveerden titel, waarop de Vrijheid is afbeeld,
en verder versierd met het hierboven beschreven plaatje en twee andere
onder Muller No. 891 en S. No. 5048 Aa. beschreven, terwijl op de laatste
bladz. nog een vignet voorkomt, de Vrijheid geboeid voorstellende.
3 April 1566. Nibt bij Muller (No. 470).
384. Intocht der edelen door de LaekerCsche poort tot
aanbieding van het smeekschrift.
Zie: No. 18. Plaat 67.
1566. Muller (No. 475).
385. „De geuzen 1566."
Steendruk naar I. B. Witkamp door C. C. A. Last, met adres van P.
Blommers te 's Hage. Premieplaat op het letterkundig plaatwerk : „De lyd.'*
1566. Niet bij Mulleb (No. 475).
386. De prins van Oranje op den weg tusschen Mechden
en Antwerpen door de edelen opgewacht.
Zie: No. 18. Plaat 68.
1566. Mulleb (No. 4763).
387. Het prediken der gereformeerden buiten Antwerpen.
Zie : No. 269. Plaat 4.
Juni 1566. Niet bij Muller (No. 476}.
388. „Ife Gereformeerden prediken int openbaer buyten
Antwerpen in f beginsel van luni int laer 1566."
Links de prediker, door veel volk omringd, in een geimproviseerden
preekstoel onder een boom. Rechts een tweetal ruiters, enz. Gravure
langw. in-12^ z. n. v. gr. met adres van C. J. Visscher.
1566. Mulleb (S. No. 479 B).
389. „Violencas y Sacrilegios que los Herejes usaron
contra las Imacines de Christo y de los Santos en la
yglesia Cathedrsd de Amberez.'*
Een menigte volks is in een kerk bezig alles omver te halen en te ver-
nielen. Gravure langw. in-fo1. door G. Bouttats. Rechts bovenin ge-
merkt: „folio 33."
222 BBELDSTOBMBBU, BNZ. 1566—1667
1566. MuLLBB (No. 480a).
390. „De Beeldstormery in den Jaare 1568 in Vlaen-
deren en Braband begonnen en in wynig Tyds door gans
Nederland verspreit."
Soortgelijke voorstelling als de voorgaande, uitnemende ets naar en
door Jan Luiken, wiens naam links onder in de plaat staat. Hierbij
dezelfde plaat, met gelijk onderschrift, doch opgegraveerd en met een
dikke zwarte streep om de plaat
1566. Muller (No. 4S0d}.
391. „Het stormen der Beelden, in Vlaanderen en
Brabandt Ao. 1568, (sic) begonnen, en terstond door
geheel Nederlandt verspreyt."
Dezelfiie plaat (of zeer nauwkeurige kopie?) z. n. v. gr. maar met zwarte
lijn om de plaat Links bovenaan: „Tom: 1 No. 3."
Zie: No. 259. Plaat 5.
1566. NiBT BIJ Muller (No. iS*).
392. „de Beelden afgeworpen^ verbrooken en vernield,
Uadz, 78. Les Images renversées^ brisées 8f detruites . . .
pag. 76."
Gravure in-16*. door M. d'Sallieth, 1790. Uit?
1560. Niet bij Muller (No. 454).
393. Een beeldstormer voor de O. L, Y, kerk te Ant^
werpen gevonnisd.
Zie: No. 18. Plaat 69.
1566. Niet bu Muller (No. 486).
394. Philips van Mamix stiU de onlusten tusschen
Roamschen en Onroomschen te Valenciennes,
Zie: No. 18. Plaat 70.
26 Februari 1567. Niet bu Muller (No. 488).
395. Oproer te Amsterdam^ 1567.
Gravure in-16r door S. Fokke, 1780.
1567. Niet bu Muller (No. 488).
396. Clement Volckertsz. Coomhert roeit den heer van Bre-
derode naar Amsterdam^ die aldaar de twisten tracht te stülen.
Zie: No. 18. Plaat 71.
13 Maart 1567. Muller (No. 491).
397. „'t Ghevecht van Oosterweel onder de govrer-
nante Margarita Ann. 1567.**
Opschrift, met verklaring der letters A — K, die in de plaat voorkomen.
1607 SLAG BU AUSTBUWSBL - VALBNCIENNSS 223
in een label boven de voorstelling van den slag. Gtebeel als no. 399.
Gravure breed in-fol. door F. v. d, Wijngaerde, met adres van de Wed.
Cnobbaert Uit Strada, Editie infoL
13 Maart 1667. Müllbb (No. 4.93).
398. „Pugna ad Osteruelam . . . 1567."
Zie: No. 369. Plaat 2.
13 Maart 1667. Muller (No. 494).
399*. „Pagna d* Osteruel sotto Margarita Dnchessa di
Parma 1567.^'
Opschrift boven in een plaat, dit gevecht voorstellende. Op den voor-
grond, rechts en links in de plaat, de Schelde. In 't midden op den
voorgrond een gevecht, waarbij vele menschen en poarden te vtrater ge-
raken. Onder het opschrift, in drie kolommen, de verklaring der letters
A — K. Italiaansche gravure zonder naam, bovenin rechts gemerkt .,247.*'
24 Maart 1667. Muller (No. 602).
400. „De belegeringhe van Valencyn onder de gower-
nante vrow Margarita yan Oostenryck hertoghinne van
Parma. A. 1567.'^
Inschrift, en verklaring der letters A— O, die op de plaat voorkomen,
in een label boven de afbeelding van Valenciennes en de daar vóór lig-
gende legers. Gravure langw. in-fol. door F. v. Wijngaerde, met adres
van de Wed. Cnobbaert Links bovenin: „fol. 212"; rechts: ,,fol. 213."
Uit Strada, Editie in-fol.
24 Maart 1667. Muller (No. 603).
401. „Obeidio Valencenae .... 1567."
Zie: No. 869. Plaat 3.
Augustus 1567. NiBT bu Muller (No. 607).
402. Alva fumr de Nederlanden gezonden.
Zie: No. 18. Plaat 72.
1667. Niet bij Muller (No. 509).
403. De invoering der inquisitie in Nederland te Ma-
drid bevestigd.
Zie: No. 18. Plaat 73.
1667. MLT.LER (No. 510).
404. „Afbeeldinge van de Spaansche Bloedraad in den
Jaare 1567 door den Hartog van Alya aangestelt.'*
Onderschrift eener plaat, waarop links Alva en de bloedraad aan een
tafel, rechts een gevangene geknield. Gravure langw. in-fol. door J. Luiken.
224 BLOBDBAAD - SPAANSOHE TIRAl^IB 1567—1597
1667. Muller (No. 510^).
405. „De Spaansche Bloedraadt, gelyk dezelve door
den wreeden Hertog van Alba is aai^estelt, in den
jaare 1567."
Zie: No. 259. Plaat 6.
1566—1597. Mulleb (No. 513«).
406. „Spaensche tirannye in Nederlandt."
Serie van 18 afbeeldingen van wreedheden door de Spanjaarden gepleegd
en voorvallen, die hebben plaats gehad tusschen 1566 en 97. Het algemeen
opschrift, door M. vermeld, ontbreekt. Uitnemend exemplaar, gravures
kl. in•4^ z. n. v. gr. in ouden tijd gekleurd, met de volgende onderschriften
een 16-regelig vers in twee kolommen, onder iedere voorstelling, terwijl
de volgnommers 1 — 16 tusschen de beide kolommen van elk vers staan.
1. (Titel?) „Spaensche tirannye in Nederlandt." Bovenaan de portretten
van „Margareta van Oostenryck hart van Parma", „Philippvs de II.
coning van Spangien'' en van „Antoni Peronet cardinael van Granvolle.'
2. „De edelen leveren haer request"
3. „Ducdalis nieuwe bloet-raed*'
4». „Gr. V. Egmont en Hoorn gevangen"
6. „Beghinselen van Ducdal& wreetheyt"
6. „Batenborgers onthalst"
7. „Gr. van Egmont en Hoorn onthalst"
8. „Wreetheyt tot Rotterdam"
9. „Mecchelen wert geplondert"
10. „Wreede moort tot Zutphen"
11. „Don Fredricks moort tot Naerden"
12. „Felle straffe tot Haeriem"
13. „Grouwelyckheyt tot Oudewater"
14*. „Moort binnen Maestricht"
15. „Spaensche furie tot Antwerpen"
16. „Den prins van Orangien vermoort"
17. „Anneken Uyten hove gedolven"
18. „Heyrtocht in t'landt te Cleef"
3567—1697. Mullbb (No. 513*).
407. „De Spaensche Tiranye Gheschiet in Neder-lant,
Waer in te sien is, De Onmenschel^cke ende wreede han-
delingen der Spaeniaerden. Insonderheyt : Aen de Graven
van Egmont/ Hoorn/ Montigny/ Marquis van Berghen/
Kinderen van Batenborgh : Als andere voorname treffelijcke
Edelen/ Heeren/ Predicanten/ en veel duysent Ingesetenen/
jone/ out/ man ende vron. Yoomaemlijck Inde Steden/
Naerden/ Haeriem/ Itotterdam/ Oudewater/ Zutphen/ Ant-
1667 BLOBDRAAD - SPAANSCHE TIRANNIE 225
werpen/ Brussel/ Mechelen/ Maestricht/ Rgssel/ Douay/
Doomick/ etc. Oock de Moort vanden Doorl: PnnCe van
Oragnien/ en de Grave vanden Broeck, t* Amsterdam,
Voor Jacob Pietersz. Wachter." in-4*.
In het onder dezen titel verschenen werkje zijn dezelfde feiten a%ebeeld
als op de onder a (zie vorig nommer), vermelde platen. Hier zijn er echter.'
twee meer, en, daar de volgorde daardoor anders wordt, terwijl er on-
derling verschillen zijn, volgt hier de opgaaf der platen in zijn geheel.
Titel: aan weerszoden van „De Spaensche Tiranye" een plaatje. Aan
iedere zijde van het overige van den titel twee tafereelen en onderaan
ook twee. Bovenaan links 3 bisschoppen, van welke één „Inquisitie" in
de hand heeft, voor hen een menigte personen geknield. Recl^ts de
aanbieding van het smeekschrift der Edelen. Verder links de gevangen-
neming van Egmond en Hoornet en de moord van \^lem I, onderaan
een galei met roeiers. Rechts terechtstelling; en onderaan een schip,
waarop verschillende lieden aan de ra zijn opgehangen.
„Figuere Kum. l." Gruwelijke martelingen. Daar boven de borstbeel-
den in medaillon van „Qran veile", „Phil Uppus" en
,Marga reta."
,, 2. 't Smeekschrift der edelen. Juist andersom als a. On-
der het rechtsche venster: „Madama de Parma."
8. Bloedraad. Qeheel als a, doch andere gravure. Boven
den troon van Alva: .,Ducde Alba",bij a: „Ducdalf."
„ ,, 4. Bgfmond en Hoome gevangen. Juist andersom als a.
Hier:„Egm ont", daar: „Eg mont."
„ ,, ^' „Beghinselen van ducdalfe wreetheyt." Als a, doch
hier boven in de plaat: „Tot Brussel."
,, „ 6. Batenburgers onthalst Juist andersom als a, doch
hier boven in de plaat: „Batenburger."
„ ,, 7. Bgfmond en Hoome onthalst. Juist andersom als a.
,, „ 8. Wreedheid te Rotterdam. Andere gravure. Bovenin:
„Moort tot Rotterdam" op de vorige in de plaat:
„Swart lan", die gevierendeeld wordt, en „lan Do-
minicus" in de mand.
„ 9. „Mechelen geplundert". Andere gravure.
„ 10. „Ruyse Moort". Niet in de vorige serie.
„ 11. „Moort tot Zutph en". Dezelfde voorstelling als no.
10 van a. Andere gravure.
,, 18. „Moort tot Naerden". Juist andersom als no. II van a.
,, 13. Executie te „Haerlem." Juist andersom als a.
,, 14. „Moort tot Oudewater." Juist andersom als a.
,, 15. „Bfaestricht, van Parma geplundert" Niet in de
15
Q
11 11
11
11
11
H
11
11
11
226 BLOSDEAAD - SPAAN8GHE TIBAVNIB 1567
Torige serie. Links de terechtsteHing van den ,3r.
Gosson", daaronder het borstbeeld van den „Prins
van Parma'* in medaillon.
„Figuere Num. 16." „Antwerpen." Als no. 15 van a. Andere gravure.
Hier de opgehangen vrouw met gewicht aan de
beenen, a&onderlijk en rechts.
„ ^ 17. „Mo or t binne(n) Maestricht" Als no. 14 van a,
„ y, 18. Moord van Willem I. Qeheel ander plaatje als no.
16 van a.
„ ,, 19. „Anneken wtten Hove." Juist andersom als no. 17
van a,
„ „ 20. ,^eyrtocht in t lant te Cleeff Gr. Vanden Broeck.'
Qeheel andere plaat als no. 18 van a, hier in tweeën
gedeeld.
Deze platen z^n, als in het boekje behoorende, alle van achteren
bedrukt Onder de plaat geen gegraveerd onderschrift in kapitale letters,
zooals op de voorgaande en een geheel ander, niet gegraveerd, maar
gedrukt vers van 16 regels in twee kolommen. Alle z\jn oudtijds
gekleurde, klein-4^. gravures, zonder naam.
Voor dit exemplaar is gebonden:
„2)0» Vermeerderden Spieghel der Spaentehe titrannije gegehiet in
Weetindien . .. In spons beschreven door . . . don Jray bartholome de las
Casas van S. dominicus oorden Gedrukt te Amsterdam by Comelis
Lodewijcksz vander Plasse inde Italiaensche Bijbel. Anno 1621."
O&choon niet direkt met onze geschiedenis in verband staande, vermeld
ik ook dit werkje, omdat, blijkens de versjes, dit boekske wel degelijk
uitgegeven is met het doel de tegenzin tegen de Spanjaarden in Neder-
land te doen toenemen en zij te zamen als één geheel maken. Ook van
dit exemplaar z^jn de titel en 16 plaatjes oudtijds met goud en kleuren
a%ezet Op den titel is in gouden schryfletters bijgevoegd: „Af-
geset Door frederick Henderick vander ley A^. 1633|f." Ook door
het vermelden van den naam van hem die het kleurde, is dit exemplaar
merkwaardig.
1667. MuLLBB (No. 514}.
408. „Delineatio deplorati status Belgy sub immensa
tirannide Albani Dads Ferdinando a. Toledo."
„Afbeeldinghe van den ellendighen staet der Nederlan-
den, onder de wreede t^'rannge van den Hertoghe yan Alba.**
Zinneprent op Alva*s tirannie. Met adres van J. P. Vennius. Middel-
burg 1622. Exemplaar op geel sat^n gedrukt Dozy vermeldt een
op zijde gedrukt exemplaar waarop echter het „Gum Privilegie oonfóed.
Belg. Provinc in septennium" niet voorkwam, dat hier wel aanwezig is.
1567 ELLENDIGE STAAT DER NEDERLANDEN 227
Links op de plaatl zit Alva op een gebeeldhouwden zetel, terwijl de
hemel daarboven met allerlei wapentuig gedrapeerd is. Aan zijn voeten
ligt een Christusbeeld. Granyelle die links van Alva (dus aan zijn rechter-
zijde) staat, blaast hem .,wraeck en moordlust'* in 't oor, terwijl Satan, achter
hem staande, gereed is hem met een keizerskroon en Granvelle met den
tiaar te kroonen. Rechts (aan Alva's linkerzijde dus), staan Juan de Vargas,
Loys del Rio, de bisschop van Yperen, Broer Comelis (van Brugge). De
maagden der 17 provinciën liggen geketend voor hem geknield, terwijl hij
het eind der ketenen in de hand heeft. Achter hen een vijftal mannen
met hoeden op (de Adel) en eenige leden der Staten die, volgens het vers,
,4;(ant8ch verstaeckt" staan, en dan ook geen voeten hebben, maar wier
lichamen op staken rusten. Door een booggewelf ziet men het stadhuis
en plein te Brussel, waarop het schavot voor de H.H. van Batenburg en
dat voor Egmond en Hoome, door een menigte volks omgeven. Op den voor-
grond van dit plein een vijver van bloed, waarin Margaretha van Parma
vischt met een net. Aan weerszijden op den achterg^nd verschillende
martelingen en voltrekking van vonnissen. Op den voorgrond der plaat
verscheurde privilegiën en de Bijbel weggeworpen.
Hierbij dezelfde plaat in een oudt^ds uitnemend gekleurd exemplaar en
een derde, „Geteykend, door Dirk Kipper, a Wormerveer. Ao. 1746."
1567. Mulleb (No. 618).
409. „Hie - kan - man - voarhafiPldg - sehen - zür -
euuigen - gedechtnüsz - alle - Ezecution - ynd - verfolgung -
die - der - Duc - de - Alba - gethan - hat - vuider - die -
Euangelisten - im - Niderland - von Anno 1. 5. 6. 7. bis -
anflF - dise - zeit - Gtott - der - Allmechtig - vuoUe - alle -
ding - zum - besten - vuen - den."
Dezelfde voorstelling als dié der vorige plaat GK)ede gravure met vele
duitsche inschriflen in 3-regelig firansch onderschrift onder de plaat
en adres: „Gedrukt Buiten Civilien Anno 1. 5. 6. 9." Hier* is het ech-
ter niet Margaretha, maar een geestelijke ,J>es duc de alba co{n)fi8cator'*,
die de verbeurd verklaarde goederen der veroordeelden uit,, Die rote meer*'
opvischt Gravure langw. in-4'.
1667- Mulleb (S. No. 519 A).
410. „Belgyca."
Inschrift in het opgeheven kleed eener vrouw in wier buik een man,
met het schild „Libertas" in de hand, triomfeert over andere krijgs-
lieden. Twee vrouwen: „Ryckdom" en „Weelde" belagen haar en de
vrijheid, die zij voorstaat, van achteren, terw^l de „Niev Bisschoppen"
links en „Speensche Inqvisitci", die de ,,Privilege" vertrapt en de ,.Pla-
caten" tegen haar opheft, rechts op haar aankomen. Zinnebeeldige voor-
stelling van den oorlog tusschen Spanje en Nederland^ Gravure kl. in-i**.
228 ZINNSFBBNTBN 1687
z. n. Y. gr. Titelprent yan de Ie uitgave yan P. Bor, Oonpronek . . . der
NederltmUehe Oorlogm. Leid. 1617.
1567. MuLLBB (No. 5S0}.
411. „Beclaginghe der Nederlantscher verwoestinghe.
BelgicsB delaceratae lamentatio. Complamtes des desolee
pags bas.'*
Uitnemende zinneprent op den desolaten toestand der Nederlanden. Met
12-regelige, hollandsche, lat^nsche en fransche verzen, elk in twee rijen,
onder de plaat Qravure in-plano door H(an8} C(ollaert].
,,Belgia*' in 't midden der plaat, omringd door vier krijgslieden, die
haar het hart uit de borst rukken, aan de haren trekken en ontblooten.
Links „Ambitio"; rechts „Avaritia'' die een geldkist plundert Boven in
de plaat ,J)iBsidentia*' en „Inuidia", die een koord, waaraan de wapens
van de 17 provinciën hangen, trachten aan stukken te trekken, wat door
„Fiducia", die, door hemelsch licht bestraald, op de wolken nedrdaalt,
verhinderd wordt
1567. MüLLBB {8. No. 621).
412. 1. „Twee moncken togen nae hispaengien Eede
(sic) hebben geclaecht dat sy wt Haeren kercken werden
veriaecht."
De ,3^ Hispani" tusschen een „Bfeck" (bisschop) rechts, en een
„inqisiteur" (sic) links. Aan weerszijden een monnik geknield.
Het exemplaar van Mr. S. van Gijn heeft rechts bovenaan het jaartal 1573.
2. „Met geit ende ffoet doet hem den paus onder
Stant dat die papen mochten houden Douerhant ock met
gewelt en met brant."
„alba*' ontvangt uit de handen van „pius Y papa** een zwaard, terw^l
aan zijne voeten een kist en eenige zakken geld staan. Links „Qranuelle"
en Margaretha van „parma.**
8. „Die scepen veruallen die sciplieden connen Nyet
behelpen die copman en yercopt geen Waer babels hoer
is yrolick met ducdalba."
„alba" zit op een stoel en wordt omhelsd door een vrouw „babiion* '
met den tiaar op 't hoofd en gezeten op een veelhooldig monster. Links
van hem een schipper en ontredderde schepen; rechts een wanhopend
koopman; op den voorgrond ligt een kramer uitgeput bij zijn mars.
4. „Hy nemt met gewelt den lyckdom van Het lant
ende heeft veel ontschuldich Bloet laten hangen ende
branden."
„alba** wien een sater het kwade inblaast, zit op een stoel en verslindt
een kind (vergiet onschuldig bloed). Achter hem een monster met de
1567 ZINNEPBENTSN 229
tt
ff
hooMen Tan „Granuelle'\ „Guyse**, en „lore ynt*', (Lorraine.) Links een
weeklagende boer met dorachvlegel, rechts een handenvringend edelman.
Aan zijne voeten de onthoofde lijken van „hom** en „egmonf*
Vier zinneprenten op Spanjes en Alva's tirannie. Qravures in-4*.
zonder naam van graveur, elk met een S-regelig fir. en hoU. boven-
schrift en even groote holl. en fr. onderschriften. Van de eerste twee
heb ik het holl. onderschrift, van de beide anderen het bovenschrift aan-
gehaald. Alle zijn in den rechter benedenhoek genummerd. Alleen op
de tweede plaat staat eerst de firansche en dan de hoUandsche tekst
1567. Niet bu Muller (No. 532).
413. „De Hoopman van loeisheyt Le capitaine prudent
j^De Hoopman va{n) narheit Le capitaine des fóUie
Randschrift om het portret van Willem den Zwijger en van Alva,
die het midden uitmaken van twee cirkelvormige gravures, waarvan de
een het adres heeft van „The de Bri" die tevens de maker is, terwijl er
een tweede adres van J. Wolff op dezelfde plaat staat Muller beschrijft
deze keurige plaatjes niet Om de eerste is een 6-regeIig hotlandsch vers
in den buitenrand en in een kleineren cirkel om het portret een even:
groot firansch vers gegraveerd. Bg de tweede vindt men deze beiden in
den buitenrand, telkens een fransche en hollandsche regel onder elkaflr.
Het randwerk stelt bij „De hoopman van Weisheyt", Salomo*s eerste
recht, David met den profeet Nathan, enz. voor, terwijl om het portret
van Alva allerlei groteske figuren zijn aangebracht
Een uitvoerige beschrijving van „De hoopman van weisheyt*' vindt
men in C. Kramm, Leven en werken der Hollandsche en Vkumueke
kumUchilderi. Deel I. blz. 184/85 i. v. Dirk of Theodorus de BrL ,J)e
Hoopman va(n] narheit'' zag ook hij nooit.
Ik vermeld hier nog bij (ofschoon ze met de beide voorgaande in geen
verband staat naar ik meen, en het ook geen historieprent is) een derde,
in denzelfden vorm en op dezelfde wijze uitgevoerde gravure, die tot on-
derwerp heeft „Orgveille et Follie." Een dubbele kop, in 't midden af-
gebeeld, vertoont deze twee ondeugden. De buitenste rand van den cirkel
geeft Adam en Eva, de Babilonsche hoer, enz. te zien, methetomschrift:
,J)e Hoouerdye is soo groots en verblindt
Datse Godt noch haren naesten en bemindt
Een moeder der boosheijt vol tuists en tijrannije
Principael als sy ghedroncken heeft dit wel versint
Wt den babelschen cop vol ijpocrisije."
1567. Mulleb (No. 524).
414. „Doemen 1567 schreef, wast schade dat den leew
800 lang slapende bleef.'*
Zie: Muller (S. Na 815 A).
230 ZINNBPIUBNTBN 1568
1667. NiBT BU MuLLSB (No. 525).
415. y^Les proscrits du duc d* Albe - De vev^nndingen
van den hertog van Alva.*^
HoutgniYure naar F. Pauwels. Druk -van J. J. Weber in Leipzig'.
Twee roeiers roeien een schuit, waarin een verbannen fiunilie.
1667. MuLLBB (S. No. 525 A).
416. „Aensiet o nederla(n)der uwe nade des lands in
groot yerseren** enz.
Beginregel van een 16-rege1ig hollandsch vers in vier kolommen onder
een zinneprent op Alva's tirannie en de hulp van Willem I. Links
,,l>uck dalba'* met een schaar in de hand „om dinwoonders te scheeren
en tot bedelaers te make(n)." De „nacie van nederlant'\ verbeeld door
een naakte geboeide vrouw, staat links van hem, met de stedenkroon op
't hoofd. „Njdicheyt" en „Tweedracht" kronen 'hem. Aan zijne voeten
een man in lompen gehuld: „Arme Qhemeynte.*' Rechts op de plaat
de „Prinoe van Oraengien'*, door „Eere", die achter hem op een wereld-
bol zit, gekroond. Aan zijn rechterhand zit „Rust der Consdentien", aan
zijn linker „81ants Voorspoet" In de wolken de Faam met twee bazuinen
om „een yeghelyck syn seden breet en wjt" te verbreiden. Op den achter-
grond, aan Alva's zijde, galg en rad. Ik houd dezen staat, omdat Alva
links staat, voor de oorspronkelijke prent Gravure langw. in-fol. z. n. v. gr.
1567. a. NiBT BU Mulleb (No. 632).
417. Phüips WtUetn^ oiuiste zoon van WUlem I door
Alva te Leuven opgdicht.
Kopergravure langw. in-4*. z. n. v. gr. (v. Folkema?). Uit?
1567. b. Niet bu Muller (No. 532).
418. Dezdfde voorstelling.
Qravure naar J. Buys door Th. Koning, met adres van I. Smit en
zoon en W. Vermandel, 1785.
1568. Niet bij Mllerb (No. 532).
419. Sfpotpreni op Granveüe's ontwerp tot invoering
der Inquisitie.
Zie: No. 18. Plaat 94.
1568. Niet bu Muller (No. 532).
420. Gevangenis van de Montigny te Madrid.
Zie: No. 18. Plaat 77.
Mei 1568. Niet bu Muller (No. 534).
421. Slagvdd bij Winschoten.
Zie: No. 18. Plaat 76.
15«8 MONTIONT - BATENBUBOEN, ENZ. 231
24 Mei 1668. Muller (No. 636).
422. „Piigna ad Hiligerlffiom . . . 1568."
Zie: No. 369. Plaat 4.
1 Juni 1668. Nibt bu Muller (No. 638).
423. Onthoofding der beide broeders van Batenburg.
VoorstelÜDg bijna geheel gelijk Hogenberg. Alleen ligt hier op het
schavot een onthoofii lijk, dat men bij Hogenberg niet ziet Gravure
langw. in-4*. zonder naam. Midden onderin gemerkt No. 1. Uit: J. Ghy-
dus, OortproHff en Voortgang Der Neder-Landtscker Beroerten en Ellen-
dêcAeden, Z. pi. 1616. in-4^.
Er z^n van deze plaat ook staten gemerkt: No. 3, terwijl dan de ont*
hoofêUng van Egmond en Hoome (uit hetzelfde werk) No. 1 draagt. Zie:
No. 4S6.
1668. MuLLBR (S. No. 638 A).
424. „Anno 1568 den eersten Jnng zgn dese achtien
Eedelluyden door beuel yan(den) Hertoch van aloa tot
bruyssel op die peerdemerct onthooft geworden ghysbrecht
van batenborch.'* enz.
Gelijktijdig H. S. onderschrift onder eene gravure van dubbele grootte,
maar met volkomen dezelfde voorstelling als de prent no. 112 bij Hogen-
berg. Van belangrijke afwijkingen door Muller vermeld, die dit exemplaar
beschreef, is niets te ontdekken. Zij zijn veeleer zoo gelijk aan elkaar,
dat de veronderstelling mij niet gewaagd voorkomt, dat dit een der
origintelen is, waarnaar de ons bekende serie vervaardigd werd.
4 Juni 1668. Mullbr (No. 640a en è).
425. „Sabina van Begeren, verzoekt bg den hertog
van Alba pardon voor haar gemaal, de graave van Egmond.''
Zie: No. 11. Deel Xm. Plaat III.
6 Juni 1668. Niet bu Muller (No. 54fi).
426. De graven van Egmond en Hoome onthoofd.
Kopie naar Hogenberg met kleine verschillen. Hier b. v. twee koppen
op de staken aan het einde van het schavot, déér niet. Krachtige aMruk
eener gravure langw. in•4^ zonder naam. Onderaan, in 't midden, ge-
merkt No. '2. Uit Joh. Qhysius, Oorsprong en voortgang Der Neder-
landtseAer Beroerten en MlendicKeden, Z. pi. 1616. in-4*. Zie hierboven.
No. 4^, en voor de portretten, in dit werk voorkomende, v. Someren i. v.
5 Juni 1568. Niet bu Muller (No. 64S).
427. Onthoofding van Egmond en Hoome.
Zie: No. 18. Plaat 76.
232 DOOD TAN EOMOND EN HOORNE - JSMMINOEN 1668—1588
6 Juni 1568. Nibt bu Mullbb (S. No. 543 A).
. 428. „JSr^cutum, Oder Enthat4btung der Edlen und
Wólgébomen heider Graffen^ Graffen wn Egmondt/ vnd
Graffen vort Honi/ so am 5. Junij vergangen des 68. Jars
von dem Tyrannen Duc de Alha Gericht sind worden zu
Bru9sd im Nideriand/ wie jrer heider Contrafecten/ vnd
zwischen jnnen jr Epitaphium oder Pompfest/ so das noch
jrer Enthaübtung die Köpff auff zwegen Stangen 6. stund
gesteckt/ wid dem Graffen von Egmondt so Papistisch ge-
storhen/ zwei Liechter angezündt/ aher dem von Hom so
Euangdisch gestorhen/ gar keine/ denen Gott wöUe vnd
vns aüen genedig sein/ Amen.**
Opechrift boven een allerzeldzaamste gelijktijdige gravure. De bovenste
helft der plaat vertoont in twee verschillende tafereelen het onthooföen
der beide graven.
In de onderste helft links het portret te halver lijve naar rechts van
„Princeps Qavens, Egmondanus Comes"; rechts dat van „Philippvs J).
G. Comes Homia'*; in 't midden de tentoonstelling der kisten, omgeven
door militairen. Gravure langw. in-fol. zonder eenigen naam. De voor-
stelling dezer plaat komt geheel overeen met de beschrijving door Mul-
ler onder bovenstaand nommer van een fransche prent gegeven.
31 Juni 1568. Mullbb (No. 546)
429. „Pugna ad Gemingam . . . 1568.^'
Zie: No. 369. Plaat 5.
19 Oktober 1568. Muller (No. 551).
430. „Pugna ad Getam fluyituu Albano Gubematore
1560" (sic).
Zie: No. 369. Plaat 6.
(973)— 1588. Nibt bu Mullbb (No. 552).
431. ^^WHhélm Prince van Oraengién** ^^Anno 1584."
y^Phüippe GutUiaume Prince d* Orange** ^^Anno 1588."
Onderschriften (met 20-regelige verzen) onder de laatste twee geteekende
portretten van een serie; alle leden uit het geslacht Oranje-Nassau voor-
stellend, 't Zijn alle teekeningen in O.-L inkt en sepia, in-4^. z. n. Elk
persoon heeft een wapenschild in de eene, een zwaard in de andere hand.
Alleen naast Willem den Eerste staat een tafel, waarop zijn helm ligt
De verzen onder de afbeeldingen zijn echte rederijkersverzen uit het eind
der 16e of begin der 17e eeuw. Uit de laatste regels van het vers onder
het beeld van Philips Willem is, dunkt mij, gerust .vast te stellen dat ze
gemaakt zijn eer Philips Willem uit Spanje terugkwam. Zij luiden:
„Dezen Prins noch een kint zyndc Jonck van Jaren
1568-1588 HUIS VAN O&ANJB 233
Was te Loeuen ter scholen, beeft duc dalba zeer vreet
Hem gevangen nemende, en wel doen bewaren
Nae Spanien geeonden tegen des oonincz eedt
En landen Priui legie onaengesien ten minsten
Zijn onnoselheyt, en die weldadige diensten
Die tbuys van Nassau, thuijs van Bourgoignen bad gedaen
OcA dat Aif mocht onteomen de» tyrannen ontboen.'*
(ik cursiveer deze laatste regel). De voorgestelde personen zijn de volgenden
Otto Graaf van Nassau, 972; Walraven, 1020; Walraven, 1068; Bobert
1110; Walraven, 1156; Henrick, 1199; Otto, 1213; Hendrik 1254; Wal
raven, 1288; Otto, 1294: Adolf, 1298; Hendrik, 1328; Otto, 1369; Jobon
1400; Adolf, 1420; Engelbrecbt, 1446; Joban, 1475; Engelbrecbt, 1504
Joban, 1523; Hendrik 1538; ,3ene de Cbalon Prince d' Orauge ', 1544
Wilbelm graaf van Nassau, 1560; Willem, 1584; Pbilips Willem, 1588
In verband met bet volgend nommer meende ik deze boogst curieuse
serie van 24 vorsten uit bet geslacbt der Nassau's bier wel te kunnen
opnemen.
1568—1584. Muller (No. 553).
432. ..Willem de Eerste of de ffrondleinrmff der neder-
landsche vryheid. in vier en iAtig ^!^ door J.
Nomsz. Te Amsteldam, by de erven van David-KIippink
. . . MDOCLXXIX."
Gegraveerde titel met zinnebeeldig vignet voor dit gedicbt, 504 blz.
in-4^. groot Bebalve met bet portret van den dicbter en van Prins Wil-
lem I en een vignet boven de opdracbt, is dit werk versierd met een
zinnebeeldige titelprent, links den prins voorstellende, die de Vrijbeid
geleidt naar een met den pijlbundel versierden troon, recbts de over-
vloed, 24 platen (voor iederen zang één) stellen de volgende gebeurtenissen
uit den tijd van Willems leven voor:
Ie zang: Beleg van Maastricbt.
2e ,, Egfmond geeft Alva zijn degen over.
3e ^, Dood van den graaf van Hoogstraten.
4e ,, Alva in den Bloedraad.
5e ,, Ente klooft Agulo voor Vlissingen den kop.
6e ,, Bomero en Hendrik van Nassau voor Bergen.
7e „ Willem I in den nacbt in zijn tent overvallen, maar door t ge-
blaf van zijn boud gewaarscbuwd.
Se .,, Wreedbeden in Haarlem door de Spanjaarden gepleegd.
9e ,, Buygbaver (te Alkmaar) by bet lijk van den spaanscbgezinden
raad, (}ien bij uit bet venster geworpen bad.
10e „ Oranje geeft Bossu te Hoorn z^n zwaard terug.
11e ,, Ontmoeting van Mondragon en Oranje voor Middelburg.
234 GESLACHT VAK ORANJE 1568—1588
13e zang: Mondragon weigert Hequesens allen dienst zoo Aldegonde niet
in vrijheid gesteld wordt.
18e ,, De aanbieding van brood door de Leidenaren a%eslagen.
14e „ Mamix bij het ziekbed van Willem I te Kotterdam.
15e „ V. d. Werf zichzelven tot voedsel aanbiedend.
16e ^ Bequesens sterft terwijl hij aan een maaltijd aanzet
17e ,, Boisot door Mondragon doodelijk gewond.
18e ,^ Een spaanschgezind hopman voor Willem I gebracht
19e ,, Aerschot, burgemeester v. Gent, door Rijhoven beschermd.
20e „ Gbignies, vrijgelaten op verzoek van Mondragon, ontvangt van
Willem I een degen.
21e „ Willem I komt alleen bij de muitzieke Gentenaren.
23e ,, Rennenberg zweert, voor Famese, trouw aan Spanje.
23e „ Willem I wijst met verontwaardiging Spanje's voorslagen a£
24e ^ Frezin, verrader van Breda, door Gbignies doorstoken.
Al deze kwarto platen zijn naar J. Buijs, door Th. Koning en hebben
het adres van J. Smit en zoon en W. Vermandel. Vele der voorgestelde
feiten zijn op geen andere wijze in plaat gebracht
Het exemplaar hier aanwezig is vooral daarom met recht uniek te
noemen, omdat niet alleen de oorspronkelijke teekening van de titelplaat
en der 24 platen in den tekst, hier zijn bijgevoegd, maar omdat van
alle platen één exemplaar aanwezig is vóór de letter, één met de letter,
en één rijk met goud en kleuren a%ezet; terwijl van twee voorstellingen
behoorende tot den I2en en 20en zang nog folio-teekeningen in O. I. inkt,
aan deze serie zijn toegevoegd.
1569. Niet bij Muller (No. 554).
433. Leeuw- en stiergevecht^ uxiarbij de leeuw {Alva
voorstellende) het aflegt.
Zie: No. 18. Plaat 78.
1569. a. Niet bu Muller (No. 555).
434. Alva ontvangt een zwaard van den paus.
Zie: No. 18. Plaat 79.
1569. • b. Niet bij Muller (No. 555).
435. Paulus Buys in gesprek met den prins van
Oranje op een jachtpartij.
Zie: No. 18. Plaat 80.
Augustus 1570. Muller (No. 558).
436. „De gemalin en moeder van Montigni smeeken
Anna van Oostenrgk, bruid van koning Ehilips, om voor-
spraak, bg haaren bruidegom, voor den gevangene."
Zie: No. 11. Dl. XXITT. Plaat n.
156$^1572 ALVA - HERMAN DE RUTTEE - BRIELLE 235
1570. NiBT BU MULLBB (No. 661).
437. Luchtverschijnsd te Scheveningen^ en overstrooming.
Zie: No. 18. Plaat 82.
1571. MuLLBB (No. 564).
438. „Henuan de Ruiter*s stoute daad op Loeveètein.*'
Zie: No. 11. Dl. XXV. Plaat IV.
1671. MuLLBR (No. 566).
439. „Herman de Ruyter."
Zie: No. 12. Plaat 6.
1571? Niet bij Mulleb (No. 667).
440. Genrit Lapperken om zijn anti-roomschgezindheid
uit 's Hertogenbosch gebannen.
Zie: No. 18. Plaat 83.
1571. Mulleb (No. 560).
441. Standbeeld van Alva door hem zelven opgericht.
Zie: No. 269. Plaat 13.
1 April 1672. Muller (No. 578^).
442. Inneming van den Briel.
Zie: No. 259. Plaat 7.
1 April 1672. Niet bu Mulleb (No. 674).
443. De inneming van den Briel. 1 April 1572.
Lithografie in-fbl. door Ch. van Lier te 'sHage.
Rechts de poort, waarop storm geloopen wordt
8 April 1572. Mullbb (No. 679).
444. „Don Pedro Pacieco opper krygs bouwmeester
des H. V. Alva, nevens twee Spaensche Jonkers Opge-
hangen tot Ylissingen in den Jaare 1572.**
Gravure in-fbl. door J. Luiken met bovenstaand onderschrift: Uit Bor.
8 April 1572. Mullbb (No. 579*).
445. „D*opper Krygs Bouwmeester van den Hertog van
Alva, Don Pedro Pacieco, beneffens twee Spaansche Jon-
kers, in den Jaare 1572, tot Ylissingen opgehangen.
Zie: No. 259. Plaat 8.
1572. Niet bu Mulleb (No. 579).
446. Spotfiguren op den paus^ Philips en Alva^ bij de
komst van Idedina Cdi opgericht op de Groote markt te
Ylissingen.
Zie: No. 18. Plaat 91.
236 ' B088U TB BOTTE&DAM 1573
9 April 1579. Muller (No. 580).
447. „Boflsn te Rotterdam."
Zie: No. 267. Plaat 29.
9 April 1578. a. Nxbt bu Muller (No. 580).
448. ^^Zu Rotterdam hetten die Spaenier genomen.
Die flucht mann condten da nich in kome{n)
Die geusen seint Ihnn strook angetzogen frey,** enz.
8-regelig onderschrift in vier kolommen onder eene plaat, de inkomst
yan Bossu voorstellende. Qravure zonder naam. Links de stad.
„Bisz rotterdam da ast derr herr bocu gecome(n)
Hat die bui^r abereth die spanier zu lassen inn
Sie solten syl furenn am andren orten hinn
Nach dem sie gebracht seint inn der phoorten
Tzogen an vil buger (sic) vnd weijber zu morten."
Rechts het aanrukkende leger. In 't midden een groote boom. enigszins
anders en kleiner komt deze plaat voor in Baudartius, door Muller be-
schreven onder No. 580. Zie het vorig nommer.
9 April 1572. b. Niet bu Muller (No. 580).
449. Bossu aan de Oude Hoofdpoort te Rotterdam,
Zie: No. 18. Plaat 84.
9 April 1672. c. Niet bu Muller (No. 580).
450. De Spanjaerdt binnen Rotterdam.
Zinnebeeldig vignet op de gruwelen der knechten van Bossu te Rot-
terdam gepleegd. De 'weeklagende stedemaagd wordt door een krijgs-
man met den dolk bedreigd. Op den achtergrond rechts de Oostpoort.
Gravure door L. B(rasser). Titelvignet voor A. van der Vliet, De Span-
jaerdt hintten Botterdam. Rott. 1772.
1572. Muller (No. 581).
451. nHet beeld van Erasmus door de Spanjaards
beschooten."
Zie: No. 11. Dl. XXV. Plaat L
1572. a. Niet bu Muller (No. 582).
452. De Spanjaarden voor Enkhuizen.
Zie: No. 18. Plaat 85.
1752. b. Niet bu Muller (No. 582).
453. Enkhuizen van de Zuidzeezijde gezien in 1572.
iZ:e No. 18. Plaat 86.
■*^J»faJ I » ■ I
1572 MAKTELAABS YAN OORKUM 237
1673. MuLLBB (No. 584).
454. „in-Rydinge des volstandigen onbeweeghlgcken
Patriots," enz.
Deze door Muller op 1572 geplaatste prent behoort naar mijn oordeel
op 1579 en wordt dan ook in dezen katalogus op dat jaar gevonden.
Na Muller (8. No. 815 A).
1572. a. NiBT Bu Mulleb (No. 586).
455. De geuzen trekken te Dordrecht de Vuüpoort binnen.
Zie: No. 18. Plaat 88.
15 Juli 1572. b. Nibt bij Mullbb (No. 586).
456. Bijeenkomst te Dordrecht tot het regelen der oor*
logdasten.
Zie: No. 18. Plaat 90.
9 Juli 1572. Müllbb (S. No. 587 A).
457. „Camificina Martyrom Gorcomiensiam.'*
Afbeelding van de Qorkumsche martelaars, die naar de galg geleid
worden. Gravure in-8*. zonder naam. Uit P. v. Opmeer, Boomsch Catho-
liek Martelaarthoek. 11,
9 Juli. 1573. Mullbb (Aanhangsel IV. No. 587 E).
458. „Trionfo glorioso de frati minori osservantini
martirizati dalli heretici."
„SpectacYlym constantissimorvm martirym ordinis S.
Francisci de observantia.**
Uitvoerige voorstelling van de Qorcumsche martelaars. Bovenaan ge-
zichten op „Encvsa**, „Alcmaria" en „Qovda.** Italiaansche gravure met
bovenstaand italiaanscb en latijnsch opschrift, een 6-regelig italiaansch
onderschrift, bevattende de namen der omgebrachten en een 4-regelig
latynsch vers daaronder, met den naam: „Batista daparma formisronuB."
9 Juli 1572. Nibt bu Mullbb (S. No. 587 E).
459. „les /kvrs sont apparves en nostre terre. Cantic.
2." „Ce letton n* ayant que trois ou quatre fleurs^ cueiUé
aupres de la Briele en HoUande^ au lieu du demier sup-
plice des biens heureux Martyrs de Gorcom^ par Comman--
dement du Comte de la Marche pour la Foy Catholique
mis d mortj Van 1572. ^ endos dedans vne petite hoUte^
deux ans apres^ qu'estoit Van de nostre Redemption 1617.
a esté trouué^ point sans grand 8f tres eminent Mirade^
accreu en pareu nomhre de fleurs qu^ü y auoit eu des
Martyrs^ d scauoir dixneuf^ les noms desquels s'ensuitienf."
Onderschrift met de namen der „onze martyrs de l'ordre de Sainct
238 GOBKUMSCHS MARTBLAABS - ZINKBPBENT 1572
Frao^is," en der „Huict Martyrs Seculiers &Religieux de diuersOrdres",
in twee kolommen, onder de afbeelding van een bloemruiker; links daar-
van de doos, waarin de tak, die oorspronkelijk slechts drie of vier bloemen
had, maar er later 19 kreeg, rechts de deksel. Zinneprent ter eere der
Gtorkumsche martelaars. Qravure zonder naam, geheel in randwerk, met
adres van „lean de la Rivière" te Cambray 1619.
Augustus 1572. Niet bu Müllbb (No. B88).
460. Roermond ingenomen.
Zie: No. 18. Plaat 92.
1572. Muller (S. No. 588 Aa).
461. „Maeckt y op gh^ bedroefde, Sgt getroost vol
(trouwen.
Verquickt v o Belgica van de persse vol rouwen.
Weixly nu verlost, door een wfls Prince met vlgt
Die t*seemonster dooden sal dat veel Mans en vrouwen.
Sonder Reden ve^^moort heeft, om sgn ayghen profijt.
Maer alle quaet straft de heere tot sonder tgdt.
Den warachtighen Perceus wtliefden gheloedich" enz.
Zinneprent op Willem I als beschermer onzer privilegiën, en scherpe
spotprent op Alva, de inquisitie en den paus. De &bel van Andromeda
en Perseus overgebracht op onze geschiedenis. Holland (als Andromeda)
aan een boom geketend. Het zeemonster is overdekt met een kleed,
waarop het wapen van Spanje prijkt ; het heeft de wapenschilden van Spanje,
Alva, en „encusitie" (sic) op dij en borst. Aan weerszijden van de borst van
dit monster (Alva?) ziet men onder het omgeslagen kleed een zelfde
manshoofd, dat zich met een masker dekt. Het monster wordt door Perseus.
een gewapend man met het wapen van Oranje op zijn schild (Willem I),
die uit den hemel daalt, aangevallen. Rechts op de plaat 16 vrouwen
met de wapens der overige provinciën.
Op den voorgrond verslagen grijsaards en kinderen, de hoofden van
Egfmond, Hoome, e. a., het „Evangeli Ivrame(n)tvm'*, waarboven kroon en
scepter prijkt en waartegen een hand rust uit een soort wolk komende;
een verbroken juk, boeien, enz. Uitnemende gravure met 18-regelig
vers onder de voorstelling; z. n. v. gr. maar in den rechter benedenhoek
een open ruimte voor de namen van teekenaar en graveur, waarin men
(om goede redenen zeker) niets leest dan „Gum privil." Ie staat der plaat.
Een exemplaar gelijk dit werd in auktie de Visser (30 April 1867)
verkocht voor f 60.
1572. ' a. Niet bij Müllbb (S. No. 588 Aa).
462. ^^Verheucht v nedeHandU^ betrouwdt den heere^ goei.
V verlossi^ighe naeckt, v leet wordt gliewroken.
1572 ZINN1SPRBNT OP ORANJE SN ALYA 239
> —
Schaempt v die godt en den coninck d* onneere doet^
En raegt hem tot threken sijns eets^ deur tvcUsch
{toestoken.
Al sittij nu met twee aensiehten ghedoken.
Onder syndeedt, doet hem f zeemonster mede bedeckt^
T sol vemidt worden soo Daniel heeft ghesproken^
Want donschiddich bloet^ liem veel vijanden verweckt.
Den uxzrachtighen Perceus wt liefden gheloedich*^ enz.
Tweede staat van de hierboven genoemde zinneprent. De eerste zes
regels van het 18-regelig vers, zijn vervangen door de hier bovenstaande
acht regels, zoodat het geheele vers nu 20 regels lang is. Van de uit-
noodiging om zich als hertog van Braband te laten huldigen, waarvan
Muller spreekt en die dan in de laatste zes regels van het gedicht moest
, liggen opgesloten, is dunkt mij geen sprake. Zij luiden:
,.0p die Belofte ons Coninez door een vast tractaet
Staen wij Landen op ons preuilegien met Raet
Als Hertoghe van Brabant {hoeft hij) bevesticht met eenen eedt.
Om ons voor te staen maer den ouden haet [Bomé)
Socht ons te bederuen Godt is diet weet
De Leughen deckt haer onder des Waerheyts cleedt"
Op een afiEonderlyk plaatje zijn de volgende latijnsche, duitsche en
fransche verzen naast elkander gegraveerd en onder de hollandsche aQ;;^rukt ;
„Frewe dich Niderlandt vertraw auff godt dem herren
Deyn erloesung nahet, deyns leyts Rach wirst erleben.
Schamet euch de god vnd kunig thut vil onderen:
Vnd radet ihm sejns eydt zo brechen durchs valsch ahngeben.
Al sitz ehr ietz mit zweij ansichter verborgen eben,
Onder seyn clajdt Damit ihm das semonster bedeckt,
T-sal vernielt worden soo Daniel heeft ghesproken,
Want donschuldich bloet.;hem veel vyanden verweckt."
„Belgica plaude, procul vestigia ferte proterui
Queis tam belle animo federa rupta sedent,
Queis iuuat Hispanus Rex vt data federa rumpat,
Promissamq fidem Pacis amore datam.
Candida libertas nu(n)c lumina tangit auita,
Criminis est taciti conscius ipse Pudor,
Ipse latet laruis, latitat sub tegmine monstri
.£quorei, valido fvod teret ense Deus."
„Bedouy toy Pays-bas, et mets en Dieu ta fiance
Car en brief temps, tu auras de tes ennuys deliurance,
Mais vous gens, fiiuz et maling, Trembles rougiasans de hontè:
Qui des mandemens diuins, ny du Boy ne ténes conté:
240 ZINNBPRKNT - BERGEN IN HENEGOUWEN 1672
Car de luy voug moquez, fiiisant rompre sa Promesse.
Combien que soiés masquez de Ihabit de sa hautesse
Ce monstre sera destruit. Comme Daniël recite:
Car Ie sang des bons, qu'on nuit, maints ennemis lui suscitè."
1572. b. NiBT BU MuLLBS (S. No. 588 Aa).
463. „ Verheucht v nederlandt^ hetrouuxit den heere^ goeV*
Dezelfde plaat, met het 30-regeIig vers van het vorig nommer, maar nu
de wapens op borst en kleed van het zeemonster* weggeslepen evenals uit
het schild van Perseus (Oranje). In dezen 3en staat zeker voor een latere
gebeurtenis pas gemaakt. Daar Muller als 2e staat dit exemplaar
noemt, moet, indien er ten minste bij anderen geen exemplaar berust met
het 20-regelig vers en met de wapens, de door hem genoemde 4e staat derde,
en de 3e tweede worden, terwijl de door hem als 2e vermelde vervalt.
22 Augustus 1572. Nibt vu Mulcbr (S. No. 590 A).
464. ^yLes fureurs du fanatisme ou la mort de Coligny.^*
Het verband waarin de Colignj tot Oranje en ons land stond, moge
het rechtvaardigen dat deze uitnemende gravure van Ph. Carresme hier
een plaats verkrijgt.
Zie hiervoor ook No. 18. Plaat 92.
11 September 1572. Mullbb (No. 591).
465. „Montium recuperatie . . 1572.*'
Zie: No. 368. Plaat 14.
September 1572. Mullbr (No. 594).
466. „Aftogt yaü grave Lodew^k van Nassau uit
Bergen in Henegouwen op een rosbaar."
Zie: No. 11. Deel XXII. Plaat I.
1 Oktober 1572. Mulleb (No. 595).
467. Alva geeft Mechelen ter plundering over.
Zie: No. 267. Plaat 83.
16 November 1572. Mullbr (No. 597).
468. Zutfen door de Spanjaarden genomen.
Zie: No. 267. Plaat 34.
30 November 1572. Mullbb (No. 598).
469. Moord te Naarden.
Zie: No. 267. Plaat 35.
30 November 1572. Mullbb (No. 601a).
470. „De Moordt der Spanjaer^len te Naerden geschiedt
den eersten van December in den Jaare 1572."
Qravure breed in-fol. door J. Luiken met bovenstaand onderschrift. Uit
Bor. Ook b is aanwezig.
1572—1578 GOEKUMSCHB MARTBLAEEN 241
December 1572. Muller (No. 601c).
471. „Wreede moordt der Spanjaarden tot Naarden,
den eersten December des jaars 1572."
Opgegraveerde staat der vorige plaat, met zwarten rand om de plaat,
zonder naam van graveur en met ander onderschrift. Deze staat niet bij
Muller. Zie: No. 259. Plaat 9.
December 1572. Mullkr (No. 60i}.
472. „Wreede mishandeling door de Spanjaards ge-
pleegd, aan den zoon van L. Hortensius, in de moord te
Naarden."
Zie: No. 11. Dl. XXIH. Plaat III.
10 December 1572. Muller (No. 605).
473. „Pater C. Musius, op bevel van Lumeg, te Leyden,
in den nacht, opgehangen."
Zie: No. 11. Dl. XXIL Plaat i;i.
10 December 1572. Muller (No. 6063).
474. Den Eerw: Heer Comelius Musius, geboortich
van Delft, Martelaer, Oudt lxxu. Jaeren ende vi Maenden,
is binnen Leyden een Glorieusen Doodt gestorven Anno
D(omi)ni 1572. den 1» Decembris in den laeten donckeren
avondt ten 10. ueren."
Inschrifl in het lijstwerk aan weerszijden en boven het portret van
Musius te halver lijve, naar links, biddend voor een crucifix. Aan iedere
zijde van het portret vior voorstellingen van zijn gevangenneming, mar-
teling en dood. Onder ieder dezer voorstellingen een 3- of 4-regelig
onderschrift en onder het portret een 6-regelig vers. Boven dit laatste
een kroon en palmtakken. Gravure in-fbl. zonder naam.
10 December 1572. Muller (S. No. 607).
475. „Martyrium D. Arendoud et 5 Sociorum." — „Mar-
tyrium, Comelii Musii.'* — „Lambertus et alii Martyres
Harlemensis." — „Martyrium Jacobi et Nanningi et
aliorum."
Vier gravures in-8*. z. n. v. gr. de verschillende gemartelden voor.
stellende. Uit: P. Opmeer, Nederlands Catkolyk Martelaarsboek.
1578. a. Niet bij Muller (8. No. 607).
476. Eerste züting van Willem I in de vergadering
der Staten van Holland en Zeeland.
Zie: No. 18. Plaat 95.
16
242 BBLBO YAN HAART.KM 1672—1673
1573. i' NiBT BU MuLLBB (S. No. 607}.
477. MargareOia van Parma tvardt een schotschrift
in de hand gestopt.
Zie: No. 18. Plaat 96.
11 December 1572—13 Juli 1573. Muller (No. 608).
478. ffWgbout Bipperda, doet een vaderlandsche aan-
spraak, aan de burgers, en schutterg van Haarlem.'*
Zie: No. 11. Dl. XXXTTT. Plaat Hl.
11 December 1572—13 Juli 1573. Müllbb (No. 609).
479. Beleg yan Haailem.
Zie: No. 267. Plaat 36.
11 December 1572—13 Juli 1573. Müllbb (No. 610).
480. „Afbeelding van de Belegering der stad Haerlem
door don Frederico de Toledo, zoon van den Hertog yan
Alya in de Jaare 1572 en 1573, te zien aan de Noord-
z^de der Stad, yan het Huys ter Kleef (zgnde het hooft
qnartier) oyer het Leprooshugs op de H^ye Maan, agter
de Bres, in de Stads muuren, en de Schansen der Span-
jaarden, in die tgd naar het leyen getekent, en heden
ter gedagtenis op het Baadhu^s bewaart, met goetkenring
yan de E.Ed. groot achtbaare heeren Borgemeesteren, en
Regeerders der zelye Stad, na de Echte tekening in 't koper
gsbragt door Henricus Spilman en u^t g^eyen door
enu^us Cleynhens te Haerlem.*'
Onderschrift (en verklaring der cijfers 1 — 35 in negen rijen) in 't holl.
en fr. onder een plaat in 3 bladen de belegering der stad yoorstellend.
Rechts 't huis ter Kleef. Onder in 't niiddelste blad het wapen yan Haarlem.
11 December 1572—13 Juli 1573. Niet bu Muller (S. No. 610 B).
481. „IVÏe hschreijbung des fumendichen vnd toeijt"
hrumten stat Hariem im hóUant mit Ihr Uegrung Vnd
mit samsf\ enz.
Nauwkeurige voorstelling van Haarlem en omstreken. Gravure met
twee 3*regelige inschriflen links^ en rechts in de benedenhoeken der
plaat, z. n. v. gr. Onder in 't midden gemerkt ,,81." Boven in *t midden
een kompas. Zie ook No. 503.
11 December 1572—13 Juli 1573. Niet bu Muller (No. 611).
482. „Dat bdech der Stadt Haerlem In HóOant 1573'*
Inschrift in een label, boven een profiel der stad met de daar vóór ge>
legen belegeringswerken. Onderaan links een kerk en kerkhof Onderin,
1572— 157S BELEO VAN HAARLEM 243
midden in de plaat „Meernskerk". Ona%ewerkte? ets, langw. in-fo1.
Links een weinig naar *t midden: „Harman Muller fecit."
11 December 1572—13 Juli 1573. Mullbb (No. 612).
483. „Tbeleg van Haerlem."
Opschrift in een label boven de afbeelding der stad en omliggend land
met de belegeringswerken. Onder de plaat 12 dichtregels in drie rijen.
In den linker benedenhoek de verklaring der cijfers 1 — 21 en der letters
A, B, en a, b. Bovenin links het wapen van Holland, rechts dat van
Haarlem. Qravure langw. in-4^. naar P. Saenredam, door W. Akersloot.
Uit: S. Ampzing, Begchrijting van Haarlem.
11 December 1672—13 Juli 1573. Niet bu Muller (No. 612).
484. ^^Herstdde hongers-^tvangh^ of Haetiems langh
en strenghe Belegeringhe . . . Treur-spd. Met z^n Vertoo-
ninghen ; In vier Treur-deden. Hersteldt door Steven van
der Lust. Ghespeelt tot Haeriem^ op den 29 Jun^^ Anno
1660." Haarlem, K. Th. Kas, 1660.
Op den titel van dit treurspel een plaatje, Kenau Simons Hasselaar
voorstellende, staande op de wallen der stad. Zij staat rechts op de
plaat, ziende naar links. Achter haar een gedeelte der belegeringswer-
ken. Gravure langw. in-8®. zonder naam.
11 December 1572—13 Juli 1573. Muller (No. 613).
485. „Het Beleg yan Haarlem."
Zie : No. 259. Plaat 10.
11 December 1572—13 Juli 1578. Muller (No. 614 en 8. No. 614).
486. „L*assedio della citta di Herlein in HoUanda."
Opschrift boven een gezicht van Haarlem in vogelvlucht, met de
omliggende belegeringswerken. In den linkerbovenhoek 't spaansche
wapen, in den rechter 't wapen van Haarlem. Onder de plaat, in zes
rijen, een onderschrift en de verklaring der Nos. 1 — 15 (niet No. 1 — 11
zooals Muller in het Supplement opgeeft). Qravure in-plano. „Romae per
Ant: Lafirery 1573."
11 December 1572—13 Juli 1573. Niet" bij Muller (S. No. 614 B).
487. ,,Bdegerung der Stadt Haerlem.''
Inschrift boven in een gezicht in vogelvlucht van Haarlem en omstreken.
Bovenaan : „Des Princen van Vrainen Leger." Onderaan 't spaansche leger
en „Dass haus Cleef aof welc he(m) sich des Hertzogen Sohn Don Friderico
erhelt." Links de Haarlemmermeer; rechts: .,Der Welschen leger." Inden
rechterbovenhoek een duitsche beschrijving van Haarlem en het beleg,
27 regels groot, op een aficonderlijk papier gedrukt en in een daarvoor
bestemd cartouche geplakt. Ter zijde van de rechterbenedenhelfl der stad
de verklaring der letlcrs A — V in de plaat. Gravure in-plano z. n. v. gr.
244 BELEG TAN HAARLEM 157»— 1578
11 December 157»— 13 Juli 1673. Nwr bu Müllbb (No. 617).
488. Tafered uit Haarlems bdeg.
Zie: No. 18. Plaat 99.
11 December 1672—13 Juli 1573. Muller (No. «ISö).
489. „De belegering van Haerlem, Ao 1573."
Rechts Kenau Hasselaar met hare vrouwen; links een der stadspoorten.
Onder de voorstelling de afbeeldingen van een noodmunt en van de voor-
en keerzijde van een vroedschapspenning. Links het wapen van Hasselaar ?
rechts van Haarlem. Gravure langw. mAf*. naar S. Fokke door A. Fokke
Simonsz. Uit?
11 December 1572—13 Juli 1673. a. Nibt bij Muller (No. 620).
490. ^^Omine fodici dvxy Kennav HoUandica Ivdith
Harlemo excurrens 8cevtx>8 sie pdsat Iberos
Siet hier een vrov. ghenaempt Kennav. vroom ais ee{n) ma{n)
die talder tiü vromdic bestrit. den spaenschen tiiran.*'
Kniestuk, naar rechts, Kenau Simons Hasselaar voorstellende, met een
piek in de hand, een pistool op de rechterzijde, achter haar op de
tafel een manshoofd met helm. Gravure in-4^. z. n. v. gr. In den linker,
bovenhoek: „eta. 46. 1573.''
11 December 1572—13 Juli 1573. ö. Niet bu Muller (No. 620).
491. yyOmine fodici duy (sic) kennau hoUandica iiuiita.
aarlemo eycurrens (sic) saeutws sic pulsat iberos.
siet aier fsici een vrou genaemt kennau vroom als een man
die taldertirt {sic) vroomdic bestrit den spensen t^ran,'^
Copie der vorige plaat door S. Fokke, met adres van A. Tolk.
11 December 1572^13 Juli 1573. c. Niet bu Muller (No. 620).
492. y^Kenau Simon Hassdaers, een zedighe doch %noe^
dighe Hddinne van treffdijcken huyse binnen Haerlem^
out 46 jaren, die int bdegh 1572, als Kapitein met bus^
spies en getueer, drie hondert Vrouioen, tegen de Spagniaerts
opvoerde.*^
4^regelig onderschrift onder een beeltenis ten voeten uit van K. H.
met spies in de rechterhand en den sabel omgehangen. Achter haar rechts
een gedeelte vestingwal met een stuk geschut; links drie vrouwen en een
man, die in een huis gaat. Gravure zonder naam, dezelfde voorstelling
van het boven aangehaald nommer van Muller, doch zonder een folio-
nummer op de plaat.
11 December 1572—13 Juli 1573. d. Niet bu Muller (No. 620).
493. Tafered uit het beleg van Haarlem.
Een gedeelte der stadsmuur, door de belegeraars beklommen, waarop
1572—1573 BBLBO TAN HAAHLSM 245
Kenau Hasselaar hare vrouwen aanvoert Staalgravure naar J. K. Egen*
berger en B. Wijnveld. Hierbij dezelfde voorstelling verkleind. Steen-
druk door B. T. V. Loo, met adres van C. W. Mieling.
11 December 1572—13 Juli 1573. Nibt bij Muller (No. «21).
494. Kenau Simons Hasselaar op de wallen van
Haarlem.
In *t midden Kenau; voor haar een vrouw een gekwetst soldaat steu-
nende; achter haar mannen en vrouwen dooreen loopend; rechts op den
achtergrond een verwoed gevecht tusschen bestormers en belegerden;
links eenige gebouwen. Uitvoerige teekening in O. I. inkt en sepia door
J, P. Kaaiman 1866.
11 December 1572—13 Juli 1573. Mullbb (No. 6223).
495. „Belegering der Spaensen Vleit constantia fatum
van 1572 en 1573°*
Opschrift boven een voorstelling van het uittrekken van K. H. O&choon
de afbeelding gelijk is aan de door Muller beschrevene, verschilt het
opschrift. Gravure langw. in-*", z. n.
11 December 1572—13 JuU 1573. Mullbb (No. 623).
496. „Kenau Hasselaar."
Zie: No. 12. Plaat 7.
1573. MuLLSB (No. 624).
497. Hevig geyecht aan den Diemerd^k, tusschen de
Spanjaarden uit Amsterdam en Sonoy.
Zie: No. 267. Plaat 38.
1673. ' Mullbb (No. «26).
498. „Quirgn Dirksz. burgemeester van Haarlem, aan
een galg, op de wal opgehangen.**
Zie: No. 11. Dl. 1XXIV. Plaat U.
1573. a. Nibt bij Mullbb (No. 626).
499. 't Hoen door de Licques na HaarlenCs inneming
vrijgelaten.
Zie: No. 18. Plaat 100.
1573. ^. Nibt bij Mulleb (No. 626).
500. Tafered in de Spaamwouderstraat te Haarlem
na het innemen der stad.
Zie: No. 18. Plaat 102.
1573. Muller (No. 627).
501. „Liefde getrou tot het gemeen beste
246 BELEG YAN HAARLEM 1572—1678
Met goede wil bonen tVermogen groot
Brachten°^y(helaes) in d'uterste noot
Vant zwaerdt, van honger, va(n) felle peste
Van lastige schulden, van armoet bloot
Van een yerderflyke brandt int leste
Dit maect dees scoon Stee een ellendich neste.'*
„Tis t^en uwe aengeboom goedicheyt
Edel Pnnce trouwe weldaet te vergeten
Helpt doch dees help waerdige Stee met spoedicheyt
Dye door weldaedt vroom in dasche(n) leyt gesmeten
Gedenct hoe haer wjtvermaerde Stoutmoedicheyt
Vande Spaensche macht den spits heeft a%ebete(n)
En tiant bescermt dat in anxte(n) was gezeten."
De inhoud van dit vers, in twee kolommen van zeven regels, onder in
de plaat aangebracht, toont duidelijk dat deze prent met een ander doel
is gemaakt dan het door Muller vermelde, dat het n.1. een zinneprent zou
zijn op de smeekingen van Haarlem aan den Prins om de stad te ver-
lossen. De geheele voorstelling doet mij vermoeden dat wij te doen
hebben met de afbeelding van een tooneel. door een der Haarlemsche
rederijkerskamers na het beleg vertoond, om zijdelings Prins Willem te
bewegen tot geldelijke hulp aan hen, die door het beleg geleden hadden.
Het antwoord, den prins in den mond gelegd, sterkt dit vermoeden. Hij zegt :
„V lasten zyn groot dochter voor v te dragen
My jammert uwer wt vrundtlyc mede dogen
Maer v te verlichten naer eysch van v dagen
Vermach ie nyet geen hulp can ie v betogen
Want ie draech bij na zelf last na myn vermogen."
Zeldzame gravure, langw. in-8^ z. n. v. gr.
De prent vertoont links den „Prince van Orangien" met twee edelen
achter zich. „Hoge Noodt", „Begeerlyck Verlangen", „TgemeenlandV*,
,.Officium" en „Pietas" staan, als op een tooneel, rechts van hem. In 't mid-
den op den voorgrond ligt „Haerlemsce Burgerye" geknield, voorgesteld
dis een vrouw met een last op den rug en door „Calamitas", die achter
haar staat, met een keten gebonden. In een lint met vijf vouwen leest
men de aanspraken der verschillende personen, met het door mij vermeld
antwoord van den prins in 't midden.
1673. MüLLEB (No. «29).
502. „Pieter Dirksz. Hasselaar gevangen genomen."
Zie: No. 19. Deel II. 5. BI. 274.
18 Juli 1573. NiBT BU Müllbb (No. Ö80).
503. „öer von alba hatt tnit ke^n schiessen vnd stormen
Die stadt von Jmrlem nit konnen geudnen
1B78 BELBGBRINGBN VAN HAARLEM BN amtmaat^ 247
.... Mann hahen sich oneirüich obergehen
Vnd seint JemmeAxch gebracht vm leijb vnd leben''
Begin en slot van een 8-regelig duitsch vers in vier rijen onder
een curieuse voorstelling van den moord door de Spanjaarden te Haarlem
gepleegd. Gravure zonder naam van graveur, met het volgnommer ,.85"
onder het vers en tot dezelfde serie behoorende van de, hierboven onder
no. 481 vermelde, die het volgnommer ,,81" heeft. Uit een duitsch boek?
1B78. MüLLBR (No. «33).
504. „De Haarlemsche Verdedigers."
Vier van de twaalf gravures onder bovenstaanden naam bekend. Vgs.
Muller S. No. 032 zijn ze echter ten onrechte alzoo genoemd en zijn het
afbeeldingen van verschillende militaire rangen in een regiment van
Keizer Rudolf II. Ik vermeld ze dus hier pro memorie. Hierbg acht
kleine gravures, kopién naar de grootere origineelen?
22 April 1B73. Müllbb (No. 588).
505. Oyerwinning op de Spanjaarden by Vlissingen.
Zie: No. 267. Plaat 39.
5 Augustus 1573. Muller (No. 039).
506. Earel van Boisot neemt het fort Rammekens.
Zie: No. 267. Plaat 40.
1573. a. Niet bu Mullbe (No. 642).
507. ^yBdegeringhe ende beschriuinghe der wijdt ver-
maerde stadt Alcmaer in noort hoUa{n)dt gheschiedt den
21 Augu{8tus) An{n)o 1573."
In de bovenste helft der plaat, die dit gegraveerde opschrift draagt is het
plan der stad Alkmaar a%ebeeld; hooger op Uitgeest, Akersloot, Castricom,
enz. In de onderste helft links: ,,Ouddorp", rechts: .,Huy8waert" Links
van de plaat het wapen van Holland, rechts dat van Alkmaar. Aan weers-
zijden van en onder de plaat, in zes kolommen: „Corte ende warachtighe
Beschrijvinge der Stadt Alkmaer: mitsgaders de Belegeringhe/ gheschiedt
in 't Jaer 1573. Ende oock van de Destructie der ouae Stadt Vroon."
De Ie — 4e kolom bevat eene kroniek van Alkmaar s geschiedenis van
889—1607. Twee derde van de derde en vierde kolom worden inge-
nomen door een tweede gravure (waarover straks nader). De vijfde kolom
begint met: „Hoofd-letters tal-dicht op de belegerde Stadt Alckmaer
ghemaeckt", een 24-regelig vers. Daaronder: ., Incarnatie, door P. C.
dienaer des Woorts Gods t' Alcmaer/' twee regelig chronosticon ; en dan:
„Vant Innemen ende Destructie der stadt Vroonen.'* De tweede gravure
heeft betrekking op deze laatste stad. Op den achtergrond ziet men de stad
belegerd en in brand gestoken. Op den voorgrond is de Faam. naar recht^
blazende, a%ebeeld boven een kruis. In het dwarshout leest men „eCCe
248 BKLEG TAN ALKMAAB 1573
Cadit Mater frislee." Onder den linkerarm van het kruis ia het wapen van
Vroonen: „:Sigillvm: Civivm: de -.Vronle Geist:"!-" a%ebeeld. Onderden
rechterarm een klok, waarop, volgens het onderschrift, gegraveerd is
o o o
A VBDOMINI. HCC. LXXX. TElfPORE. ALARDI *.' PRESBITEBI. AC. MENCI8.
SEPTEMBRI •.•
Onder dit opschrift, dat, in een cartouche, onder de gravure, in gewoon
romeinsch en in g^thisch schrift, is aangebracht leest men het volgend
Öregelig hollandsch vers:
„Nulloon (?) die bouen datum Staen
Willen V tot swyghen raen
Dwelck in den dato niet behoort
So bruijct die int voorgaende woort
En leest vrij heel een ander thoon
Dop schrift des Clocks is van Vrooin."
Dit vers is niet zeer duidelijk. Volgens de „Verclaringe op de letteren
van de Clock", aan het einde der zesde kolom, komt de beteekenis hierop
neer: De g^thische letters op de klok zijn zoo gegraveerd dat de tweede
letter even goed een N als VR zijn kan. „Die tweede letter staat ver
van de A af. Nu behoort men niet te lezen An{n)o Domini maar A Vro
Domini (De Heeren van Vro{nen).
Hoogst zeldzame plaat, zonder naam, maar met het volgend adres:
„Ghedruct tot Alckmaer, by lacob de Meester, Voor Jacob WiUemsz.
Paets/ Boeckvercooper /woonende op 't Cruyswerck/ in 't Schrijfboek. 1607."
Onder No. 759 van den Catalo4/u4 der Frentterzameling van Alkmaar^
vermeldt de heer C. W. Bruinvis, deze of soortgelijke afbeelding van de
.,Belegeringhe" waaraan echter de „Beschrijvinge" en het plaatje over Vroo-
nen ontbi^kt. Onder No. 643 beschrijft Muller in zijn catalogus een
exemplaar, waarvan de „Beschrijving" loopt tot 1030, en in vier kolom-
men is gedrukt, terwijl hij in 't geheel geen melding maakt van het
plaatje over Vroonen. De door hem beschrevene, blijkbaar veel latere
staat wordt zóó zeldzaam genoemd dat alleen dat exemplaar bekend is.
Dozy vermeldt een exemplaar als dit.
\
\
1573. *. Niet bij Muller (No. 642). \
508. ^yBdegeringe der Stadt Alckmaer/ onder H heleyt
van Don Frederico de Toledo/ int Jaer ons Heeren ende \
Salichmaeckers Jesu Christi/ 1573." \
Opschrift op een a&onderlijke strook en in gothische drukletters boven *
een plattegrond der stad en een groote uitgestrektheid daar omheen. De
uiterste plaatsen zijn hier ongeveer dezelfde als op het vorig nommer;
alleen is deze kaart op grooter schaal geteekend. Op een cartouche
links in den bovenhoek leest men het volgend inschrift: „Alcmarias
vrbis hollandiee ab hispanis grauiter obsesisse Anno millesimo quingentesimo
1573 BBLI6G YAN ALKHAAE 249
septuagesiino tertio exactissima delineatio.*' Rechts in den benedenhoek,
mede in een sierlijke cartouche, de verklaring der cijfers 1 — 31 in den
plattegrond voorkomende. De „Corte en(de) waerachtige Beschrijvinge
der Stadt Alcmaer: mitsgaders de Belegeringe/ geschiet in 't Jaer 1573.
Ënde oock vande Destructie der oude Stadt Vroon," vormen hier met
het .,Tal-dicht" en het prentje, dat op Vroon betrekking heeft (reeds
bij de vorige beschrijving genoemd), en de verklaring der letters A-G. •
d^r niet voorkomende, zeven genummerde kolommen ter zijde en onder
de plaat, waarbij dan het plaatje van Vroonen, de dubbele breedte der
anderen heeft. Deze op Vroonen betrekking hebbende afbeelding is in
teekening juist 't omgekeerde van de vorige en draagt den naam van
Regnerus è Persijn, als sculptor. Ook hier loopt de kroniek tot 1630
evenals in het exemplaar door Muller beschreven. De groote afbeelding
is zonder naam en deze prent heeft het adres van Jan Volckersz, op de
. Mient, in den witten Os, te Alkmaar, onder aan den tekst.
Onder No. 191 en S. beschrijft Muller de kleine gravure dezer plaat
a£Eonderlijk naar het ex. uit den atlas v. d. heer C. W. Bruinvis. Daar
hij een exemplaar vermeldt, waarop de naam van Persijn voorkomt, is
dit blijkbaar slechts een deel van de hier beschreven kopie der vorige
plaat, en mag die, in zijn geheel, wel zeer zeldzaam genoemd worden.
1573. MüLLBR (No. 646).
509. „Het beleg van Alkmaar."
Inschrift in een lint boven de afbeelding van Alkmaar en omliggend
land. Op den voorg^nd links het optrekkend Spaansche leger. Gravure
breed in-fol. z. n. (door C. Decker). Onder de plaat een afbeelding der
Spaansche stormbrug en de verklaring der Nos. 1 — 15 in 5 rijen. Hierbij:
b. Dezelfde plaat, met een dikke zwarte lijn om de plaat. c. Dezelfde plaat, in
den linker bovenhoek „Tom. I No. 9." Uit:LeClerc. (Zie No. 259. Plaat 11).
1673. Muller (No. 647).
510. Beleg van Alkmaar.
Zie: No. 267. Plaat 41.
28 Augustus 1573. Mulleb (No. 649).
511. Geertmidenberg by verrassing aan de Spanjaarden
ontnomen.
Zie: No. 267. Plaat 42.
11 Oktober 1673—1830. Niet bu Muller (No. 649).
512. ^^Gedenkstuk van Neêrlands heldendaden ter zee^
van de vroegste dagen af tot op den tegenwoordigen tijd.
Nieuwe^ omgewerkte en vermeerderde pradituitgave, dioor
G. Engdberts Gerrits. Te Amsterdam^ h^ G. Portidje,
MDCCCXXXI — XXXJV."
In dit werk, 2 dln. in-8®. groot, komen de volgende platen voor;
250 SLAG OP DB ZUIDBAZBE 1673
Ie Deel 1. Het yignet op den gegraveerden titel stelt Joost Bankert
voor z^n zoon vermanend den brand in 't kruit te steken. (1646).
,, 2. ,^lag op de Zuiderzee tegen Bossu, den 11 October 1573.''
(Muller No. 651). Met a&onderlijke verklaring, 2 blz. in*8^.
,, 8. „Zeeslag tusschen den admiraal Tromp en Blake, bij Dover,
den 10 December 1652.'* (Muller No. 2057). Met verklaring
als voren.
Ue Dl. 1. Het vignet op den gegraveerden titel steltvoor: Het gevecht
tusschen Melvill en Oorthuis bij de straat van Gibraltar 1781.
,, 2. „Tafereel voorstellende den derden dag van den vierdaagschen
zeestrijd tusschen de Nederlanders en TBngelschen, den 13
Junij 1666." (N. b. M.) Met verklaring als voren.
„ 8. „Het ten anker komen voor Goereé van een gedeelte der
nederlandsche vloot, na den vierdaagschen zeeslag, en het
opbrengen van vier veroverde engelsche schepen, in den
jare 1666." (Muller No. 2239). Met verklaring als voren.
,, 4. „Zeeslag der Nederlanders tegen de Engelschen bij Doggers-
bank 5 Augustus 1781." (Muller No. 4437). Met verklaring
als voren.
Behalve het bovengenoemde zijn aan dit exemplaar nog toegevoegd
fitc-simile van een brief van v. Speyk aan Mevrouw de Dieu van 19
December 1830 en de gegraveerde afbeelding eener medaille op v. Speyk
door D. Veelwaard.
Het schijnt dat deze laatste in de plaats gekomen zijn van de nog
toegezegde plaat, die van Speyk voorstellen zou het kruit ontstekend,
welke door den dood van den graveur P. Velijn niet tegelijk met de
vijfde plaat kon a%eleverd worden, maar volgens een hierbij gevoegd
„Berigt aan H.H. inteekenaren" door W. Nieuwhoff zou worden gegraveerd.
Als men nagaat dat dit bericht van Oktober 1836 is; dat het 2e deel
van het werk reeds in 1834 verscheen en de plaat onder no. 3 van deel
II vermeld, eigenlijk nog niet dezelfde is, die men had denken te geven,
dan blijkt uit al deze berichten en veranderingen wel, dat deze uitgave
met veel hindernissen te kampen had. De gravures zijn langw. in4^.
naar H. Vettewinkel Dz. door P. Velijn of W. Nieuwhoff.
11 Oktober 1573. Müllbb (No. 650).
513. Slag op de Zuiderzee door Bossu verloren.
Zie: No. 267. Plaat 43.
11 Oktober 1573. . Mullbb (No. 651).
514. „Slag op de Zuiderzee tegen Bossu, den 11 Oc-
tober 1573."
Gravure langw. in4^. met bovenstaand onderschrift, naar H. Vette-
winkel Dz. door W. Nieuwhoff. Met 2 blz. aficonderl. verklaring in-8*.
Zie: No. 512. Dl. I. Plaat 2.
1S7S~1S74 ALTA YSSnSKT - MOOKSBHEIDB 251
11 Oktchtst 1573. Mcllbb (No. C5S^).
515. tfSIag op de Zmdeizee."
Zie: No. 269. Dl L Pint 10.
11 Oktober 1578. Mclusb ;Na 653).
516. ,,SIagli Tan Bossa."
Inschrift in een lichte wolk boven de afbeelding- der zee met talrijke
vloot Op den achtergrond links Hoorn, rechts Ënkhoizen. Onder de
plaat, in één regel, een versje op Bossa; daaronder de verklaring der
nommers 1 — 36 in vijf rijen. Gravure langw. in4^. door P. C. H.
November 1573.' Mcllbb (No. «5T;.
517. „Geyangenneming yan F. yan Mamix, heer yan
Si Ald^onde."
Zie: No. 11. Dl. IL Plaat IL
December 1673. Mcllbb ^No. 35S).
518. „Schandeljk yertrek yan Alba, uit Amsteldaiii.*'
2-regelig onderschrift onder een gravnre langw. in-12*. getrokken
in-S*, z. n. waarop een rijtuig is a%ebeeld, dat met twee paarden be-
spannen en door een zevental personoi gevolgd, bij lantaamücht vaneen
woning wegrijdt waar een paar lieden over de onderdenr zien. Komt
als bovenste van twee plaatjes ook voor in L. v. Ollefen. Vtriorte ie-
tcktyting coH Aeuteldam 1782.
December 1573. Nibt bu Mcllbb ;No. 658).
519. Mva ziety m een bdderwagen Amsterdam ver-
latende^ de vloot van Bossu gedogen.
Zie: No. 18. Plaat 103.
18 December 1573. Mcllbb iNa «59).
520. Alya*s yertrek.
I Zie: No. 367. Plaat 47.
I 2» Januari 1574. Mcllbb (No. wa\
j 521. Zeeslag bg Bergen-op-Zoom.
I Zie: No. 267. Plaat 48.
j 1574. McLLEB vNa 663).
522. Het bel^ yan Middelburg.
Zie: No. 267. Plaat 49.
9 Februari 1574. Mlxlbb iNo. 66*:.
523. Middelburg gaat oyer aan Oranje.
Zie: No. 267. Plaat 50.
14 April 1574. Mcllbb (No. 665),
524. Slag op de Mookerheide.
Zie: No. 267. Plaat 52.
252 MOOKEBHJfilDE - BELSO TAN LEIDEN 1574
14 April 1574. Muller (No. 666).
525. „Pagna Mochensis Ludooico Requesenio Guber-
natore 1574.'^
Inschrift, met verklaring der letters A-S, in een breed lint boven de
afbeelding van de landstreek. Links op den voorgrond het gevecht.
Gravure in-fol. door J. W. Baur. TJit Strada, De bello Belgieo. Bechts
bovenaan gemerkt: ,,277."
14 April 1574. Mulleb (No. 667).
526. „Pogna Mochensis . . . 1574."
Zie: No. 369. Plaat 8.
14 April 1574. ^ Mulleb (No. 668).
527. „Den yeldtslagh yan Moockerheyde onder den
heere Lydovicvs de Reqyesens An. 1574."
Dezelfde voorstelling, doch omgekeerd, van No. 525, met bovenstaand
inschrüt en hoUandsche verklaring der nommers, in het lint Gravure
in-fol. z. n. Links bovenin: „fol. 310", rechts: „fol. 311."
6 Juni 1574. Mulleb (No. 670).
528. Pardon te Brussel afgekondigd.
Zie: No. 267. Plaat 51.
1574. MüLLEB (No. 671).
529. „Kaarte yan de Belegeringen der Stadt Ley-
den . . . Ontworpen en Affgetekent door Joost Jansen
Bilhamer. Die de Spaanschen in 't Selve Belech yoor In-
genieur heeft gedient." .
Inschrift in een cartouche, waarboven het wapen der stad, links in een
situatiekaart met „Voskuyl" links en „Leyderdorp" rechts als uiterste
plaatsen. In den rechterbenedenhoek een monument waarin de .,Verklaringe
der getallen" (l — 40, in vier rijen) „in en om de Stadt aangeteikent."
Onderin: „Dese Accuraat G^ecopieert in 't Jaar 1717, door my T.
Reets.'' Gekleurde gravure in-plano door I. Stemmers.
1574. MuLLBB (No. 671).
530. „Kaarte yan de Belegeringen .... En nu ten
dienste der Vaderlandsche Historie yerkleind. Te Am-
sterdam by Is. Tirion 1752.'*
Gravure langw. in-4*. z. n. v. gr.
Mei 1574. Niet bu Mullbb No. 671]-
531. Baldeus op de Z^l met de schepen aankomende^
ter belegering van Leiden.
Zie: No. 18. Plaat 106.
1574 BBLEG TAK LKIDSN 253
1574.. Muller (8. No. 671c).
532. „Het beleg en ontset yan Leyden: 1574."
Inschrifi in een lint, waarboven links de Vrijheid, voor wie de Dood
Tlucht; rechts de Gkxlsdienst. Tusschen deze beide, drie gfewapende per-
sonen op wier schilden de wapens van Holland, Leiden en Oranje zijn
aangebracht. De Nijd vlucht voor den laatste. Onder het lint drie wind-
blazende engeltjes. De plaat vertoont Leiden met het omliggende land.
Rechts op den voorgrond een verwoed gevecht bij „de land schyding."
Links de punt van een vaartuig, waarop men leest „ark van Delft"* In de
beide bovenhoeken zijn de papieren noodmunten nog niet a%ebeeld, die
op de volgende staten voorkomen. Fraaie, oudtijds gekleurde gravure
in-plano, z. n. (door R. de Hooghe). Links op een aÊx)nderlijk blad een
„Opdracht aen de burgerye der stad Leyden", van „Johannes Tangena",
in één kolom; rechts een gedicht van76regels, door M.Z. Boxhom: „Ter
eeren Den Almogenden God, Heere der Heirscharen Wert de leydsche
borger A%ebeeld" enz.; deze staat wordt door Muller vermeld naar het
ex. van den heer A. J. Nijland.
167*. Muller {No. 612a).
533. „Het beleg en ontset van Leyden: 1574."
Dezelfde plaat, met in de beide bovenhoeken de afbeelding van „Papiere
Geit" en onder in de plaat: „Romijn de Hooghe fecit. J. Tangena excudit
cum Privilegio Ordinum Hollandia et Westfrisia."
1574. Muller (No. 672^).
534. „Het beleg en ontset van Leyden: 1574."
Dezelfde plaat, latere staat, rechts onderin: „Landscheiding" en link.s
„Rom. de Hooghe fecit." in veel kleiner letter en zonder adres.
1574. Muller {8. No. 6733).
535. „Af beeldinge yan de belegeringe der stad Leyden
geschiet Anno. 1574*'
„Le siege de la yille de Lelde en 1574''
Op- en onderschrift van een situatiekaartje langw. in•4^ zonder naam
van graveur. Links bovenaan „die zee", rechts „de Drecht" als uiterste
punten. Onderaan rechts gemerkt „b", bovenaan: „Pagina 480."
Ook een exemplaar zonder dit laatste en één zonder fr. onderschrift
(Muller No. 673} is hierbij.
1574. Mulleb (No. 674).
536. Beleg yan Leiden.
Zie: No. 267. Plaat 63.
1574. MüLLBB (No. 676ö).
537. Beleg yan Leiden.
No. I. Het eedzweren en 11. ,.Di88idium*' van den eersten door Muller
254 BELEG VAN LEIDEN
1574
beschreven staat Hierbij nog No. 8, 4 en 5 zonder de gebeeldhouwde
pilasters aan weerszijden der plaat Veel latere afdruk.
1574. Mulleb (No. 675*).
538. Beleg yan Leiden.
Serie van zes platen over het beleg en ontzet van Leiden. Kopiën der
platen door Muller beschreven.
I. Het eedzweren met hebr. opschrift boven in 't midden der plaat,
in een wolk.
II. „Muijtereij." in een cartouche, evenals de volgende twee.
m. „Hongers noot''
rV. „Hier Blyvese Doot"
V. Aankomst der schuiten met levensmiddelen na 't ontzet.
VI. Dankstond, met hebr. opschrift in een wolk.
Alle gravures langw. in-4*. zonder naam (door Harrewijn?) Hierbij:
No. 1 en 6 der door Muller onder c beschreven platen. De nommers
1 en 6 boven de plaat en de hebreeuwsche opschriften weggeslepen, en
een 4". blad, met zes 2-regelige verklarende verzen in boekdruk.
1574. NnsT bu Mullee (No. 675).
4
539. ^^Bdegering en ontsetting der stadt Leyden**
Gedeeltelijke titel van het werkje van R. Bontius, waarin 8 vertoo-
ningei) voorkomen, van voorvallen uit het beleg; in grove houtsneden,
langw. in-l2^ zonder naam. Zij stellen het volgende voor:
I. Leidens raad (3 personen hun zwaarden kruisende) zweert de
stad te zullen verdedigen.
U. Opeischen der stad door de Spanjaarden,
ni. uitval der Leidenaars.
rV. V. Voorstelling der ellende in de stad.
VI. De spaansche generaal door z^n leidsche minnares overgehaald
de bestorming uit te stellen.
VII. Aankomst der schuiten met levensmiddelen.
Vin. Ontvangst van Willem I.
Onder ieder plaatje een 4>regelig vers. <
1574. Niet bij Mulleb (No. 675).
540. „De Burgemeester der stad Leyden P. Azn. van
der Werf weigert aan eenige burgers de overgave dier stad.''
Gekleurde gravure in 12®. z. n. v. gr.
1574. a. Niet bu Mullbb (No. 676).
541. Van de Werff hij het hdeg van Leiden.
Onderschrift onder eene plaat, waarop v. d. Werff, in het midden
staande, zijn degen aan de oproerige burgers aanbiedt, om hem te door-
1674 BBLBO YAN LBIDBK 255
steken. Beclits op den voorgrond, een vrouw met drie kinderen; links
het stadhuis. Steendruk naar G. Wappers door P. W. M. Trap, met
adres van P. van Sianten.
1674. i. Niet bu Mulleb (No. 876).
542. „Van de Werff^ bij het beleg van Leijden.**
Steendruk naar de schilderij van Wappers, z. n. v. br. in-fol. Zie:
No. 17. A«. 1574.
1674. c. NiBT BU Muller (No. 876).
543. „Het beleg van Leiden.^'
DezelMe voorstelling, naar de schilderij van Wappers. Steendruk naar
de staalgravure vanW. v. Senus, langw. in•4^ üit: Nederlandseh Museum.
1574. d. Niet bu Muller (No. 676).
544. Het beleg van Leiden.
Staalgravure door J. B. Tetar van Elven. Met adres van K. Fuhri,
langw. in-lS".
1574. Muller (No. 879).
545. Keter Adriaansz. van der WerfF biedt zichzelyen
den moitelingen aan.
Ofschoon Muller opgeeft dat deze plaat in Kok, Vaderlandsch woorden-
boek behoort, heb ik haar in geen exemplaar gevonden. Zie: No. 11.
1574. Muller (No. 68O0).
546. Van der Werf biedt zgn lichaam den weder-
spannigen -aan.
Gezicht in een kamer, door een kroon met kaarsen verlicht. In 't mid-
den van der Werff zijn degen aan de omstanders aanbiedende. Gravure
in-4^. naar en door R. Vinkeles 1774. üit L. v. Merken, Tooneelpoezy.
Hierbij: h. Dezelfde plaat, proefdruk vóór het onderschrift, en e. onaf-
gemaakte etsdruk.
1574. Muller (No. 6823).
547. Van der Werff biedt zyn lichaam den weder-
spannigen aan.
Geheel dezelfile voorstelling, doch verkleind als het -vorige nommer.
Gravure in•8^ naar en door R. Vinkeles. üit: L. v. Merken, Beleg
van Leiden. Leiden 1774.
1574. a. Niet bu Muller (No. 881).
548. „Wend uxo gezigt niet af! Ik ben getroost te
sterven . . . ."
Van der Werff zijn degen aan eenige soldaten aanbiedende. Grav. in•4^
naar J. Buys door Th. Koning 1782. Uit: J. Nomsz, Willem de Eerste.
256 BELEG VAN LEIDEN 1574
■I ■ ^^»^— ^^— ^■^^■— — ^— ^^^^— ^P»^^— ^^^^^i^ ■ I I ■ I ■■ I ■■■■■■■ - ■ ■ ■■! ■_-— I ■ ■ ■ ■■ ■ ■■ ! ■ . ■ ■ ■! ■
P ■ ^^^^^^»^^— ^fc^^i— ^^^^^»^^— » ■ I » ^1M^»^ ■ ■^■^— ^—^M^ ■ ■■.■■■■ 1.1 ■■IMll 11»
1574. b. NiBT BIJ Muller (No. «81).
549. Standvastigheid van van der Werff.
Andere voorstelling. Gravure naar J. Buys door Th. Koning 1781. met
adres van J. Smit & Zoon en W. Vermandel.
1574. Muller (No. 682).
550. „Zoo wordt standvastigheid en getrouwheid be-
waard."
Onderschrift onder in een zinneprent op van der Werff. In 't midden
zijn borstbeeld naar rechts, in medaillon, geplaatst tegen het middenstuk
van een monument, op welks hoeken twee pyramidale steenen staan,
waartegen twee zinnebeelden eveneens in medaillon. Links: twee mannen
een zuil opzettende, met opschrift in een lint: „Moed geeft kracht.";
rechts v. d. Werff zich aan zijne medeburgers aanbiedende met dergelijk
opschrift in lint: ,.Getrouwheid heeft magt." Boven het portret het
wapen van Oranje met twee leeuwen als tenanten. DéAr boven het alziend
oog, met het onderschrift op een lint: „Zulk een bijstand kan nooit missen." ;
en met het bovenschrift: ,,Soli Deo gloria." Onder het portret in 't midden :
een schilderij met de Leidsche stedemaagd, rechts van haar Geloof en
Hoop,. een watergod en een kasteel, waarboven de zon opgaat: links een
Spanjaard door bliksemstralen getroffen, naast hem het spaansche wapen.
Links van het portret een engeltje met devies: .,Tot een voorbeeld":
rechts een engeltje een juk verbrekend. Gravure naar A. C. Hauck (niet
Haack zooals Muller heeft) door N. v. d. Meer Jun. Rechts bovenaan
gemerkt: „2." Hierbij dezelfde plaat voor alle op- en inschriften.
1574. Niet bij Muller (No. 683).
551. ^^Deugdzaame daaden kunnen niet verduisterd
blijven, mdlxxiv."
Randschrift in de eene zijde eener medaille, een zou vertoonende, die
het wapen van Leiden beschijnt en een op een speer staauden hoed,
waarbij: „door P. A. v. d. Werf," terwijl de andere zijde tot randschrift
heeft „zyn daaden doorstraalen als een lichte zou, in 't boek der helden
vereeuwigd," en een zon vertoont die een zwaard, lauwerkrans en boek
beschijnt, in welk laatste staat: „Petrus Adriani Werfius. nat. Leidee
1529 denatus 1604." Gravure langw. in-4". z. n. v. gr.
Muller (No. 683).
552. Monument ter eere van van der WerfiF in de
Pieterskerk te Lejden.
Afbeelding van dit monument dat bovenaan prijkt met het borstbeeld
van P. A. V. d. Werff. Daaronder in ovaal, met rijk gebeeldhouwd rand-
werk, waarin onderaan o. a. de wapens van v. d. Werff en Duyst van
Voorhout voorkomen, een latijnsch inschrift van 15 regels onderteekend:
1574. BELBG TAN LBIDBN 257
„I. Westerbaen*' loannes
„Petrus ( Ab. Aasendelft."
Adroanus
Onder de plaat een 14-regelig vers in twee kolommen van J. Vos.
Gravure ^. in-lbl. door P. Phillippe, de letters van het vers door Jemaer.
Onderin het randwerk: „R. Verhuist A*. 1661."
1574. Nut bu Mulleb (No. 683).
553. Magdalena Moons en Valdez.
Zie: No. 18. Plaat 109.
1574. NiRT BU MULLBB (No. 685).
554. Uitval van den Gouverneur Bronkhorst uit de
Rijnsburger poort.
Zie: No. 18. Plaat 107.
1575. MüLLBB (No. 687).
*
555. „Laet * ons * noch * hoyden * de * wapenen *
in * hande * op * dat * de * naem * van * vrie * lande
* niet * en * gedie * tot * groote * schande *.*'
Opschrüt boven den loop van een snaphaan, a%ebeeld tusschen twee
kanonnen, op een gravure langw. in-4^. De plaat behoort in een vlugschrift
van 16 blz. in-8^ getiteld: ^yBeschr^ving van een atmmerkel^ke snaphaan
met Ket wapen en tpreuk 4tf heeren tan der Does Noortwyk^ van Ao.
1573 benevens twee stukken geschut, gevonden in de verlatene leger-
sehantzen der Spanjaarden Hj het roemruchtig ontzet der stad Legden^ anno
1574, beschreven door J. Ie Francq van Berkheg, geboren burger van Legden.
Om te kunnen gevoegt worden bij desielfs Verheerlijkt Legden. Voor den
auteur, en te bekomen b^ F. de Does. F. Z." Gravure z. n. v. gr.
1574. NiBT BU MULLBB (No. 687).
556. Doorsteken van de landscheiding htj Zoetermeer
in 't hdeg van Leiden.
Zie: No. 18. Plaat 108.
1574. MüLLBB (No. 688).
557. Ontzet van Leiden.
Zie : No. 267. Plaat 54.
1574. NiBT BU MULLBB (No. 690).
558. ,,Liberatio ürbis.''
Gezicht op het geheele ondergeloopen land. Rechts bovenaan Rotterdam ;
bijna in 't midden „Delft"; links „Leyden"; „Schevelingen", enz. Andere
staat dan de beide door Muller vermelde. Zonder het franscheinschrift: „La
delivrance de la Ville.*' onder het latijnschc dat links bovenaan in de plaat
17
258 ONTZBT VAN LBIDBN 1574
staat In den rechterbenedenhoek een leeuw met een zwaard in de rechter
klauw en met den linker het wapen van Leiden yasthoudend. Daaronder
„Ontaetünge der stad Leyden." Gravure br. in*fol. zonder naam van graveur.
Ook de door Muller beschreven staat met beide inschriften is aanwezig.
1574. MüLLBB (No. 691a).
559. „'t ontzet van Leyden."
Inschrift boven in een situatiekaart van Leiden en omliggend land.
Links bovenaan een duif met de voor- en keerzijde van twee papieren
noodmunten om den hals; rechts een andere met een borderel waarop de
verklaring der cijfers 1 — 20 in de plaat Gravure br. in-fol. z. n. (door
C. Decker).
1574. MuLLBB (No. 691&).
560. ,/t ontzet van Leyden.*'
Zie: No. 259. Plaat 14. Hierbij dezelfde plaat met in den linker boven-
hoek: „Tom I No. IL"
1574. MüLLEB (No. 692).
561. „Het ontzet van Leiden. Ao. 1574.'*
Links een poort en vestingtoren, waarby op een schuit lieden bezig
zijn haring en brood uit te deelen aan de op den wal staande, enz.
Onder deze afbeelding de vooi^ en keerzijde eener noodmunt aan w^rs-
zijde eener kaart van Leiden en omstreken. Grav. langw. in-4^. naar en
door 8. Pokke, 1776.
1574. MüLLBB (S. No. 692 B).
562. „Oeschiedkundig tafereel. Voorstellende het tweede
Beleg der Stad Legden door de Spanjaarde onder der
zelver Bevelhebber Valdez, b^ronne den 26 Mei en Ont-
zet den 8 October 1574."
„Oeschiedkondig tafereeL Voorstellende het ontzet der
Stad Legden op den 3 October 1574. door den Zeeuwschen
Admiraal Boisot, op het oc^enblik dat hg den Burgemeester
van der WerflF verwelkomt"
Onderschriften van twee platen. Op de eerste plaat in 't midden een
Spanjaard, die den uitgehongerden Leidenaren een brood toont; op den
tweeden een schuit, waaruit men dezen voedsel aanbiedt. Twee gravures
in-plano, met bovenstaande onderschriften, naar H. P. Oosterhuis door
D. Slu3rter, met adres van J. A. Wijnberg te Amsterdam. Proefdrukken.
Hierbij: ^^Qtschiedkundige komttafreelen vootstellende : het Beleg en Ont-
zet der Stad Leyden in den Jare 1674. ^Geteekend door den Heer S. P.
Oosterhuis:'
Bovenschrift van twee 14-regelige en twee 12*regelige verzen, op een
1574 ONTZBT VAN LEIDEN. 259
kwarto vel gedrukt, behoorende bij de hierboven beschreven platen.
Onderaan : „Verzoeke dit Biljet zoo lang te bewaren dat de stukken door
ü£d. bezigtigd zyn/' Hierbij een uitnemend gekleurd exemplaar dezer
beide gravures.
1574. a. Nnrr bij Mullbb (S. No. 692 B).
563. De vloot van Boisot voor Leiden.
Zie: No. 18. Plaat 110.
1574. b. NnsT bu Mullbb (S. No. 692 B).
564. j^Les gueux de mer devant LeydeJ'^
Episode uit het ontzet van Leiden. Links eenige schuitjes. In *t midden,
op den voorgrond, geuzen rondom een vaandel, gekwetsten, enz. Op den
achtergrond «en paar molens. Ets naar eene schilderij van Ch. Rochussen,
door S. Salmon, met adres van A. Salmon te Parijs. Het schilderij werd
met zijn pendant : Oevecht van Floris V tegen de Friezen, in April 1880,
door V. Pappelendam en Schouten verkocht voor f5000. Het behoorde
tot de kollektie Hooft van Woudenberg van C^restein. üit een veiling-
catalogus.
3 October 1574. c. Nxbt bij Mullbb (S. No. 692 B).
565. Ontzet van Leiden.
Op den voorgrond Boisot den burgemeester begroetend. Meer naar
achter een brug, waarbij een schuit, met krijgsvolk bemand, datbrooden
aan de menigte uitdeelt. Chromolith. in-plano van Faddegon &c Co. te
Amsterdam, met adres van J. de Liefde te utrecht Naar de voorgaande
2e plaat.
1575. Niet bij Mullbb (No. 692).
566. ^^Eerste gedagte van de jjlechtige vereering eener
goude Eerpenning aan Lois van Boiasot. door de Regeering
der Stad Leiden Ao. 1574.*'
Achterschrift op eene teekening, dit feit voorstellende. In het midden
der zaal staat Boisot, met den hoed onder den arm en de eene voet op
de onderste van twee treden, de hand uitstrekkende naar de medaille,
die hem door een magistraatspersoon wordt aangeboden. Achter hen een
tafel. Op den achtergrond, in een nis, het beeld der gerechtigheid.
Rechts, op den voorgrond, drie in mantels gehulde personen; links twee
krijgslieden, waarvan één met een speer gewapend ; bij hen, op den
grond, twee trommen en een vaandel. Over deze teekening zijn twee
verbeterblaadjes aangebracht, zoodat nu rechts op den voorgrond slechts
twee mannen staan en achter hen een stoel, waarop een mantel ligt.
Links zijn de krijgslieden vervangen door een tegen den muur leunende
vrouw, terwijl naast haar een man met afhangenden mantel zit Teeke-
ning in-4^ in O. I. inkt door P. Barbiers Bz.
260 LEIDSOHS ÜNITSBSmiIT 1575
1574. NnsT vu Mullsb (No. 693).
567. Gouden gedenkpenning door de stad Leydenaan
den admiraal Boisot en andere hevdhebbers der zeeuwsdie
vloot geschonken.
Qravure in-8*. zonder naam. Uit?
12 November 1574. Niet bu Mdllsr (No. 694).
568. De Staten van HoUand bieden Wülem 1 het
Stadhouderschap cuin.
Zie: No. 18. Plaat 111.
1575. Mulleb (No. 695).
569. „Zinnebeeldig Tafereel der overgifte van het
octrooi tot de op rigting eener hooge schoot te Leyden
door Z. D. H. Willem I. prins van Oranje, enz. enz. aan
de ed: achtb: r^ring der stad.*'
Afbeelding* yan het stadhuis. Willem I reikt op den voorgrond aan
den burgemeester het oktrooi over, waarop: „Philips'* te lezen is.
Achter hen vele toeschouwers. Qravure in-plano, naar H. P. Ooater-
huis, met bovenstaand onderschrift; het wapen van Leiden midden
onder de plaat, lager de vermelding dat „het Vijfile halve eeuwfeest . . .
pleg^ gevierd is op den 8ste Februari} 1825", en het adres van D. A.
M. Sluijter te 's Hage, 1825.
Muller (No. 606).
570. Afbeelding van den optocht bij de inwflding der
Uniyersiteit te Leiden.
Stoet in vier r\jen boven elkaar a%ebeeld.
In den linkerbovenhoek de hollandsche leeuw met het wapen van
Leiden; in den benedenhoek Neptunus en de muzen in een schuit.
Zoowel de namen der personen als der allegorische figuren zijn boven
ieders hoofd genoemd. Gravure langw. in-fb1. op 2 bladen, z. n. v. gr.
1575. Muller (No. 697).
571. „In-wyding der universiteit tot Leyden Ao. 1575."
Verkleinde voorstelling, zonder namen in de plaat Gravure langw.
in<4°. naar en door S. Fokke. Extra-plaat uit Wagenaar VI. 498.
1575. Muller (No. 698).
572. „Inwyding der Uniyersiteit tot Leyden Anno 1 575.'*
Opschrift boven in eene plaat, waarop de trein en eerepoorten eenigs-
zins anders z^n a%ebeeld. Het schip met Neptunus en de muzen is
hier b. v. links niet in den benedenhoek maar hooger afgebeeld, terwijl
lager nu toeschouwers staan. Verklaring der cyfers 1 — V7 en der letters
C— F in 'thollandsch onder — , in 'tiatijn rechts naast — de plaat.
1575 ZINNEPKBNT ORANJB - OUJDEWATEB 261
In den rechter benedenhoek: „Gedrukt te Leyden by Pieter van der
Aa." Gravure langw. in-fol. zonder naam.
1575. NiBT BU MuLLBB (No. 698).
573. Zinnebeeldige plaat op de oprichting der Hooge-
school te Leiden,
De Leidsche stedemaagd ontvangt Minerva, die door v. d. Werff de
stad ingeleid wordt. Achter haar de bres geschoten muur. Onder de
voorstelling, die in de opening eener poort met vier treden is a%ebeeld,
schijnt op het eerste gezicht een distichon over de geheele breedte en
een li-regelig vers in twee kolommen te staan. By nadere beschouwing
zijn dit echter nietsbeduidende krabbels. Gravure in-8^ naar L. Springer
door A. L. Zeelander.
Juni 1575. NiBT bu Mitllbb (No. 701).
574. Chariotte van Bourbon te Briéüe ontvangen door
Wiüem 1.
Zie: No. 18. Plaat 113.
12 Juni 1575. Mulleb (No. 70da).
575. Willem den l«^^ trouwt Chariotte de Bourbon.
Zie: Na Muller 8. No. 13. Dl. V. Plaat II.
1675 (Foutief?). Müllbb (8. No. 702 A).
576. „Je maintiendray Nassau.*'
Zinneprent, die ik liefst in verband zou willen brengen met de een of
andere kennelijke uitkomst aan prins Willem van Oranje bereid. (B. v.
na den aanslag van Jean Jauregui). .,Ik zal Nassau handhaven" en al
de overige in- en onderschriften duiden dunkt mij niet op het huwelijk
van dien Prins met Chariotte van Bourbon. Als bewijs moge de bede,
den Prins in den mond gelegd, hier volgen:
O ghenadich Godt, ghy verlost den onschuldighen
Al staender veel vyandcn na mijn leven
Die Heere bewaert, die ghetrouwe een(v)uldighe
Doen ick vermindert wert, heeft Hy my v(er)heuen.
Zeer zeldzame gravure naar M. de Yos met adres van „Adri Hubec'*
Hoofdfiguren der plaat zijn de prins en prinses, ter weerszijde vaneen
tafeltje geknield en met opgeheven handen; achter beiden knielende
lieden. Op 't tafeltje een bijbel, een boek en de hierboven vermelde spreuk. -
In de wolken een hebr. inschrift. Onder de plaat, in drie kolommen,
drie ^-regelige holl. en even zooveel fr. verzen daaronder, van „Den
Prince", (,,Le Prince' ) „De Prinoersse", („Le Princosae"), en „de ghe-
meynte," („Le peuple").
262 OUDBWATEB - WOBBDBK 1576
8 Au^stus 1575. Muller (No. 708).
577. Moord van Oudewater.
Zie : No. 267. Plaat 55.
8 Augustus 1575. Nibt bu Muller (No. 703).
578. Tafered uit den moord v&n Oudewater.
Teekening langw. zeer groot in-fol. in kleuren door A. J. Lamme.
8 Augustus 1575. Muller (S. No. 703 A).
579. „Het beleg en de moord te Oudewater. door de
Spanjaarden in 1575 naar de Originele Schilderg yan D.
Stoop, berustende in de Raadkamer yan bet Stadhuis te
Oudewater."
Onderschrift onder een Uthogr. reproduktie der genoemde schilderij.
In de rechter helft, boyenaan, de stad gedeeltelijk in brand. In den
rechter benedenhoek een label met inschrift : „Oudewater .... D. Stoop f.
Trajectinus 1650." Steendruk in-plano door E. C. Kahms.
7 Augustus 1575. Muller (S. No. 703 B).
580. „Oydewater."
Photografie naar de prent van F. Hogenberg, den moord voorstellende,
langw. in-8^ door E. O. Rahms en behoorend in het Oedmkboek tan
Oudewaters beleg en moord^ door hem en J. v. Heerde uitgegeven. Aan
de keerzijde den gegraveerden titel gephotografeerd van SUtoria Oder
Eiffenthche vnd warhaffte Beschreibung aller Krieffshandel. . . . Oetruckt
im Jar 1596, „gephotogr. door E. C. Rahms."
7 Augustus 1575. Muller (S. No. 703 D).
581. Moord der Spanjaarden te Oudewater.
Zie: No. 9. DL V. Plaat I.
28 September 1575. Niet bij Muller (No. 704).
582. Requesens aan de oevers van de Zijpe in Zeeland.
Zie: No. 18. Plaat 114.
Augustus 1675. Muller (No. 705a).
583. „Het beleg yan Woerde."
Opschrift op een label, boven in de afbeelding der stad en hare om-
geving. Onder de plaat de uitlegging der nommers 1 — 16. Gravure
br. in-fbl. zonder naam.
Augustus 1575. Muller (No. 705^).
584. „Het beleg yan Woerde."
Zie: No. 159. Plaat 15.
1576—1576 VRBSOHILLENDE 0EBEUETENIS8EN 263
28 September 1575. Mullbb (No. 706).
585. „den heyr-toght naer Duyye-Iand onder Don
Lvys de Reqyesens. An: 1575."
Inschrift, en yerklaring der letters A — N, in een breed lint boven de
afbeelding van dezen tocht Op den voorgrond de optrekkende manschap-
pen. Links op den achtergrond Duyveland en Zierikzee. Gravure br.
in-fol. door P. v. d. Wijngaerde. Uit Strada, Neder l. Oorlogen 1646in-fo1.
Mulleb (No. 707).
586. „Toght der Spanjaarden, door 't waater, naa
Dnyvelandt en Schouwen."
Zie: No. 259. Plaat 16.
Mullbb (No. 708).
587. „Transmisfido Zelandici maris, Reqnesenio Ga-
bematore 1575."
Zie: No. 369. Plaat 9.
29 September 1576. Mullbb (No. 711).
588. Bommenede door de Spanjaarden genomen.
Zie: No. 267. Plaat 56.
Juni 1576. Niet bu Mullbb (No. 713).
589. Jan Ringel van Oostzaan en een zijner mede*
vrijbuiters hakken den ketting door^ waarmede de haven
voor Muiden versperd uxis^ die het binnenzetten der vloot
van Diederik van Sonoy belette.
Afbeelding van deze kloeke daad, die echter niet met gewenscht gevolg
bekroond werd. Steendruk langw. in-12^. z. n. v. gr. Rechts onderaan
gemerkt: ,.Pag. 128." Uit: ZaanUmdsch jaarhoekje voor ket jaar 1843.
21 Februari 1676. Mulleb (No. 713).
590. Krimpen gaat over aan Oranje.
Zie: No. 267. Plaat 57.
1676. Niet bu Mulleb (No. 713).
591. Mamix van St. Aldegonde bij Elisabeth van
Engeland.
Zie: No. 18. Plaat 115.
30 Juni 1576. Mulleb (No. 714).
592. Zierikzee belegerd.
Zie: No. 267. Plaat 68.
30 Juni 1576. Niet bij Mulleb (No. 714).
593. De Staten van Holland radeloos ixa de inneming
van Zierikzee door Spanje.
Zie: No. 18. Plaat 116.
264 PACIPICATIE TAN GBNT
1676
Juli 1576. NiBT BU MULLBE (No. 715).
594. Sas van Gent dooi* de Staatschen bezet.
Zie: No. 18. Plaat 117.
28 Juli 1576. MüLLBE (No. 716).
595. Aalst door de Spanjaarden genomen.
Zie : No. 267. Plaat 59.
5 September 1576. Muller (No. 717).
596. De regeering te Brussel gevangen genomen.
Zie: No. 267. Plaat 60.
25 September 1576. Mullse (No. 718).
597. Slag bg Thienen.
Zie: No. 267. Plaat 61.
20 Oktober 1576. Mullbe (No. 719).
598. Moord te Maastricht.
Zie: No. 267. Plaat 62.
22 Oktober 1576. Niet bu Mullbe (No. 719).
599. Hevige brand te Haarlem.
Zie: No. 18. Plaat 118.
* 4—8 November 1576. Mullbe (No. 721).
600. Spaansche fdrie te Antwerpen.
Zie: No. 267. Plaat 63—68.
8 November 1576. Niet bij Mullbe (No. 721).
601. Predikatie en Te Deum bij de Pacificatie van Gent.
Zie: No. 18. Plaat 119.
4—8 November 1576. Mullbe (No. 722a).
602. „Afgryselyke wreedheyd der Spanjaerden in de
plonderinge van Antwerpen gepleegt aen seekere Bruyd.
Ao. 1576."
Gravure door J. Luiken, met bovenstaand onderscbrifl. Uit Bor. Ook
de door Muller onder b. beschreven staat is hier aanwezig.
4—8 November 1576. Mullbe (No. 12Zc),
603. „Voorbeeldt van d' afgrgselyke Wreedtheit der
Spanjaarden, aan seekere Braydt getoont, by *t pionderen
van Antwerpen Ao. 1576."
Zie: No. 259. Plaat 17.
1576. Mullbe (S. No. 723 A).
604. „Den Boom des verbondts."
a. Opschrift boven een uitnemende zinueprent op de Pacificatie van Gent.
1576 ZINNEPRBNT OP DB PACIPICATIB VAN GBNT ' 265
In 't midden den ,,Arbor Pacis" met twee takken. Op denlinkertak „Charitas*',
op den rechter „Ordo. divinvs", die elk een 'einde yan het koord vasthou-
den, waaraan de wapens der 17 provinciën hangen, welke een soort omtui-
ning om den hoom vormen. In den top van den hoorn het spaansche
wapen, waarboven twee handen uit de wolken een hart houden. Links
van den boom, buiten het koord, „Fidvcia", met een staf waarop twee
handen in een krans en daaronder „Propatria"', aan haar voeten ligt
„Fallacias." Rechts „Concordia*' met een gekroonde Mercuriusstaf. Achter
haar „Discordia" in den grond zinkend. Links bovenin „Victoria"' ge-
reed „Fidvcia" te kroonen; rechts „Malorv(m) dispartio" een veelhoofiüg
monster verslaande. In 't midden op den voorgrond „Evangeli Ivramentv(m)"
(een Bijbel) waarop een zwaard ligt. Binnen de omheining door de
wapens gevormd, verdrijven een viertal engelen verschillende gedrochten.
Onder de plaat 8-regelige holl., lat, fransche en duitsche verzen.
Gravure in-plano. z. n. v. gr. De twee blanko-wapenschilden boven in de
plaat z^n, naar het mij voorkomt, niet altijd ledig geweest. Heeft deze
prent misschien, evenals Muller van de volgende vermoedt, vroeger voor
iets anders gediend?
8 Nov. 1576. Muller (No. 723, S. No. 723 B en A No. 723 B).
605. „Pacis tnymphantis delineatio.**
a. Zinpeprent op de pacificatie van Ctont? met bovenstaand inschriftin
den zijkant van een triomfwagen waarop „Paz" in een leunstoel gezeten.
Boven dien zetel het wapen van Spanje, waarop de duif als zinnebeeld
des vredes nederdaalt Achter „Paz" zit „Foedus" bg een altaar waarop
scepter en koningskroon terwijl z^ een koord in de hand houdt, waar-
mede zij verschillende \)er8onen,,Ordines Belg." „Coiuratu(m) Fcsdus." mede-
trekt, van welke het meerendeeleen vaantje met het spaansche wapen voert
„Charitas" ment de drie ezels (als zinnebeeld hoe langzaam de vrede kwam),
die den wagen trekken, naar de hen wachtende 17 provinciën, welke zijn
afgebeeld als maagden, die de wapens der provinciën dragen en links, ge-
knield, op den vrede wachten. „Proprium Commodum" zoekt te vergeefs
een spaak te steken in 't wiel van den wagen, die rijdt over allerlei
oorlogstuig, waaronder een vaandel met inschrift: ,,Bellvm intestinvm."
Vóór het voorste rad ligt „Liuor" als een man, die zijn eigen hart
opeet. Aan iedere z^de van het inschrift op den wagen een wapen links
dat van den keizer; rechts dat van Oranje.
Op den achtergrond in 't midden der plaat een rots, waaronder een af-
grond blijkt te zijn. Aan de rechter opening van deze rots staat „Ratio",
die een menigte mannen „Populus" aanzet tot het sterk trekken aan een
ketting die door de rots heenloopt en waaraan links „Discordia" vastge-
bonden is. Ondanks den tegenstand van „Violentia" en „Furor", wordt
Discordia in den a%rond getrokken; terwijl daarboven „Tempus" het
266 ZINNBPEBNT OP DB PACIFICATIE VAN GENT 1576
drietal „Alecto" „Tisiphone" en „Megera" naar dienzelfden a%rond jaagt.
In den rechter bovenhoek een drietal engelen met een lint, waarop:
,,Dis80ciata locis concordi(a) Pace ligabo/' Daaronder gezicht op een stad.
Onder de plaat 9*rege1ige holl., lat. en ft. yerzen Het hoU. vers.
dat begint:
.,Den godlijcken Peijs, veur de seuenthien landen,
Was traghe in haer compst, Door dese twee vijanden,
Data den Ouden haet, en die Verblinde Eijghen baet'\ enz.
wijst in dezen staat der plaat duidelijk genoeg op Kederlandsche toe-
standen. Het firansche vers beg^t echter:
„Or est en nostre Qaule a la fin reuenue,
La Paix, des ennemis si longuement tenue,"
en eindigt:
„Et Ie peuple
Suffoque tant quil peut ce monstre de Discorde,
Pendant que son bon Boij ses domaines re£uct'*
wat m. i. het waarschijnlijk maakt, dat zij misschien vroeger voor een
andere gebeurtenis gediend heeft. Dat ze elders gebruikt is en in een
boek of in een serie behoort blijkt uit het volgnommer „17", gegra-
veerd in den linkerbovenhoek dezer gravure in-plano. In den rechter-
benedenhoek leest men in dezen staat: „P. Baltens, excud. W. Haecht
Compo Cum priuilegio. 1. 5. 7. 7."
Het vers is op een a&onderlijk plaatje gegraveerd.
Of de „Ordines Belg.'' die achter de kar aankomen wel altijd daarvoor
hebben doorgegaan, betwijfel ik met het oog op de in hun vaandels
voorkomende wapens zeer. Hierbij:
b. Dezelfde plaat Later en veel slechter staat. Het wapen van Oranje aan
de rechterzijde van het inschrift in den wagen, is hier door het wapen
van Antwerpen vervangen. Het nommer in den linker bovenhoek en
het inschrift van uitgever en ontwerper in den rechter benedenhoek zijn
zichtbaar uitgeslepen, waaruit dan ook blijkt dat dit een latere staat dan
de eerstbeschrevene is. Onder de plaat geen vers.
1576. Muller (S. No. 723 C).
606. „Fama bracht de baken vvt inde West = Contreye
Dies de Waerhegt metter Tgt, vont het nest = eye."
„Ecce celer venit latitantis nnntia fraadis
Fama, refert vero tempore concta dies."
„Fame, a nostre prosperite, descouure embusches
(a fbison
Par OU Ie Temps et Verité, monstrent a tons
(l'orde poison."
Door Muller wordt de plaat, waaronder bovenstaand holl., lat. en
1576 ZINNBPRBNT OP DB PACIFICATIE YAN GENT 267
firansch onderschrift staat, vraagsg^wijs op de pacificatie van Ctont toege-
past. In den catalogus Munnicks yan Cleef, uit welke yerzameling dit
exemplaar afkomstig is, wordt het een zinneprent op den toestand van
Nederland te dier tijde genoemd. Ik geloof dat noch het een, noch het ander
juist is. Daar ik echter de beteekenis ook niet durf vaststellen, volge hier
een uitvoeriger beschrijving der plaat, dan bij Muller gegeven is; aan
anderen zij dan overgelaten den juisten zin der voorstelling te be-
palen. Boven de zee zweeft in het midden der plaat de Faam. die de
bazuin steekt, waaraan een vaandel hangt Op dit vaandel is een viool
a%ebeeld, tusschen vier brillen. Met de rechterhand trekt zij aan drie
kettingen een zestal bakentonnen voort, waarin beesten verstoken zijn,
wier pooten en kop daar buiten uitsteken. De geheele zee is met zulke
ingekuipte dieren (ezels, varkens en vossen) bedekt, waarvan sommigen,
die het dichtst bij land zijn, gewapend zijn met krijgstuig. Op den voor-
grond, in 't midden, staat de Waarheid met een boek in de linker- en een
fiückel in de rechterhand. In het opengeslagen boek leest men: „Yeritas
illuminat omnia" Met de fiückel licht ze een besilisken ei bij, waaruit
slangen voortkomen. Naast* haar de Tijd, die, met zijn zeis, waarop te
lezen is: „Tempus o(mn}ia revelat", waterriet wegmaait, waaruit (ganzen =
goose = geuzen?) opvliegen. Om beiden heen tal van boeren met dorsch-
vlegels, hooivorken enz. Meer op den achtergprond eveneens boeren, die
op de boven hen zwevende Faam wijzen. Geheel op den achtergrond
rechts een stad. Gravure van Jac. de gain; met adres van W. Haecht
1577 in den linkerbenedenhoek der gravure. (Zie ook Muller Dl. I biz. 96
regel 6 van boven). Zou 't ook een prent op den Briel 1572 kunnen zijn ?
1576. Muller (8. No. 723 D).
607. „Tsamensprekiiiffhe. Den Mensch en Religie | Rel-
ligionis et hospitis Cofloqvivm | Dialogye de la Religion
et dy Passant.*'
Zinneprent ter eere van „Evangelivm Pacis" tegenover den oorlog en
zijne gevolgen. Ik meen ten minste dat de inhoud van de 16-regelige
hollandsche, latijnsche en fransche verzen geen andere uitlegging toelaat.
De hollandsche samenspraak, tusschen den Mensch, en den godsdienst, die
hier in al haar schoonheid staat, en den dood vertreedt, luidt als volgt:
„Mensch. Seght my Religie, vanden hoochsten geboren.
Qhy geestelyck ghebruyck, vanden heere v(er)core(n)
Warom is v hoo't verciert, met sterre(n) schoone'
R. Om dat ick v den wech, tot den hemel vertoone
M. Tis wonder dat ghy draecht sulcke(n) v(er)8cheurde cleet.
R. Data om dat my Sweerelts hoouerdye verleet,
M. Tis scande, dat ghy staet, met v borsten naeckt,
R. Ie begheer dat ghy my(n) Inwendighe liefde smaeckt.
268 VJfiBSCHILLBNDB OBB£UBT£MISSBN 1576—1577
M. Den boeck my da(a) Oorcont? (R) data my(n) vaders y(er)bout
M. Steuady da(D)opt Cruys met lust? R. ia ick dat is mij (n) rust,
M. En ghij hebt Yleughels aan? R. Ick doent hert tot god opgae(n)
M. Waer by den toom geleken? R. me(n) moet gramscap breke(n)
M. Die ghy v(er)treetistnoot? R. Jaet want ick ben des doots doot.
M. Doorloghe die ick hier sie v niet, aen en gaet?
R. Keent, maer geveynsde, doen onder my(n) decksel qnaet,
Beroouende my, en den Coninck eick sijnen staet."
Zeer zeldzame gravure naar M. de Vos, met adres van P. Baltens.
Muller beschreef dit exemplaar.
11 November 1576. Mullbb (No. 724).
608. Qent door Oranje bezet.
Zie: No. 267. Plaat 69.
12 Novem^r 1576. Muller (No. 725).
609. Yalenciennes door de Spanjaarden ontruimd.
Zie: No. 267. Plaat 70.
24 November 1576. Muller (No. 726).
610. Verraad v. Robles te Groningen ontdekt.
Zie: No. 267. Plaat 71.
O Januari 1577. Muller (No. 727).
611. Facsimile van het gescbrifS geteekend bg de Unie
yan Brussel.
4 bladen in-plano, steendruk van D. Abrahams.
1577. (?) Muller (No. 728).
612. „De Vrijheid-verkrgging der Protestantscbe Gods-
dienst, in de Nederlanden.**
De hoofdfiguur op deze zioneprent is prins Willem I, die met speer en
vrijheidshoed, bijna in het midden der plaat, op een landtong staat, waarop
o. a. een vlag gezien wordt met, het inschrift „les geux" Rechts naast
hem een vrouw (Religie)? met de linkerhand rustend op een altaar,
waarop: „de Heere heeft (my (b)ijge8taen ende heeft (m)ij bekrachtight"
enz. Daarnaast, meer rechts, de Dood en Hercules een steen omlaag du-
wend, waaronder Alva ligt en waarop Egmond en Hoorne staan. De
voorgprond wordt ingenomen door den paus, die met een hostiekastje en den
pauselijken en bisschoppelijken staf vlucht; rechts daarvan o. a. een krijgsman
die een R. K. priester vermoordt; links een ruiter, die met een pistool
op den prins aanlegt, enz. Gravure in-plano naar C. Meijer, door Jchs.
Bemme Az., met adres van J. Groenewoud Jz. te Amsterdam.
J577. Muller (S. No. 728 A).
613. „Vos Idolatre nobis date thuris honorem,
IBTZ. ZINNMPRKNT 269
Noctes atque dies lanua nostra patei"
Vous qui cerches des Dieux e8tra(n)ges, Do(n)ne
(moy toutes vos louanges.
Mes yrais disciples yoos serez Si autre que moy
^'adorez
614j sueckers van yre(em)de ffoden Go(m)pt al
(en wilt mg allee(n) eeren
En onderhout m^n gheboden Mg(n) ryck en sal
V n(yet) feelyeeren."
Inschriu in een lint in het midden eener uitvoerige zinneprent op een
gewenschte godsdienstvrede. Links ligt voor Christus de prins van
Oranje geknield, biddend:
„De Princhen o Godt den vrede wilt ingeuen
Op dat het volck sonder erghemis mach leuen."
Rechts Philips U, de paus, Alva, e. a. geknield en volgens het „Orai-
son du Pape et du Roy", onder hen geplaatst, biddend:
„Wy bidde{n) v o Vader verleent ons die gratie,
De Roo(m)sche Kerck tond(er}houde(n) tsy va(n) wat natie/'
Tusschen den prins van Oranje en Philips de wereldbol, door den dui-
vel vastgehouden en waarin de zondeval, het beest met de zeven hoofden
voor wie de roomsche geestelijkheid geknield ligt, enz. is a%ebeeld. Bovenin
in 't midden God de vader bazuinen uitdeelend aan de engelen in den
hemel (tot het verkondigen van vrede?); rechts daarvan Daniel- in den
leeuwenkuil gelaten, een voorstelling, doelende naar mij voorkomt, op de
oplichting van Philips Willem ; daar er onder deze voorstelling het „Priere
du Comte de Buren" staat, luidend:
,,De Coninc en zijn raet o heer wilt ingeuen
dz ick mag 8ond(er) haet in mij(n) vaderlant leuen."
Links wordt een Koning, die een a%od aanbidt, doorstoken.
Achter Philips een engel die den duivel geketend houdt, om hem vol-
gens het bovenschrift duizend jnar in den a%rond te binden.
De plaat is blijkbaar meer oranje- dan spaanschgezind.
Gravure langw. in*fbl. door Theo de Bry. Alle berijmde inschrifien zijn
in 't fransch en hollandsch. Onder de plaat in drie kolommen 6-regelige
fransche, latijnsche en hollandsche verzen. 0£Bchoon deze plaat niet in
de kollektie van Stolk is, maakte ik gaarne gebruik van de vrijheid door
Mr. S. V. Gijn mij verleend, om deze merkwaardige plaat naar zijn exem-
plaar hier eenigszins uitvoeriger te beschrijven dan Muller 't deed.
Januari 1577. Mullbe (No. 7*9).
614. Ncderlai^ der Spanjaarden bg Luik.
Zie: No. 267. Plaat 72.
270 TEBDBNBURCH - TRUN VAN LEBMPÜT 1576
23 Februari 1577. Müllbb (No. 780).
615. Vredenburch te Utrecht geslecht.
Zie: No. 267. Plaat 73.
MüLLKE (No. 731).
616. „Het Slot Vredenburg tot üytrecht."
Zie: No. 259. Plant 18.
28 Februari 1577. Niet bu Müllbe (No. 788).
617. „flct kasteel Vredenburg, t^dem de hdegermg
in 1577."
Gezicht op het kasteel. Links op den voorgrond drie kanonnen; in
't midden Trijn van Leemput. Rechts op den achtergprond de St. Ja-
cobskerk. Steendruk langw. kl. in-4f*. naar J. H. de Haas, door T. P.
Roest, te Middelburg. Uit: Utrechtsche Volksalmanak voor 1843.
28 Februari 1577. Muller (8. No. 733).
618. Trgn yan Leemput optrekkende met eenige Trou-
wen naar 't kasteel Vredenburg te Utrecht.
Links op den voorgrond de vrouwen; rechts op den achtergrond het
kasteel. Gravure in-12". zonder naam van graveur, uit J. v. Beverwijck's
Van de wtnemendkeyt des vrotmelicken geslachts. Dordr. 1643, 3e boek
blz. 50. Ook Beverwyck vermeldt dat zij Catharina Bergers heette en
gehuwd was met Jan Jacobsz. van Leemput. Schepen der stad. Het
plaatje door Muller vermeld, is waarschijnlijk *t zelfde als dit
23 Februari 1577. Niet bij Mulleb (S. No. 733).
619. Tr^n van Leemput trekt op om Vredenburg te
Utrecht te slechten.
Zie: No. 18 Plaat 122.
27 Februari 1577. Muller (No. 784).
620. De Pacificatie yan Gend te Antwerpen afgekondigd.
Zie: No. 267. Plaat 74.
27 Februari 1677. Muller (No. 784»).
621. „Het afleezen der pacificatie yan Gent.**
Zie: No. 11. Dl. XVIL Plaat Hl.
26 Maart 1577. Muller (No. 785).
622. De Spanjaarden trekken uit Antwerpen.
Zie: No. 267. Plaat 75.
27 April 1577. Muller (No. 736).
623. De Spanjaarden trekken uit Maastricht.
Zie: No. 267. Plaat 76.
1577 WALTI8CH 271
4 Mei 1577. Nibt bu Mullbb (No. 736).
624. Don Juan doet te Brussd den eed.
Zie : No. 18. Plaat 123.
11 Mei 1577. Mullbb (No. 737).
625. Intocht van Don Jaan te BrnsseL.
Zie: No. S«7. Plaat 78.
15 Juni 1577. Nibt bu Mullbb (No. 737).
626. Pieter Panis om 7 gdoof te Mechden onthoofd.
Zie: No. 18. Plaat 124.
2 Juli 1577. Nibt bij Mullbb (No. 738).
627. Warachtighe afbeddinghe van een vande. 3.
tvalvisschen die op den 2^ Julij. 1577. Gheuanghen siju
Jnde schelde/ den eenen tot flissingen/ den 2^ tot saf*
tingen/ en desen tot hastingen Jn den doel ontrendt. 5:
m^len van Antwerpen/ synde van couleure doncker Uau/
op het hooft hebbende een noesgat gheteekent. A. daer hy
het voater doer worpt/ lanck synde voeten. 58. hooghe. 16.
den steert breet. 14. van d^ooghe tot voor aen de snutjte.
16. het backhuijs onder lanck. 6. met. 25. tanden op dcke
syde en bouen zoe vde gaten daer die In duijten/ de
groetste tanden lanck. 6. duijmen/ selsaem verueerd^ck en
wonder om aenschouwen.*^
9-regelig onderschrift (en een evengroot fransch rechts daarnaast) onder
de afbeelding van een waWisch. Bovenaan in de plaat, ziet men hem
,,yan achter, per deriere'*, met den kop naar links. Een man zit midden
boven op den visch; een tiertal mannen, in een schuit en aan wal, zijn
bezig hem, ten aanzien van eenige toeschouwers, te meten. Het onderste
gedeelte van de plaat vertoont den visch „van vore in t' vercorten, per
devant en prospective." De kop rechts en op den voorgrond. Een man
op den kop; twee man bij zijn neusgat. Links eenige toeschouwers. Ets
in*fo1. z. n. Ook de onderschriften zijn geötst
24 Juli 1577. Mullbb (No. 739).
628. „Hoe Don Jan d'Aastria *t Slot van Namen
inneemt.**
Zie: No. 267. Plaat 79.
24 Juli 1677. a. Niet bij Mulleb (No. 740).
629. Het kasted van Namen door de Spanjaarden bezet.
Zie: No. 18. PUiat 125.
272 ANTWSRPEN*S KASTEEL OBSLBCHT 1577
1B77. b. Nikt bu Mullbb (No. 740).
630. HóUandsche schepen onder admiraal Hautain voor
't kasted van Antwerpen.
Zie: No. 18. Plaat 126.
1 Augustus 1577. . MuLLSB (No. 7^1).
631. „Hoe die Walen 't Slot van Antwerpen verlaten
moesten.**
Zie: No. 267. Plaat 80.
2 Augustus 1577. Mullbb (No. 742).
632. De duitsclie troepen trekken uit Antwerpen.
Zie: No. 267. Plaat 81.
7 Augustus 1677. Mulleb (No. 743).
633. Focker en Fronsberg gevangen.
Zie: No. 267. Plaat 83.
28 Augustus 1577. Mullbb (No. 744a).
634. Komst van prins Willem te Utrecht.
Zie: No. 11. Dl. V. Plaat UI.
28 Augustus 1577. Mullbb (No. 745}.
635. „Intocht van Willem I te Utrecht.**
Zie: No. 19. Deel U. 6. BI. 183.
1—23 Augustus 1577. Mullbb (No. 747).
636. Innemen en slechten van het kasteel van Ant-
werpen.
ZeTeu tafereelen in 'verband met de innftming en het slechte van het
kasteel van Antwerpen. Allen in medaillon. Onder ieder een xes-regelig
firansch en hoU. vers in cartouche. Boymi iedere voorstelling twee zinne-
beeldige vrouwedfiguren. Qravures naar M. de Vos z. n. v. gr. maar
volgens Alvin allen door Wiericx, allen midden boven in het medaillon
genommerd, de datum en het jaartal in het lijstwei^ om de venen.
1. 1 August Verbond tusschen Liedekercke, Rouck en Bourse.
2. 1 ,, Verdrijven der duitsche krijgslieden.
S. S „ Eed aan den koning en de Staten.
4. 2 y, Onderhandeling der overige mmnée soldaten met
Liedekercke.
5. 2 ^ Op t gezicht van s prinsen schepen vluchten de
vreemden.
6. 33 ^ Bourse geeft de sleutels v. Antw. aan liedeker^e.
7. 23 ,« De burgers trekken uit om bet kasteel te hechten.
1577 FBINS WILLBM I TB BBÜSSBL 273
1577. Niet bu Mullbr (No. 748).
637. ,,Patria Ubertati Restüvta.'' —
„7Vot/8 Horaces Romains ont exposé levr vie,
Povr ne voir levr patrie^ avx Urans asservie^;
Sans crainte de perü^ de prison; et de mort
Mais vn d^evx Feit Lexploict^ par merveiUevx effort^
Ces Troys Beiges avssi^ d'vne Ferme aüiance^
N^ont espargne letir sang^ povr mettre 'a ddivrance
Levr esdave pays, mais cdvi Ie chef d^oewre
Feit dont Ie digne chef de verd Lavrier se coewre.**
Opschrift en vers onder de, op een voetstuk en tusschen sjrmbolische
figuren geplaatste, bustes yan Liedekercke, Bourse en Bouck. Gravure
met adres: „Amstelodami Franciscus Hoeius excud.'* onder de buste
van Liedekercke, en iets verder op dezelMe lijn: ,,Anverpiam. 1579."
Het vroegere adres van „Peeter Baltens" is in dezen staat zichtbaar weg-
geslepen. Hierbij dezelfde plaat, met het vroeger adres „Peeter Baltens.'*,
dat op gelijke lijn staat met* en links van het opschrift: „Patria Libertati
Restitvta." Rechts daarvan „Excudebat'* ; dat ook in den hierboven be-
schreven lateren staat der plaat is blijven staan.
Augustus 1577. MuLLBB (No. 750).
638. Het kasteel yan Antwerpen geslecht.
Zie: No. 267. Plaat 82.
Augustus 1677. NiBT bu Muller (No. 750).
639. Slechten van het kasted van Antwerpen,
Zie: No. 18. Plaat 127.
18 September 1577. Mülleb (No. 761).
640. „EHncomste des Princen yan Oranjen tot Ant-
werpen."
Zie: No. 267. Plaat 84.
18 September 1577. Niet bu Muller (No. 751).
641. ^^Declaratie van die triumphante Jncompst vande(n)
Doofim^ighen ende Hoogheboren Prince van Oraingnien/
binnen die Princdijcke Stadt van Brussde/ geschiet in
Viaer ons Heeren/ Duysent/ vijfhondert/ ac/itentseuentich/
(sic) den achthiensten Septemhris, Beschreuen/ ende ghc'
componeert/ door Jehan Baptista Houwaert/ Consiellier/ en{de)
Meester Ordinaris vande Rekeninghen ons Heeren des Conincx
in Brabant, TAntwerpen^ Ghedruct hy Christoffd Planten/
Drucker der Co. Ma^y^ m.d.lxxix."
Titel van een hoogst zeldzaam werk in-V., door Muller niet beschreven
en met de volgende houtgravures versierd:
18
274 PRINS WILLEM I TB BBÜSSBL 1577
I. 't Schip waarmede de prins door de nieuwe vaart naar
Brussel ging.
n. Een galei met eenige wereldlijke en geestelijke heeren.
m. Een galei met de edelen en officieren van den prins.
ly. Afbeelding der paarden, door welke deze schepen getrok-
ken werden.
y. Voorstelling der „Rhetorisienen van Marien Cransken/'
VL Voorstelling der „Rhetorisienen vanden Boeck."
Vil. Voorstelling der „Rhetorisienen van de Corenbloeme."
In deze voorstelling had o. a. Jozef een stok in de hand, met de
prinselijke kleuren: oranje, wit en blauw.
yin. Arion op een dolfijn.
't Plan was deze dolfijn voor het schip van den prins te doen komen,
maar de haast waarmede alles klaar gemaakt worden moest, verhin-
derde de uitvoering.
IX. De langs de vaart opgestelde en vurende vijf gilden en
twee-en-veertig wijken van Brussel en de zes gilden van
Antwerpen.
X. Andromeda, 't monster en Perseus, een tafereel bij de poort
„den Hond" opgesteld, 't Monster lag in 't water; op den
wal was een rots opgericht, waaraan „een ionghe Maeght"
stond, „alsoo naeckt als sy van moeder lijue gheboren was."
XI. Trap en eerepoort aan de landingsplaats, genaamd „Dblau
geleghe."
XII. — XIV. Drie eerebogen tusschen de landingsplaats en het paleis
opgericht
XV. Aanbieding van bdnket en wijn voor het stadhuis.
Alle gravures zijn bladgroote en zonder naam, alleen de negende plaat
heefl het monogram AVL.
Behalve deze platen bevat het werk nog verscheiden sierlijk gesne-
den cartouches, waarin eereverzen zijn a%edrukt.
23 September 1577. Mullbb (No. 762).
642. „Des Princen yan Oranje Triumphante incomste
binnen Brussel.''
Zie: No. 267. Plaat 86.
24 Oktober 1577. Nibt btj Mulleb (No. 752).
643. WiUem I als ruwaard van Brabant geinstaüeerd.
Zie: No. 18. Plaat 128.
28 Oktober 1577. Muller (No. 753).
644. Aerschot, e. a. gevangen genomen.
Zie: No. 267. Plaat 86.
1577— 1&7S TKBSOHILLBMDK 0BBBDKTBNI8SBM 275
38 OLtoboT 1577. Net bu Mullkb (No. 7BS).
645. De hertog van Aenchot te Gent gevangen ge-
zin: Ho. 18. Plaat 1».
SI NoTBmbot 1577- Mlt.lbb (No. 76*).
646. Intocht v&n Mattliiae in Antwerpen.
Zie: No. S«7. FUat gg.
279 tswocmj rjks iuitbu* n ■noHL isït
aMkr ffiJtt»^ die dm ter tiji giwthipt x^b. Gh mroi -
tont «nk j^iMseoo^aoeat lieiir Ittat BaptiMto Horwacfi»
CoÊuitsÜMfr teoée Mccttfr Tayidm B^ l r fi ü tf ^i i om Hecvoi
dM Cimhktkx. in BfaliaitL VAntweipen, Ghedmefc lij
rjhrvtoffel Pbnliiii, Dnirker der Ca Ma^«J^ in t*
^ 17' EerepMTt am óeu iogaag der korte Bidlcntnat laeft de
inluMMt Ysa dett ttott,
ÏH» r^A(pm er M gcooBMKrde platen 1 — XJUV. afbeddiogen der
U^mtistA^m. «Be ust levende penooeo wazes aanengcsldd en naaal elkander
tef^iMy^er bet utadhuk waren opgerKfat Tegenorer of aciitcr de af beel-
dÓH^ van «Ik dcster vcrtwningen een aierlgk eartoofclie. waarin de vcrxen
zijn uigednÈkt, die boven de tooneelen prakten,
J5lad2. 70, gUaattoooeel by de Hnnt
^73, ri bi{ de Si. Claeafontein.
^ 70' r) m *t opkomen van de grooCe markt.
^ 19, „ voor den heovd op den hoek der markt.
^ %t. ^ tn 't inkomen van de ^pniterije^.
^ SS. ^ aan het dnd van den Steenweg.
Elk dezer vooratetUngen waa ontleend aaa 't leven van Sdpio. Op
bladz, 91 komt nog aan tooneel voor, Marcoa Citrttaa voorateBende,
die met zijn {iaard in den afgrond springt De plaata waar dit tooneel stond
wordt niet opgegeven* Deze laatate zeven voorstellingen hebben ook ieder
<»m cartou/»be met vers tegenover d achter zich. Alle platen rijn in4^.
Mfl/lgrootte, en, zoowel als de cartouches, die ongeveer half zoo groot
rijn. zoniler naam. Ook op bladz. 122 en 155 vindt men een car-
toticbe,
1678 MüLLKB (S. No. 764 C).
068. „Typyg prarfectTraB."
OpMchrift boven de voorstelling in beeld van het spreekwoord: „Veel
hoofden, veel zinnen." De plaat vertoont een beest, met slangenstaart,
(Mmhoomkop, vogelklauw, paarden-, tygerpoot en menschenvoet, uit
welks lichaam allerlei soorten van dierenkoppen te voorsch^n komen, als
schaap, wolf, ooievaar, kikker, oli&nt, zwijn, enz. Om den kop van het
beest is een touw geslagen, dat door den paus en den keizer wordt vast-
gehouden aan het ééno einde, terw^l een kardinaal, een bisschop, enz.
aan het andere trekken.
Onder deze gravure, langw. in*fol. z. n. door? en met adres van Phls.
1B78 ZINNBPRBNTEN 277
Galle, een 6-rege1ig latijnsch vers van C. Kiliian) in drie rijen, eindigende :
„O prsfectursB difficile officium !*' Ik geloof niet dat de plaat een bizondere
historische beteekenis heeft.
1678. Mulleb (S. No. 76é D).
654. „Des vgants lant yerderflijck listen
Doet den vrinden yijandelijck twisten
Om deen door dander te doode(n) T(er)woedich
Can Ghriste(n) liefde nu gee(n) ee(n)(kacht maken
Gemeijne noot doet dz laet die waken
Den ygant te weerstaen gelijckmoedich.'*
Daar aan dit exemplaar het a&onderlijke vers ontbreekt en ik dus niet
kan nagaan of daaruit de algemeene strekking dezer zeker zeldzame zin-
neprent blijkt, mag ik niet meer zeggen dan dat ik vermoed dat er op
een bepaalde plaats (Antwerpen?) met deze plaat gedoeld wordt De
plaat vertoont een groot plein. In 't midden is een omheining, waar
binnen twee honden een wolf aanvallen. Eene menigte toeschouwers
staat er omheen. Gravure in-plano, zonder naam van graveur, met adres
van A. Hubertus 1678. Links onder in de plaat bovenstaand 6regelig
vers in twee rijen, rechts een evengroot firansch vers.
1678. Muller (S. No. 764 £).
655. Willem I in de raadzaal te Gent voorspraak voor
eenige, ondanks de pacificatie van Gend, gevangen geno-
men R. Katholieken.
De prins in 't midden ; links de familie der gevangenen in smeekende
houding; rechts de raad. Steendruk in-plano, naar M. van Bree, door
Pinnov.
Januari 1678. Muller (No. 768).
656. Don Jan ontvangt den prins van Parma.
Zie: No. 287. Plaat 03.
1578. Mulleb (No. 767).
657. „Gvr, ó Alexander, tibi Dvx Parmensis, athuius
Orbis & alterius dignior imperio?
Hercvlis armator nodosa dextera Clava?" etc.
20-regelig vers, in twee kolommen, onder een zinueprent op Alex.
Famese. In het midden der plaat is hij ten voeten uit afgebeeld, met
een knods in de rechter-, en een schild, waarop een Megerakop, in de
linkerhand. Hij wordt geleid door de Qodsdienst, a%obeeld als een vrouw
met een kruis in de hand, waarmede zij wijst naar twee tempels op een
berg (Ultramontes?) die op den achtergrond links staan. Rechts een
palmboom, waaraan het wapen van Famese hangt en aan welks voet
278 GBHBLOÜ&S - AMSTBKDAM STAATSGEZIND 1678
drie vrouwenbeelden verbrijzeld liggen. Gravure in-folio, naar Otto Venius
door G. Venius.
31 Januari 1678. Muller (No. 768).
658. Slag bij Gembloars.
Zie: No. 267. Plaat 94.
31 Januari 1578. Mulleb (No. 789).
659. „Den veldtslagh yan Gembloers onder den heere
Joannes van Oosteniyck Ao. 1578."
Opschrift (met verklaring der letters A — H) in een breed lint, boven
de afbeelding vau den slag. Gravure br. in-fol. door F. v. d. Wijngaerd
met adres van de „Vidua Cnobbari." Uit Strada, Nederl. oorloffm^
folio-uitgave.
31 Januari 1678. ' Mulleb (No. 770).
660. „Pugna Gemblacensis 1578.''
Zie: No. 369. Plaat 11.
8 Februari 1678. Mulleb (No. 773 b).
661. Amsterdam verlaat de spaansche zgde.
Dezelfde gravure, als bij Muller onder a beschreven is. O&choon met een
dikken zwarten rand, behoort zij evenwel niet in Le Clerc, zooals hij opgeeft
8 Februari 1678. Niet bij Mulleb (No. 778).
662. Amsterdam wordt staatsgezind.
Zie: No. 18. Plaat 132.
8 Februari 1678. Mulleb (No. 774).
663. Magistraat en Roomsche geestel^kheid uit Am-
sterdam verw^derd, b^ het verlaten der Spaansche zgde.
Op den voorgrond rechts de schuiten, waarin de geestelijken vervoerd
worden. Op den achtergrond rechts de waag, enz. Gravure in-S**, naar en
door Th. de Koning 1778, met adres van P. Oonradi. Titelprent van : De
kertorming van Amsterdam : In den Jare 1678 . . . Amst. P. Conradi,
1778. in-8».
8 Februari 1578. . Mulleb (No. 776).
664. „De Geestelykheit en Regeennge uyt de Stadt
geleydt. Ao. 1578."
Gezicht op het Water te Amsterdam. Rechts op den voorgrond worden
de geestelijken in een schuit gebracht Gravure langw. kl. in-4'^. door
H. Post, 1728.
21 Februari 1578. Mulleb (No. 776).
665. Verovering van Sichem (b^ Diest).
Zie: No. 267. Pi. 95.
1578 YEB8CHILLBNDB OEBBUBTBNIS8SN 279
7 Mei 1578. Niet bij Mullbb (No. 776).
666. „Oratie der Ambassadeuren vanden doorluchtighen
Prince Matthias Aertshertoge van Oostenrycke/ etc. Gouuer'
neur van die Nederlanden : Verhadt inden Rijckxdach ghC"
hoxiden tot Wormes,... in fiaer ons Heeren h.d.lxxtiii,
den seuensten daóh van Meye. Rhetoryckelick in ons
Nederlantsche tale ouerghestdt^ door lean Baptista IIov^
waert .... t^ Antwerpen^ Ghedruct by Christoffel Hantyn^
M.D.LXXVIII."
Op bl. 8 der vertaling dezer rede van Mamix v. St Aldegondey is
de rijksdag a%ebeeld. Houtgravure in•4^ door AVL.
18 Mei 1578. Mullbb (No. 777).
667. De Jezuieten en eenige Minderbroeders uit Ant-
werpen gevoerd.
Zie: No. 287. Plaat 96.
18 Mei 1578. Mullbr (No. 778).
668. Ontdekking van sodomie in een klooster te Brugge.
Zie: No. 267. Plaat 97.
Mei 1578. Mullbb (No. 780).
669. „De yeroTeringhe der stadt van Limbvrgh onder
den heere loannes van Oostenryck. Anno 1578.**
loschrift (met verklaring der letters A — O.) in een breed lint, boven
de afbeelding van 't gevecht. Gravure breed in-fol. door F. v. d. Wijn-
gaerde, met adres van ,,yidua Onobbari." Uit de folio-uitgave van Stnula,
Nederl. oorlogen. 1646. In de bovenhoeken gemerkt: ,,fol. 884" ,,fol. 386.'
Mei 1578. MüLLBE (No. 781).
670. „Limburgi expugnatio . . . 1578.'*
Zie: No. 369. Plaat 12.
28 Juni 1578. Mullbb (No. 783y.
671. „Executie der tiodomiten binnen die Stadt gendi**
Zie: No. 267. Plaat 98.
14 Juli 1678. ' Mullbb (No. 784).
672. Matthiatf inspecteert het Statenleger.
Zie: No. 267. Plaat 100.
1578. NiBT BU Mullbb (No. 784;.
673. Onderhoud tusschen Willem 1 en Maithias van
Oostenryk.*
Zie: No. 18. Itaat 130.
280 TEBSCHILLBNDB GEBSURTSNI88EN 1678
MuLLBB (S. No. 784 A).
674. „Den slapende leen/'
Zie verder, op No. 719 — 21.
20 Juli 1578. Muller (No. 785).
675. „Inneming de stadt Gampen yan wegen de Staten."
Zie: No. 267. Plaat 101.
26 Juli 1578. Mulleb (No. 786).
676. Sodomit. monniken te Brugge verbrand.
Zie: No. 267. Plaat 99.
1 Augustus 1578. MuLLBB (No. 787).
677. Slag bg Bymenant.
Zie: No. 267. Plaat 102.
1 Augustus 1678. MuLLBB (No. 788).
678. „Het gheyecht tvsschen Rymerant (sic) ende
Mechelen in Brabandt onder den heere Joannes yan
Oostenryek. Ao. 1578."
Inschrift (met verklaring der letters A — N.) in een breed lint boven
de afbeelding van het gevecht. Gravure breed in-fol. door F. v. d. Wijn-
gaerd, met adres van „Yidua Cnobbari." Uit Strada, Nederl. oorlogen, 1646.
In de bovenhoeken gemerkt: ,/ol. 39é," ,/ol. 395."
1 Augustus 1678. MuLLBB (No. 789).
679. „Reuocatio exercitos catolici ad Rimenantam
. . . 1578."
Zie: No. 869. Plaat 18.
26 Augustus 1578. Mulleb (No. 791).
680. Matthias inspecteert de troepen yan Joan Gasimir.
Zie: No. 267. Plaat 103.
24 September 1578. Mullbb (No. 792).
681. Meenen door de Malcontenten ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 104.
September 1578. Niet bij Mulleb (No. 792).
*
682. Het lijk van Don Juan^ geharnast en ah leefde
hij nog, staande aan Phüips II vertoond.
Zie: No. 18. Plaat 136.
1678. Niet bu Mulleb (No. 787).
683. Een ter galg verwezen Duitsdier om zijn krachtige
taal door don Juan vrijgesteld.
Zie: No. 18. Plaat 131.
1678
ZINNBPRBNTEN 281
1678. MULLBB (No. 796).
684. „o Nederlant nu van dry tirannen Verlost sgt
Den eersten met schanden wt den lande geweken
Dese twee met pestilentie geslagen in cortter tgt
Godt can ts:gnder tyt alle booshe^t wreken.
Dus weest Toorsichtieh gebrugckt fortuna b^ maten
(siet
Op dat s^ niet en misgonne t vrghegt yercr^en
V weder en sette als voorleden in lammer en verdriet
Onder tirannen gewelt daer ghg in hebt gelegen"
Uiterst zeldzame zinneprent met bovenstaand 8-regelig gedicht in twee
kolommen onder de plaat. In de plaat zijn een tiental inscriptien aange-
bracht in 'tfransch en hollandsch. Sommigen zijn op rijm, anderen zijn
bijbelteksten. De inhoud van alle doelt echter op een voordeel dat 6f
den Nederlanders öf den Protestanten alleen was ten deel gevallen. Het
inschrift in het midden, boven in de plaat doelt daar wel het meest op.
Het luidt:
„O Nederlant die lach in dienstbarighe banden,
Een slaue der moordadiger spaensche tiranie v(er)woet.
Nu beurijt vant iock verlost wt haer banden,
Loeft den alderhoochsten die v dit aenschouwen doet"
De gravure is door Muller beschreven naar het exemplaar van den
Heer YerLoren van Themaat. Of ze doelt op de komst van Matthias
van Oostenrijk staat nog te bezien. Zie hier de voorstelling: In 't midden
zit „Dvc de Alva," op een stoel. Aan zijne rechterzijde (links van den
beschouwer) een nar met het standbeeld, op de rechterhand, dat Alva
zich zelven deed oprichten. Links van Alva de Tijd. Aan weerszijden
van zijne voeten staan twee doodkisten; op de een ligt ,J>n leha(n)
davstr ia morit a^ 1578, L octob."; op de ander: „Le Conmi andor de
Melan m orit a^ 1678. 5 mars." Aan weerszijden, zoowel als boven het
hoofd van Alva holl. en ir. inschriflen. Achter de beide inschriften, ter
zijde van Alva, links Matthias van Oostenrijk, rechts Willem van Oranje,
beiden te paard. Boven hunne hoofden een é-regelig hollandsch en een
3-regelig fransch opschrift. Boven 't hoofd van Alva een hollend paard:
„Belga"; links: „Digninitas" (sic); rechts: „Virtus"; het 4-regelig hol-
landsch vers: „O Nederland die lach," enz., boven zijn hoofd. In den
benedenhoek links twee nonnen; rechts twee monniken. Gravure langw.
in^***. door H. Goltzius.
1578. NiBT Bu Muller (No. 795).
685. „O Jeru9alem ick uM wachters op dijne mtiereii
hesteUerij die den gheheelen dach ende nacht nim(m)ermeer
stil suxijgen en sullen^ en(de) die des lieeren suUen gedencken
282 VERSCHILLENDE OEBEURTENISSEN 1578
Op datter bij v geen sivijgen en sij^ en{de) gh^ van hem
niet en swijcht, ter tijt toe dat Jertisalem bereijdet ende
geset worde toteenenpr^s opter aerden. lesaijas. 62. Cap.^*
Onderschrift eener plaat, waarop in zinnebeeldig randwerk de portretten
van ,.Matthias archiduc davstrice" en „Messire Qvillamme prince d'oranges
comte de nassov, de vianden'\ enz. zijn a%ebeeld, zooals in cartouches onder
elk portret is aangegeven. Uitnemende gravure, waarschijnlijk door Wiercx.
7 Oktober 1578. Mulleb (No. 79«).
686. De hertog Tan Alen9on neemt Bins in.
Zie : No. 267. Plaat 106.
28 Oktober 1678. Niet bu Mulleb (No. 796).
687. „Le Seigneur De cappres. ceux du conseU DdrtJwis^
et les esceuins D'arras . . . mettent a mort Monsieur GoS'
son • . . deputé ... De la Bourgeoisie diceüe Vïöe," etc.
6-regelig duitsche en fransche onderschriften onder eene plaat, veel beter
gegraveerd, dan die uit Hogenberg, en die zeker als origineel voor die
plaat gediend heeft. Bij Hogenberg ziet men achteraan rechts slechts 1
kanon, hier twee, met de bediening. Op den voorgrond rechts bij Ho-
genberg 4 gewapenden; hier 8, rondom een kanon, enz. Qravure langw.
in-é**. zonder naam.
26 Oktober 1678. Mülleb (No. 797).
688. Gosson te Atrecht onthoofd.
Zie: No. 267. Plaat 106.
26 Oktober 1678. Mullkb (No. 798).
689. „De raadsheer Gosson, een man van omtrent 70
jaaren, in de nacht by toortsUcht, te Utrecht (sic) onthoofd."
Het onderschrift heeft „Utrecht" voor „Atrecht" Zie: No. 11. Dl. XVUI.
Plaat I(V).
Oktober 1578. Niet bu Mullkb (No. 798).
690. „ Want Bdgica nu = inwendich = daer vergaet, en
Lancx soo meer = ghepluckt = rvordt:
Soo daeght zy v = aüendich = haren staetj en
Hoe zy seer = verdruckt = wordt.*'
Inschrift in een cartouche aan de keerzijde eener zinneprent
op den toestand van Nederland. Op den voorgrond Belgica, als een
vrouw, wier hart door een soldaat wordt opgegeten, terwijl links een
ander krijgsman haar met het zwaard dreigt. Achter haar staat alles
in brand. Houtgravure zonder naam, voorkomende op bl. 133 van
J. B. Houwaert's boek: Milettus cUxchte. Leyden, W. Silvius 1B78. in-4*.
1578—1579 VBRSCHILLBNDB GBBBÜRTENISSEN 283
November 1678. Mullbb (No. 790).
691. Deventer voor de Staten genomen.
Zie: No. 367. Plaat 107.
November 1578. Niet bu Mulleb (No. 709).
692. De lij f knecht van een der bdegeraars van Deventer
dekt zijn gewonden meester met zijn lichaam en wordt
met hem gedood.
Zie: No. 18. Plaat 133.
1578. a. NiBT BIJ Mullbb (No. 800).
693. Het vclk van Brussel vervolgt Champigny^ de
Glimes e. a. die den magistraat tot ketterweering wilden
dwingen.
Zie: No. 18. Plaat 134.
1578. ó. Niet bu Mulleb (No. 800).
694. Jan van Nassau^ te Arnhem uit den raad komende,
wordt door bedelmonniken uitgescholden om zijn verdraag-
zaamheid.
Zie: No. 18. Plaat 136.
1578. c. Niet bu Mulleb (No. 800).
695. Poging tot verkrachting door een fransch officier
te Rijssd beproefd, met een dolksteek door liet meisje afgeweerd.
Zie: No. 18. Plaat 137.
1578. Mulleb (Ö. No. 800 A).
696. „WaeraflHdghe. afconterfeitinge. Der. Loeflike,
Ke^'ser. Vrye. Anze. Stadt. Deuenter: In Wat. ghestalt.
dat. het. is Belegert onde. Beschaten. Ao. 1.5.78: de(n)
. . Noue(m)brij : de(n) 20. is het va(n). die state(n) ingenamen :"
Uitvoerige afbeelding. Steendruk. ,,Naar de oorspronkelijke schilderij
op het ' Stadhuis te Deventer", door J. de Lange. Muller beschrijft dit
exemplaar van deze |)Iaat, die wel meestentijds ontbreekt en daarom
misschien zeldzaam genoemd kan worden, maar die behoort in: Otcrijs-
sekche Volksalmanak, 1839.
8 Januari 1579. Mulleb (No. 801).
697. Hoofdman Biel voor Kerpen gehangen.
Zie: No. 287. Plaat 109.
29 Januari 1679. Niet bu Mulleb (No. 802).
698. ,,Vunion d' Utrecht II De band van UtredU.''
Rechts een troon met , drie treden. Aan den daarop staanden vorst
284 UNIE VAN UTRECHT 1679
■
(prins Willem I?) wordt, op een kussen, het zwaard (der macht) aangeboden.
Links verschillende personen die de wapens hunner provinciën aan
stokken boven zich dragen. Lithogr. in-plano, naar Odevaere door JobanL
Zeer fictieve voorstelling.
29 Januari 1579. a. Niet bu Muller (No. 803).
699. „1579." ,,Unie van Utrechte
Steendruk naar P. C. Bruining door A. A. Vunnink.
29 Januari 1679. b. Niet bu Mulleb (No. 803).
700. ,^Het huivrig Gendsch verhond gekncüct in vede leden,
En *t heimlyk wankien uit gdoofs, verschü en haat,
Deed v^f gewesten tot een nadere eendragt treden,
Den gronddag van de magt van Needands vryen
(staat:'
Gravure in-18*. door S. Fokke. Uit een almanak.
29 Januari 1679. c. Niet bij Mulleb (No. 803).
701. Unie van Utrecht.
Gravure in-12". door Folkema?
29 Januari 1670. d. Niet bij Mulleb (No. 803).
702. „Unie van Utrecht:'
Gravure in-8*. naar G. Backer, door N. van der Meer.
29 Januari 1679. e. Niet bu Muller (No. 803).
703. „Foederatum Belgium:*
Zinnebeeldige plaat op de Unie van Utrecht De Nederlandsche Maagd
onder een troonhemel, aan het hoofd van HoUand's tuin gezeten. Aan
weerszijden de zeven provinciën. Onderaan, links Neptimus en deAmster-
damsche stedemaagd-, rechts twee mannen kazen opstapelend aan den
oever. Gravure z. n. Titelplaat van?
29 Januari 1679. • /. Niet bu Muller (No. 808).
704. „De Unie van Utrecht 1579."
Gekleurde lithografie in-plano naar W. P. Hoevenaar door A. van
Groeneveldt, gedrukt door P. W. v. d. Weijer, met adres van Dannenfelser
& Doorman, Utrecht Voorstelling van een der groepen uit de Maskerade
der Utrechtsche studenten van 1853. Hierbij een steendrukplaatje kl. in•4^
en daaronder in boekdruk de verklaring der zinnebeeldige voorstelling
en de namen der deelnemers.
2 Maart 1579. . Muller (No. 806).
705. Parma trekt voor Antwerpen.
Zie: No. 267. Plaat 110. (Foutief genommeni 108).
1579 MAASTRICHT BELEOBSD 285
12 Maart— 29 Juni 1B79. Mullbr (No. 806).
706. Beleg Tan Maastricht.
Zie: No. 267. Plaat 111.
12 Maart-29 Juni 1579. Mullbr (No. 807).
707. „Traiectensis obsidio anno 1579."
Opschrift (met verklaring der letters A-L boven de afbeelding van de
belegering van Maastricht. Qravure br. in-fol., bovenaan rechts gemerkt
„56" geêtst door J. Miele. Uit Strada, De bello helgico. Rome 1640. in*fo1.
29 Juni 1579. Muller (No. 807).
708. Traiecti expugnatio enz.
Opschrift met verklaring der letters A-N boven de afbeelding der in-
neming van Maastricht. Gravure br. in-fol. bovenaan rechts gemerkt „89',
geëtst door J. Miele. üit Strada, De bello belgico. Rome 1640. in-fol.
12 Maart— 29 Juni 1579. Muller (No. 808).
709. „Traiectensis (ad Mosam) obsidio anno 1579."
Zie: No. 369. Plaat 15.
Muller (No. 808).
710. „Traiecti (ad Mosam) expugnatio anno 1579."
Zie: No. 369. Plaat 16.
29 Juli 1579. Muller (No. SlOa).
711. „Maastricht door den Prins Tan Parma Stor-
mender handt overweldight, in' den laare mdlxxix, den 29
van Julius."
Afbeelding van het gevecht op de brug over de Maas. Gravure breed
in-fol. door J. Luiken, met bovenstaand onderschrift Ook in dezen staat
met een dikke zwarte lijn om de gravure.
29 Juli 1579. Muller (No. 810*).
712. „De Stadt Maastricht, door den Prins yan Parma
met Storm verovert, den 29. July des Jaars 1579."
Opgegraveerde staat van No. 711, zonder naam van J. Luiken. Links
bovenaan: „Tom I. No. 16." Zie: No. 269. Plaat 19.
29 Juli 1579. Niet bij Muller (No. 810).
713. Maastricht door Parma ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 112.
286 YEBSCHILLSNDB OEBBUETENISSEN 1679
4 Juni 1679. Mullbb (No. 811).
714. Brussel door den graaf yan Egmond onverwacht
genomen.
Zie: No. 267. Plaat 118.
23 Juni 1679. Niet bu Mulleb jNo. 811).
715. Philips {zoon van LamoraaJ) graaf van Egmond
op de markt te Èn^ssel ingesloten^ nadat ^zyn spaanschge^
zindheid gebleken luas.
Zie: No. 18. Plaat 140.
1 Juli 1579. Muller (No. 814).
716. „Gezigt der markt te *s Hertogenbosch, met het
geyegt tosschen de burgery, en het schermers gilde den
1 Juli 1579 Toorgevallen."
Onderschrift eener voorstelling van dit feit op een gravure zeer breed
in-fol., naar J. Everts door C. J. de Huijser. „Getekend naar een oude
Schildery kort na dien tijd geschilderd." Verklaring der cijfers 1 — 9,
mede op een rij onder de plaat.
Augustus 1579. Niet bij Muller (No. 814).
717. De vloot van Lamotte voor den Briel door de
Hollanders ingesloten en genomen.
Zie: No. 18. Plaat 142.
September 1579. Muller (No. 816).
718. Schans b^ Willebroeck door de Staatschen genomen.
Zie: No. 267. Plaat 114.
1579. Muller (N.o. 524a; S. No. 784 Ae; S. No. 815 A).
719. Vier zinneprenten.
De vier zinneprenten door Muller onder bovenstaande nommers be-
schreven maken één stel uit; nl. het kompleete stel van de door M. onder
S. No. 815 A beschreven twee platen. Ik vermeld ze hier op nieuw
uitvoerig omdat enkele eigenaardigheden dezer platen aan M. zijn ontsnapt.
I. „De verkeerde Weerelt." „Le Monde a rebous."
Inschrift in een plaat, die in rebus-vorm weergeeft, wat men leest, in
het eerste der drie distichen (holl., ir. en duitsch) die onder de pbiat
staan. Daar heet het : •
„Qheveijstheijt, met Tijra(n)nij, hout de Weerelt verkeert
Trouwe, en(de) Liefde slaept, soo den Tijt, ons leert."
De prent vertoont van links naar rechts: een vrouw met een rozen
krans in de linker-, een geesel van slangen in de rechterhand : Gheteijsthe^t,
Zij stont. met Tijra{n}ftij een heiden sch krijgsman, die een hart aan een
1579 VIER ZINNBPRKNTBN 287
zwaard geregfen in de hand heeft en hout de Weerelt, die tusschen beiden
ligt en waarop het jaartal 1676 (6 k rebours), voor 1579 staat, verkeert, d. w. z.
de bol ligt hier met het kruis, dat anders steeds omhoog staat, omlaag.
Twee ineengesloten handen = Trouwe liggen aan den voet van Tirannie;
daarnaast een eend = end dan de Lie/de, voorgesteld als een moeder met
kinderen. Zij skupt; rechts van haar een gras soo de, daarboven een<^,
daarnaast de 2^^, die op een boek wijst, op welks eerste bladzijde ons
staat, terw^l de andere een leer en de letter t vertoont Leest men het
hier kursief gestelde achtereen dan is dit gelijkluidend met het hollandsch
tweelingvers.
Het boek rust op een soort steen waartegen bij wijze eener klok een
cirkel is waarin „A* 1568.67 . . . 83'' terwijl de wijzer op 79 wijst Daar
boven: „M. v. Cle(ef) inv." en onder: „W. Haecht compo. et ex."
n. „Den slapende leeu."
Inschrift in een plaat waarboven men leest : „Doemen 1567 screef =
wast schade, dat den leeu soo lang slapende bleef. Si Ie lyon guerrier
neust dormy si profo(n)d^ Lan. 70. moins. 3. libre seroit son fond." De
plaat brengt in beeld, doch op eenigszins andere wijze als no. 1 v^t er
in het 6-regelig hoU., fr. en duitsche onderschrift, in drie kolommen naast
elkaar, onder gegraveerd is; nl.: „1. Den Leeu die slaept 2. Den Wolff
die ghaept 3. Den Yosch die steelt 4. Den Hondt die bast 5. Den Esel
lijdt last 6. Het Scaepken queelt"
Zij vertoont van links naar rechts op den voorgrond een Leeuw : „De
Nederlantsche macht" slapend bij een bal, waarop „Gheueijsden raet"
Daarnaast een wolf: „Yremde roouers."; dan -een mand met 7 ganzen en
twee varkens: „T'ghemeijn Weluaert", waaruit een vos : „Spaensche offi-
ciers" een gans steelt; daarnaast een hond: „D8la(n)ts getrouwe", vastge-
bonden aan een hek aan welks andere zijde een ezel bezweken ligt onder
allerlei soldatenmonteering: „Voorleden Crijchshandel", terwijl achter den
ezel een schaap staat: „Do(n)no8ele beroofde." De achtergrond links wordt
ingenomen door slapende of brassende herders, wier ganzen, schapen,
koeien, enz. rechts door krijgslieden enz. worden weggevoerd. Deze
gravure is zonder eenigen naam. Qravure z. n.
in. „Den ghierighen wolf."
Lischrift in een plaat, waar boven men leest: „A^ 1570 en achte,
Ontwaeckte(n) den Leew, en hij kenden s'wolfs gheslachte. +
Le belgique Lyon en sursaut s'esueilla, Lan 60 et 18 quand Ie loup
Ie veilla."
O&choon bepaald in verband met no. H is de beteekenis van deze
prent minder duidelijk, dan die der voorgaande. De hoofdgroep vertoont
een wolf, die zich 't hart uit het lichaam braakt een kat vangt dit braaksel
op, terwijl een vos den wolf ondersteunt. Een gans. die een vos den
288 VIKR ZDfNEPRBNTBN ^W
spinter? uit den poot haalt, en twee honden, die het braaksel oplikken
naast de kat. Links xit een aap op den voorgrond een braadspit draaiend;
op den achtergrond de leeuw ontwakend ziet zich omringd door schaap,
hond en ezel (zie plaat II). Rechts op den achtergrond de leeuw staande
naast het schaap, terwijl de hond den tos aauTalt en een hert^ beer en
ezel den wolf beet hebben.
Onder de plaat in drie rijen, in 'tholl., fr. en duitsch een 2-regelig
gezegde op rijm van „De Katte", „Den vosch." en „Den wolf*'
Gravure met „W. Haecht oom. et ex." „I. W(iericx) (sculps) en in de
poot van den aap „V C"{leef, inv.).
IV. „Blinde Herders." „Pasteurs aueugles."
Als No. 1 een rebus van 't volgend hollandsch onderschrift, dat ook in
'tfransch en duitsch onder de plaat staat:
„Schout blinde herders, die Godts wet ontbeiren
Want deur haer sotheijt, Woluen de schapen scheiren.**
De plaat vertoont dit op de volgende wijze van links naar rechts: een
schoorsteen ^ sekou met een t boven in; dan twee blinde mannen met
herderataven = bli$ide herders ] een dij van een vogel = dye; daarboven
de Heer met twee wetstafelen = Chds wet; daaronder iets verder een
O in T. = <mt dan twee betren bij een loant (handschoen) die aan de
post van een deur hangt. Aan de andere zijde der deur een pruik iUer,
verder een sot die heyt^ daar vóór twee Wolue» die de tckapen sekeiren.
Het cursief gedrukte achtereen gelezen, geeft hetzelfde als het hollandsch
onderschrift.
In de schouw „M. Y. C.(leef) In(venit) 1679." In 't midden op den voor-
grond „W. Haecht compo. et ex.", rechts daarvan : „ A. W"(iericx. fecit).
Hoogst zeldzaam stel van 4 gravures kngw. in-fol. Allen zijn links
van het <mderschrift met arab. cijfiBrs gemerkt 1 — 4; rechts met rom.
cijfen alleen No. I, U en IIIL Ofinhoon Muller alle platen of een kopie
er van beschrijft, schynt hij se nooit in dezen staat en op deze w^ze
bijeen te hebben ontmoet.
1BÖ7. Niet bu Müllbr (8. No. 816 A).
720. jjDoemen 1567 schreef^ uxist schade dat denleew
800 lang slapende Ueef^
Opschrift in kapitaal boven een zinneprent op de zorgeloosheid der
Hollanders tegenover Spanje. De voorstelling is uitvoerig door mij be-
schreven onder No. H van 't vorig nommer. Ik geeï dus hier alleen de
verschillen aan. De plaat is juist in omgekeerde richting. Hier ligt de
leeuw rechts, enz. Het insehrift in de plaat is hier: „Den Slapende
Leew" terwijl iets lager staat „yerdervi(n)ge des lants." Bij den ezel:
„Voorleden Crijchsvolck"; by de mand: „T'ghemeyn Welvutert" Voorts
zijn hier bij den wolf, den hond, den vos en het schaap geen insrhriften.
1579 ZINNEP&BNTBN 289
Behalve de 6*regelige onderochriflen in *t hoUandsch, fransch en duitach
is hier in een vierde rij een 8-regelig latijnsch vers vnn R. Lubsus ge-
graveerd : „Dum jacet et proflat" enz. Gravure langw. in-fol. z. n. v. gr., met
adres van „Prancisco Anthonij'* en tweede? adres van „Cor. I.(ansz ?) ex."
1579. NiBT BU MULLBR (8. No. 815 A).
721. ^^Doemen 1567 sdireef^ wast schade dat den leew
800 lang dapende hleef^
Andere staat der voorgaande plaat, en met S-regelige hollandsche,
fransche, duitsche verzen en een 8-regelig latijnsch vers onder de plaat Het
laatste vers onderteekend: „R. Lubbsus." De wolf heet hier ,3pc^i^seGuV''
(zigheid), onder de korf staat „De 7 provin'*(cien); onder den ezel „Voor
leden Crijchsvoick" ; op een der hamassen, die hij draagt: „Waertgel-
ders'*. In de plaat: ,J)en Slapende Leew". Gravure door bijvoeging van
„1619** midden onder de plaat tusschen het firansche en het duitsche
vers en door eenige veranderingen, toegepast op de Waardgelders. Gravure
langw. in-V. z. n. v. gr. met adres van „Frandsco Antonij" en Se
adres van ,.Cor. I."(ansz?)
1579. NiBT BU MuLLBB (8. No. 815 A).
722. ^^in-R^dinge des vclstandigen onbeweegfdijcken
Patriots ende vromen Ridders üesid Voorstander der Afe-
deriantsche Vryheden ende Vaderlandsdie Privüegien: Met
de ontmoetinge ende vereeninge synes seer hart4ieven/ langh^
ghewenschten Broeders ende Meihulpers den htoeckmoedighen
Orangischen Victor^ door Godes ghenade Overwinner der
Tyrannen.
Leser Eerbaer merct hier den Staet ^^aen
Hoe H Neeriandt soet in ttveen ghestdt „t9,
d^Een sooght den Wdff^ sit seer desolaet ^^saen
d* Ander onder voet, den Tyran hier veU ^^fris.^
Zinneprent op de Unie van Utrecht en de verschillende verhou-
dingen waarin de zuidel. en noordel. provinciën staan tegenover den
tiran (Spanje). Op de rechterzijde der plaat ziet men „Victor" (den prins
van Oranje), Alva vertredend en z^n wapen en devies .,Je Maintiendrai"
toereikend aan Desiderius (de gewenschte Unie) die te paard zit, terwijl
op de schabrak „P. Vnnie" te lezen is. In zijn rechterhand heeft hij een
vredestak en een lans waaraan een vaandel met: „Recvperare avt more*'
en „Pro lege et grege.** Links Burgundia, die twee wolven zoogt, naast
haar een standaard, waarin : „De Oude Prophesye, van de Spanse Tiranv,
siet, sal door Nas8(au) syn vemiet" Daarnaast de prov. Braband, Mechelen,
enz. zinnebeeldig voorgesteld. Gravure naar J. Batman. Is mijn opvatting
der plaat juist dan behoort zg hier en niet op 157S, waar Muller haar
onder No. 584 plaatst.
19
ff
290 YSSSCHILLENDE OEBBXJBTENI88SN 1679--1680
1579. MuLLBB (8. No. 815 C b).
723. „Schjn zonder zyn."
Opschrift boven in een spotprent op twee protestantsche Bijbel-uitgaven,
te Delft in 1579 en te Dordrecht in 1580 gedrukt Aan de linker- en
rechterzijde der plaat staat het portret van den ,,yiaem8chen boer"
(Aemout van Geluwe), die aan weerszijden het gordijn wegtrekt waar-
mede links ,^n Ovden BybeV* bedekt was, achter welke „loan Calvin*'
staat; en rechts „Den Nievwen Bybel" waar achter men een „Niev
G^ereformeerd Predicant" ziet Gravure langw. in-V. door Ant v. d. Does,
voorkomende in A. van Geluwe, Dm afghetroekm Masseker van het ver-
momt Qkereform, louter woordt Chdes, Hierby ook een grove kopie derzelfde
plaat, zonder naam van graveur, bij Muller onder e beschreven.
1679. a. Niet bu Muller (No. 815).
724. Jan van Nassau benoemt een nieuwen magistraal
te Amersfoort.
Zie: No. 18. Pbiat 189.
1679. h. Niet bij Mullbb (No. 815).
725. SrtUa, door Matthias en Oranje naar Mechden
gezonden^ verraderigk gevangen gehouden.
Zie: No. 18. Plaat 141.
6 Februari 1580. Muller (No. 816).
726. Leeuwardens kasteel genomen en de monniken
uitgeleid.
Zie: No. 267. Plaat 116.
27 Februari 1580. Muller (No. 817).
727. Eortr^k door de Malcontenten genomen.
Zie: No. 267. Plaat 115.
8 Maart 1680. Muller (No. 818).
728. „Verraad yan graaf Rennenberg, omtrent burge-
meester BÏildebrands."
Zie: No. 11. Dl. XXTV. Plaat IV.
8 Maart 1580. Niet bij Muller (No. 819).
729. De lijfknecht van den graaf van Rennenberg
doorschiet den grijzen Groningschen burgemeester Jacob
Hillébrants.
Zie: No. 18. Plaat 14«.
9 April 1580. Muller (No. 820).
730. Mechelen yoor de Staten gewonnen.
Zie: No. 367. Plaat 117. /
1580 VBRSCHILLBNDE OEBBÜRTENISSBN 291
17 April 1B80. a. Nikt bu Mullbb (No. 820).
731. Willem I onder gdeide van vde pradUige jachten
uü Muiden naar Amsterdam vertrekkend.
Zie: No. 18. Plaat 143.
1580. b. Nikt bu Mullbb (No. 820).
732. Maurits doorsteekt als knaap den banbrief zijns
vaders.
Zie: No. 18. Plaat 169.
Juni 1580? c. Nikt bu Müllbe (No. 820).
733. Parma doet den ban tegen Willem I te Maastricht
afkondigen.
Zie: No. 18. Plaat 145.
10 Mei 1580. Mullbb (No. 821).
734. De la Noue geyangen genomen.
Zie: No. 267. Plaat 118.
10 Mei 1580. Mullbb (No. 822).
735. Slag bg Engelmunster.
Gravure breed in-fol. z. n. v. gr. Uit: Strada, De bello belgieo. 1640.
27 Mei 1580. Mullbb (No. 824).
736. Dood van Bartel Entens.
Zie: No. 9. Dl. V. Plaat IV.
8 Juni 1580. Mullbb (No. 825).
737. Diest door de Franschen genomen.
Zie: No. 267. Plaat 119.
17 Juni 1580. Mullbb (No. 826).
738. Hollach verslaat de Spanjaarden bg Hardenberg.
Zie: No. 267. Plaat 121.
Juni 1580. NiBT bu Mullbb (No. 826).
739. Rensuxmde en Renesse^ bij Delfzijls bdeg^ gevangen
genomen^ zien al hun volk dooden, ofscixoon lijfsbehoud
hun toegezegd was.
Zie: No. 18. Plaat 149.
Augustus 1580. Mullbb (No. 827).
740. Vloot der yier keurvorsten op den Itgn.
Zie: No. 267. Plaat 120.
^■^M^I^Hfe^MBÉM
292 TBBSOHILLENBE OBBBXJBTBNI8SBK 1580—1581
15 Oktober 1580—23 Februari 1581. Müllbb (No. 828).
741. Steenwgk door Rennenberg belegerd, doch ontzet.
Zie: No. 267. Plaat 123.
Oktober 1580. Nibt bu Mullbr (No. 828).
742. Comput keert de muiters te Steenwijk.
Zie: No. 18. Plaat 151.
20 November 1580. Mullbb (No. 830).
743. „Johan yan den Comput, Steenwgk defendeerende,
gevraagd wordende door een yleeshouwer, wat zal 'tzyn,
als wg niet meer te eeten hebben; antwoord: dan zullen
WB u en uws geleken eerst opeeten."
Zie: No. 11. Dl. X. Plaat Hl.
17 December 1580. Mullbb (No. 832).
744. Hattem yoor de Staatschen behouden.
Zie: No. 267. Plaat 122.
1580. a. Nibt bu Müllbb (No. 832).
745. Een duitsch spion in Hoherdohe^s leger geworgd
en naar de galg gesleept.
Zie: No. 18. Plaat 150.
Januari 1581. b. Nibt bu Mullbb (No. 832).
746. Willem I doet den 'eed als heer van Vlissingen.
Zie: No. 18. Plaat 156.
Januari 1581. e. Nibt bu Mullbb (No. 832).
747. Steenwijk even voor het ontzet.
Zie: No. 18. Plaat 153.
23 Februari 1581. Mulleb (No. 833*).
748. „Mislukte belegeringe yan Steenwgk, door den
Graaf yan Rennenberg, A^ 1580. en 1581.'*
Zie: No. 259. Plaat 20.
1581. a. Nibt bij Müllbb (No. 833).
749. Deputatien uit verschillende kerkeraden verzoeken
de Staten-Generaal afgevaardigden te zenden naar de
synode te Middelburg.
Zie: No. 18. Plaat 154.
Juni 1581. b. Nibt bij Mullbb (No. 833).
750. Veiling van liet markiesaat van Veere en Vlissingen
gekocht door WiUem L
Zie: No. 18. Plaat 155.
1581 YfiRSCHILLBNDB OBBEURTBNIS8EN 293
28 Juni 1681. Müllbb (No. 834).
751. Breda door Haaltepenne ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 124.
2« Juli 1581. . MuLLBB (No. 885).
752. „PiKps de 11^ wordt afgezworen, zgn wapen,
zegels, enz. yemietigd, en andere yan de Staaten in plaats
gegeven."
Zie: No. 11. Dl. XV. Plaat IH
26 Juli 1581. Niet bu Mullbb (No. 8S5).
753. Afzwering van Philips IL
Zie: ^0. 18. Plaat 146.
18 Augustus 1581. Mulleb (No. 836).
754. Kamergk door Parma belegerd, maar ontzet.
Zie: No. 267. Plaat 125.
18 Augustus 1581. Mulleb (No. 837^).
755. „Kameryk in den Jaare 1581. door den Hertog
yan Anjou ontset."
Zie: Noi 259. Plaat 21.
September 1581. Mulleb (No. 830).
756. Ghateau Cambresis door de Franschen yeroverd.
Zie: No. 267. Plaat 126.
16 September 1581. Mulleb (No. 841).
757. Hevig geyecht bg Noordhom.
Zie: No. 267. Plaat 127.
16 September 1581. Niet bij Mulleb (No. 841).
758. Willem van Nassau en Norrits slaan zich bij
Narthom door *t Spaansche leger.
Zie: No. 18. Plaat 160.
29 Oktober 1581. Mullbb (No. 842).
759. Vertrek yan Matthias.
Zie: No. 267. Plaat 128.
29 November 1581. Mulleb (No. 843).
760. „Prise de ToumaL"
Gravure br. in-fol. z. n. v. gr. waarop de stad op den achtergrond en
den aanval op den voorgrond aan weerszoden van een cartouche met
bovenstaand inschrift en de verklaring der 'letters A — N is afgebeeld.
294 INTRBDB VAN ANJOÜ TB ANTWERPEN
158e
29 November 1681. Mullbb (No. 846).
761. „Tomacmu captnm anno 1581."
Zie: No. S69. Plaat 17.
November 1581. • Müllbb (No. 846).
762. „De pnnces van Espinoi, in de verdediging van
Doornik, in de bresse vegtende, wordt in den arm gewond."
Zie: No. 11. Dl. XIV. Plaat U.
5 December 1581. Mullbb (No. 84>7).
763. Parma neemt Bergen op Zoom, doch wordt er
weder nit verdreven.
Zie: No. 267. Plaat 129.
19 Februari 1582. Mulleb (No. 848).
764. f,La ioyevse & magnifique entree de Monseigneur
Fran9oy8, fils de France, et frere vnicqve dv Roy, par la
grace de Dieu, Dvc de Brabant, d'Anjou, Al6n9on, Bern,
&c. en sa tres-renommée ville d'Anvers. a Anvers, De
rimprimerie de Christoplile Plantin. m.d.lxxxii."
Boekdruktitel in zinnebeeldige, gegraveerde omlijsting, een monument
voorstellende, op welks voetstuk aan weerszijden van het adres, land-
bouw en scheepvaart zijn a%ebeeld; daarboven staan links: de Over-
vloed, rechts: Neptunus, enz. Deze intocht is afbeeld op 21 platen,
genummerd I— XXI. Ter aanvulling der zeer korte beschrijving van
Muller volge hier de opgave der voorstelling van iedere plaat en der
plaatsen waar de verschillende versieringen waren aangebracht.
Over Vlissingen en Middelburg ging de prins te scheep naar Lill« en
Antwerpen. In de laatste plaats kwam hij den lOen Februari aan.
Plaat I stelt die aankomst voor.
Links de Schelde, met de vloot, die den prins begeleidde.
Op den voorgrond de opgestelde schutterij, ruiterij, enz.
Op den achtergrond de stad „Antwerpia."
Plaat II. „Quo tua te Virtus," etc. Inschrift boven een soort overdekte
tribune, buiten de stad, op de plaats van ontvangst opgericht,
waar, om het gedrang van het volk te vermijden, de begroe-
ting plaats had door de Staten van Brabant. Het oogenblik
waarop de hertogelijke kroon hem door den prins van Oranje
op het hoofd gezet wordt, is hier a%ebeeld. Zóó getooid,
na verschillende ceremoniën, en nadat er geld en zilveren
penningen onder het volk gestrooid waren, besteeg hij
een schimmel en reed naar de stad.
Plaat 111 stelt de intocht door de Keizerspoort voor.
1582 INTREDE VAN ANJOU TB ANTWERPEN 295
Binnen de poort gekomen, wachtte de wagen der Ant>
werpeche maagd aldaar den stoet op.
Plaat IV geeft een afbeelding van dezen „Chariot de Tallianoe**
zooals de tekst zegt dat hij genoemd werd.
De maagd zit achter op den wagen onder een troonhemel,
waarin een latijnsch vers: „Principis impietas, furor'\ etc.
Vóór haar on aan hare zijde verschillende zinnebeeldige
figuren. In de stad gekomen, wachtten zes edelliedenden
prins met een baldakijn. Onder dezen hemel, a%ebeeld op
Plaat V vervolgde l^j zgn tocht Bij de St Georgekerk, aan
den hoek der Qasthiusstraat, was een eerepoort opgericht
door de rederijkerskamer „Accroissant en vertu" (In
deuchden versaemt?).
Plaat VI stelt dit eereteeken voor, waarop in drie tafereelen a%ebeeld
werd hoe Saul van de regfeering werd ontzet, David gezalfd
en Goliath verslagen 'werd. Met Saul en Ck)liath werd Philips
II, met David de prins bedoeld. Hierboven stond een latijnsch
gedicht : „Abstulit vt regni Dominus moderamina Sauli'* etc
Door den „Driehoek'* naar de „Huyvetterstraet** gaande
was aldaar een tweede eeretooneel opgericht
Plaat VII vertoont dit tooneel, veaarop het verbond tusschen Jonathan
en David was geschilderd. Met latijnsch vers: „Aduersus
veluti Saul promis." etc De rederijkerskamer „In liefiie
versaemt" was hiervan de ontwerpster. Van hier aan de
„Meerbrugghe" gekomen, zag men daar den op
Plaat VIII a%ebeelden olifiint, met latijnsch vers: „Lunam solebam",
etc. Langs Meerbrug en de Meer bereikte men den hoek
van de „Claire>8traete." Daar was weder een zinnebeeldig
tafereel opgericht, door de rederijkerskamer ,J)e Olijftak",
afgebeeld op:
Plaat IX. Uet stelde de Antwerpsche Stedemaagd voor en een meisje
voor haar geknield liggende, dat een kistje in de hand heeft,
volgens den tekst, de privilegiën, wetten, vrijheden, enz.
bevattende. De maagd is omgeven door Voorzienigheid,
Wijsheid, Qeloof en andere zinnebeeldige figuren. Boven de
voorstelling een latijnsch gedicht: ,,Gratia nata Deo culta
vestita', etc. Door de „Clairestraat" en „Langhenieustraete"
kwam men aan de „Pont Sainte Catherine" tegenover de
„Cruystraete", waar een op
Plaat X afgebeelde eerepoort was opgericht, bezet met muzikanten
en o. a. met het epachrift : „Hunc tandem euerso iuvenem
succurrere seclo ne prohibete."
Door do „Corte-nieustraete" en over de Melkmarkt. kwam
296 INTRBDB TAN ANJOU TB ANTWBEPBN 1582
men door de ,^eyser-ruye*' op de Groote-markt. Flam-
bouwen en pektonnen verlichtten dit plein, waar de, op
Plaat XI a%ebeelde reus stond. Vóór hem was een latijnsch vers aan-
gebracht: „NU rabies vesana furor vel sssua," etc. Kunstig
gemaakt, draaide dit beeld het hoofd naar den hertog, liet
de wapens van Spanje vallen en hief die van Anjou omhoog.
Ook was op deze markt voor het stadhuis een schouw-
tooneel opgericht vol nymfen en deugden. Dit tooneel is op
Plaat XII a%ebeeld en had als latijpsch inschrift: „Est Deus estqui
cuncta mouet precordia." etc.
Van de markt trok men door de Hoogstraat, naar de
„Oude corenmerckt** Hier stond een walvisch, waarop
Keptunus met zijn drietand zat. Scheepvaart en Koop-
handel zag men met een tweeden riviergod op een a&on-
derlijk voetstuk daarbij staan.
Plaat XIII geeft hiervan een voorstelling. Hierbij stond een latijnsch
vers beginnende: „Terrarum imperium tibi spondent £sita,"
etc. Van de „Hooch-straete" ging de stoet naar de plaats,
waar vroeger de poort van 6t. Jan stond, die in 1581
geslecht werd. Hier had men een eerepoort opgericht, met
's prinsen wapen versierd. Op
Plaat XIV ziet men hiervan de afbeelding. Boven den doorgang
leest men: „Exoriens veluti obscuras Soldi scutit'* etc.
De prins ging onder deze poort door en kwam op den
„Ouvre". Voor de Munt stond daar een gpx)ot zeepaard,
20 voet hoog. „Concordia'' zat op den rug van dit monster,
dat „Tyrannie" heette en een breidel van „recht" en „rede"
in den bek had. Het is op
Plaat XV algebeeld, terwijl
Plaat XVI een eerepoort voorstelt, opgericht aan de „Muntpoort".
Van dezen eereboog tot aan het paleis, de geheele lengte
der St Michiels straat, stonden aan iedere zijde 70
kolommen, elk twaalf voet hoog. Op iedere derde kolom
stond een flambouw. Deze versiering is op
Plaat XVII afeebeeld. Op
Plaat XVIII is het tooneel voorgesteld, dat terzijde van den ingang
van het paleis was opgericht Op dit tooneel zag men
verscheiden zinnebeeldige figuren, terwijl een latijnsch
vers : „O sit Justiti» pacisque vt basia" etc. boven de voo^
stelling prijkte. Voor den ingang van het paleis stond de, op
Plaat XIX a%ebeelde, eerepoort, waar bovenin drie gratiën: „Vertu,
Qloire et Honneur" waren afgebeeld. Hieronder stond
„Qui decus anteuenis meritis, virtutib" etc.
1682
INTBBDB VAN ANJOÜ TB ANTWBRPBN 297
Den 228ten Februari deed de prins den eed aan de stad
Antwerpen. Men ging daartoe van het paleis door de
St Michielsstraat naar het stadhuis. Men wees den prins de
op de Groote-markt staande monsters, die hij, door de duister-
nis, bij zijn inkomst niet bizonder goed gezien had en de op
Plaat XX a%ebeelde, en in één dag opgerichte, twee tooneelen,
waarvan één den Pamas voorstelde, waarop ApoUo
en de muzen gezeten waren, die hare instrumenten be-/
speelden en een ode zongen, ter eere van Zijne Hoogheid
gedicht. Dit tooneel zag men in de Hoogstraat tegenover
de Reijnerstraat, terwijl het tweede — een rots voorstellende,
waarop eenige dorre boomen stonden — aan de zijde van
de Vlasmarkt was opgericht. De helsche furiën Twee-
dracht, Wraak en Tirannie verborgen zich in deze rots.
Plaat XXI eindelijk stelt de Groote-markt en het daar opgericht
theater voor, met de plechtigheid der eedsaflegging. Dit
tooneel is onder No. XII reeds a£eonderlijk afgebeeld.
Geen dezer gravuren heeft een naam van teekenaar of
graveur. In 42 bladzijden tekst wordt een duidelijk en
breedvoerig verhaal der geheele plechtigheid gegeven.
19 Februari 1582. Mulleb (No. 849).
765. De hertog van Anjou te Antwerpen tot Hertog
V. Brabant gehold^.
Zie: No. 267. Plaat 131.
19 Februari 1682. Nibt bu Mullkb (No. 849).
766. Anjou te Antwerpen vertvdkomd.
Zie: No. 18. Plaat 147.
19 Februari 1582. Mullbb (No. 850).
767. Huldiging van den hertog van Anjou.
Zie :' No. 9. Dl. V. Plaat V.
22 Februari 1582. Mullbb (No. 851).
768. Anjou doet den eed Bin hertog.
Zie: No. 267. Plaat 138.
22 Februari 1B82. Mullbb (No. 852).
769. Tocht van den hertog door Antwerpen.
Zie: No. 267. Plaat 132.
1582. Niet bu Mulleb (No. 852).
770. Anjou ontvangt een deputatie der gereformeerden
op H stcuihuis te Antwerpen.
Zie: No. 18. Plaat 148.
298 JAUBEOUI - OUDENAERDE 1582
18 Maart 1582. Mullbb (Ko. 858).
771. Aanslag van Jean Janr^ni op prins Willem I.
Zie : Na 267. Plaat 1S4.
18 Maart 1582. Mullbb (No. 854a).
772. „Prins Willem de Eerste. Antwerpen 18 Maart
1582."
Onderschrift onder eene voorstelling der verwonding van den prins
door- en het vatten van Jean Jauregm. Gravure in-plano naar N. Piene-
man door J. W. Kaiser. Hierbij:
b. Dezelfde plaat, afdrok op chineesch papier, vóór bovenstaand on-
derschrift.
18 Maart 1582. Mulleb (S. No. 854 A).
773. „Wilhelm de Eerste, Prinse van Orange, tot Ant-
werpen Geschooten, int Jaar 1582.*'
Gravure in-4^ door J. Luiken. Uit L. v. d. Bos, Ttturtooneel van
doorluchtige numneti.
Maart 1582. Niet bu Mullbb (No. 854).
774. Willem I na den moordaanslag van Jean Jauregm
te bed liggend.
Zie : No. 18. Plaat 161.
19 Maart 1582. o. Mullbb (No. 855).
775. Jean Jauregai terechtgesteld.
Zie : No. 267. Plaat 185.
1582. b. Mullbb (No. 855).
776. „Triamphe e(n) Blyschap gedaen oaer tmoorda-
dich feyt aen den P. ya(n) 0ra(4)ge geschiet, te Boomen,
in spainien en inde Malcontenten Landen."
Zie: No. 267. Plaat 136.
28 Maart 1582. c. Mullbb (No. 855).
777. Executie van A. Timmerman en A. de Yenero,
medestanders van J. Jauregui.
Zie: No. 267. Plaat 187.
23 April 1582. Mullbb (No. 856).
778. Aelst door *t hertogel^k leger ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 143.
5 Juli 1582. Mulleb (No. 857).
779. Audenaerde door Parma beleerd en ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 140.
158S YBB8CHILLSNDB GEBEURTENISSEN 299
6 Juli 1683. MuLLBB (No. 859).
780. „Aldenarde capta an. 1582."
Opschrift (met verklaring der letters A — M.) in een breed lint, boven de
afbeelding van den slag, enz. Gravure breed in-fol. z. n. v. gr. Rechts
bovenaan gemerkt „168'*. Uit: Strada, De Bello Belgico. 1640.
19 April— 5 Juli 1581. Mulleb (No. 860).
781. „Aldenarda capta Anno 1587." (sic).
Zie: No. S69. Plaat 7.
1582. NiBT BU MULLBB (No. 862).
782. Willem I waarschuwt den zoon van den graaf
van Egmond tegen de Salseda (Salcedó).
Zie: No. 18. Plaat 162.
31 Juli 1582. MuLLBE (No. 862).
783. Executie yan F. Basa, die, met Salcedo, Willem
van Oranje en Anjou wilde vermoorden.
Zie: No. 267. Plaat 141.
2 Augustus 1582. Mullbb (No. 868).
784. lier door Sempel verraden en door de Malcon-
tenten ingenomen.
Zie; No. 267. Plaat 188.
3 Augustus 1682. Mullbb (No. 864).
785. Schermutseling bg Wgnoxbergen.
Zie: No. 267. Plaat 144.
19 Augustus 1582. Nibt bu Mullbb (No. 864).
786. De hertog van Anjou^ te Gent^ cds graaf van
Vlaanderen gehiddigd.
Zie: No. 18. Plaat 163.
27 Augustus 1582. Mullbb (No. 865).
787. Schermutseling bg Gent
Zie: No. 267. Plaat 145.
24^September 1582. J > > i ï
788. Lochem door Parma bel^rd, wordt door Oranje
ontzet.
Zie: No. 267. Plaat 139.
25 Oktober 1582. Mullbb (No. 867).
789. Salcedo te Para's gevonnisd.
Zie: No. 267. ?laat 14^.
300 VBESCHILLENDE GEBEÜBT£NISSEN 1583
1688. Niet bu Mulleb (No. 868).
790. Anjou in overleg met zgn geheime^raden.
Zie: No. 18. Plaat 16é.
17 Januari 1588. Mulleb (No. 869).
791. Fransche furie te Antwerpen.
Zie: No. 267. Plaat 146 en 147.
17 Januari 1588. Mullbb (No. 870).
792. De fransche furie.
Zie: No. 19. Deel UI. 1. BI. 41.
17 Januari 158S. Mullbb (No. 8716).
793. „D'aanslag van den Hertog van Anjou op Ant-
werpen, in den Jaare 1583. mislukt."
Zie: No. 259. Plaat 22.
23 Maart 1588. Mullbb (No. 873).
794. O. de Hooge in 's Hage onthalst.
Zie: No. 9. Dl. V. Plaat VI.
23 April 1583. Mulleb (No. 874«>).
795. Eindhoven door den graaf yan Mansvelt inge-
nomen.
Zie: No. 267. Plaat 149.
10 Mei 1583. Mulleb (No. 875).
796. Het kasteel van Wouw aan de Staten overgegaan.
Zie: No. 267. Plaat 150.
fi Juni 1583. Mullbb (No. 876).
797. Het kasteel van Westerloo door Mansvelt inge-
nomen.
Zie: No. 267. Plaat 151.
17 Juni 1688. Mullbb (No. 877*).
798. Bataille de Steenberghen.
Opschrift (en verklaring der letters A— S) in een plint midden onder
in een gravure, een hevig gevecht voorstellend.- Links bovenaan: Steen-
bergen terwijl verder het geheele bovengedeelte door het slagveld wordt
ingenomen. Achter het plint, met bovengenoemd inschrift, staat een
huis, waarlangs de troepen trekken, die van de linkerzijde opkomen:
rechts op den voorgrond eenige vervolgde boeren. Gravure breed in-fol.
„El Cap Inre Ledesma dis." „R. de Hooge fee."
1684 WILLBK I TBRMOORD 301
17 Juni 1B88. Müllbb (No. 879).
799. „Pagna ad Steenbergam anno 1583."
Opschrift (met verklaring der letters A — P.) in een breed lint, boven
de afbeelding van den slag. Gravure breed in-fol. naar en door J. Oor-
tese. Uit: Strada, De bello Belgico. 1640.
17 Juni 1683. Nibt bu Mullbb (No. 879).
800. yyPugna ad Steenbergam Anno 1583.'*
Zie: No. 369. Plaat 19.
1583. Nibt bij Müllbb (No. 879).
801. De Montpensier bij den overtocht van de D^le^
b^ Rymenant van zijn paard gedagen^ vat de piek van
een Zwitser.
Zie: No. 18. Plaat 165.
1588—84. Müllbb (No. 880).
802. Gent door Panna ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 152.
20 April 1684. Müllbb (No. 881).
803. Truchsess komt te Delft aan.
Zie: No. 267. Plaat 154.
Juni 1584. Nibt bu Müllbb (No. 881).
804. Sterfbed van den hertog van AnjoUy op H kasteel
Thierx.
Zie: No. 18. Plaat 166.
8 Juli 1684. Müllbb (No. 882).
805. Belegeringswerken om Zutfen.
Zie: No. 267. Plaat 165.
10 Juli 1584. Müllbb (No. 413"^.
806. Moord aan Prins Willem I gepleegd.
Plaat van Hogenberg. Gekleurd exemplaar.
10 Juli 1584. Müllbb (No. 883).
807. Willem I door Balthasar Gerards vermoord.
Zie: No. 267. Plaat 166.
10 Juli 1584. Müllbb (No. 885a).
808. „De Moordt des Prinsen yan Orai\je, tot Delft, in
den Jaare, 1584."
Onjuiste voorstelling. De prins op een vier treden hooge trap, vlak bij
de atraatdeur, door B. G. doorschoten. Gravure breed in-fol, met boven-
staand onderschrift, door J. Luiken.
302 WILLBM I Vfi&MOORD 1584
10 Juli 1584. MuLLBB (No. SSbc).
809. „'t Vermoorden van den Prins van Oranje, door
Balthasar Gerards, in den Jaare 1584. te Delft.**
Zie: No. 259. Plaat 28.
10 Juli 1584. MüLLBB (No. 887).
- 810. „Willem de Eerste, Prins van Oranje, te Delft,
doorschooten, in *t jaar 1584.'*
Onderschrift onder een gravure langw. in•4^ door N. v. d. Meer. Juister
voorstelling. De moordenaar vlucht naar links.
10 Juli 1684. Niet bu Müllbb (No. 888).
811. WiUem I door Balthasar Gerardts vermoord.
De prins wordt ondersteund door zijn vrouw en een dienaar. Op den
voorgrond links het pistool; rechts den hoed en het paspoort van den
moordenaar die links vlucht door een deur, waarboven het wapen- van
Holland. Steendruk in-4°. zonder naam.
10 Juli 1584. Muller (No. 888a).
812. Moord van Willem I.
Ghtivure in-8^ door F. v. Bleyswyk. Links ziet men door een kamer de Oude-
kerks? toren. Hierbij de origineele? teekeniog voor bovenstaande gravure.
10 Juli 1584. Mulleb (No. 888&).
813. „De Deugt leeft Immermeer, trots 't Snoodste
moordgeweer.*'
Onderschrift onder dezelfde voorstelling van 't vorig nommer. Rechts
van deze 8°. gravure zonder naam, een sonnet „op de nevensstaande af-
beelding.'* De plaat is als titelprent geplaatst vóór Beredeneerde missive
van een burger te Amsterdam aan den scAryver van den Post van den
Neder 'Bhyn. 's Gravenhage, z. j. (1782). in-8*.
10 Juli 1584. Muller (No. 889).
814. „Heere! ontfermt V over het volk!*'
Qeheel dezelfde voorstelling. Uit den mond des prinsen komen bovenstaande
woorden. Een kind achter den prins en in het vertrek de prinses? de handen
ten hemel heffende. Gravure in-8". door A. v. d. Laan. Titelplaat van de „Zo/-
verkondigende verhandeling over de laatste Bede van Willem den Bersten, enz.
sGravenh. 1784, in-8».
10 Juli 1584. Mulleb (No. 891).
815. „Prins Willem L, te Delft, doorschooten."
Reehts de prins, links Balthasar Gerards. Toesnellende lieden op den
achtergrond. Gravure in•12^ met bovenstaand onderschrift, naar J. Buys,
door R. Yinkeles. Boven in 't midden gemerkt U. Uit: De Vrijheid aan
de nederlandsche jeugd. Amst., J. Allart, 1784. Zie de beide andere plaatjes
uit dit boekje. Muller No. 409 en S. No. 5048 Aa.
1684 BOOD SN BEGRAFENIS YAN WILLSM I 303
k
158i. a. Niet bu Muller (No. 891).
•
816. „Jn memoriam. Tafereden uit Hollands tachtig'
jarigen strijd. Met etsen van Wiüiam Unger naar teeke-
ningen van Oi. Rochussen en Herman ten Kate. Haarlem
A. C. Kruseman 1873."
Titel van een werk in 10 afleveringen verschenen en met evenveel
etsen geïllustreerd. Die etsen stellen het volgende voor:
1. Mamiz van 6t. Aldegonde in de gevangenis de psalmen
vertalende. Ch. R.
2. Intocht der edelen te Brussel.
S. Alba's bezoek aan de Landvoogdes.
4. Opeisching van den Briel.
5. De verrassing van Bergen. H. t. K.
6. Het herstellen van de wallen te Haarlem. Ch. R.
7. Beleg van Alkmaar. H. t. K.
8. De prins op de vloot voor Leiden. Ch. R.
9. Willem, prins van Oranje, kniestuk in medaillon, naar rechts.
Naar Gk)ltziu8.
10. Aanslag op den prins. H. t. K.
Het is om deze laatste der tien uitmuntende etsen, dat ik deze serie
hier geplaatst heb. Allen zijn langw. in-é°., uitgezonderd No. 1 en 9,
die gewoon in-é^ zijn. Proefdrukken op chineesch papier. De tekst werd
erbij geschreven door J. J. van Oosterzee, L. R. Beynen, Mevr. Bosboom-
Toussaint, J. ten Brink, L. Mulder, A. W. Bronsveld, J. L. Motley, R.
Fruin en A. Pierson.
11 1'
11 11
»i 11
10 Juli 1584. 'b. NiBT bu Muller (No. 891).
817. ^^Zyne laatste bede was aan zijn volk gewijd."
Steendruk in-plano naar J. J. Mesker door Emrik en Binger.
Juli 158i. . Niet bij Muller (No. 892).
818. Praalbed van Willem I.
Zie: No. 18. Plaat 167.
14 Juli 1584. Muller (No. 418"').
819. Voltrekking van het vonnis aan Balthasar Gerards.
Qekleurd exemplaar van de plaat uit Hogenberg.
14 Juli 1584. Muller (No. 893).
820. Executie van Balthasar Gerards.
Zie: No. 267. Plaat 157.
S Augustus 1584. Muller (8. No. 894).
821. „Hsec Pompa fonebris spectata fuit Bataaorum
Delphis, tertio die Augusti, Ao. 1584."
304 BBGEAFEItlS TAN WILLEM I 1584
„Ante depictos hos tubicmes prodibant eines Delphenses
annati, sed Ingnbri habitn tarnen : qniqz fherant ex Prin-
cipis ÜEunilia, tnm nobiles, tnm ignobiles, cnm suis famn-
lis: et illi qni Principi fherant a rationibus: enisqne Se-
cretary. '
Het bovenstaande ia de titel der Ujkstaatsie van Prins Willem I. Naast
den titel is op hetzelfile blad de katafisilk a%ebeeld, zooals xe op de plaats,
waar nu het monument staat, in de kerk te Delft te xien was. Onder de
katafidk het adres van Henricus Goltzius en een tweede adres van W.
I. (Blaeu?) Prachtig exemplaar met breede randen van deze serie van
12 platen. Muller vermeldt dit exemplaar van den 3en druk.
3 Augustus 1584. Muller (No. 413"*).
822. „Pompa fonebris Ayriaci Principis Delphis Bata-
Yor^m spectata.*'
Gekleurd exemplaar van de plaat uit Hogenberg.
3 Augustus 1584. Müllbb (No. 805).
823. „Heerlgcke b^rawinge (sic) des Prinoen van
Orang'en binnen Delft."
Zie: No. 267. Plaat 158.
1584. Niet bu Muller (No. 895).
824. „Caligraphie van C. J. Engdse.''
Onder bovenstaanden titel vervaardigde C. J. Engelse, agent van politie
3e klasse te Rotterdam, 102 groot-folio bladen schoonschrifl en teekenin-
gen, betrekking hebbende op het Huis van Oranje. De daarin voor-
komende teekeningen (minder goed geslaagd dan het soms over 't alge-
meen artistieke schrijfwerk) stellen voor:
1. Een engel een krans op een lijkkist leggende.
2. Qezichi op de Oude Kerk.
3. Graftombe in de Nieuwe Kerk.
4. Afbeelding der grafkelders.
5. Afbeelding eener lijkkist.
fl. 't Vorstelijk verbiyf: „Rustenburg.''
7. Wapen en slagtrofee.
8. Zinnebeeldige voorstelling naar 1 Cor. xiii.
In zijn vrije uren, — voor een politieagent niet al te talrijk — vervaar,
digd, „om iets te verdienen tot steun van (zijn) gezin,' verdient dit geduld-
werk in dubbele mate vermelding, 't Is voor een man, wiens betrekking
een geheel anderen kant uit ligt, een bepaald kunstig stuk.
Ik heb van dit omvangrijk penwerk in een verkooping te Rotterdam
nog een tweede exemplaar gezien.
1584 GBAPTOMBE YAN WILLEM I 305
1584 (1020). MuxLEB (No. 896).
825. „Voorstanders van een land vol weeldige on-
(dersaten
Ontfangt tot een geschenck, doorluchtige Heeren
(Staten,
De Grafsté toegew^t aen d'assclien vande Vorst
Die streng als Hercules gemoedigt had sgn borst
Met Dwingelanden haet, en in manhafte tochten
Ter Hellen heeft gedoemt de westersche gedrochten,
D*handvesten voorgestreen, en dapper van gemoed
De Vrghe^d en haer recht besegelt met sgn bloed."
Twee gravures, de graftombe Toorstellende van Prins Willem I, in de
kerk te Delft, van voren en van terz^de gezien. Gekleurd exemplaar
dezer beide platen naar „Henrik de Caeser." Het inschrift is in beide
platen gelijk; alleen heeft die met de afbeelding der graftombe van voren
gezien, in den eersten regel „landt" en „weeldighe." Tweede staat met
adres van C. J. Visscher 1626. Zie ook Muller, Betchrijvende Catalogus
van 7000 portretten. No. 79 en v. Someren i. v.
1584. MuLLBB (No. 807a).
826. „Gra&tede te Delft' opgerecht ter eeren van Wil-
lem van Nassau, Prins van Oraiije.*'
Afbeelding dezer prachtige graftombe in de kerk te Delft op 's lands kosten
van 1609 — 1620 opgericht Qravure breed in-fol. door J. Luiken, üit : Bor.'
1584>. MuLLBR (No. 897^).
827. „De kostelyke Gra&teede, tot Delft, ter eere van
den Prins van Oranje, Willem van Nassauw, gesticht.**
Zie: No. 259. Plaat 24.
1684. a. NiBT BU Mullbb (No. 897).
828. ^^Kunstryke Graf-tombe^ ter Gedachteniss' Op'
gericht in Ddft^ voor onze Doorl : Stadthouderen den Heeren
Prinsen van Oranje 8f Nassauw Sf . . . Beschermers van
Gods-dienst en Vryheyd.^^
Inschrift in een cartouche boven de afbeelding van het praalgraf, van
voren gezien. Onder in de gravure een 6-regelig vers, waaronder: „N.
V. Frankendaal Fecit." Gravure in-fol. zonder naam. Wordt vermeld in
Muller, JBesekrijvende catalogus van 7000 portretteti. No. 82.
1584. b. Nibt bij Mullbb (No. 897).
829. ^^Tvmvlvs prindpvm avriacorvm.'^
Opschrift boven de afbeelding van de tombe aan de voorzijde, zonder
hek. Gravure in-4^. zonder naam. In den rechter benedenhoek gemerkt:
38. Vermeld in Muller, Beschryvende catalogus van 7000 portretten. "^0.^3.
20
306 ORAFTOMBB YAN WILLEM I 1584
1584. c. Niet bu Muller (No. 897).
830. ^^Graftombe van zyn hoogheid den prins van
Oranie.''
S-rege1ig onderschrift in houtsneerand, onder de afbeelding van het
praalgraf, van voren gezien. Gravure langw. in-4". zonder naam. Uit?
1584. d. Niet bij Muller (No. 897).
831. ^^Tombe des Princes d'Orange. d Ddft.''
Onderschrift in de plaat onder de afbeelding van het grafgesteente.
Aan de plaat is een kwarto-vel papier vastgehecht, waarop : „Beschry ving
Der Grafetede," etc. Gravure langw. in-4®. door W. Swidde. Uit?
1584. e. Niet bij Muller (No. 897).
882. ^^Oranjes Lof Courant of Neêrlandsch Gedenkblad.'^
Opschrift boven een soort eerepoort op kunstige wijze uit boek-
drukfileeten en ornamenten gezet. Boven in 't midden hangt het borst-
beeld van „Prins. Willem * den. Eersten *" in medaillon. Daaronder, met
het opschrift:, .Ter onsterflyker gedachtenisse, van zyne doorluch- tige
hoogheid Willem den Eersten, vader des vaderlands en grondlegger der ne-
derlandsche republiek." vier kolommen tekst, waarvan de middelste twee
slechts de halve lengte der andere hebben, terwijl de verdere ruimte daar
ingenomen is door een afbeelding, in houtsnede, van de graftombe te Delft.
Druk van J. Hofhout en zoon te Rotterdam. Plano.
1584. Niet bij Muller (S. No. 897 B).
833. De Nieuwe Kei*k te Ddft van binnen^ met het
graf van Wiüem ƒ, in 't midden.
Staalgravure langw. in-4®. door ,,V. d. Meulen*'; gekleurd.
1684. Muller (No. 898).
834. „Graftombe van prins Willem Ite te Delft."
Zie: No. 11. Dl. XXXI. Plaat IV.
1584. fl. Niet bij Muller (No. 898).
835. Afbeelding van den vorstelijken grafkelder der
prinsen en prinsessen van Oranje en Nassau^ in de Nieuwe
kerk te Ddft.
Zie: No. 18. Plaat 168.
1584. b. Niet bu Muller (No. 898).
886. ,,Graf tombe:'
Opschrift boven de afbeelding der tombe van voren, en van den platte-
grond van den nieuwen kelder, met aanwijzing der daar geplaatste kisten.
Aan weerszoden verklaring der letters en opgave der personen, aldaar
van 1736 — 1849 begraven. Steendruk in-fol. van M. Stillebroer te Delft.
1584 ZINNEPEENT OP WILLEM I 307
O&choon deze plaat eigenlijk op 1849 diende geplaatst te worden, heb
ik er de voorkeur aan gegeven haar hier op te nemen om de serie af-
beeldingen van het praalgraf bijeen te houden.
1584. Muller (No. 899).
837. „Currus triumphalis lUustrissimi Principis 6u-
lielmi Nassavii Araasionensium Principis/'
Opschrift boven een onbeschrijfelijk schoone en keurig geconcipieerde
plaat, uit vijf bladen bestaande, waarvan vier geheel gewijd aan de ver-
heerlijking der deugden van Prins Willem I.
Boven de platen zijn in 't latijn. onder de platen in 't hollandsch zijne *
deugden opgesomd, verdeeld als volgt. De eerste drie platen vermelden
de „Christelicke Deugden"; een- deel der vierde plaat de „Overheydsdeug-
den"; het overige der vierde en een deel der vijfde plaat de „Kryghsdeuch-
«
de(n)" ; het overige van de vijfde plaat de „Cieraten eens Prins." Tusschen
eerebogen door, rijdt een zegekar, getrokken door een driespan oli&nten,
op welke in zinnebeeldige groepen: Geloof, Hoop en Liefde te zien zijn.
Ter zijde van de oli&nten en de zegekar verscheiden allegorische vrou-
wenfiguren, terwijl men tusschen de oli&nten en de zegekar, geharnast
en met nedergelaten vizier, de graven Adolf, Lodewijk en Hendrik van
Nassau ziet. Boven hun hoofden worden door drie engelen kransen ge-
houden, waarin men leest: „Pulchrum est Pro patria Mori." Op de kar
zit Willem I, voor wien de Nijd vlucht en boven wien de Faam de trompet
steekt. De achterhoede wordt gevormd door zes Oranjevorsten, allen te
paard en uitnemend gelijkende, nl. Maurits, Philips Willem, Frederik
Hendrik, Jan, Willem stadhouder van Friesland en Ernst.
In boekdruk is onder de geheele plaat, in 14 kolommen een hoogst
zeldzaam vers van I. I. Starter geplaatst, getiteld : „Triumph- Wagen,
Vytbeeldende de voor-treffelijcke Deughden van . . . Wilhelmvs, Prince van
Orangien." De gravure is naar Wilhelmus Buytenweg door ,,Comelius
kittensteynius" gegraveerd en draagt in dezen staat het adres van N. J.
Visscher Anno 1626, terwijl onder den .naam van den graveur staat:
„HarlemL cioiocxxui."
1584. Muller (S. No. 899 C. a—c).
838. „Doer den tgt metter waerhegt wort ons ghetoont.
Den schadelgckën nest ontdeckt met die brothen
(ghecroont."
„Le temps descouvre a Toeil, aidé de yerité,
La Romaine couvée, au nid de crnauté."
„Thronghe (sic) the iym the truthe is vn couered.
Of the yenomose brydinge hen wyth the thry
cro(w)nes cro(w)ned."
a. 2-regelig hollandsch inschrift in- en fïransch en engelsch onderschrift
308 ZINNBPEENT OP DB JBSXJITBN
1584
onder de linkerzijde een zinneprent tegen Rome,' als bewerkster van
den moord aan Willem I begaan.
De Tijd en de „nacte waerhejt'' ontdoen den paus, als vertegen-
woordiger der R. K. kerk, van zijn opperkleed, waardoor uitkomt dat hij
geheel naakt zit te broeden op eieren, waaruit ,.Inqvi8ition." „De mort
va(n) Parya," „Baltesar Sera. (sic) morder vande(n) prins," „Capvcynen," enz.
voortkomen. Aan de rechterzijde zitten vijf vrouwen, met de wapens van
Frankrijk, Holland, Zeeland, Friesland en Gelderland, dit aan te zien.
In een I2*regelig hollandsch vers, in den rechterbenedenhoek der gravure,
worden zij gewaarschuwd tegen „Dat fenijnich gebroetsel." Naamcijfer
van „P. AME"(riginus) in de plaat.
b. Andere staat. De plaat met het 2- en 12-regelig hollandsch vers
is dezelfde gebleven. Het afisonderlijke plaatje onder de gravure, waarin
het fransche en engelsche distichon voorkwamen en bovendien een 8-regelig
fransch vers in twee kolommen, te lezen was, is hier vervangen door
een ander, waarin een 2- en 6-regelig duitsch versje gegraveerd zijn.
c. Andere staat Latere en slechte afdruk zonder a£conderlijk plaatje
met verzen onder de gravure. Muller beschreef deze drie staten naar de
hier aanwezige exemplaren.
1584. MULLBR (S. No. 899 D).
839. Zinneprent op de toenemende macht der Jesniten.
Van een toonbank, die de geheele breedte der plaat beslaat, is het
grootste gedeelte ingenomen door een Jesuit, het andere door een bedel-
monnik. Bij den bedelmonnik is alles armelijk, een enkele houten nap
en een onaanzienlijke kerk, waarop men leest: „Pauvreté volontaire"
staan op den toonbank, de bedelmonnik staat er achter, een vijftal
eenvoudige boerenlieden, die den monnik kaas, worst en wijn aan-
bieden, er voor. De tafel is voor den Jesuit bedekt met een sierlijk
kleed. De aanzienlijksten der aarde bieden hem een juweelkistje, een
beurs, een bak met goed gekruisd geld, een ring met edelgesteenten,
een sierlijke vaas, ja ééne dame zelfs een geheele kerk aan. Op de
toonbank prijken kardinaalshoeden, bisschopsmijters en staven, aflaten,
pauselijke bullen en de St. Pieterskerk, waarboven het kruis en I.H.S.
Achter den Jesuit is een doek opgehangen, waarop tien verschillende
voorstellingen het borstbeeld van den paus omgeven. Bij diens beeltenis
staat ,.Tibo dabo"; en wat hij geeft wordt in die tien voorstellingen
aangewezen. Een achttal is zeer duidelijk; van twee vat ik de bedoeling
niet recht, tenzij het beide op hoererij doelende voorstellingen zijn.
De acht bekende zijn: „4 Anvers": Aanslag op Willem I door
Jean Jauregui; „<J Delf f: mOord van Willem I; „d Paris'': Bartho-
lomeusnacht; „d bnwellé": dood van Egmond en Hoome; „è Itondrt' :
Buskruitverraad: .^par tour: dood door den brandstapel; „d/Mrm".* moord
1684—1585 YEBSCHILLENDB OEBEUBTSNISSBN 309
van Hendrik IV door -de Ravaillac; ^^ paris': dood van de Coligny?
De mij onbekende zijn beide tamel^k erotisch: een vrouw, die zit te
wateren, waarboven d hour h<mrg pres 8. % ; en een man die met neder-
hangenden broek staat, terwijl een monnik voor hem knielt, waarboven
è S: Clou. Hoogst zeldzame gravure z. n. waarvan echter, naar het mij
voorkomt, een rand met eenige uitlegging is a^eaneden.
Boven de g^ehe^le plaat een smalle a£sonderlijke afbeelding, een put
voorstellende, waaruit achtereenvolgens een zevental sprinkhanen met
menschenhoofden gekropen zijn. De voorste is als krijgsman gekleed, de
tweede draagt de pauselijke tiaar en knaagt aan kronen en scepters, de
derde en vierde hebben kardinaalshoeden op, de vijfde een bisschopsmutB,
de zesde (die een kattenkop heeft) en de zevende monnikskappen. In den
put nog een monnik.
Muller beschreef dit exemplaar. De afbeelding van het buskruitverraad,
die men op deze plaat vindt, bewijst dat Muller haar te vroeg geplaatst en
zij zeker niet naar aanleiding van den moord van Willem I vervaardigd is.
Daar deze echter de laatste vaderlandsche gebeurtenis is, welke er op is
a%ebeeld. heb ik de plaat in Muller's volgorde gehouden.
Juli 1584—4 April 1585. Mullbb (No. 900).
840. Plan van Antwerpen. - Schansen om Antwer-
pen. - De dgken vóór Antwerpen doorgestoken. - Scliipbrug
van Parma over de Schelde. - De scUpbrug door branders
vernield.
Zie: No. 367. Plaat 163— löö.
1584. Nikt bu Mullbb (No. 900).
841. Hembize predikt te Gent met den degen <yp zijde.
Zie: No. 18. Plaat 170.
30 Januari 1585. Mullbb (No. 901).
842. Mislukte aanslag van Hohenlohe op *s Hertogen-
bosch.
Zie: No. 367. Plaat 171.
37 Februari 1585. Mulleb (No. 903).
843. „Blois van ïreslong wordt gevangen op 'sGra-
venstein gebr^."
Zie: No. 9. Dl. VI. Plaat III.
1585. Mulleb (No. 905^).
844. „Het belegh der Stadt Antweipen in den Jaeren
MDLXXXiv en mdlxxxv,"
Zie: No. 359. Plaat 37.
310 BKLBG VAN ANTWBEPKN 1585
1585. a. Niet bu Muller (No. 906).
845. ^^Nauis incendiaria cum cuniculo.*^ ^^Nauis cum
inuerso vido.^*
Zie: No. 869. Plaat 22.
1585. 6. Niet bij Muller (No. 906).
846. ,^El Puente de Famese.''
Inschrifl, met de uitlecfging' der letten A — Q, in een cartouche onder
in een uitnemend gutste plaat. Naar den ingenieur Ledesma door R. de
Hooghe. Naar het schijnt dezelfde plaat als de door Muller onder No. 907
beschrevene, maar hier met italiaansch inschrift.
1585. c. Niet bu Muller (No. 906).
847. ^^Palatio vulgo Steccata^ pontis Antverpiani pars^
Zie: No. 869. Plaat 10.
1585. Muller (No. 911^).
848. „Schipbrngh over de Schelde."
Zie: No. 259. Plaat 25.
1585. Muller (No. 9m).
849. „afbeelding der werking van Gianibellies brandt-
scheepen tegens de scbipbrug des Prinsen van Parma over
de Schelde."
Zie: No. 259. Plaat 26.
1585. Muller (No. 918).
850. „Pons Antwerpianus Scaldi impositus." — „Pontis
Antwerpiani fractura."
Zie: No. 369. Plaat 20 en 21.
10 Mei 1585. Muller (No. 914).
851. Neuss door den graaf van Meurs ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 172.
26 Mei 1585. Muller (No. 915).
852. Inneming en verlies van den Couwensteinschen d^k.
. Zie: No. 267. Plaat 167.
26 Mei 1585. Muller (No. 919).
853. „Pugna in aggere Gouenstenio. Anno 1585."
Zie: No. 869. Plaat 23.
27 Mei 1585. Muller (No. 920).
854. Het schip: „Fin de la (Juerre."
Zie: No. 267. Plaat 168.
1585—1586 TEBSCUILLENDE GBBBUBTENISSEN 311
28 Juni 1585. Muller (No. 922).
855. Nederlaag bg Amerongen, geyaugeuneiuing van
de Villers.
Zie: No. 267. Plaat 173.
10 Augustus 1585. Muller (No. 923).
856. Parma ontvangt de ridderorde van het Gulden vlies.
Zie: No. 267. Plaat 169.
17 Augustus 1585. Muller (No. 924>).
857. Antwerpen gaat aan Parma over.
Zie: No. 267. Plaat 170.
15 Oktober 1585. Muller (No. 925).
858. Yseloord door de Staatschen ingenomen.
Zie : No. 267. Plaat 175.
15 November 1585. Muller (No. 928).
859. Yergeefsche aanval der Staatschen op N^megen.
Zie: No. 267. Plaat 176, waar het feit verkeerd is omschreven.
22 December 1585. Muller (No. 929).
860. Gevaar der Spanjaarden in de Bommelerwaard.
Zie: No. 267. Plaat 177.
22 December 1585. - Muller (No. 930).
861. „Obsessi apud Bommeliam Hispani an 1585.*'
Zie: No. 369. Plaat 1.
December 1585. Muller (No. 932).
862. „Aankomst van Leicester te Amsteldam."
Zie: No. 9. Dl. VI. Plaat H.
6 Januari 1586. Muller (No. 933 && S. No. 933).
863. „Delineatio Pompae Trivmph alis qva Robe r tvs
Dvdlaev s comes Leicestrensis Hagse comitis fvit exceptvs.
Palativm Comitv(m) HoUandi». Haga Co:^'
Inschrill boven een twaalftal platen br. in-fol., waarvan de eerste tien de
inhaling van Leicester te 'sHage vertoonen; op plaat 11 zijn vuurwerken,
op plaat 12 een gedeelte van het Buitenhof, den Vijverberg, het Groene zoodje
en links een groot gebouw afgebeeld. Zoowel voor het kostuum als voor
de gewoonten dier tijden en de topogfrafie van het Buitenhof zijn deze
pinten van groot belang. Weinig op- of intochten zijn zoo natuurlijk
voorgesteld. Gravure z. n. Uitnemend exemplaar met alle marges. Op
.plaat 1 staan de muzikanten niet op een wagen, zooals Muller opgeeft.
312 YBBSCHILLSNDB 0SBBURTBNIS8BN 1586
maar op een stellaadje, op straat opgeslagen. De stoet trekt er langs.
Evenzoo is op blad 6, 6 en 10 geen wagen maar een stellaadje afgebeeld.
Op de stellaadje van blad 6 zijn niet 7 spelende vrouwen a^ebeeld
maar de verschillende wetenschappen; Musica zit in 't midden.
27 Januari 1586. . Mulleb (No. 984).
864. Willem v. Nassau bfl Boxum verslagen.
Zie: No. 267. PI. 178.
1686. Muller (No. 935).
865. J. van Oldenbameyeld, wordt adyokaat yan Holland.
Zie: No. 9. Dl. VI. Plaat IV.
1586. Niet bij Muller (No. 935).
866. Maurits dringt er in de staten-'Vergadering hij
Oldenhamevdt op aan^ geen ontdag te nemen.
Zie: No. 18. Plaat 178.
27 Februari 1586. Muller (No. 936).
867. Werlo door Schenk en Cloetius ingenomen..
Zie: No. 267. Plaat 179.
12 Mei 1586. Muller (No. 987).
868. Grave door Parma bel^rd.
Zie: No. 267. Plaat 180.
7 Juni 1586. Muller (No. 989).
869. Grave door Panna genomen.
Zie : No. 267. Plaat 181.
7 Juni 1586. Muller (No. 9*1).
870. „Gravise obsidio Anno 1586."
Zie: No. 869. Plaat 24.
7 Juni 1586. * Muller (No. 943^).
871. „De Stadt Grave, door den Prins van Parma, in
den Jaare 1586. belegert."
Zie: No. 259. Plaat 28.
28 Juni 1586. Muller (No. 944).
872. Venlo aan Parma overgegaan.
Zie: No. 267. Plaat 182.
10 Juli— 26 Juli 1586. Muller (No. 945).
873. Kaart van Neuss en omliggend land. — Neuss
door Parma belegerd. — Neuss door Parma ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 183—186.
1586 YBESCHILLBNDE GEBBUBTEMI8SEN 318
16 Juli 1586. MuLLBB (No. 949).
874. Axel b^' verrassing door Manrits ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 186.
19 Juli 1586. Niet bij Muller (No. 949).
875. Paulvs Buys op order van Leicester van het bed
gelicht en gevangen gezet.
Zie: No. 18. Plaat 174.
19 Juli 1586. Mulleb (No. 950).
876. „Mr. Paulos Buis, te Utrecht, in zgn slaapkamer,
gevangen genomen."
Zie: No. 11. Dl. Vin. Plaat IV.
1 Augustus 1586. Mulleb (No. 951).
877. Parma door den paus te Gnadendall vereerd (met
een gezegenden hoed en zwaard).
Zie: No. 267. Plaat 187.
September 1586. Muller (No. 952).
878. Rgnberk beleerd.
Zie: No. 267. Plaat 188.
September 1586. Mulleb (No. 958).
879. Zutfen door Lejcester belegerd.
Zie: No. 267. Plaat 189.
September 1586. Niet bu Mulleb (No. 958).
880. ^^Sir Wiüiam RusséU at the hattle of Zutphen.
Where Sir Philip Sidney was mortaüy wounded. Sept.
22 1586."
Gravure in-plano, naar A. Cooper door H. Quilley.
September 1586. Mulleb (No. 954).
881. „Stanley's heldenfeit."
Zie: No. 19. Dl. IH. 1. BI. 218.
1586. a. Niet bij Mulleb (No. 954).
882. Nicolaas van Zuylen van Drakenhurch^ Floris
Thiny e. a. op Leicester's last^ door iVbrt/i, buiten Utrecht
gebracht.
Zie: No. 18. Plaat 175.
1586. • b. MiET bij Mulleb (No. 954).
883. Leicester te Amsterdam^ in den oud^raad^ onder
voorzorgsmaatregelen^ ontvangen.
Zie: No. 18. Plaat 176.
314 VERSCHILLENDE GEBEURTENISSEN 1586—1687
1586. MuLLBR (8. No. 954 A).
884. „Laet den gheest des Heeren met Vreden."
Bovenschrift in eene plaat, waarop a%ebeeld zijn: „Capusynus
mendicans*' ; ,J)euotariu8 hic apparuit ab anno 1586 Antuerpis" ; en een
dame, die een bezoek brengt aan een „Anachorita muris lapideis Ant-
verpite conclusa sub templo Vulgo de Burchtkercke dicto Anno 1586."
Fraaie, hoogst zeldzame gravure z. n. (door H. Goltzius). Muller beschreef
dit exemplaar.
I Januari 1587. Niet bij Muller (8. No. 954 A).
885. Het hoUandsch gezantscfiap door Elizabeth van
Engeland ontvangen.
Zie: No. 18. Plaat 177.
Januari 1587. Muller (No. 955).
886. Ruhrort door Scheuk ingeuomen.
Zie: No. 267. Plaat 190.
Januari (Juli) 1587. Mulleb (No. 957).
887. Gelre aan de Spanjaarden overg^raan door yerraad.
Zie: No. 267. Plaat 191.
II Juni — 5 Augustus 1587. Muller (No. 958).
888. Sluis door Parma belegerd.
Zie: No. 267. Plaat 198.
11 Juni— 5 Augustus 1587. Muller (No. 960).
889. „Slusa capta anno, 1588.'' (sic).
Zie: No. 869. Plaat 25.
13 Juli 1587. Muller (No. 961).
890. Schermutseling bg Engelen.
Zie: No. 267. Plaat 192.
13 Juli 1587. Muller (No. 963).
891. „Pugna ad Engelam, Anno 1587."
Zie: No. 369. Plaat 26.
3 Oktober 1587. Niet bu Muller (No. 963).
892. Pieter Comelisz. Boom staat Leicester tegen op
't Prinsenhof.
Zie: No. 18. Plaat l^.
21 November 1587. a. Niet bij Muller (No. 965).
893. ^^Vray pourtraict d^un Hareng^ qui fut prins Ie
21. de Novembre^ 1587. six lieux du coste quon appdle
1687— 1B88
HARING - BONN GENOMEN 315
Maedandt. 11 est envoye vers Lempereur^ lequd envoyait
a Vuniversite de Rostock. Les lettres que vous voyes de
coste de so^i dos estoyent trouue ^sngravez/ et noyres^ tout
parmi Ie peau^ iusques dedans Ie poisson. Et furent intern
pretes vjci malvm, que eest a dire Tay vaincu Ie mcd. De
Vautre coste de ce mesme poisson estoit escrit cecy VKM>
Warachtich conterfeytsel van eenen Herinck gevangen
aen de oosten van Maedandt^ onder Nonvegen^ den 21.
van November 1587, ende was gesonden aenden Keyser.
ende die sont hem na de universiteyt van Rostock. Dese
letteren toaerender van natueren met swart ingegraveert
duer de huydt^ tot inden visset. Sy worden gdesen vici
MALUM, dits te seggen. lek hebbe het quaet verwonnen.
Over dander syde vanden sdven vissche stont dit navol'
gende geschrift WAT-
Onderschrift onder een hoogst zeldzame gravure, langw. in-^**. z. n. v. gr.,
waarop een haring is afbeeld met het vermelde woord en een teeken
in den rug, dat ik niet beter dan door een V, omgekeerde M en omge-
keerde N heb weten weder te geven.
21 November 1587. i. Niet bu Mullbb (No. 065).
894. ^^Vray pourtraict d^un Hareng^^ enz.
Behalve het onderschrift in 'tfransch en hollandsch hierboven ver-
meld, dat door een dunne lijn van de afbeelding van de visch a%escheiden is,
staat hier boven de visch, in 'vier regels, over de geheele breedte der plaat:
„Harengis hic piscis captus fuit 21. Novemb. 1687", enz. en eronder
links: „Cest hareng fut alors prins, tout seul, sans aulcun autre, con-
bien quil y en presentoit grand nombre.'* Rechts: „Desen herinck was
te dier tyt alleen gevangen, sonder eenige meer, hoe weider te dier tyt
haer een groote menichte vertoonde."
2é December 1587. Muller (No. 967).
895. Bonn door Schenk genomen.
Zie: No. 267. Plaat 104.
Maart— September 1588. Mulleb (No. 069).
896. Bonn door den hertog v. Aerschot belegerd.
Zie: No. 267. Plaat 107.
Maart— September 1688. Mulleb (No. 070).
897. „Bonna capta anno 1588."
Opschrift, met uitlegging der letters A — S, in een breed lint, boven
de afbeelding der stad en der verschillende aanvallen op de vestingwerken.
Gravure br. in-fol. naar en door Jo(han)n(e)s. Miele. Bovenaan rechts :
„•144". Uit: Strada, De Bello Belgico, Roma, 1640.
316 YEBSOHILLENDE 0SBBUBTSNIS8BN 1588
16 April 1588. Mulleb (No. 973).
898. Taxis (J. B.) te Bonn gesneuveld, wordt te
Kenlen begrayen.
Zie: No. 267. Plaat 196.
31 Juli— 3 Augustus 1588. Müllee (No. 977).
899. „Classic Hispanica celebernma quae anno cele-
berrimo cioiolxxxviu. inter Galliam Britan(n)iamq* venit
& perijt."
Afbeelding der onoverwinnelijke vloot. Gravure langw. in-fol. z. n. v.
gr., met bovenstaand opschrift. Als uiterste punten links bovenaan: „Gre-
veling", rechts: „Doever." Uit: Orlers, Nass. Lavren-crans
31 Juli— 2 Augustus 1588. Mulleb (No. 978).
900. De Spaansche Annada in 't Kanaal.
Zie: No. 267. Plaat 196.
81 Juli— 2 Augustus 1588. Mullbb (No. 979a).
901. „De Spaansche oorlogs yloot yan den laere
MDLXXXyilI."
Gravure br. in-fol. door J. Luiken, met bovenstaand onderschrift, de
onoverwinnelijke vloot voorstellende. Dikke zwarte lijn om de plaat
Uit: Bor, Nederlandtsche Oorlogen,
31 Juli— 2 Augustus 1588. Mullbb (No. 979^).
902. „Yertooninge yan de ontsachlyke Spaansche Krygs
yloot, in den Jaare 1588.''
Zie: No. 259. Plaat 29.
31 Juli — 2 Augustus 1588. Niet bij Mullbb (No. 979).
903. Onoverwinnelijke vloot.
Zie: No. 18. Plaat 182.
31 Juli— 2 Augustus 1588. Mulleb (S. No. 980).
904. „1588. Deo trin-yni BritannisB bis yltori In
memoriam Classis inyincibilis subyersse submersae. Prodi-
tionis nefandse detectae disiectse. To God, In memorye of
bis doublé deliyeraunce hom y^ invincible Nayie and y^
unmatcheable powder Treason. 1605."
Zinneprent op den ondergang der onoverwinnelijke vloot enophetbus-
kruitverraiul. Hoogst zeldzame gravure, br. in-fol., naar „Samuell Ward
preacher of Ipswich." Muller beschrijft een eersten staat met een am-
sterdamsch adres; dezen tateren staat, naar dit exemplaar, met het
adres van „L M. and lohn Grismand . . . St Dunstons Churchyard in
Fleetstreet, and in Paules ally at ye signe of y® Guynie. 1621."
1588—1590 • SCHENK - D. V. COOENHBET 317
In dezen staat zonder het hollandsch inschrift: „lek de en lach" bg
het goddelijk oog.
14 September 1588. Nibt bu Mullbb (No. 980).
905. De graaf van Nieuwenaar door een bom in het
Sterrèbosch te Utrecht doodgeslagen.
Zie: No. 18. Plaat 183.
November 1588. Mullbb (No. 9S2b).
906. „Het Belegh der Stadt Bergen op Soom in den
Jaare MDLXXXvin."
Zie: No. 259. Plaat 30.
November 1688. Nibt bij Mullbb (No. 982).
907. Het beleg van Bergen op Zoom opgebroken.
Zie: No. 18. Plaat 184.
20 November 1588. Nibt bu Mullbb (No. 983).
908. Maurits komt te Veere om ingehuldigd te u)orden.
Zie: No. 18. Plaat 181.
10 Augustus 1589. Mulleb (No. 984).
909. Schenk verdrinkt b^ een aanslag op Ngmegen.
Zie: No. 267. Plaat 199.
10 Augustus 1589. Mullbb (No. 985a).
910. „Aanslagh yan Marten Schenk op Nieom^n
in den laere mdlxxxix.*'
Gravure br. in-fol. door J. Luiken, met bovenstaand onderschrift, üit:
Bor, Nederlandtsche Oorlogen. Ook de onder b bij Muller beschreven staat,
met het gewijzigd opschrift: „Toeleg van Maarten Schenk op de Stadt
Nymegen in 't Jaar 1589 is aanwezig." Zie: No. 259. Plaat 31.
*
1590. a. Nibt bu Mullbb (No. 986).
911. „Die byk Vol kasbsssn licht^ die t Koren ^EBT
{ich maéUj
Die H dek gunt als sich sdfs^ die wysgeer nedrigh
(straeU.
Die stadigh wbbt op evst, die *t quaet heeft
{leeren haten^
Die blijft van sonden vrij^ die can dedeughtniet
{laten.\^
„Peins Wilm d' Oranoibns lott, stéU Cobbnhert
{ten thoon^
Om 't vr^e Nederlandt te brengen even schoon^
318 D. V. COOENHBRT - EUNBBRK
1690
Tot vrijheydt van H gemoedt^ tot vryheydt van
('5 lands wetten
Die hij door Papen twist tweespaltigh sach ver^
(pletten.'^
4-regelige verzen, in twee rijen naast elkaar, boven en onder een zin-
neprent op Dirck Volckersen Corenhert (Dieryk Volkaarsen Korenhert). In
't midden de buste van Coomhert, van voren, met een hoed op. Het ovaal
wordt door wolken gevormd, die links en rechts vijf lichtende kernen
vertoonen, waarin even zooveel handen zichtbaar zijn, die een hart vast-
houden, waarin een kaars brandt. Onder (gedeeltelijk over-) de buste
een soort aureool, om een hart waarin korenaren groeien, (Korenhert) en
een oog in 't midden. In de hand, die dit hart vasthoudt, rust tevens
een dubbele unster met een drietal gewichten aan iedere zijde, waarop
,,Ghe" ,.lyk" „heyt" en „Be" „vre" „dicht" In 't midden daaronder het
wapen van Amsterdam; rechts dat van Oranje en eenige privilegiebrie-
ven ; links de wapens van Holland, e. a. en den pijlbundel. Boven de unster
links de zon, rechts de maan. Boven de buste twee engeltjes een palm-
tak vasthoudend; daar boven het kleed uit Petrus' droom, waarin reine
en onreine beesten uit het „dier-ryk" (Diryck) waren. Met een menigte
teksten in elk voorwerp dat a%ebeeld is.
In dezen staat is tusschen en aan weerszijden der twee rijen van ieder
vers een zinnebeeldig figuurtje gegraveerd, dat in andere staten ontbreekt.
Bovenaan zijn dit drie boeken, op welker snede staat: „.1. Deel." „2. Deel."
„8 Deel." Dit doet mij vermoeden, dat het portret in dezen staat in de
werken van Coomhert behoort. Onderaan links een boek met uithangende
zegels op een gekruiste scepter en zwaard, in 't midden een kroon ; rechts
een viertal brillen, enz. Gravure in-fol. zonder naam (misschien door Th.
Matham). Van Someren. Portretten. H bl. 199 onder No. 1193 g* noemt
dezen staat hoogst zeldzaam. Ik heb de plaat hier op het sterQaar van
Coomhert geplaatst
1589 of 1590. b. NiBT bij Muller (No. 98Ö).
912. „Hef Martdie vanden E. P. F. Alhertm van
LeydenJ*^
Opschrift boven een gravure in-12"., z. n. v. gr„ waarop o.] a. een
geestelijke met een geweer gedreigd wordt. Links naast en onder het
plaatje een latijnsche, rechts een hollandsche tekst, 't Geheel een blaadje
in-i**., van achteren onbedrukt.
30 Januari (3 Febmari) 1590. Muller (No. 987).
913. B^nberk gaat aan Mansyeld over.
Zie: No. 267. Plaat 200.
1690—1591 BBBDA GENOMEN 319
3 Februari 1590. Niet bu Muller (No. 989).
914. ^^Berck am Rhein eingenommen.^^
' Inschrift boven in de plaat Onderaan drie 4^regelige duitsche verzen.
Gravure z. n. v. gr.
14* Maart 1590. Muller (No. 990).
915. „Aspice üiacaiu, (qvid enimdiscriminis?) Arcem.
Nonne, yides? laxat clavstra yirosqye sinon.
Prima Neoptolemi haec nostri Victoria: Achille
Qyi maior, dici si patietvr, erit. -^- öro^»»*."
Inschrift in een groot ovaal, waarbinnen 4 kleinere ovalen besloten zijn
met voorstellingen uit de inneming van het kasteel van Breda door
Heraugière. In ieder der vier hoeken van de plaat beknopter voorstellingen
van dezelfde gebeurtenis. Om ieder der vier kleinere ovalen is in een
rand eveneens een latijnsch 4-regelig gedicht van H. Grotius gegraveerd.
De wapens van Oranje, der Vereen. Prov., van Breda, enz. vullen de open
plaatsen tusschen de ovalen. Zeldzame gravure in-plano, door B. D.(olendo).
14 Maart 1590. . Muller (No. 9913).
91(J. „Seven bergen." „Breda".
Kenige inschriften in de voorstellingen der vier ovalen van de vorige
plaat, hier, zonder eenig lofwerk, in vier langw. vierkanten. Gravure,
langw. in-fol. zonder eenige uitlegging. Uit: Orlers, Nass. Lattren-crans.
14 Maart 1590. Muller (No. 992).
917. Breda by yerrassing ingenomen.
Zie : No. 267. Plaat 202.
14 Bfaart 1590. Muller (No. 99S3).
9 1 8. „ Veroveringe van t' Kasteel van Breda, door Sol-
daaten, in een Turfschip verborgen, A". 1590."
Zie: No. 259. Plaat 32.
14 Maart 1590. Niet bij Muller (No. 994).
919. Heraugière neemt Breda in.
Zie: No. 18. Plaat 185.
14 Maart 1590. Muller (No. 995).
920. „De verrassing van Breda."
Zie: No. 19. Dl. m. 1. BI. 411.
14 Mei 1590. Muller (No. 996).
921. Graaf Karel van Mansfeld teruggeslagen by het
fort Noordam.
Gezicht in vogelvlucht van ..fort. van Noordam' links. ,.Seuen bergen''
-° — - ^ - -fc
320 TERSCHILLBNDE GBBEUBTENISSBN 1690—1591
rechts, Terder troepen enz. Oudtijds gekleurde gravure, langw. in-fbl.,
door B. D.(olendo). üit: Oriers, Nass. Lauren-crans.
Juli 1590. MuLLBR (No. 997).
922. Ngmegeu door Maurits uit Knodsenburg belegerd.
Zie: No. 267. Plaat 201.
1590. a. Niet bu Müllbr (No. 997).
923. Züveren drinkschaal, door den Rcuxd der Admi^
raliteit van Zeeland aan Evert Hendricxssen^ Stamvader
der Evertsens^ geschonken in het Jaar 1590.
Gravure in aquatinta in-8**., door W. H. Hoogkamer.
2 April 1591. b. NiBT bu Müllbr (No. 997).
924. De Staatschen nemen het kasted van Turnhout in.
Zie: No. 18. Plaat 188, waar het feit verkeerd is beschreven.
24 Mei 1591. Müllbr (No. 998).
925. „Onder die overwoimeii Zvtphen wel zgnghetelt
Als die beur acbte weerd' een sulck Prins by te
(woonen" enz.
Onderschrift onder de afbeelding van Zutfen, der vestingwerken en
van het omliggend land. Gekleurde gravure, langw. gr. in-4"., z. n. v. gr.
■ Uit: Oriers, Nass. Lauren-crans. Hierbij een exemplaar, zonder uitleg-
ging of onderschrift.
24 Mei 1591. ^ Muller (No. 999).
926. Zutfen door de Staatschen ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 203.
10 Juni 1591. Muller (No. 1001).
927. Deventer door Maurits ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 204.
1 Juli 1591. Muller (No. 1002).
928. Delfz^l door MiEiurits ingenomen.
Zie : No. 267. Plaat 205.
25 Juli 1591. ' Muller (No. 1003).
929. Knodsenburg door prins Maurits ontzet.
Qezicht in vogelvlucht van Nijmegen, Knodsenburg, Arnhem, de ver-
schillende troepenafdeelingen enz. Oudtijds gekleurde gravure, langw.
in-fol. zonder naam. Uit: Oriers, Nass. Lauren-crans.
26 Juli 1591. Muller (No. 1004).
930. Knodsenburg door Parma belegerd, door Mau-
rits ontzet.
Zie: No. 267. Plaat 206.
1501—1502 VBBOTBRINOBN VAN MAURITS 321
September 1501. Nibt bu Mullbb (No. 1004).
931. Maurits monstert zjjn volk te Knodsenburg tegen--
over Nimwegen.
Zie: No. 18. Plaat 187.
24 September 1501. Muller (No. 1005).
932. Beleg en inneming van Holst door prins Maurits.
Oudtyds gekleurde gravure langw. in-fo1. z. n. v. gr. Uit; Oriers, Nass.
LauretHTons.
24 September 1501. Mullbb (No. 1006).
933. Hulst door Maurits ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 207.
21 Oktober 1501. Mulleb (No. 1008).
934. Nymegen door Maurits ingenomen.
^ Zie: No. 267. Plaat 208.
10 Mei 1602. Niet bu Mulleb (No. 1000).
935. ,,Prise de Caudébec''
Opschrift in een steen, waarin tevens de uitlegging der letters A — P
is gegraveerd, in den linkerbenedenhoek der plaat. Op den voorgrond
Alexander Famese, door een kogel in den arm getroffen. Links het
nemen van het admiraalschip, meer op den achtergrond het vluchten der
hollandsche schepen. Gravure langw. in.fol. naar den ingenieur Ledesma
door B. de Hooghe.
5 Juli 1602. Mulleb (No. 1011).
936. Steenw^k door Maurits ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 200.
12 September 1502. Mulleb (No. 1015).
937. Goevorden door Maurits ingenomen.
Zie : No. 267. Plaat 210.
December 1502. Niet bu Mulleb (No. 1010).
938. FaenJtes hoont het l^k van Parma.
Zie: No. 18. Plaat 180.
20 December 1502. Mulleb (No. 1017).
939. Begrafenis van Parma te Brussel.
Zie: No. 267. Plaat 211.
1602. a. Niet bij Mulleb (No. 1017).
940. ^ylnventie vande zaegh^moolem.''
Opschrift boven een plaatje in-8''., een zeer primitieve houtzaagmolen
voorstellende. Links op den achtergrond een kerk. Onder de gravure in de
21
322 BBESTB HOUTZAAOMOLBN 1692—1608
plaat een kregelig Tersje van H. J. Soet(eboom) ; daaronder in boekdruk :
„Lauw*re-crans, voor Comelis Comeliasz. van Vyt^geest, Eerste Vinder
yan de Hout-Zaghery-Moolens'*, en een 2é>rege1ig vers door ,,Deught
maeckt Edel." (H. J. Soeteboom). Gravure z. n. v. gr. of adrea. Waar-
schijnlijk dezelMe plaat, die Dozy in zijn Nalezing onder 1017 A beschreef.
Aan zijn ez. ontbrak echter het vers van „Deught maeckt Edel."
1692. h. NiBT Bu Muller (No. 1017).
941. ^ylnventie van de Zaegh^Modens.^*
De molen met omgeving der vorige gravure, het opschrift, dat daar in
boekdruk was, nu gegraveerd, en het 4^regelig vers, zijn hier de hoofd-
voorstelling geworden eener veel grootere prent. Dit alles is nu op een
monumentalen steen gegraveerd; daarboven wordt door twee engeltjes
een koord gespannen, Waaraan verschillende timmermansgereedschappen
hangen. Op den steen zit een engeltje, met een zandlooper op het hoofd.
Rechts staan tegen den steen een koevoet en een dommekracht, een
zwevend engeltje heeft een gewone zaag, een staand engeltje een ander
gereedschap in de hand, terwijl tegen een boom een tweemanstrekzaag
is geplaatst Op den achtergrond twee molens. Links staat een engeltje
bij een paslood, ^inerva zit bij een bijenkorf en naast haar «Eolus die
den zak opent, waarin de wind opgesloten is. Het 2é-regelig vers is op
dezelfde plaat gegraveerd en alleen door een paar dunne lijnen, die als
lijst het vers omgeven, van de bovenste afdeeling gescheiden. Qravure
gr. in-fbl. naar A. v. d. Laan door L Schenk. Dozy vermeldt een derge-
lijke onder No. 1017 B. De onderteekening van het vers is volgens hem
echter: „Deught maekt edel," hier: „Deught maeckt Edel."
1692. c. NiBT BIJ Mulleb (No. 1017).
942. „De eerste Houtzaagmolen aan de Zaan. (1592.)*'
OnderschriTc onder een kopie van de voorstelling onder a beschreven.
Steendruk in-8^ van Desguerrois ^ Co. Uit: Honig, Otsekifdenis der
ZaatiJanden, II.
26 Juni 1693. Muller (No. 1018).
943. „Onmia quod constans et cedere nescia yirtos
Perradat, tua Gertmde rnons moenia testes
Principe ab Auriaco validis extorta maniplis
ISubsidio missum frustra spectantibus agmen
Yi numeroqz pari metuendum, at dispare sorte
Hinc ille hoc statnit manus et mens docta trophemn.'*
„Amissa per summum Recepta coactis ad dedi-
seditiosor. scelus, obsideri tionem presidarüs. die 25
coepta die Mart. 28 Anno Jun^ ejusdem An* 1593.**
1593.
Bovenschrift in lijstwerk van zinnebeeldige figuren: „Oharitas". ,,Fide-
1598—1594 INTOCHT VAN ERNST VAN OOSTBNMJK 323
litas" enz. en de wapens van Holland, Oranje, e. a. in den linkerbovenhoek
eener zeer uitvoerige kaart, in twee bladen boven elkaar, van het beleg
van G^rtruidenberg. In de benedenhoeken: links opdracht, rechts aan-
spraak aan den lezer en privilegie.
Öoogst zeldzame en belangrijke gravure, naar de opmetingen van
Bapt. Boazius in kaart gebracht en gegraveerd door Jacob de Gheyn, op
last van het b.,(,tuur ,an Amsterdam en van de comn^issie voor de zee-
zaken. In het randwerk om het hierboven a%eschreven latijnsch ge-
dicht is nog een 4-regelig vers van P. Hogerbeets. De Staten-Qeneraal
legden de Gheyn, bij besluit van 29 October van dat jaar, 120 gulden toe
omdat hij „zyn werck d'Heeren Staten gedediceert'' had, terwijl in de
Stads Kameraars-rekeningen van utrecht nog voorkomt:
.Jtern, Jaques de Gheyn tot een vereeringhe van de gepresenteerde
contrefeytselen der belegeringhe van Geertruydenberg, 12 L."
26 Juni 1593. Mullbb (No. 1022).
944. Geertruidenberg belegerd.
Zie: No. 267. Plaat 212.
25 Juni 1593. Niet bu Mülleb (No. 1022). ,
945. Mauriis neemt Geertruidenberg.
Zie: No. 18. Plaat 188.
25 Juni 1593. Mullbb (No. 1023).
946. „De beleegermg van Geertruidenberg door prins
Maurits."
Zie: No. 11. Dl. XVH. Plaat II.
1593. NiBT BU MüLLBR (No. 1033).
947. De wcuxghalzen in Maurits leger rooven het servies
dat door Verdugo zou aangeboden ux>rden aan Ernst van
Oostenryk.
Zie: No. 18. Plaat 190.
26 Augustus 1593. Mullbb (No. 1024).
948. Wedde door Willem Lodewijk v. Nassau genomen.
Zie : No. 267. Plaat 213.
30 Januari 1594. Nibt bu Mulleb (No. 1024).
949. jjDescriptio et explicatio pegmatvm^ arcwm et
spectacvlorvm^ qucé Bruxdlce Brabant: pridie cal: Febr:
A^. cio.io.xciiii. exhibüa fvere^ svb ingressvm sereniss : prin--
cipis Emesti^ Dei gratia archidvcis Avstrice^ dvcis Bvrgvndice^
comitis CarinthiWj Tirdis etc. pro Phüippo IL Hispaniarvm
monarcha^ Belgicce ditionis gvbemntore. Brvoceüae, Apud
324 INTOCHT VAN ERNST VAN OOSTBNRUK 1504
loannem Mommaeri^ 9üb insigni ofpdnae Typographicce.
cio.io.xcini."
Titel in randwerk, geplaatst in een monument, waarin als frontispioe
het portret van Ernst, aartshertog van Oostenrijk prijkt, door twee en-
gelen gekroond en met het bovenschrift: ,fi6\i Deo gloria." Gravure z. n.
in-fbl. Muller heeft in zijn Betchrytfing de serie platen, die onder dezen
titel verscheen,. zel& niet genoemd. Daar de planos aap de keerzijde deels
onbedrukt en de custodes soms vergeten zijn, maakt dit de beschrijving
van een uit elkaar genomen exemplaar zeer moeilijk. Een eenigszins uit-
voerige beschrijving van deze ongeëvenaard kostbare versiering der stad
vinde daarom hier hare plaats. De titel en keerz^de zijn geteld als bl. 1
en 2, daarop volgt de voorhandsche titel, de beschrijving van de inkomst
bl. 8 en 4. Bl. 5 is niet bedrukt, 6 en 7 geven de voorstelling van den in-
tocht in Brussel, waar men den aartshertog met zijn gevolg van buiten
af de stad ziet binnenrijden ; zoodat men allen op den rug ziet Bl. 8 is
eveneens niet bedrukt Op bl. O vindt men de uitlegging van de eerste
eerepoort, (bl. 10 en 11), die drievoudig was. Onder de middelste toog
prijkte het beeld van Rudolph I van Habsburg, rechts van deze een
sterrekundige met z^n werktuigen.
Bl. 12 uitlegging der tweede eerepoort (blz. 18) op het St Gudula-
kerkhof, waarop vier leeuwen prakten.
Bl. 14 beschrijving van de Se eerepoort (blz. 15) in de Stormstraat.
Daarin was Frederik de Schoone afbeeld; aan zijn eene zijde een vrouw
met een oiyf-, aan de andere z^de eene met een lauriertak.
letH verder (vgs. beschrgving op bl. 16) stond een 4e poort (bl. 17)
waarin het beeld van keizer Albertus II stond, terw^l men door een vlak
daarby staande eenvoudige poort, die mede op bladzijde 17 is a%ebeeld,
naar de Groenmarkt(?) ging.
Bl. 18 beschrijving der eerepoort op de vleeschmarkt („platea . . . laniorum")
opgericht, waarin Frederik m en Charitas, Paz en Justitia voorgesteld
waren (bl. 19). Bl. 20 wit
Bl. 21 beschryft een dubbele eerepoort (blz. 22 en 23 a%ebeeld), die
50 voet hoog en 40 voet breed was; in de beide nissen tusschen de twee
poorten stonden de beelden van Maximiliaan en Maria van Oostenrijk.
Bl. 24 is de beschrgving van den Pamas, opgericht op de Melkmarkt
(„forum . . . Lactarium*') en a%ebeeld op bl. 25. De personen, die ApoUo en
de negen muzen voorstelden, waren bekende musici en bespeelden hunne
instrumenten meesteriyk; zwegen deze, dan hoorde men uit den berg
het zingen van een hoUandsch lied voor deze gelegenheid vervaardigd;
Mercurius, die de aankomst van den hertog berichten zou aan de Muzen,
sprak hem met een latynsch gedicht aan. Onder Pegasus was een
kunstige fontein aangebracht
Aan het begin van de Groote Markt stond, volgens de beschrijving
1594 INTOCHT VAN EEN8T VAN OOSTBNEÜK. 325
(blz. 26) een poort, (ongenommerd en evenals enkele volgende niet in de
nommering begrepen), waarin aan de eene zijde Brussel figuurlijk a^ebeeld
was; aan weerszijden stonden St Michiel en St Gudula. De keerzijde
dezer plaat is niet bedrukt Aan de andere zijde der poort, afgebeeld op
een ongenommerde en niet in de telling begrepen plaat stonden „Gods-
dienst" en „Oprechtheid." Twee dubbele platen geven een gezicht op
de Qroote Markt, terwijl op bl. 26 (moet zijn 27) eene korte beschrijving
voorkomt, der versiering, daar aangebracht Bl. 29 is niet bedrukt.
Bladz. 80 bevat de uitlegging van een halvemaansgewijze versiering
op het midden der markt opgericht, die tusschen beide voorgenoemde
platen is ingevoegd. Z\) stelde de „Majestas" voor met de kroon der
eere in de hand, aan weerszijden een Faam den lof uitbazuinende.
Rechts prijkten Vroomheid, Voorzichtigheid, Kracht en Barmhartigheid;
links Gerechtigheid, Eigenbaat, e. a.
Bl. 34 is eene verklaring van de poort aan het einde der markt,
de grootste poort die opgericht werd, 2 ongenommerde platen. Zij was
55 voet hoog en 33 voet breed en had drie doorgangen; Vrede, Oorlog,
Fortuin en Tijd waren er zinnebeeldig op voorgesteld.
Bl. 35 beschrijft de poort op het ,4brum Olitorium" (Groenmarkt) op-
gericht (weder op een ongenommerde plaat a%ebeeld) waarin Karel V
en de zeven keurvorsten, door levende personen, „zoo prachtig gekleed
en statig van houding voorgesteld waren, dat menigeen ze voor wezen-
lijke vorsten zal hebben aangezien." üit den tempel klonk muziek en zang.
Bl. 36 (niet genummerd maar met de signatuur L) geeft de uitlegging
der poort aan het eind der ?, waaronder het beeld van Ferdinand I
prijkte; bovenop stonden Justitia en Pietas.
Bl. 37 (ongenonmierd maar met de signatuur L. 2) roemt den „Berg Aetna'
afbeeld op een dubbele plaat en geplaatst op Cantersteen. 't Was alsof
men hem wezenlijk zag. Vulcanus was er met vijf Cyclopen bezig met
smeden. Pallas en Venus (met Cupido) waren toeschouwsters, die door
rijk in goud en zilver gekleede maagden werden voorgesteld. Bl. 38
(ongenommerd) bevat de beschrijving der poort voor het huis der Nassau's (op
de volgende plaat voorgesteld). Hierin prijkte het beeld van Maximiliaan II.
Aan weerszijden van de poort en er op vuurwerken. Bl. 39 (ongenommerd)
beschrijft de a%ebeelde eerepoort bij de kerk der Dominikanen opgericht,
en door kunstschilders en timmerlieden opgesteld, waarin keizer Rudolph
II gekroond wordt door twee engelen. Op bl. 40 (ongenommerd) vindt
men ten slotte de beschrijving der laatste voorstelling, a%ebeeld op de
laatste plaat, waarop door 17 jonge vrouwen, ieder met het wapen eener
provincie in de hand, de 17 Vereenigde Nederlanden worden a%ebeeld. Aan
haar hoofd zit, figuurlijk voorgesteld, de aartshertog Ernst De provinciën
Holland en Zeeland (als wederspannigen) zijn staande, de 15 overigen
zittende afgebeeld.
326 E&NST y. OOSTENBUK - BELEG TAN GRONINGEN 1594
De beschrijying dezer reeks had haar eigenaardig bezwaar; volgens
een later door mij geraadpleegd gebonden exemplaar van dit werk is de
volgorde nu goed. Zeker is de serie dezer gravures, waarvan geen
enkele een naam of initiaal draagt, hoogst zeldzaam. Het werk wordt
besloten met 8 blz. tekst, waarvan de eerste twee bovenaan een kroon
in lauwerkrans vertoonen, met bet bovenschrift: „Soli Deo gloria."
80 Januari 1594. Muller (No. 1025).
950. Intocht van Ernst (yan Oostenrijk) in Brussel.
Zie: No. 267. Plaat 216.
30 Januari 1594. Nibt bu Mulleb (No. 1025).
951. Intrede van Ernst van Oostenryk in Brtissd.
Zie: No. 18. Plaat 191.
12 Februari 1594. Muller (No. 1026).
952. Yergeefische aanyal yan Verdugo op DelÊsgL
Zie: No. 267. Plaat 216.
6 Mei 1594. Muller (No. 1028).
958. Goeyorden door Maurits ontzet.
Zie: No. 267* Plaat 217, waar staat genomen voor ontzet.
12 Mei 1594. Niet bij Muller (No. 1028).
954. ^^Vvaeracktige Conterfeytinge der luytheroembdeti
Stadt Gronningen/ in gestalt als die/ Anno m d xciiu. den xij.
Dach Maijl van den Duerluchtigen Hoochgéboren Furst en{de)
Ileere Graeff Maurits/ Gebooren Prince van Orangien Grave
van Nassau 8fc. en(de) den Heeren Generale Staten der
Geünieerde Nederlandtsche Prouindenl met Uerescracht/ is
Berendt/ Belegert en{dé) beschoten:**
Bovenschrift in gothische letters, in boekdruk, boven een allercurieuste
situatieteekening. Houtgravure, zonder naam, op twee folio bladen boven
elkaar. Zeer primitief gekleurd. De verklaring der Nos. 1 — 70 op twee
a£conderlijke blaadjes, met het volgende opschrift:
„Hier mach de goetwillige Leser sien de forme ende ghestalt voor
ghedachter Stadt Gronningen met alle ghelegenheyde(n)/ der Schanssen/
Fortressen/ Loopgrauen/ ende BatailUeryen/ mitsgaders die(?) Weghen
Passagien/ Riuieren/ ende andren/ alles in syn Quartieren (so wel van
binnen als oock van buyten) rondtsomme met Zijferen ordentlijck affge*
teykent/ wie volcht:" Gerust mag deze plaat allerzeldzaamst genoemd
worden, daar Mr. J. A. Feith, archivaris van Groningen, nergens elders
deze plaat zi^ en voor de goede bepaling der belegeringswerken onder-
meer een uitnemende handleiding in deze plaat vond. De hierbij ge-
voegde situatiekaart der belegering, die behoort bij het opstel van Mr.
159é BBLSG VAN GBONINOBN 327
J. A. Feith, in het Gedenkboek der reductie tan Groningen in 1694. Qron.
1804, geeft daarvan het beste bewijs.
18 Juli 1594. Muller (S. No. 1028 A).
955. „Descriptio Gratylationis pvbKcae, spectacvlorvm
et lydorrm, in adventv serenissimi principis Emesti Ar-
cliidycis Aystnae, .... belgicis provinciis a regia maiest.
catholica praefecti, an. millesimo, qyingentes. nonagesimo
qvarfcoj xviii. kal. ivKas, aliisqye diebys Antverpiae editorym.
Antyerpiae ex officina Plantmiana. M.B.xcy.*'
Zeldzame serie uit J. Bochius* werk den intocht van aartshertog Ernst
van Oostenrijk als gouverneur der Nederlanden voorstellende. Uitvoerig
beschreven door Muller, die 38 platen vermeldt Op blz. 86—87, van
achteren gepagineerd 85->88, door Muller niet genoemd, komt echter nog
een dubbele plaat voor met onderschrift: „Dramata Theatri pacis"; op
een amphitheater zijn in zes rijen de verschillende steden, en de kunsten
en wetenschappen afgebeeld.
24 Juli 1594. Mulleb (No. 1030).
956. Groningen door Maurits genomen.
Zie: No. 267. PI. 218.
24 Juli 1594. Muller (No. 1031).
957. „Het bel^h der Stadt Groningen in den Jaere
MDXCIV."
Gravure br. in-fol. door J. Luiken. Uit: Bor, Nederlandtsche Oorlogen,
24 Juli 1594. a. Niet bu Mulleb (No. 1031).
958. „Aet hdegh der Stadt Groningen in den Jaere
MDXCIV."
Zie: No. 259. Plaat 33.
24 Juli 1594. b. Niet bu Mullbb (No. 1031).
959. Belegering van Groningen.
Zie: No. 18. Plaat 192.
21 November 1594. Mullbb (No. 1033*).
960. „Ceroleus pro&rt immania corpora pontos;
Quorum ynum hic cemis depictum candide lector,
Inyentum Batayo deforme in littore monstrum:
Quod tibi spectandum scita dat Goltzius arte.
C. Sch(o)n(a)eus."
Afbeelding van een groote visch te Zandvoort bij Haarlem gestrand.
De kop ligt links, twee mannen zijn bezig haar te meten. Gravure met
het adres jan en, volgens bovenstaand onderschrift, door H. Goltzius.
328 YESSCHILLBNDB G£B£UBT£NISSSN 1595—1696
1595. Niet bij Mullbb (No. lOSS).
961. Lodemjk Gunther en Phüips van Nassau strijden
met den koning v. Frankrijk Jnj Monmedy.
Zie: No. 267. Plaat 219.
8 Februari 1595. Mulleb (No. 1034).
962. Hhj door Heraugière ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 220.
21 Maart 1595. Mullbb (No. 1035).
963. Huy door den bisschop weder overweldigd.
Zie: No. 267. Plaat 221.
21 Maart 1595. Mullbb (No. 1036^).
964. „De Stadt Huy, met krygslist door Heraugière
verovert, en wederom verlooren in t' jaar 1595."
Zie: No. 269. Plaat 3i.
2 April 1595. Nibt bu Mullbb (No. 1038).
965. üüzeüen van de hoUandsche vloot naar O. Indien.
Zie: No. 18. Plaat 194.
15 Juli 1595. Mullbb (No. 1039).
966. Maurits breekt het beleg voor Grol op.
Zie: No. 267. Plaat 222.
2 September 1595. . Mullbb (No. 1040).
967. Hevig gevecht hg Wesel.
Zie: No. 267. Plaat 223.
11 Februari 1596. Mullbb (No. 1042).
968. Intocht van Albertus (van Oostenr^k) te Brussel.
Zie: No. 267. Plaat 225.
1 Juli 1596. Mullbb (S. No. 1044^).
969. „Impetus regise Anglicanae classis in sinu 6a-
ditano in Andalusia pngnantes emn strenuo Christophoro
Colmnbo Archithalasso Regis Hispaniarum suisqz coadjuto-
ribus factus ipsis cal July an"*, 1596 Quem subsecuta est
miserabilis vrbis Gaditanae euersio'*
. De spoansche vloot vóór Cadix door de hollandsche en engelsche ver
slagen. Qravure in-plano, z. n. v. gr. of adres, met bovenstaand inschrift
in een rijk ge6gureerd cartouche in den linkerbovenhoek. Muller be-
schrijft dezen staat als den tweeden.
1 Juli 1596. Niet bu Mullbb (S. No. 1044^).
970. ^yAnno 1596. den 30 Juny, sijn de Hollanders
1590 CADIX - HULST - LEEUWABOEN 329
met d'Enghdsche ghecommen als vrienden^ inde Ree van
Cales McUes met 180 schepen^ Vsanderdaechs den eersten
Jid^ heblfen sijt verraddyck inghenomen endeden 17. lulij
sijnse ghedwonghen gheweest met schande fsdue te verlaten.^*
S-regelig hoUandsch, en rechts daarnaast een S-regelig firansch onder-
schrift: „L'An 1506 Ie 80 Juing" enz. onder eene door Muller niet
genoemde gravure langw. in-4^, in de manier van Hogenherg, z. u. v.
gr. maar met adres ,.A. Huberti ezcud. Priuil. Regis Bu8che(r?)'\ Ge-
kleurd ezemplaar. Misschien uit- of later gebruikt in: Ohappuys, Sis-
toirt générale de la guerre de Flandre. Zie: Muller No. 1043 en S.
No. 464 B.
1 Juli 1596. Muller (S. No. 1044 A).
971. „Gades oder Cales Males dnrch die Englischen
vnd Holleuder eingeno men.*'
Qravure, geheel in de manier van Hogenberg, met 12-regelig duitsch
onderschrift en „Anno domini 1596 Mense Junio et Julio", z. n. v. gr.
Muller beschrijft het ezemplaar van Mr. S. van Qijn.
1 Juli 1596. Muller (No. 10463).
972. „Veroveringe van Cadix, in 't Jaar 1596."
Zie: No. 259. Plaat 36.
10 Augustus 1596. Muller (No. 1050).
978. Hulst door den aartshertog ingenomen.
Zie: No. 267. Plaat 226.
16 Augustus 1596. Muller (S. No. 1049 A).
974. „Protocol Dat is/ De gantsche handelinge des
ghesprecx ghehouden tot Leeuwarden in Vrieslandl^ tus-
schen Ruaraum Acroniu(m) . . . ende Peeter van Ceulen
dienaer by de Meniusten" enz.
Afbeelding van het inwendige der Qalileerkerk te Leeuwarden, waar
dit gesprek plaats had. Titelgravure zonder naam, van het boek onder
bovenstaanden titel geschreven.
1596. Muller (S. No. 1050 A).
975. „Ingentes pcenas stolidi sub Mose Choragi,
Promeriti Choreis, poena dolenda yenit.
Scandala totqz leues comitantur multa Chorseas,
Per Ghoreas fieri magna stupenda solent.
Nostra ferox equidem non est assueta iuuentus :
Moribus indomitis illecebrasqz colit.
Nee patitur regidis se confrenare lupatis,
Inster & effireni frena retentat equi/'
330 BEIZEN VAN HBBMSKESK £N BARENT8Z 1590
„Fac igitar turpes choreas tu mente decora,
lostar lapparum sant tibi difiFugias.
Aspicè vindictam longam Bectoris Olympi,
Pangthos (sic) sontee supplidoqz graai.*'
Onderschrift onder een uitnemende giavure van J. Saenredam, bekend
onder den naam van: „De Boerendans om de kerk te Assendelft." Ge-
dateerd 1606. Muller vermeldt een staat met het adres van C. J. Visscher.
Op deze plaat is de naam van den uitgever weggeslepen, alleen „excudit*'
is blijven staan. De inhoud van het vers doet mij vermoeden dat de prent,
die links een kerk voorstelt, waaromheen een aantal jongelieden dansen,
terwijl rechts op den voorgrond een eerwaardig grijsaard voor het
geopend raam eener opkamer, de voor dat yenster geschaarde jongelieden
vermanend schijnt toe te spreken, een zinneprent is tegen het dansen in
verband misschien met een door een of andereu predikant daartegen
uitgesproken rede.
Juli 1596. Niet bu Müllbb (No. 1061).
976. Vraye description de trois voyages de mer tres
admircMes^ faits en trais ans^ a chacvn an vn, par les
navires d^HoUande et Zdande, av nord par derriere
Norwege^ Mascovie, et Tartarie^ vers les Rayaumes de China
Sc Catay: ensemble les decouvrements du VVaygat^ Nova
Sembla^ 8f du pays situé sous la hauteur de 80 degrez;
lequd on presume estre Groenlande^ oü oncques personne
n'a esté. Plm des Ours cruels 8f ravissans^ 8f autres
monstres Marins: 8f la froidure insupportaUe. D'avantage
comment a la demiere fois la navire fut arrestee par la
glace^ 8f les Matelots ont basti une maison sur Ie pays de
Nova Sembla^ siiué sous la hauteur de 76 degrez^ ou ils ont
demeuré V espace de dix mois: 8f comment ils ont en
petites barques passé la Mer^ bien 350 lieuès d^eaué; non
sans perü^ a grand travaü^ Sf difficultez incroyaUes, Par
Girard Ie Veer. Imprimé d Amsterdam, chez ComiUe iVÏ-
colas, Marcixand Libraire, demeurant sur Veaue, au Livre
d escnre. VAn 1609.'*
Titel van de fransche vertaling der hoogst belangrijke reizen door Heems^
kerk en Barentsz naar het Noorden gemaakt Tusschen den titel en het
adres is een gravure afgedrukt, door Muller onder No. 1061 in een
anderen staat vermeld. Hot zijn verkleinde afbeeldingen der vier platen
7, 12, 17 en 26 hierna beschreven. Links daarvan een „Navarchvs Hol-
land vs*; rechts een „Samivta" (Samoieed) en onder ieder van hen een
scheepje. De volgende platen, door Muller niet beschreven, komen in dit
werk voor:
1596
EBIZEN Van HEBlfSKEBK SN BA£KNTSZ 331
Plaat 1. (BI. 3 verso). „Cette Carte monstre la navigation de Kilduin
iusques è Tlsle d'Oranges:" etc. In de linkerbovenhoek een a^nderlijk
kaartje van ,,Loms Bay."
Plaat 2. (BI. 4 recto). „Pourtraict de Flsle Guillaume, Isle de laCroix,
&& Berenfort, oü un Ours monstra une merveilleuse force & courage/' etc
Op den voorgrond een boot, waartegen een beer opklimt, die door één
van de manschap met een lans wordt a^eweerd.
Plaat 3. (BL 6 recto). „Pourtrait des monstres marins, dit Walrussces,
animaux de merveilleuse force," etc. Op den voorgrond verscheidene van
deze dieren, door de zeelui gedood.
Plaat é. (BI. 6 verso). ,,Pourtrait des 4 navires revenantes ensemble
aupres de Weygats:" etc. Rechts bovenaan „Nova Zemla" en onderaan
„Sam veten lant"
Plaat 6. (BI. 10 recto). „Cette Carte monstre Ie decouvrement, situation
& l'estenduö du Weygat," etc.
Plaat 6. (BI. 10 verso). „Pourtraict des Samiutes, & de leur Boy :" etc.
Op den voorgrond twee Samoieeden, daarachter een rendierslede, enz.
Plaat 7. (BI. 11 verso). „Pourtraict du meurtre miserable, &it par un
cruel, horrible & devorant Ours, qui miserablement a deschiré deux des
nostres:" etc. Op den voorgrond links een beer, die een voorover ligg^d
man in 't achterhoofd bijt, enz.
Plaat 8. (BI. 13 verso). „Pourtraict d'un merveilleux Meteore, veu Ie 4
iour de luin, en 1* an 1696 : car h chaque costè du Soleil, estoit un autre
Soleil luisant: & deux arcs du Ciel passans par les trois Soleils:" etc.
Twee schepen, waarboven het luchtverschijnsel.
Plaat 9. (BI. 14 verso). „Pourtraict d'un merveilleux combat contre un
cruel & felon 'Ours,*' etc. Op den voorgrond een beer mot een bijl in
den rug en de roeispaan van één der bootvoerders tusschen de tanden.
Plaat 10. (BI. 17 recto). „Pourtraict comment nous fusmes environnez
de la glacé; aupres de l'Isle d'Oranges," etc.
Plaat 11. (BI. 17 verso). „Pourtraict comment nous fusmes environnez
de la glacé, aupres Ie Port de glacé," etc.
Plaat 12. (BI. 18 verso). „Pourtraict conmient nous demourames apres
vn long & &scheux naviger <^' & la, environnes de la glacé:" etc.
Plaat 13. (BI. 19 verso). „Pourtraict de trois Ours qui vindrent vers la
navire:" etc. Op den voorgrond links drie mannen, zich verdedigend
tegen een beer, die op zijn achterpooten staat.
Plaat 14. (BI. 20 recto). „Pourtraict comment nous fusmes contraincts de
bastir la maison, pour estrc gardez contre la firoidure, & les bestes sauva-
ges:" etc. Op den voorgrond de bemanning hout over het ijs slepende.
Plaat 15. (BI. 21 recto). „Pourtraict comment ils commencerent abastir
la maison," etc. Rechts op den achtergrond een deel van 't geraamte
van het huis.
332 BBIZBN VAN HESMSKEBK EN BABENTSZ 1596
Plaat 18. (BI. 22 recto). ,,Pourtraict comment . . . trois Ours vmdre(n)t
al' improyeu vers nous:*' etc. Op den voorgroud Unks de drie beren, enz.
Plaat 17. (BI. 23 verso). • „Comment pour nous preeerver de Fextreme
froidure, fismes feu de houelle, estoupans la cheminee & les huys," Op
den achtergrond het voltooide huis; op den voorgprond zetten eenige
mannen vallen op.
Plaat 18. (BI. 27 recto). „Pourtraict d'un Ours cruel, ... qui . . . fut har-
quebouzé" etc. Op den voorgrond zes man den gedooden beer vervoe-
rende; op den achtergrond 't voltooide huis.
Plaat 19. (BI. 30 verso). „Pourtrait de la preparation que nous fismes
pour apprester la barque, k naviger vers la Patrie:" etc. Op den voor-
grond is het volk bezig een boot over het ijs te trekken.
Plaat 20. (BI. 31 verso). „Pourtraict comment nous avons charpenté &
préparé nostre esquif," etc. In 't midden een boot, die men op allerlei
wijzen voor de vaart gereed maakt
Plaat 21. (BI. 82 recto). „Pourtraict comment nous avons avec grand
travail applani Ie chemin par la glacé, ... afin de trainer les barques vers
reauë:" etc. Rechts maakt men gezamenlijk een weg over 't ijs.
Plaat 22. (BI. 38 recto). „Pourtraict comment nous avons trainé les
^barques en l'eauë," etc. Op den voorgrond links een boot te water;
rechts een andere die te water gelaten wordt.
Plaat 23. (BI. 34 recto). „Pourtraict comment par Ie flot & Taborder
de la glacé, les deux barques fïirent presque pressees en pieces:" etc.
Plaat 24. (BI. 35 recto). „Caerte van Nova Zembla, de Weygats, de
custe van Tartarien en(de) Kuslandt tot Kilduyn toe, met anwysinge van
de weeder vaert lancx de Noortcust van Nova Zembla, en(de) de overvaert
omtrent de Weygats na Ruslandt, tot de hoeck van Candenos, en(de) de
mont van dè Witte Zee. Door Gerrit de Veer beschreven. Baptista a
Doetechum sculp. a^ 1598." Inschrift in een cartouche in deli linker-
bovenhoek dezer kaart, blijkens het hoUandsch inschrifl oorspronkelijk
gemaakt voor de hoUandsche uitgaaf van dit reisverhaal.
Plaat 25. (BI. 36 recto). „Pourtraict comment nous avons par necessité
grande, . . . apportez les meubles de hors les barques," etc. Op den voor-
grond twee beren een derden (dooden) verslindende.
Plaat 26. (BI. 37 recto). „Pourtraict comment nous fusmes abordez de
la glacé," etc. Links op den voorgrond een boot in 't ijs bekneld ; rechts
de bemanning de goederen er uit dragende.
Plaat 27. (BI. 98 verso). „Pourtraict comment . .*. sommes sortiz de la
glacé:" De twee schuiten in open water.
Plaat 28. (BI. 39 verso). „Pourtraict comment . . . sommes venuz aupres
de deux Lodiges ^ussiennes," etc. Op den voorgrond de ontmoeting
met lieden, die zij vroeger reeds gezien hadden.
Plaat 29. (BI. 41 verso). „Pourtraict de nostre abordement a vne Lodige
■* -
1696 OTEBWINTBBINO OP NOYA-ZEMBLA 333
RussieDne, quand nous cuidames desi d estre passez la mer blanche :*' etc.
Op den YOorgTond het schip en een boot.
Flaat 30. (BI. 42 yerso). „Pourtraict.comment nous sommes venuz, apres
longue circonnavigation, au costé Occidental de la Mer blanche:'* etc.
Kaart van „Lappia". Links onderin de kaart zijn vier Laplanders
afgebeeld, rechts bovenaan, in a£sonder1ijk cartouche, vier anderen.
Plaat 31. (BI. 43 verso). „Pourtraict de Kilduin," etc. Kaart van het
eiland, het nabijgelegen vasteland enz.
Alle gravuren zijn langw. in-4*. zonder naam, behalve de kaarten,
waarbij de naam van den graveur is aangegeven.
Juli 1696. MuLLBB (No. 1053a).
977. „Het oyerwinteren der Hollanders in Nova Zembla,
geschiedt in de Jaeren mdxovi en MDXOvn.''
Gravure br. in-fol. door J. Luiken. Uit: Bor, Nederlandtscke Oorlogen.
Juli 1596. MuLLBB (No. 1053^).
978. „Hoedaanig de Hollanders in de Jaaren 1596.
en 1597. in Nova Zembla hebben overwintert."
Zie: No. 259. Plaat 38.
Juli 1596. Muller (No. 1054a).
979. „Tocht naer Nova Zembla in den Jaere mdxovi."
In 't midden der plaat een walrus, een sterk bemande boot besprin-
gende. Gravure br. in-fol. door J. Luiken. Uit: Bor, Nederlandtscke Oor-
logen.
Juli 1596. Muller (No. 10543).
980. „Scheeps-tocht, in den Jaare 1596. naar Nova
Zembla ondemoomen.'*
Zie: No. 259. Plaat 35. Links bovenaan gemerkt „Tom: I. No. 32.''
1696. Niet bij Muller (No. 1055).
981. Een Midddburgsche . vrouw beschermt haar man
zoodat hy geen waardgélder wordt.
Zie: No. 18. Plaat 196.
1596. Muller (S. No. 1055 A).
982. „Begin ende Voortgang Vande Vereenigde Needer-
landtsche Geoctroyeerde Oost-Lidische Compagnie. *t Eer-
ste Deel."
Gegraveerde titel van het Ie deel van het door Tiele uitvoerig beschre-
ven werk. (Tiele, Mémoire hiblioffraphiqite sur les joumava des navi-
gateurs neérlandais.) De titel is gedrukt op een, tegen een voetstuk op-
gehangen, tapijt, waarboven Indië zit. voorgesteld als een vrouw, die, om-
334 SLAG BU TURNHOUT 1697
ringd door een viertal anderen, paarlen en edelgesteenten rondom zich
uitstrooit Links o. a. een man, door een ander met een dolk gedreigd;
rechts eenige mannen, die de uitgestrooide gaven verzamelen. Gravure
langw. in-4'. naar P. I.(nte8?) door J. v. Meurs.
„Begin .... 't Tweede deel."
Qeëtste titelplaat met bovenstaanden titel in 't midden der plaat op een
visschenvel tegen een steen. Links van den steen Neptunus op een
dolHjn; rechts een riviergod. Op den achtergrond een soort trap, op
welker bovenste trede een vrouw (Indiö) zit. Op de onderste treden
links twee edellieden, zich buigende voor deze vrouw, achter hen twee
zeelieden. Ets langw. in-4*. z. n.
Voor de uitvoerige vermelding van de 223 platen, in dit werk voorko-
mende, mag ik verwijzen naar Tiele's boven aangehaald werk. Ofechoon
de volgorde der platen in de afisonderlijke uitgaven der reizen, volgens
Tiele, wel iets schijnt te verschillen met die, waarin ze voorkomen in dit
werk, acht ik dit verschil niet belangrijk genoeg om ze daarvoor alle
hier te vermelden.
Het eerste deel van dit werk is van 16i6; het tweede van ]646. Zeker
is er geen werk dat in beeld en schrift een uitvoeriger overzicht geeU. van
de scheepvaart der Nederlanders in de 16e en het begin der 17e eeuw.
24 Januari 1597. Nibt bu Muller (No. 1055).
983. „D^n slagh gedaen van Zynf Excellentie Den
Prince Maurüio van Nass. : ende den Grave van Varax
Heere van Balanson overste vant gehede leger des viants
ter ander Zyden; geschiedt op de Tiélsche Heyde op een
plaetse géfieeten Balderin den. 24. lanuarij 1597. Daer
liet God de Heere belieft heeft om de victorie te verleenen.*^
Onderschrift in een cartouche onder in een situatiekaart van dit gevecht
met de troepen in slagorde. In den linkerbenedenhoek een a&onderlijke
voorstelling: „Ontwerp vanden tocht des viants, alsoo hy opghebroken
was wt zynen leger,'* enz. Rechts in den benedenhoek een a£conderlijk
kaartje van de omstreken van Turnhout. Links van de plaat een strook,
met opschrift: „Byde dooden zijn ghevonden dese latgnsche Reliquen
ofte besweeringhen/ die haer souden beschermen van alle quaet/ seer
strydende teghen de H. Schriflure." Onder de plaat, in drie kolom-
men: „Historische vertellinghe van deaen slach gheschiet den xxiiij.
Januarij 1597." en „De verclaringhe van dese Caerte." Aan het emd
een tijdvers. Hoogst zeldzame plaat, langw. . in-fol. z. n. v. gr., met
adres van „Barent Langhenesse, Boeckvercooper tot Middelborch. 1597."
24 Januari 1597. Mai.LBB (No. 1066).
984. „Qua die Amjntiades fertur cecidisse Philippns,
1597 SLAG BU TTJBNHOUT 33i
Hac & Carolidse gloria celsa ruit
Qua Salentinos yictos post terga Qnirites
Duxere auspicgs Regale magne tuis:
Hac qni nobilium factonim clarus acervos
Non sinit k generis nobilitate premj
Maybitiys rara pietate iUustris & armis
niastris genids Nassoyiae titulis
niustrissimus aybiaco de stemmate Princeps,
Ule tibi e' voto par Gvilielme tuo
Momento tumidos parvo devicit Iberos,
Et fixit fortj lasta tropbaea manu
Non cauponarj bellum sed belligerari
Se probat, baud auro conserere, at cbalybe:
Captivis pretium indulsit sat yulnera passis,
Vaeaxvm gratis reddidit ex animem
Hsec adeo ducis est summj sapientia summa,
Parcere devictis, stemere belli^eros •
Hac igitur vicit Pelidén, carpitur iUe
Quod mage bellipotens quam sapientipotens.
CLarè hInC haVt VInCI potVIsse VIdebIs IberVM
NoblLIore die, aVt nobILIore dVCe.
Hugeianus Grotius*'
Overwinning van Maurits bij Turnhout op dê Thieltsche heide. In
twee rijen boven elkaar en op twee bladen is het gevecht a%ebeeld.
In den linkerbenedenhoek van het eerste vel: Opdracht aan de Staten-.
Generaal door den graveur Jac. de Qheyn. In den rechter benedenhoek
van het tweede vel bovenstaand vers van H. Grotius. Vóór het adres
van C. J. Visscher. De Staten-Generaal legden de Gheyn honderd twin-
tig ponden van 40 grooten toe voor deze plaat.
24 Januari 1507. Muller (S. No. 1056^}.
985. Mauritius Gyl. Pr. Avr. F. Oom. enz.
Zie volgend nommer.
24 Januari 1507. Kibt bu Muller (No. 1058).
986. „Afamfiüs Gü. Pr. Avr. F. Com. Nass. Foede-
ratarvm provinc. Salvtemj vt svpremam legem^ in sin
gestans pectoris penetrcdihvSj Anno mdxcvii ex A. D. xii
kal. febr. Haga profectvs^ raptis postridie secvm^ qvae ad
fanvm D. Gertrvdis^ st;b svis dvcibvs ivssae convenerant^
copiis; altero post die^ Dei Opt. Max. avxüio; hostem^
qvi percdsvs eivs adventv iam Tvmhovto fvgiebat^ cvm
eqvüatv solvm svo perseqvUvr; adseqwtvs dvo amplivs
mUliaj inq. his Varaxivm Comitem^ momento f ere caedit;
336 VESOYBEINOEN DOOB MAÜEITS 1697
réliqvis cvm captis^ tvm in fvgam coniecUs^ octavo^ po8tqva(m)
abierat^ die^ Hagam reversvs^ ibi xxxnx, qvce reportarat^
vexü^a publicP loco svbfigit.^*
Randschrift om een plaat verbeeldende den slag bij Turnhout Gravure
van B. Dolendo. Staat met het adres van C. J. Visscher. Oudtijds gekleurd
exemplaar, uitbreiding der voorstelling van het onderste gedeelte van het
rechter blad der vorige plaat. De hoeken aangevuld met trofeën van
vlaggen. Muller beschreef dit exemplaar.
24 Januari 1597. Müllbr (No. 1067).
987. Maurits wint den slag bg Tomlioat.
Zie: No. 267. Plaat 227 en 228.
24 Januari 1597. Müllbb (No. 10593).
988. „De Slagh by Turnhout in den Jaere mdxcvii."
Zie: No. 259. Plaat 37.
24* Januari 1597. Mullbb (No. 1060).
989. „De slag bg Turnhout."
Zie: No. 19. Dl. ni. 2. BI. 45.
21 Augustus 1597. MuLLBR (No. 1064).
990. Maurits neemt Rynberk.
Zie: No. 267. Plaat 229.
2 September 1597. Mullbr (No. 1066).
991. Meurs ingenomen door Maurits.
Zie: No. 267. Plaat 230.
28 September 1597. Mullbr (No. 1070).
992. Orol ingenomen door Maurits.
Zie : No. 267. Plaat 231.
Oktober 1597. Nibt bij Mullbr (No. 1071).
993. De beiooners van Bredevoort vragen Maurits lijfs-
behoiui.
Zie: No. 18. Plaat 196.
12 Oktober 1B97. Muller (No. 1078)..
994. Breedeyoort ingenomen door Maurits.
Zie: No. 267. Plaat 232.
21 Oktober 1597. Mullbr (No. 1076).
995. Oldenzaal ingenomen door Maurits.
Zie: No. 267. Plaat 233.
1597—1598 ZINNBPRENT - WALVI8CH GESTRAND 337
12 November 1597. Muller (No. 1078).
996. Lingen ingenomen door Maurits.
Zie: No. 267. Plaat 234.
1597. MuLLBB (No. 1080).
997. „Glachte Alberti aende Roomsse Senaet
Ouer syn tegenwoordige ellendige staet."
OpschrÜl in cartouche boven in een plaat, die zinnebeeldig de verliezen
der Spanjaarden in dezen veldtocht voorstelt. Onder de cartouche, als op
een schilderij, de fabel van de hond met het stuk vleesch, dat hij in de
beek verliest. Onder de plaat een 20-regelig, in schrijfletters gegraveerd,
rederijkersrijm, dat liiet onaardig zinspeelt op de plaatsnamen. Links op
de plaat een rivier; aan den rechteroever staat Albertus met een a%e-
broken lelie (Amiens dat hij in Picardie veroverd, maar ook weer ver-
loren had), in de hand, en weeklagende dat „Mauritius", aan de overzijde
der rivier te paard zittende, hem zijn „Berck** (een bark, die in de rivier
ligt en door Maurits* paard als trekschuit medegesleept wordt), ont-
roofd heeft. Met die bark (Berck) worden tevens „Enschede, Meurs,
Brevoort, Alphen, Grol, Ootmaers(um), Berck, Lingen en Oldenseel'*, hem
ontvoerd. Rechts op de plaat zit een „Cardinael", onder een draperie,
aan wien een „Jesuit** een boek toont, waarin men leest: „Ketters geen
geloof men sal houden.", terwijl een „Capuchin" het kruis omhoog houdt.
De kardinaal wijst „de Reden" a£ Gravure in-fol. z. n. v. gr.
1597. Niet bij Muller (Ne. 1080).
998. Odenhameveld hij Hendrik IV.
Zie: No. 18. Plaat 198.
4 Februari 1598. Muller (No. 1082a).
999. „Een Walvisch. lang 70 voeten, gestrandt op de
Hollandtse zee-ku8t, tnsschen Scheyelingen en Katwyk,
in Sprokkelmaandt, 1598."
Onderschrift onder de afbeelding van den walvisch, met den kop naar
rechts liggend. Op den voorgrond verschillende toeschouwers. Gravure
br. in-fol. door G. van der Gouwen, üit: Bor, NederlandUche Oorlogen,
4 Februari 1598. Muller (No. 1082^).
1000. „stranding van een Walvisch van 70. voeten
lang, tusschen Katwjk en Schevelingen, in de Maandt
van February, A'. 1598."
Zie: No. 259. Plaat S9.
4 Februari 1598. Niet bu Muller (No. 1082).
1001. Stranding van een walvisch.
Veel verkleinde kopie der voorgaande plaat Gravure langw. in-4®.
z. n. V. gr. Van achteren bedrukt UitV
22
338 WALVISCH - TYEANNIGBN PA8QÜ1L 1598
4 Februari 1598. Muller (S. No. 1088' A).
1002. „WarhaflFtigli Vnd Wunderbarlich Monster oder
Pottfisch in der gestalt eines Wallfisches, aus dem Moer
sich Versandet hatt zwischen Catwöck vnd Scheuelingen
als W^ter in der Relation ercleret am 4 . « Februar^,
Anno 1598"
Onderschrift, in twee regels, onder de afbeelding van den walvischdie
met opengespalkten bek naar rechts ligt. Op den voorgrond zijn hoofden
en handen van een aantal personen zichtbaar, die aan de touwen trekken,
waaraan twee ankers bevestigd zijn, die in de zijde van de visch geslagen
zijn. Op een ladder staat een man, die met twee anderen links bij den
staart, en een derde rechts bij den kop, de visch meet. Op den achtergrond
rechts de zee, links de duinen, waaruit een lange reeks lieden, een wagen
met twee paarden voor elkaar, enz. toesnellen. Duitsche gravure langw.
in-fol. z. n. v. gr. (G. Keiler?). In een hierbijgevoegd duitsch vlug-
schrift van 1616 : Wahrer Bericht . . . der dreyen Aechter . . . Vincent
Fettmilchs enz. komt aan het eind een afbeelding voor van een in dat
jaar in de Sont gezien zeemonster, op welks zijde „We. We. We. Mensch"
stond. In het daarbij behoorend opstel wordt nog melding gemaakt van
een door een hollandsch visscher Jonge Neel den 15. Nov. 1666 te ,,Sche-
uering" (sic) gevangen zeemonster.
4 Februari 1B98. Nibt bij Mulleb (S. No. 1083 A).
1003. „Warhafftigh Vnd Wunderbarlich Monster oder
Pottfisdi'^ enz.
Latere staat der vorige prent.
Gravure langw. in-fol. z. n. v. gr., geheel als de platen van Hogenberg.
Blijkens het onderschrift, de letters en cijfers in de plaat en het nommer
4p7 in den rechterbenedenhoek onder de p1aat1)ehoort zij evenals de vorige,
die het No. „47'' niet heeft, in een boek.
1698. Muller (No. 1066^).
1004. „Antworde" „tyrannigen pasquil".
Opschriften boven twee plaatjes, naast elkander gedrukt. Blijkens het
verdere inschrift bij deze uitgaaf van het „tyrannig pasquiV' is dit plaatje
'teerst ,,Gemaeckt inden name aller bloedgieriger Papisten, ende gestelt
binnen der Stad Goude". Het stelt voor: 1": „T' vier der obstinaten." ;
2^: een galg, waaraan drie mannen hangen: de „Gemeenen Man.'* en
3^: het „Ketteren Bat", waarop vier menschenhoofden op staken staan. Onder
dit plaatje een 14-regelig vers in latijn en hollandsch. Daaronder „h.l.o.
Collegie b.p.m.i.b.h.c.d.i. Uyt liefden synder Heylicheit o.a.h.b.n.h.c.g.b.
Goes. 1697. Breda Doet so u dunckt'. Daaronder een net, waarin „7.
hoofden". Het „Antworde", links van deze voorstelling afgebeeld, ver-
toont twee ineengesloten handen om den pijlbundel der zeven provin-
1598 ZINNBPRBNT OP SPANJES VRBDESVOORSTELLEN " 339
cien. Er boven „Unio eenicheyt" en er onder „Hac nitimur. Op dese
rusten wy'\ Daar naast een altaar, waarop een vuur brandt. In de vlam
een hand; op den arm: „P S P" (Pro Salute Patriae). Meer rechts een
zwaard: „Verbu(m) Dei t'Word Gods" waarboven: ,,Iehova God" en er
onder : „Gladio oris sui Conteret eos. Met t' swaert synes monts sal hy
haer vernielen". Eindelijk een zwaard: „Libertas Vry = heyt" waarop
een (vrijheids) hoed en het onderschrift: „Hanc tuemur Dese beschermen
wy". Onder dit zeer patriottisch zinnebeeldige plaatje een gedicht 'van
28 regels tegen het vorige. Gravure langw. in-4*. z. n. v. gr. De laatste
regels van het antwoord vers doelen meer op den staatkundigen dan op
den godsdienstigen toestand van Nederland. Ongekleurd en slecht ge-
kleurd exemplaar.
1598. MüLLEB (S. No. 1086 A).
1005. „Copie van seker Refereyn by de oyerheerde
Nederlantsche Provintien aen Hollant gheschreven/ be-
roerende den Vrede. Met oock der Hollanders antwoordt
rgms-wyse daer by gheyoecht."
Titel van een pamflet (Tiele, B. v, P. No. 405) verder bijna geheel
ingenomen door een zinneprent op de bedrieglijke vredesvoorstellen van
Spanje. Boven in de plaat twee medaillons. Links de hollandsche
leeuw door een monnik met een koord vastgebonden aan een paal,
waarop: ,,Inquisitie". Een muis doorknaagt het koord. Met randschrift:
,/Smuis bytende tanden den Leeu los knagen". Rechts een koning
(Philips ü); blijkens het bijschrift: ,,Ick doe als my is bevolen"
handelende op last van een ander (den Paus, hier ook a%ebeeld) die den
nu losgeraakten leeuw een vredestak aanbiedt, terwijl hij in de linker-
hand een halsband heeft, met omschrift: „Den Leeu Los sijnde wil geen
halsband dragen". Li de open ruimten boven deze medaillons, in 't mid-
den „Mauritius" met twee mannen achter zich; links een man met pistool,
waarbij „An 1594.", rechts een met een degen? waarbij „an. 1598", doe-
lend op twee aanslagen op Maurits' leven. Rechts in het onderste deel
der plaat het kanaal met „De vlote uit Spangen alsmen tracteerde van
pais an. 1588.'^ Daarnaast, naar links, een man met Januskop, in gees-
telgke kleedij: „De over beerde Provintien", die in de rechterhand een
zwaard heeft, dat hij achter zich houdt, terwijl hij met de linker een
palmtak (vrede) ^nbiedt aan een „Hollander", die met twee knapen links
staat, en den palmtak afwijzende zegt: „T is doch al bedroch". Links
boven den Hollander de afbeelding van het levend begraven van Anneke
Wttenhove, met onderschrift: „Doch ter (dochter) levende gedolven binnen
Bruessel den 19 lulij 1597'*. Rechts boven den laatsten, in de wolken,
waaruit een hand naar de spaansche vloot wijst, de naam „Jehova".
Gravure in-4*. z. n. v. gr. met adres van „Laurens lacobs" (Amsterdam)
midden onderin de plaat en: „Psal. 28. Vers 5." enz. eronder.
340 ZINNSPBBNT TEOEN SPANJE BNZ. 1598
1598. MuLLBB (S. No. 1086 C).
1006. „Antwoordt op het tweede Refereyn/ by de
Overheerde Nederlantsche Provintien aen Hollant ghe-
schreven : om haer met schoon-sclqjiiende Redenen/ Onge-
fondeerde dreygementen/ ende ongel^cke Exempelen te
bewegen/ Vrede te maken met den Spangiaert."
Titel van een pamflet (Tiele, 3. v. P. No. 408) met een groot zinne-
beeldig titelvignet tegen den Spanjaard. In 't midden van een schip
staat een persoon met drie hoofden, één met pauselijke tiaar, één met
koningskroon en één met kardinaalsmuts? Op zijn kraag staat: „H. ver-
SHegeringhe
, TT
Inquesitie
Den ketters salmen geen geloue houden''. Aan het roer zit een Jesuit, met
bijschrift: „Doetse bet rogen lesuif'. Links, in de schuit vier roeiers:
„Capuchin", „Graeu broer", „Voldoenders" en „Verkeerden vecht". Boven
hun hoofö op een vlag aan den mast: „Consilium van Constans. Tot
vorderinge der kercken salmen beloften houden of breken." Op hun
riemen: „Schijn van Heijlicheijt", „S Paus bullen", „Placaten". Op de
voorplecht van het schip waait nog een vlag, waarop: „Wie niet can
dissimuleren, can niet regfieren." en boven den Jesuit aan 't roer een
ander: „Wanttet ons alsoo belieft." Achter het schip een bootje, met ge-
wapende lieden bemand, waarboven: „Roede voor de Rebellen." Terzijde
vier bootjes, met kettingen aan het schip bevestigd. In ieder bootje een
vaandel, met de volgende opschriften: „Marq va(n) bergen Montignij,
oock teegen Heijdensche wette(n} getracteert", „Moorden voor genomen
tegen z. Excellentie", „Egmont Hooren en(de) Batenburg.", „Vrede
Handelinge Van Coln. Breda, ete." (sic). Op den voorgrond de hollandsche
tuin, bij welks ingang de leeuw wakend zit Een Hollander, die met de
linkerhand een scheepje „Paijs" naar zich toetrekt, duwt met een vaarstok
het groote schip weg, zeggende: „lek begeer paijs maer geen bedroch".
Gravure zonder naam of adres. Onder het plaatje: „Richt my Qodt . . .
Psal. 48. vers. 1." Het pamflet zelf, bestaat niet slechts uit vier-
en-veertig 17*regelige verzen zooals Muller vermeldt, (dit is alleen het
antwoord), maar ook uit de 25 evengroote verzen van het referein, waar-
tegen dit antwoord gericht is, zooals Tiele trouwens reeds aangaf.
13 September 1598. Nibt bu Mulleb (No. 1086).
1007. Sterfbed van Phüips II
Zie: No. 18. Plaat 199.
11 Oktober 1598. Mullbb (No. 1088).
1008. Het innemen van ,/t Huys te Broeck."
Zie : No. 267. Plaat 236.
1698 8CHBNKBNSCHAK8 341
1508. Niet bij Mulleb (No. 1090).
1009. Maurits spoort de Staten-Generaal tot krachtig
optreden aan.
Zie: No. 18. Plaat 200.
28 April 1B99. Mulleb (No. 1091).
1010. Schenkenschans door de Spanjaarden belegerd.
Zie: No. 267. Plaat 237.
28 April 1599. Mulleb (S. No. 1091 A).
1011. „Fortalicivm Schenckianvm".
Afbeelding van Schenkenschans in 't midden der rivier; bovenaan
rechts ,,Het Spaensche leger'*; onderaan links .,Beillanf\ rechts „Cleue''
als 't uiterste punt, met bovenstaand inschrifl en onderschrift in drie
kolommen: „Ëijgentlijcke Afbeeldinghe vande geweldighe sterckte, . . .
genaemdt.. . Schencken Schans:" enz. Gravure langw. in-4^ z. n. v. gr.
met adres van „Har. Aller." (H. AUard), onder de derde kolom van het
onderschrift. Muller beschrijft het exemplaar van de Koninklijke Biblio-
theek te 's Gravenhage.
Mei— Juli 1599. Mullbb (No. 1093).
1012. „Innumeri sumptos ad millia multa Philippum,
Inpensaeque operae prodigus hostis erat.
Nee satis hoc : carum consumit tempus, ut yrbem
Bommeliam longo vinceret obsidio.
Nassooius prohibet : quid agat, ne nil agat hostis !
In nostro Castrom construit ille solo.
£n maions opus sumptus, operaeque paratur:
Hic iterum demens tempus inane tent.
Obsidium forte est : forte est ante omnia Castrum :
Fortior unius dextra Mauritg.
Cum sumptu, ac opera cum tempore perdidit ur-
(bem:
Mox Castinim : quid adhuc? se quoque perdet Iber.
H. Grotius."
Inschrifl in een ovaal, dat een zeer nauwkeurige afbeelding van Bom-
mel en de optrekkende 'troepen geeft. In de hoeken buiten het ovaal
zijn bovenin twee engeltjes a%ebeeld, links met een olijftak, rechts met
een lauwerkrÉms in de hand; onderaan links „Gedeon", rechts .,Ivdas
Machabevs". Gravure in-plano z. n. v. gr.
342 BOMHELEEWAABD 1599
Mei— Juli 1599. Mullbb (S. No. 110^ B).
moet zijn: a. Na Muller (S. No. 1097).
1013. „Gelègenheit des Bommeler Wehrts, vnd
der Schenckisclieii Schanzen. 1599."
Opschrift aan beide zijden van het lager volgend distichon, boven een
tamelijk uitvoerige kaart van het land van Maas en Waal. Midden
tusschen de beide omlijste helflen van *t opschrift leest men:
„Du loser Schenck gibst bosen Tranck, Den lauff wir dauon krigen:
Hör auff 6 Bommel mit deim klanck Eh wir zur erden ligen".
Daaronder de afbeelding van drie personen. In 't midden een „Spanier
erschrocken" ; rechts „der Bommeler" (een tromslager) uit wiens trom
kanonnen steken; links een man, die een drinkschaal, waarin eveneens
allerlei krijgstuig ligt, vol schenkt; daarboven: „Schencken Schantz.*' Bij
de beide laatsten nog een distichon.
Gravure z. n. v. gr. Onderaan: ,.Ein danck vnd Freudenliedt der Ni-
derlenden im thon: Ein veste(r) burg ist vnser Got &&" in 6 kolommen
naast dit opschrift. Het vers is een navolging van Luthef s lied en
begint: „Ein starcke vest ist Sche(n)cke(n} Scha(n)tz Der Staten wehr
vnd waffen:'* In de laatste kolom een é-regelig latijnsch vers. Muller
beschrijft dit exemplaar.
Mei— Juli 1599. Muller (S. No. 1104- C).
moet zijn: b. Na Muller (8. No. 1097).
1014. „Tabula Topographica in qua, pars magna insulae
Bommeliae, una cum circnmiacentibus Brabantiae; et Ba-
taviae pagis; nee non insula Vorenia accurate describun-
tur In qua Videre est;" enz.
13-regelig inschrift in één der zeven cartouches die deze groote en bui-
tengewoon fraaie terreinkaart van dit beleg versieren. De kaart bestaat
uit twee bladen, die links ,,Litt", rechts „Haeften" als uiterste plaats ver-
toonen. In het rechterblad een tamelijk uitvoerige plattegrond van Bom-
mel. Daarboven de cartouche met het 13-regelig inschrift; onderaan het
wapen van Bommel en daaronder nog een kleiner cartouche met een
latijnsche opdracht in 4 regels van „L. Comelij" aan den raad van Bom-
mel. Links van de groote cartouche een kleinere met de wapens der
zeven provinciën en in een daaronder geplaatste, een latijnsche opdracht
van ,,L. Comelij et Harmannus Alardt" aan de Staten-Generaal; rechts,
evenzeer in cartouches, 't wapen van Oranje en een Tregelige opdracht van
dezelfden aan Maurits. In den rechterbenedenhoek, alweder in een cartouche :
„Geographica Tabella, in qua Batavia, Territorium Noviomagense, insula
Bommelia; . . . pars accurate describuntur.'' ; daarnaast, in kleiner cartouche,
een latijnsche aanspraak aan den „Spectator urbem Bommelam'' in 5
regels en een voetmaat, met 1-regelig latijnsch opschrift. Het linkerblad
1599 BELEG TAN BOMMEL 343
heeft een SS-regelig latijnsch vers van Daniel Plancius, in den linker-
bovenhoek, in cartouche en onderaan terzelfder zijde een kleiner met het
symbool van Maurits: „Tandem fit svrcvlvs arbor" in een ornament boven
het cartouche en de namen van ,,Lambertus Comelij" als teekenaar en
van „Harmannus Allardi'' als uitgever, een voetmaat en 3-regelig latijnsch
inschrift erin. Oudtijds uitnemend gekleurd exemplaar. Blijkefis de
cijfers in de plaat, behoort hierbij een uitlegging, door Muller niet ver-
meld en hier ook niet aanwezig. Muller beschreef dit exemplaar.
Mei— Juli 1B99. Müllbb (No. 1100).
1015. Vergeefsch beleg van Bommel door Mendoza.
Zie: No. 267. Plaat 238.
Mei— JuU 1599. Mullbb (No. 1102a).
1016. „Bommel door den Admirant Belegert en door
Prins Maurits geredt, in den Jaere mdxcix."
Gezicht op de stad en hare belegeringswerken. Gravure br. in-fol. door
J. Luiken, met bovenstaand onderschrift. Uit: Bor, Nederlandtsche Oorlogen.
Mei— Juli 1599. Mulleb (No. 1102^).
1017. „De Stad Bommel belegert door den Admirant,
maar verlost door Prins Maurits, in 't Jaar 1599."
Zie: No. 259. Plaat 40. Links bovenaan gemerkt: „Tom. I. No. 37.'*
Mei— Juli 1599. Mulleb (No. 1103).
1018. „Vergeefsch beleg van Bommel door Mendoza."
Zie: No. 267. Plaat 239.
Mei— Juli 1699. Mulleb (No. 1104).
1019. Belegering van Bommel.
Zie: No. 9. Dl. VI. Plaat V.
26 Juni 1699. Mulleb (No. 1106a).
1020. „Het veroveren der Stadt Al^egona in 't eylandt
groot Ganaria, in den laere hdxcix."
Op den voorgrond de vloot, daarachter eiland en stad. Qravure br.
in-fol. met bovenstaand onderschrift, door W. Swidde.
Adr. Anthonisz ontving van de St. Gen. bij besluit van 23 Aug. 1600,
„honderd Car. guldens' omdat hij aan hen overlegde (geteekeude?)
„caerten van de gedaene expeditie van de Armade naer Westen."
26 Juni 1599. Mulleb (No. 1106^).
1021. „De Stadt Ailegona, op *t Eylandt Groot Ganaria,
in den laare 1599. vermeestert."
Zie: No. 269. Plaat 41. Links bovenaan gemerkt: „Tom. I. No. 39."
344 ZEDBK EN GEWOONTEN 1599—1650
26 Juli 1599. Niet bij Mullbb (No. 1106).
1022. Gevecht hij Antdroyen.
Zie: No. 18. Plaat 203.
24 Oktober 1599. Niet bu Mulleb (No. 1107).
1023. Admiraal Pieter van der Does op een rots hij
St. Thomas hegraven.
Zie: No. 18. Plaat 202.
December 1599. Mulleb (S. No. 1118 Ao).
moet zijn: Na Mulleb (No. 1107).
1024. „Pompse triymphalis et spectacvlorvm, in ad-
uentu et inauguratione Serenissimonim Principum Alberti
et Isabellas,. . . in eiusdem Principatns metropoli, Antver-
pia exhibitoram, graphica dedgnatio; a loanne Bochio
S. F. Q. Antnerpiensi a secretis scriptis, iUostrata. Ant-
yerpiffi, ex officina Plantiniana. ciologu.''
Titel eener serie van 28 platen behoorende in bovengenoemd werk.
Gravures van P. v. d. Borcht.
De uitvoerige en tamelijk juiste beschrijving van Muller, maakt de
afisonderlijke vermelding van iedere plaat hier onnoodig.
1599. Niet bij Mulleb (No. 1108).
1025. Spaansche gezanten hij den hisschop van Keulen.
Zie: No. 18. Plaat 201.
1600—1650. a. Niet bu Müllbb (No. 1108).
1026. De origine^ sUv, qvalitate et qvantitate Frisice^
et réhvs a Frisiis olim prceclarè gestis^ libri tres: . . . avthore
M, Comelio Kempio . . . Coloniae Agrippince . . . Anno
M.D.LXXXVin."
Titel van een werkje kl. in-8*'. versierd met de afbeelding van drie
Friezen en zes Friezinnen in verschillend kostuum, waaronder een tweetal
vrouwen van wier kleederen schelletjes afhangen, een ISde-^euwsche mode,
van de vrouwen uit den deftigen stand. Over deze gewoonte schreef
Mr. H. van Wijn een opstel : Verhandeling over de hellen.^ waarin één plaat
een mans- en vrouwenhoofd voorstellende, het eerste met bellen versierd,
terwijl daaronder het vrouwensieraad a&onderlijk is a%ebeeld. Deze
verhandeling met de gravure in-4*. z. n. v. gr. is hier bijgevoegd.
1600—1650. *. Niet bij Mulleb (No. 1108).
1027. ^^Ddicice Batavicce^ quibtis adjunctce sunt diversce
degantes picturce 8f effigies^ quce ad album stmiiosorum
conficiendum deservire possunt.^^
Geboekdrukte titel op een strookje papier, geplakt in een rijk versierd
1600—1650
ZEDEN EN GEWOONTEN 345
cartouche, met het adres: „Lygdyni Batavorvm, apnd (de) Jacobum Marci"
onderin. De plaatjes, die hierin voorkomen en volgens den titel konden
dienen om alba amicorum te versieren, zijn even zeldzaam als eigenaardig
en verdienen nadere vermelding, daar zeker zelden een dergelijke suite
voorkomt. De bladzijden zijn in H. S. links onderaan gemerkt: 13 — 4^,
vroeger schijnen er dus 12 blaadjes aan te hebben voora%egaan, die hier
echter ontbreken en zeker een a&onderlijken titel zullen gehad hebben.
Gemakshalve gebruik ik bij de beschrijving deze H. S. nommers.
14. Een Faam, die boven twee ledige wapenschilden zweeft waarvan het
(heraldisch) linksche een juffersohild is. Links op de plaat een
man, rechts een vrouw. Dit blad moest natuurlijk dienen om vóór
in het album geplaatst te worden, terwijl dan de wapens van de
bezitters in die schilden geteekend werden.
15. Eigenaardige afbeelding van het Hof vaü Holland.
„Hsc Batauis aula est sublimibus alta columnis,
Hic princeps sedem gaudet habere suam."
16. Het wapen van Holland (gravure in-12®.).
17. „Gvilelm. D. G. pr. avraic». comes. nassavis.'' Borstb. links, in
ovaal (gravure in-12®.).
18. „Mavritivs. avr. princ. com. nass. mvrs. mar. ver. et vlis. con. belg.
prov. gvb." Borstb., links, in ovaal (gravure in-12*.).
19. Wapen van Maurits van Nassau (gravure in-12^).
20. „Henricvs. Pridericvs. natvs. avr. prin. comes. nass." Borstb. rechts,
in ovaal (gravure in-12*.).
21. Wapen van Brederode (gravure in-12^).
22. Usschuitje.
„Quis Batavos crasso iurauerit aere natos,
Frigore concretis velificantur aquis."
23. Zeilwagen.
„Quo non se Batavum vis exerit aspice currus
Quos modo quadrupedes nunc levis aura vehif
24. Amsterdam.
„Cedite huic urbes contemto flumine scaldls
Mercurio hospitilim est Amstelis unda suum''.
26. Beurs te Amsterdam.
, yDesinat urbs Yenetu(m) merces iactare superbas
Nil habet ad Bursam hanc Amsteli terra tuam".
26. Het U en de zeevaart
„Romanis rerum dominis, fuit ultima Thule.
Nunc Bataui currunt Solis ulramqz {sic) domum."
27. Leiden.
.,H8ec est illa potens opibus, celeberrima gratd
Munditie, doctis Leida beata viris."
346 ZEDEN EN GEWOONTEN
1600—1660
28. Akademische bibliotheek te Leiden.
„Itala quos tellus, quos quondam QrsBcia novit
Hos omnes doctos hic locus uaus habet".
29. Het in zee dragen der meisjes en de afbeelding van een gestranden
walvisch.
„Hic Batauis mos est vicinu(m) visere pontum
Virginis ut niueos abluat unda pedes.''
30. Drie paren op het ijs.
„Reddimur audaces usu, sic foemina virque.
Frigore concretas calcibus urget aquas.'*
31. Fundamenten van het huis te Britten (bij Katwijk).
„Hffic arz est Brittonu(m) Romanis subdita quonda(m),
Nunc extant refluo rudera pauca man."
32. Man en vrouw, achter hen eenige schepen.
„Confluit huc Batavas Anglus mercator ad oras.
Et videt hic naves ire redire suas."
33. Twee om het kostuum interessante figuren.
Gravure zonder onderschrift.
34. Qezelschap van feestvierende jongelieden *s avonds op straat.
„Fax prsit et Istos noctu deducit amantes
Hos tarnen interior lax magis urit amw."
35. Een viertal müannen brengt een serenade aan een dame.
„Virg^nibus gratum pulsant testudine car(m)en
Dccipit hac longos arte iuventa dies."
36. Een heer, die een dame begroet.
„Matrona(m) blando Dominus sic ore salutat
Convenit hac iuveni gratia blanda viro".
37. Friesche boeren en boerinnen.
„Agricolae frisij cum virgfine tempore Veris,
Incedunt festo Ista per arva pede."
38. IJsslede met paard en schaatsenrijdend paar.
„Foemina virqz suis nectunt talaria plantis,
KhMaqz concretas frigore sulcat aquas."
39. Landlieden van de stad huiswaarts keerend.
„Rusticus hic chard cum coniuge Isetus in urbem,
Venales merces portat uterque suas."
40. Messentrekkerij voor een boerenherberg.
„Rustica turba madens stricto dat vulnera cultro
Ebrius hsec illis porrigit arma furor".
4-1. Scheeps- en huizenbouw.
„Aedificnnt naves, Batavis maria omnia parent,
Oceanus Batavo subiacet imperio."
Zeer opmerkenswaard zijn op dit plaatje twee door mannen getreden
1600— löBO
ZEDBN BN GEWOONTEN 347
waterraderen, die den dienst van watennolen vervullen.
4d. Haringkaken.
„Haleces sale conditos et vase repostas,
Mittit ad eztemas turba bataua plagas."
43. Boerderij. Melken, kamen, botermaken, dorschen.
.,Vbere distento complent mulctralia vaccsB,
Caseus hinc premitur, rusticus urget opus.''
44. Vlas- en hennep-industrie.
.,Cannabis hic vehitur mox restim restio dudt,
Aptatur linum foemina pensa trahif
45. Wasch- en bleekerij.
„Sic &muliB Bataus purgant crebroqz repurgant,
Lintea mox radijs Phoebe fouenda luis."
46. Tur%raverij.
„Ite procul Physici, Batavs miracula terre
Cernite, dant ignes unda palusqz suos.'*
Alle gravures, waarbij het formaat niet is aangegeven, zijn langw.
in-8**. en z. n. v. gr. De 2-regelige versjes staan op één regel onder
de plaatjes.
In een exemplaar door de firma Frederik Muller && Co. mij welwillend
op zicht gezonden, vond ik de volgende verschillen met het hier be-
schrevene:
De geboekdrukte titel, zonder gegraveerd randwerk, luidt: ,,Deliciae
batavicae Vans. Elegantesque picture omnes Belgij antiquitates, & quicquid
prseterea in eo visitur, representantes, quae ad album studiosorum confi-
ciendum deservire possunt lacobvs Marci Collegit && Edidit, Amstelodami,
fixcudebat loannes lanssonius, Anno 1618."
5 blz. voorrede, in een vroegeren druk slechts drie bladzijden groot
Het portret van Frederik Hendrik ontbreekt hier, terwijl het vierkant
om de medaillons, waarin de overige borstbeelden prijken, is weggeslepen.
Ook het wapen van Brederode (plaat 21) ontbreekt. Het plaatje (22), waarop
het ijsschuitje is voorgesteld, is geheel anders, de personen zijn hier allen
zeer eenvoudig, daar zeer rijk gekleed; hier geen onderschrift onder de
plaat Behalve de afbeelding der bibliotheek van Leiden (28) komen hier
nog prentjes voor van de Akademie, zonder onderschrift; van de „Anatomia
Lugduno Batava."; van den Hortus met onderschrift: „Hic datur herbarum
medicis cognoscere vires, Monstrat Apollineas Phebus et alter opes";
van den Burcht, zonder onderschrift.
Plaat 29 is hier niet, evenmin als plaat 36, 37 en 39, terwijl deVisch-
markt te Amsterdam?, hier aanwezig, ontbreekt in *t boven beschreven
exemplaar^
Muller beschrijft in zijn Supplement onder No. 1286 B. enkele dezer
plaatjes.
348 ZEDEN BN GEWOONTEN 1600—1660
1600—1650. NiBT BU Muller (No. 1109).
1028. ,^PopiUu8 vult decipi. Tvolck vHl bedroghen zyn,^^
Onderschrift onder de afbeelding van een welgedaan kwakzalver, die
ook van de kei snijdt, blijkens het doek achter hem opgesteld, waaraan
keien van verschillende grootte hangen. Hij staat rechts van een laag
tafeltje, waarop zijn kwakzalversmiddelen en instrumenten zijn uitgestald.
Links daarvan een deftig gekleed jeugdig paar, de uitstalling beschou-
wend. In 't midden, naast den kwakzalver, een man zijn geld tellend,
een oud man en nog een paar toeschouwers. Gravure gr. in4*. rechts
onderin gemerkt: „W. B. Inve{n). L v. Velde fe.**
1600— 16B0. Mulleb (S. No. 1109 B).
1029. „Non nisi per duros iter est super astra labores,
Et nisi certanti nulla corona datur.'* etc.
Aanvang van een 8-regelig latijnsch vers in twee kolommen onder de
afbeelding van een plein. De voorgrond is ingenomen door eenige vrou-
wen en één man, die groenten, gevogelte, kaas, vruchten, enz. te koop
hebben. Bij den koopman, links, een kalf. Qravure langw. in-fol. naar
Lang^ Pier door en met adres van „J. Maetham.". De namen midden
boven in de plaat.
1600—1650. a. Niet bij Mulleb (8. No. 1109 D.)
1030. „G/iy duaalt O Mensch die op. Outheit of Jeucht
{betrout^^
Cupido en de doodt^ hebben haar wapens, («tet)„
Door daaps bedroch, geruüdt. dus waackt doóh
{Jong' en Out^^
De doodt met Cupidoo's; Cupyd' met s' doodts
{pyl schiet^,''
liinks schiet Amor een slapend man een pijl in 't hart, waaraan de
slaper sterft. Rechts zit een oud man, wiens ééne been boven een geopend
graf, op een kruk rust, naast een jonge vrouw; een aap, met een bril op,
haalt de geldtasch van den oude ledig. Achter beiden de dood, die op den
ouden man zijn pijl afechiet, met het in het versje genoemd gevolg.
Rechts onder deze gravure, langw. in-fol. naar (en door?) „Dauid Vinck-
boons" bovenstaand hoUandsch, links een evengroot latijnsch versje. Inden
rechterbenedenhoek : „R. Hartesius I va{n) gaast lusit (?). Deze zelfde plaat is
later gebruikt in : De standvastige Monarchye des doods. Zie Muller No. 3155.
1600—1650. *. Niet bij Mulleb (8. No. 1109 D).
1031. Vrouwd^ke bezigheden.
■
1. Twee naaisters naar rechts met naaimand, el, schaar enz.
2. Een verstelster bij een tafel, waarboven een friesche klok ; achter haar
op den grond een doodshoofd.
1600—1650 ZEDEN EN GEWOONTEN 349
3. Een vrouw bezig met braden.
4. Een haspelnarster.
B. Een vrouw in de keuken aan 't schuren.
Vijf gravures in-4**. naar en door Geertruid Roghman, met adres van
J. Covens en C. Mortier. Vooral het keukeng^reedschap op plaat 3 en
5 a%ebeeld, is merkwaardig.
1600— 16B0. c. NiBT BU MüLLBB (8. No. 1109 D).
1032. ^fium privil. Sa. Cce. M. J. Maetham fecit et
excud.*^
Eenig onderschrift eener plaat, de keuken? van een rijk man voor-
stellende. Hechts op den voorg^nd een vrouw, die op het hoofd een
mand met duiven en in de linkerhand een haas draagt. In *t midden
op den voorgrond een mand, waarin een gedeelte van een kalf, groenten
en vruchten. Daarachter een aanrecht, waarop een vrouw een schaal
met mosselen ledigstort en waarop twee haringen liggen. Links een vrouw
bezig een vogel schoon te maken, terwijl er meer vogels om haar heen
liggen. De vrouw wordt aangehaald door een man met zeemansmuts op.
Op den achtergrond rechts de voorstelling van den rijken man en Lazarus.
Gravure langw. in-fol.
1600—1650. d. Niet bu Muller (S. No. 1109 D).
1033. „Adr; vande Vennes taferedvandeBelacchende
lüerelty en des sdfs geluckige Eeuwe^ Goet Rondt^ Met
hy-gevoegde Raedsd-Spreucken^ aen-gevvesen in de Boer"
Achtige Eenvovdigheyty op de haegscHie kei*mis. Vergiert
met Konst-rijcke Afmeldingen. ( Vignet). In 's Graven-hage^
Gedruckt voor den Autheur^ ende by hem ende de sijne
te koop, op de Turf-Marct^ inde drie Leer^Konsten. 1635."
Het werk in-4^ dat bovenstaanden titel draagt, bevat de volgende, voor
zeden, kleeding en gewoonten zeer belangrijke, en geestig geteekende
platen :
Titelplaat: Een Faam en een tweede persoon, aan schouders en voeten
gewiekt, en met het dubbel aangezicht van een grijsaard en jonkman,
boven in de plaat. Zij houden een doek vaat, waarop: „Tafereel van de
belacchende werelt." In 't midden daaronder een wereldbol, waarin een
brandend hart en waarop Amor staat met een zotskap op 't hoofd, en ter
zijde en van achteren omgeven door lieden van allerlei slag. Onder de
gravure, die den naam van A. v. d. Venne als ontwerper en van D. v.
Bremden als graveur draagt, leest men: „Hier wijst de Kunst met
stom beleijt Wat Reden vande Werelt seijt."
Sign. [ff] v".: „Wie lust, die pluckt" De wereld als een tuin voor-
gesteld, waarin elk iets van zijn gading te plukken vindt
350 ZBDBN IN GEWOONTEN 1600—1650
BI. 5. ,,De hedendaegsche g^luckige Eeuwe, verthoont inde Haegsche
Kermis, op het Buyten-Hoff."
Links een koekebakster; rechts een schilderijkraam. Op den
achtergrond de gebouwen van 't Binnenhof.
BI. 69. Een koorddanseres, apen, buitelaars, enz.
BI. 99. „Een voor-staende Vry-Meester kan-Al, van Pochen-hout, har
-varen Land-besoecker, en hoogh-roemende Queta-Salver seydt:"
enz. Opschrift boven een oogen-opereerend kwakzalver.
BI. 109. Afbeelding van een huiskamer, waarin rechts de vrouw rustig
bij het vuur zit en aanziet dat de man den vloer dweilt.
BI. 158. Het gilde der bedelaars en de boot van „Reyn-uyt."
BI. 199. De verdeeldheid in de wereld, door met den staart aaneenge-
bonden honden a%ebeeld.
BI. 215. De neuzenslijper.
BI. 233. Deftig aangekleede varkens, apen, katten, enz.
BI. 241. Zeven vrouwen vechten om één mansbroek.
BI. 271. „Lammert Gijsen'* ter wille van een stedeling door zijn vrijster
verlaten.
BI. 257. Boeren-vechtpartij, waar men zich met de potsierlijkste voor-
werpen verweert.
Enkele der gravures in-4*., alle naar A. v. d. Venne, hebben den
naam van D. v. Bremden als graveur.
1600 — 1650. a. Niet bij Muller (No. 1111).
1034. Liedboek.
Op de eerste bladzijde van dit handschrift langw. in-4". uit de eerste
helft der xviie eeuw, is een jufferwapen in kleuren, waarvan de rechter-
helft een loopend wit paard vertoont, de linkerhelft drie wilde zwijns-
koppen waarvan twee boven- en een onder den in het midden geplaatsten
chevron (Assenede?).
Verder is het werkje versierd met 16 teekeningen, hoogst belangiijk
voor de kennis der zeden, waarvan de eerste tot onderschrift heeft:
„lek bin int soeet (sic) gewellt, en leg nu Onverbaest neer in het
groene veilt, al waer ick werd gegraest".
Links ligt een man in *t gras, door drie jonge dames vastgehouden.
Allen (in 't geheel zijn er vijf in getal) trekken gras uit en duwen hem
dit tusschen de kleeren of bestrooien er hem mede. Op den achtergrond
achter een haag zoekt een heer een dame te achterhalen. Zeer belangrijk
door het kostuum, evenals het meerendeel der andere.
De tweede is een soort charade. Zij verbeeldt een man, die van
links komt aanloopen met een groote geldbeurs in de hand. Hij
zegt tot twee gelieven, die elkaar streelend, rechts op een verhevenheid
bij een boom zitten: „ick. xx. wat. xx. gij". De jonkman antwoordt
1600—1650 ZBDBN BN GEWOONTEN 351
„ick. XX. mij(n) lieef (sic) on. xxx. mij'\ Leest men voor de twee kruisjes
y'mgi (vind) en voor de drie: trente (trent) dan heeft men de oplossing.
Op de derde vindt men, evenals op de 4e, 6e, 6e, 9e en 15e, de initialen
P. B. Bovenaan leest men:
.,Ick schilderde Mijn best, De min en wout niet Igen
Hij leijt neer alderest, En lek raeck vast aent Vryen".
Rechts een schildersezel, waarop 't begonnen portret eener dame staat.
Amor heeft den schilder stok en penseelen ontnomen, terwijl de schilder
op zijn model toeloopt om haar te kussen.
De vierde vertoont links een paar gelieven in rijke kleedij, rechts een
haveloos gekleed man met een mes in de hand. Onder de teekening een
4-regelig versje.
De vijfde stelt links een oud man voor, wien de dood beetpakt, hij
strekt echter zijn hand naar een jonge dame uit, terwijl Amor, die tus-
schen beiden staat, op hem aanlegt. Onder de teekening:
„De doot met ganser Gracht. Die soeckt mij tuijs te halen
De Min soo sterck mij dwinckt, dat lek vergeet doots qualen*'.
De zesde vertoont een als harlekijn verkleed man, vóór wien een tweede
loopt, met een haneveer, vossestaart, potlepel en harten-aas op den hoed.
Op de zevende is rechts een gevangenis, met uithangbord: „invenus".
Een jonge dame leidt aan een koord een jonkman daarheen, die door
Amor met een zweep voortgedreven wordt Bovenaan:
„lek waer gevangen graeg. van een d(i)e ick bemin,
tis al daer ick nae Jaeg. Sij staedt in mijnen sin,"
De achtste stelt een man voor, die door een vrouw bij den mantel
wordt vastgehouden, terwijl rechts een andere vrouw hem uitjouwt.
Links onderaan:
„Die ick niet min. sij gaet mij trecken,
Die heeft mijn sin. gaet mij begecken,
Die ick niet will. d{i)e nae mij Jaegt,
• Daer ick nae loop. niet nae mij vraegt,'*
Op de negende is een buitenpartijtje a%ebeeld. Rechts op den
achtergrond een boerenwoning. Daarvóór een boerenwagen met twee
paarden bespannen. Het eene paard wordt het bit in den bek gedaan
door den boer, het andere eet het gras, hem door een kussende jonge dame
voorgehouden. Eén dame bestijgt, door een heer geholpen, den wagen ;
een andere trekt gras uit den grond; een derde wordt door een heer
met een handvol gras geworpen.
Nu volgen er drie ter illustratie van J. J. Starter's Menniste
vryagie, die zoowel de poging afbeelden van den wereldlijk gekleeden
jonkman om van het zedig zusje een kus te bekomen, als zijn terug-
komst in stemmig mennisten-gewaad, na de weigering en zijn toelating
in de slaapkamer.
352 ZBBEN EN GEWOONTEN
1600—1650
De dertiende is een zinneprent. Zij stelt den dood voor en deu duivel,
als een gedrocht met ezels?kop, slangestaart, vrouwenlichaam, vogel- en
berenpoot, die een zelfmoordenaar, bij een zak geld op den grond liggend,
in hun net houden, terwijl op den achtergrond links een oud man op de
knieën ligt en bidt.
Deze teekening is gemerkt ,,A. P. v. L. A" 1641."
De veertiende vertoont links een man en een tegenover hem staande
vrouw, die met beide handen hem afwijst. De man zegt: „cccccccc mij
niet. te min xxxxxxxx", dat aldus te lezen is: 8 c mij niet, te min
8 X, of acht se mij niet, te min acht ick se.
De vijftiende is weer een zinneprent. Rechts heeft de Nijd een dame
aan beide handen vast. Links, bij een boomtronk, zit een man, die door
de Hoop wordt gevoed. Onder de plaat:
,,Al Wil een wrede doot, De nijt mij gaen bereijen
De Hope voet mij noch. Ick sal den tijt verbeijen".
De 16e en laatste teekening is, vooral door het bijschrift, een beetje
ondeugend. Een oud man zit in een roeiboot en is op weg om te gaan
visschen. Links, aan den oever, loopt een jonge vrouw met twee vogel-
kooien in do rechterhand en een jonkman, die haar middel omvat houdt
en over den linkerschouder de netten en stokken voor de vogelvangst
draagt. Het bijschrift, dat de beteekenis der voorstelling aangeeft, luidt:
.,K' ben out en kout, ick ken me maer met vissche voen,
Men wijf is jong, die sel het veughele wel doen,
Heur neef die helptter wat, Ick kent nz (niet) mier soo klaren.
Het gaen valt my te swaer, ie moet uyt visse varen."
Dit hoogst belangrijk handschrift is bovendien om de daarin a%e-
schreven verzen met de zinspreuken: „Een kant verandren.** „Baept
vreucht wt deucht." „Finis coronat opus," enz. zeer merkwaardig op
letterkundig gebied.
1600—1650. *. Niet bij Muller (No. 1111).
1035. ,,Di8cordia:'
Inschrift boven in een plaat, waarop een drietal vechtende paren zijn
afgebeeld. De vrouw op den voorgrond is gereed den tegenover haar
staanden man met een sleutelbos te treffen, terwijl deze haar trapt en een
uitgetrokken mes in de linkerhand heeft. De tafel is omgeworpen; links
een jongen aan een kalkoen? kluivend; bij den man een kat, eveneens
met een vogel. Rechts op den achtergrond de keuken. De kok ziet om
den hoek het vechten aan.
Gravure langw. in-é**. met een latijnsch, fransch en duitsch distichon in
drie rijen en daaronder een latijnsch 1-regelig onderschrift; onder de
plaat: „M. de Vos fïgurauit Crisp. vande Pass sculp. et excud. A.
1589." Onder den titel: „Le mauvais menage" bij Franken No. 1212.
Belangrijk voor het kostuum.
1600—1660 ZBDSN EN GEWOONTBK 853
1600—1650. c. Niet bu Mülleb (No. 1111).
1036. ,,Smiv:' (F&us), ,,Odor'\ ,,Gvstvs:'
Drie der vijf zinnen door W. v. d. Pas, naar en met adres van Chr. v.
d. Pas. (Franken No. 1119 — 1121). Vooral voor het kostuum zijn deze
platen zeer interessant; Cupido is op alle de derde persoon. Gravures
in-4"., met 4-regeligp latijnsch onderschrift.
1600—1650. d. NiBT BU Mulleb (No. 1111).
1037. ^^Lnperfecti habitant puerüi im pectore sensus^
Quos tandem veniens perficit ipsa dies." etc.
Voorstelling der vijf zinnen op eene prent, met bovenstaand (é-regelig")
onderschrift. Gravure in-4". door W. de Pas. Franken No. 1124.
1600—1650. Niet bu Muller (No. 1112).
1038. ^^Amy ly ces vers pour nous suiure,
Et ne vien paint apprendre icy
A quel iour Ie del te faict viure,
Mais bien a viure sans soucy,
Pour auoir vn plaisir par faict
n faut que chaque creature
Imite et possede en effaict
Ce quü voit en ceste peinture.^^
Op.schrift, in twee koepletten, op een draperie, hangende tegen den muur
eeuer kamer, waarin rechts twee edellieden met breedgerande hoeden
en in rijk kostuum, aan een tafel zitten en kaartspelen met een man, die
links achter de tafel gezeten is en met zijn dame raadpleegt over het spel.
Bij deze een sierlijke wijnkan, glas. enz. Kaarten en geldstukken liggen
over de tafel verspreid. Zinneprent ter verheerlijking van den wijn, do
vrouwen en het spel. Gravure naar Comelis de Vos, met adres van
Jaspar Izac.
1600—1650. Mulleb (No. 1114).
1039. „De zel-neeriog of het Darink-delven, zoo als
het oudtijds in Zeeland geoefend werdt.*'
Onderschrift onder de afbeelding vanhetdelven, opstapelen, verbranden,
enz. van de darink. Hierbij nog een exemplaar met: ,,IV. D. Bladz.
170." in den rechterbovenhoek, gravure langw. in 4*. Beide naar O. Pronk,
door J. C. Philips en bovendien nog een steendruk langw. kl. in•4^ door
C. W. Mieling te sGravenhage. Muller meent Aanhanffsel Dl. IV.
No. 1114 dat „Darink" turf is, het is echter een zekere aarde van don-
kerbruine kleur, waaruit men zout stookte.
23
354 ZBDBN BN OBWOONTBN 1600—1650
1600—1660. a, Nxbt bu Mullbb (No. 1115).
1040. Voorstellingen uit het voUkdeven.
Karakteristieke afbeeldingen van een bakkerij, boerenwoningen, drink-
gelagen in herbergen, enz. Tien gravures groot of klein in-4*. naar (en door)
Jan Nanning, met adres van C. Danckerts. Zeer belangrijk voor 't kostuum ;
zij gelijken echter te veel op elkander om elk a£conderlijk te beschrijven.
1600—1650. è. Niet bu Mullbb (No. 1115).
1041. „Les armes et habitz des Bourgeois danuers.^*
Inschrift midden boven in de eerste van twee platen, elk in twee rijen boven
elkaar de verschillende kleeding en bewapening der burgers van Ant-
werpen vertoonende, in de volgende orde: Plaat I bovenaan: „Le
porteurs darmes". „Le Capiteijne de la Compagnies.'' ,,Le lieutenant."
„Les C^ntils homes de la compagnie." Daaronder: „Les muskettiers."
„Les tamborijn de la Compagnie".
Plaat II bovenaan: „Le porteur despees a deux main". ,.Le Helle-
bardies." Daaronder: „Le prouost." „Zergant maior.'' „L Collonell auec
ses harquebosiers."
Twee gpravures langw. in-fbl. z. n. v. gr. met adres van „loos de
Bosscher" in de bovenhelft der eerste- en hetja^frtal „1580" in de onderste
helft der tweede plaat. In den linkerbovenhoek der eerste plaat leest men
nog: „Die Waffenen Vnde kleijdung der Burgereij zu Antorff". In
Abr. de Bruyn's werk: Habitus variorum gentium komt een andere
staat van deze prenten voor onder de Nos. 5 en 7 terwijl plaat 6 nog de
volgende antwerpsche schuttersuniformen vertoont in twee rijen boven
elkaar: „Le harckbosiers — Le piqueniers — Le Tamborin devant le
porteur de l'enseigne — Porteur de lenseigne et sous Lieutenant."
1600—1650. C. NiBT BU MXTLLBB (No. 1115).
1042. ,.Le8 armes et habitz des Bourgeois danuers^
Inschrift midden boven in een gedeelte der eerste plaat van het vorig
nommer, alleen bevattende de uniformen van „Le Capiteijne de la Compag-
nies." „Le lieutenant.' „Les C^ntils homes de la Compagnie." Daaronder:
„Les muskettiers." „Les tamborijn de la Compagnie." Oudtijds gekleurd
ex. dezer gravure met adres van en door Abraham de Bruyn. Vroegere
staat dan de vorige; beide zeer belangr^k voor het kostuum.
1600—1650. MuLLBB (S. No. 1116<r).
1043. „Le maniement d'armes de Nassay, ayecq Ron-
delles, Piques, Espees, & Targes ; Representez par Figures,
selon ]e nouveau ordre du Tresillustre Prince Mavrice de
Nassay, Gouyeroeur, Admiral, & Cappitanie (sic) General des
Proyinces Vnies du pays bas, &c. Par Adam yan Breen,
1600—1660 ZBDBN BN GEWOONTEN 355
Ayecq Instraction par escript pour tons (sic) Cappitames
& Commandeurs, noayellement mis en lomière.'*
Titel, gedrukt op een a&onderlijk blaadje en geplakt in het bovenste
open vak van het randwerk der hollandsche uitgave. In de onderste open
ruimte is een strook geplakt, waarop: .,Imprimé Anno 1618, A la Have
en Hollande, avecq Previlege de la Mat. Imperiale, & du Roy Trèschristien
de France, aussi des Hault &> puissans Seigneurs les Estats Géneraulx
des Pro vinces Vnies du pays bas."
Na den titel, met het bibliotheekmerk van „Kosseckich" aan de keerzijde,
een blad, met * als signatuur, waarop: ..Tovs amatevrs dv manie-
ment des armes Adam van Breen leur souhaite prosperité &> felicité."
Dan volgen twee bladen A en B, waarop: „Enseignement brief'
et svccinct, svr les povrtraicts figvrez, touchant Ie droict vsage de tout
ce qui est necessaire k vn Soldat sur Ie maniment de la Rondelle, Espóe
& Picque: Et ceste Instruction icy est correspondente sur chasque Figure,
par les Chiffres suyvants."
32 platen, in den rechterbenedenhoek gemerkt: „1 — 8*2". Plaat 1 — 30,
elk met één figuur, op gewoon folio formaat; plaat 31 en 32, elk met vijf
figfuren, op bladen van de dubbele breedte der andere.
Een blad C: ., Enseignement brief et svccinct, tovchant Ie droict vsage
de tout ce qui sera besoing au Soldat, en maniant la Targe avecTEspée,
laquelle Instruction se monstre sur chasque Figure par les Chiflfres suy-
vants: && ainsi s'accordent aussi les escrits avec les figures."
15 platen, rechts onderin genommerd, behalve No. 3, 6, 10 en 12, die
ongenommerd zijn. Alle platen, evenals de tekst gewoon in-folio, met één
figuur, alleen plaat 14 en 15 hebben dubbele breedte, en elk vijf figuren.
€^n der platen draagt een naam; alleen op No. 1 der eerste reeks
staat in 't midden onderaan: „A. V. Breen Inventor."
Muller heeft geen exemplaar gehad, maar vermeldt den titel naar dat
voorkomende in de Bibliotheca Wachendorff. No. 464.
1600—1650. NiBT BU MüLLKR (S. No. Unc).
1044. ^^Maniement d^ Armes d^Arqvebuses^ Mousqoetz^ et
Piqves. En conformite de Vordre de Monseigneur Ie Prince
Maunce^ Prince d^Orange^ Comte de Nassau 8fc. Gouver-
neur et Capitain General de GMres^ HoUande^ Zedande^
Utrecht^ Overyssd 8fc. Representé par figures, par laques
de Ghe^. Ensemble les enseigneme(n)s par escrit A Vvtüité
de tous amateurs des armes^ et ausi pour tous Capitaines
Sc commandeurs^ pour par cecy, pouvoir plus facülement
enseigner d leurs soldatz inexperimentez^ Ventier et parfait
maniement dicMes armes.
Imprimé a Amsterdam cliez Robert de Baudous^ avec
356 ZBDBN EN OEWOONTJUr
1600—1660
Privilege de VEmpereur^ du Ray de Francs^ ^ des NMes
^ Puissans Seigneurs Messeigneurs les Estatz géneraulx
des Pramnces Unies.'*
Titel, niet (zooals Muller voor de fransche uitgave opgeeft) geplakt
in 't randwerk maar, evenals die der hollandsche (eerste) uitgave, geheel
gegraveerd. In den voet van dat randwerk : „1608*\ ,,Illustrissimo Principi,
maximo duci, Mauritio Nassavio Pr Araus. copiarum Federati Belgii
imperatori, disciplins militaris paren ti has exculte ab ipso armatune effigies
salutaris cure monumentum, dicabat lacobus Creinius. On les vend' ausi
a Amsterdam chez Henry Laurens.*'
Het werk is als volgt samengesteld:
Titelplaat.
Tekst: „Avx amatevrs dv maniement des armes laqves de Gheyn
desire salvt et prosperite." 1 bl. gemerkt A.
„Brief enseignement, svr la representation des figvres, dv droil (sic)
maniement de THarquebuse," enz. 3 biz. beginnende op A verso.
4Ö platen, rechts onderaan gemerkt: „l — 42". De 3 van 4Ö ft rebours.
,, Brief enseignement, svr les povrtraitz figvrez. tovchant Ie droit
maniement du Mousquet," enz. 3blz., de eerste gemerkt A, de vierde blank.
4«3 platen, rechts onderaan gemerkt: „1 — 4«8".
„Neseignement (sic) brief et svccint svr les portraitz figvres, tochant
(sic) lusage (sic), de tout ce qu'vn Soldat doibt faire an (sic) maniement
dela Piqué," enz. 3 blz. en 6 regels der vierde bladzijde, waarop tevens
in 7 regels het privilegie met 4 regels opschrift, en een ,.M6moire povr
Ie Ubraire." in 4 regels, met één regel opschrift, alles afgedrukt op één
vel zonder signatuur.
31 platen, rechts onderaan gemerkt: ,.1 — 82".
De eerste plaat van elke serie heeft in *t midden den naam van den
teekenaar; onder de eerste en derde aMeeling: „I. D. Qheijn. in," onder
de tweede: ,,I. D. Gheijn in".
In de derde afdeeling is ook de 32e plaat aanwezig, die bij Muller ont-
brak. Het exemplaar is afkomstig uit de bibliotheek van ..Kosseckich.**
1600—1660. a. Niet bu Mullbb (S. No. 1117 B).
1045. jjVart militaire pour Vinfanterie. Auqud est mon--
stre : . . . //. Vexercice d'une compagnie d'infanterie toute par
faite^ selo{n) la pratique du Tresülustre 8f Tresexceüent Chef de
guerre Maurice Pr: d'Orange Comte de Nassau^ Le tout
represente par belles figures gravees en cuivre Par Jean
laques de Walhausen, . . Er (sic) traduit nouvdlement en
Francois: Jmprime a Franeker^ par Üldrick Balcky
Hoogst belangrijk en aan Muller geheel onbekend gebleven werk
1600—1650 ZEDEN BN GEWOONTEN 357
over de exercitie en legeropstelling in Maurits' tijd; titel in boekdruk
in een gegraveerde omlijsting, die bovenin, tusschen een wapentrofee,
het borstbeeld vertoont, naar rechts, in medaillon, van „Mavritivs
D. G. princ avr. &c: Arte et: Marte**; links een krijgfsman met
speer; rechts een met geweer enz.; onderaan afbeelding van een carré
door ruiterij aangevallen, verkleining der afbeelding op plaat 26. Na den
titel volgt de opdracht met het wapen van prins Maurits, waarbij twee
engeltjes als tenanten. Dat wapen heeft in den rechterbenedenhoek
het adres van C. v. Sichem ; de opdracht is onderteekend : „lean-Theodore
de Bry," en gedagteekend : „Oppenheim ce 30. d'Aoust L'an 1615." Het
voorwerk bestaat verder uit 16 ongenommerde blz. (met titel en opdracht
20 blz.), het werk zelf uit 148 blz. tekst, in-fol. Daarna volgen 35 platen.
Daar ik geen enkel exemplaar kon machtig worden om het met het hier
aanwezige te vergelijken, kan ik niet vaststellen of de reeks platen, zooals
zij hier voor mij ligt, kompleet is, d. w. z. of het 't rechte stel is dat in
deze fransche uitgave behoort. Ik vermoed echter ja.
„Tab. 1." vertoont de verschillende deelen der wapenrusting, zoowel
van den met geweer als met piek gewapenden soldaat
„Tab. 2.*' vertoont in 28 figuren, die in 4 rijen boven elkaar zijn geplaatst
en „Tab. 3." in 23 van de 28 op gelijke wijze voorgestelde figuren de
geheele hanteering van 't geweer. De overige vijf van „Tab. 3." en de
28 van „Tab. 5." de exercitie met de piek. Daar deze drie platen in de
bovenste rij met B, C en D gemerkt zijn, zal het nommer op „Tab. 5."
wel foutief zijn en 4 moeten wezen. Van deze 3 platen en één die met
A gemerkt moet zijn, maar die hier blijkens de voorstelling alleen „Tab. 1"
geteekend is, wordt in het voorbericht gezegd dat ze door J. Th. de Bry
zelf gegraveerd zijn en deze komen dan ook waarschijnlijk in het
duitsch origineel niet voor, daar verscheiden platen, die uit die uitgave
hier zijn overgenomen, steeds, rechts onderaan, een cijfer dragen, eerst vier-
en na plaat 27, die, evenals 26, in 't midden 22 genommerd is, vijf
nommers hooger dan het in het midden aangebrachte. De volgende
platen hebben geen cijfers in den rechterbenedenhoek: 6, 17, 18, 20—22,
24, 28 en 29. Die 30 platen zijn moeilijk a&onderlijk te beschrij-
ven, daar zij de inrichting van een kamp, de opstelling der legerafdee-
lingen, enz. voorstellen.
De gravures z\jn in gewoon- of breed-folio, z. n. v. gr.
1600—1650. b. NiBT BU MuLLEE (S. No. 1117 B).
1046. Ruitenj.
15 platen, één tot drie figuren bevattende, waarop verschillende ge-
harnaste ruiters a%ebeeld zijn, gewapend met zwaard, pistool, geweer
of lans. Gravures langw. in-4*. door en met adres van J. de Gheijn en
tweede adres van Cl. Jz. Visscher.
358 ZBDEN EN 6EW00NTBN 1600—1650
1600—1650. C, NiBT BU MULLBE (S. No. 1117 B).
1047. „Den Bloem^Hof Van de Nedetiantsche leught^
beplant^ met uijtgelesene Elegien^ Sonnetten^ Epithalamien^
e(n) gesangen etc, Poëtisch e(n) Morael. Noijt in den druck
gesien. V Amstdredam, Bij Dirck Pietersz in de Witte
Parsse in de oude Brug-steech. a^. 1608."
Gegraveerde titel met bovenstaand inschrifl. De tien plaatjes, van dit
werkje, meerendeels zeer belangrijk voor het kostuum, verdienen daarom
hier vermeld te 'borden. De titelgravure in-4°. is geteekend „F. B."; de
overige zijn alle door C. J. Visscher.
Van den titel en de plaatjes is hier ook aanwezig een oudtijds gekleurd
exemplaar. Op den titel leest men alleen: ,.Den Bloem-Hof Van de
Nederlantsche leucht." Het overige is overplakt met de voorstelling
van een aan tafel aanzittend gezelschap. Behalve de 10 zwarte, hierboven
vermeld, die alle hier gekleurd ook aanwezig zijn, vindt men in deze
serie nog 14 andere, evenzeer belangrijk voor zeden en gewoonten; zoo
zijn er drie voorstellingen bij, kleiner dan de overige, van gezellige
bijeenkomsten, op twee waarvan een clavecimbaal voorkomt; ook vindt
men er varianten van de hiervoor onder No. 279 vermelde platen.
1600—1650. a. Niet bij Muller {No. 1118).
1048. ..Dordrecht, in HoUandt 1596".
Inschrifl in een klein cartouche tusschen de wap^ van Holland en
Dordrecht boven een profiel der stad. Op den voorgrond een strook
lands, waarop links een dubbele galg, met twee gehangenen; verder een
drietal schapen. In den rechterbeneden hoek, op den voorgrond, een man,
vrouw en kind; meer naar 't midden zit een man op een soort dijkje en
beschouwt de rivier en de stad. Gravure op 2 bladen langw. in-fol. ,,P
bast F et ezcudit" in het rechterblad onderin. De hooge zeldzaamheid,
(tot voor weinigen tijd kende noch bezat Mr. S. van Gijn deze prent,
terwijl J. T. Bodel Nijenhuis, blijkens zijn studie over P. Bast in de
Handelingen en mededeelingen ran de Maatschappij der Nederl. Letterkunde
over 1872, een exemplaar zonder jaartal schijnt te hebben gehad), de goede
uitvoering en juiste teekening, deden mij deze afbeelding der oudste stad
van Holland, zoowel als de volgende, (zie No. 104-9 — 1052), hier opnemen,
al zijn het juist geen historieprenten. Het werk van P. Bast is meer dan
dat van eenig ander graveur uit dien tijd, (Jac. van Deventer uitgezonderd),
zoowel in de profielgezichten als in de plattegronden, hoogst nauwkeurig.
1600—1650. h. Niet bu Mullee (No. 1118).
1049. ..Lvgdvn{um). Batavor{um) Leyden in Hoüant'\
Opschrift in 't bovenste ornament cener groote cartouche, waarin een
opdracht is gegraveerd van P. Bast aan : „. . . D. D. Praetori Consvlibvs. et
1600—1650 ZBDBN EN GBWOONTBN 359
senatoribvs Reipublics Lugdunensis*' etc. De cartouche staat in den
linkerbovenhoek van dit gezicht in vogelvlucht der stad Leiden. In den
linkerbenedenhoek het wapen van Leiden; in den rechterbenedenhoek :
„Anno. D. 1600 Petrus, bastius. aut sculp. et excudit", beide in cartouche.
Gravure in-plano. Bodel Nijenhuis zag nergens een ander exemplaar
van deze en de volgende plaat, dan het zijne, afkomstig uit de verzameling
Bussems — E. de Burlett.
1600—1650. c. NiBT Bu Muller (No. 1118).
1050. „Lvgfdvn(vm) = Batavor^ Leyden in Hollandt,^^
Profiel der stad Leiden, dat bovenaan, tusschen de wapens van Holland
en Leiden, in een cartouche, dit inschrift heeft. Op den voorgrond links
een boer, in 't midden drie jagers, rechts eenige koeien. In 't midden
onderaan: „P bast F 1601." Gravure langw. in*fol.
1600—1650. d. NiBT BIJ Muller (No. 1118).
1051. ^^Leuwerden de Hooft Stadt van FrisLandt 1602
Leoverdia Metropolis Frisice oo lo . en.*'
Inschrift in een cartouche, midden boven het profiel der stad Leeuwar-
den. Het wapen van Friesland en van Leeuwarden aan de eene en
andere zijde der cartouche. Links bovenin een cartouche, waarin „. . . Frisis
Ordinibvs ac XII viris" enz. rechts een tweede waarin ,,. . . S P Q Leovar-
diensi", enz. door P. Bast, volgens deze opdrachten teekenaar, graveur en
uitgever dezer oudtijds gekleurde gravure langw. in-fbl. Links op den
voorgrond een ruiter, iets verder twee mannen met hooivorken. Rechts,
naar het midden, een man met afhangenden mantel, een heer en dame
gearmd, een jongen met hoed in de hand en een man en vrouw, op den
rug gezien, zittend op een heuveltje, waarin: ,.P Bast F". Dit prospekt
bleef aan Bodel Nijenhuis geheel onbekend; in de stedelijke kunstverza-
meling van Leeuwarden, berust echter een exemplaar, beschreven door
W. EekhofiT in den katalogus dezer verzameling, doch in later staat, daar
het 't adres van Cl. J. Visscher 1645 draagt, terwijl EekhofiT nooit een
exemplaar zag, gelijk het hier aanwezige, zonder dit adres.
1600—1650. e. Niet bij Muller (No. 1118).
1052. ^jleeuwerden de hooft dadt van Frislant Leover»
dia metropolis Frisice oo locni 1603."
Inschrift in cartouche midden boven een gezicht in vogelvlucht der
stad Leeuwarden. Aan de linkerzijde der cartouche het wapen van
Friesland, rechts dat van Leeuwarden. In den linkerbovenhoek twee
cartouches. Links onderin: ..Pet bastius Fecit'\ rechts een kompas. Dit
exemplaar wijkt af van het door B. N. beschrevene en is een vroegere
staat, dan welke hij zag. De cartouches, waarin bij de door Eekhoff
gereproduceerde plaat, een latijnsche opdracht aan het bestuur van Friesland
360 ZBDBN EN GEWOONTEN 1600— 16B0
en van Leeuwarden van J. Sems voorkomt, zijn oningevuld; van een
toelichting van 21 nommers gebouv/en is hier geen spoor, ook komt het
adres van J. Lamrinck er niet op voor. Verder deelt B. N. nog mede
dat in 174*3 een exemplaar voorkwam in den atlas van M. Brouerius van
Nidek. Heel dikwijls schijnt de plaat dus niet voor te komen. Hierbij is
gevoegd de plattegrond van ., Leeuwerden de hooftstadt, van Yrieslandt"
„P. Harlingensis Fecit et ezcudebat A. 1622.'*, gravure in-plano.
1600— 16B0. Niet bij Muller (S. No. 1118 C).
1053. j^Kinder neemt acht op mijnen raety
En sijt niet also hooch vermeeten^
Dan elck moet kennen sijnen staet^
Tis quaet met Heeren Kersen f, eeten^
In een feestzaal zit aan een tafel, waarop een paar schalen met kersen
staan, vooraan links een goed gekleed heer, rechts een schamel gekleed
man; ieder neemt een kers uit denzelfden schotel, maar de heer heeft op
den duim der linkerhand een pit liggen om die den arme in 't gelaat te
schieten. Illustratie van het bekende spreekwoord. Rechts onder de
plaat bovenstaand hollandsch vers, links daarvan een even groot latijnsch
vers: „Quos effert" enz. door R. L. Gravure langw. in-4". z. n. v. gr. met
adres van (en door?) C. v. Sichem.
1600—1650. a. Niet bu Muller (S. No. 1118 F).
1054. ..Ecdesiastes ,,CapitV T\
Inschrift onderin een gravure, 't inwendige van een armelijke boeren-
woning vertoonende. Links een schouw, waaraan een haring hangt,
daarachter een armoedig bed, waarop een stervende vrouw en een kind
liggen. Een deftig gekleede dame wijst de stervende op den hemel,
waarin de Jahveh-naam in hebreeuwache letters staat. Rechts twee vrouwen
bij het op stroo liggend lijk van een man enz. Op den achtergrond een
ledige kast; een oud man komt de huisdeur binnen. Gravure langw.
in-fol. Links onderaan: „M de Vos jnuent Nico de Bruyn fecit Robbert
Baud(ous), excudit", dit adres is echter blijkbaar een later, daar de sporen
van een vroeger duidelijk er onder zichtbaar zijn; rechts een opdracht
aan ,.D. Petro Plancio," door ..Assuerus a londerseel."
1600—1650. b. Niet bu Muller (8. No. 1118 F).
1055. „Ventis."
Inschrift boven in een prent, die zeker deel uitmaakt van een serie,
de temperamenten, of iets dergelijks, voorstellende. In den linkerboven-
hoek staat het teeken van den dierenriem: de Stier; in den rechter- de
Weegschaal. Onder een soort regenboog is in het bovengedeelte der plaat
Venus en Amor a%ebeeld in een, door duiven getrokken wagen, die op
wolken rijdt. Daaronder een, terwille van het kostuum, zeer interessant ge-
zelschap dansende mannen en vrouwen. Links een paar muzikanten ; rechts,
1600—1650
ZBDBN VS GEWOONTEN 361
bij een balustrade, waarop een pauw staat, een zittend paar, waarvan
de vrouw een guitaar bespeelt Onder de gravure in-plano, zonder naam, een
6-regelig fransch- en een even groot hollandsch vers, met de opschriften :
„Venus, froid et humide, Qviure," „Venus, Coud en vochtich, Cooper."
1600—1650. Niet bij Muller (S. No. 1118 H).
1056. „'ö 0fö^." - „)} Tov (deoif %6/p.'' - „'Ijfxpö^ 7ro>kXav
^xvTX^hg aAA«v." - ^^vlSpig re Kxt TA)}y>^ ivr) (rccrrpoov,^*
Onderschriften midden onder vier platen op geestige wijze aangevende
hoe een dokter bij een doodelijk zieke, bij een eenigszins beterend lijder,
bij een die 't gevaar te boven is en bij een herstelden ontvangen wordt
n.I. eerst als een GK>d, dan als een engel, daarna als een mensch en ten
slotte als een duivel. In 't midden der plaat op den voorgrond is telkens
een groote figuur a%ebeeld, die een dezer vier voorstelt, waarbij God door
Jezus vertegenwoordigd wordt. In den plaatrand onder in elke gravu-
re langw. in-4*., van H. Gtoltzius, een 4»-regelig latijnsch vers in
twee kolommen ; aan weerszijden van het grieksche onderschrift één. Onder
iedere plaat, in drukletters, een 6-regelig hollandsch vers in twee rijen.
De laatste heeft bovendien daaronder nog een T-regelig vers in cursieve
letters, waarvan bij dit exemplaar enkele woorden ontbreken en waar in
de 4e en 5e regel o. a. voorkomt: ,,Laet de luyden v tellen, de wijl sy
quelle(n), Segghen sy A mi, so wilt Da mi, spe(llen).**
1600—1650. Niet bu Muller (S. No. 1118 Q).
1057. ^^Steek'boekjeit, Ofte V Vermaak der Jeugdelyker
Herten Om daer door te voeten/ Der Herten secreten.
Door J. J. Starter. Noch is hier achter mede by gevoegt
het Placcaet van Marcolphus^ ipcier in verhadt toerden
aüe de Oudheden/ Ordonnantien/ Wetten en PrivHegien
van den covel. AUes heel vermakelyk en tvonderiyk om te
Lezen. Tot Amsterdam^ By Isaak vander Putte^ Boeckver»
kooper op *f Water/ in de Loots-Man.^*
Titel van een boekje langw. in-12*. met een 60-tal even groote hout-
gravures versierd. In 't voorwerk vindt men, behelve deze 60 plaatjes
nog een portret van Starter, de voorstelling van twee vrouwen, met
bovenschrift: .,Loop aan die mespeelen wil, loop aan" en de afbeelding
van „Het Mark-Schip van Keyenburg". Het werkje in zijn geheel ver-
tegenwoordigt één der vermaken van vroegere tijden. Tegenover elk
prentje stond n.1. een soort voorzegging. Men bood dit boekje de gasten
aan, die dan op goed geluk met een speld tusschen de bovensnede der
bladen staken en zoo zelf geacht werden aan te wijzen wat betrekking
op hen had. Ook geven enkele dezer houtgravures z. n. v. gr. aardige
bijdragen voor de zeden en gfewoonten. Het plaatje voor „*tplaccaat Van
Marcolphus," (bl. 146) over den covel (de narrenkap), vertoont een door
362 ZBDBN BN GEWOONTEN 1600—1650
twee bokken getrokken wagen, waarin vier lieden zitten, met narren-
kappen op.
1600—1650. Niet bu Müllbr (8. No. 1118 8).
1058. De rommdpotspeler.
Afbeelding van een lachende knaap, te halver lijve, naar links, twee
speelkaarten en een potlepel op den hoed. de rommelpot in den rechter-
arm. Aan de keerzijde, in H. 8. een 4-regelig versje: „Siet de vastel
avonds Sot'\ enz. Gravure gr. in-4". naar A. Bloemaert, door C.
Bloemaert
1600—1650. Muller (8. No. 1118 T).
1059. „Siet hoe dat lorden luystert nae des blinde
-mans lier:
Voor t' ghehoor meent liy te gheyen niet een sier :
Maer Oauwert die loert nae zyn Tas int secreet,
en neemter het ghelt nyt, dat lorden niet en weet.**
Een blind liereman staat voor een huis over welks onderdeur een man
en vrouw naar de muziek luisteren. Vóór den blinde een 9-tal kinderen,
achter hem een man en vrouw, een zalüteroller haalt geld uit den tas van
den eerste. Links een mand en stok. Gravure langw. in-*»., in den linker-
benedenhoek: „D. y(ing) Boins inventor." Het 4-regelig vers in twee
kolommen en rechts daarvan: „Anno. 1607.' onder de plaat.
1600—1650. Niet bu Mulleb (8. No. 1118 T).
1060. ^jWaerdich is di^n Man begect
Die syn Vrou de Broec aentrect'
Op den voorgrond trekt een man zijn vrouw de broek aan. De laatste
zit links op een bank tegen een huis. Uit het venster kijkt een vrouw,
met haspel en ' spinrokken in de hand. Rechts, meer naar achteren, ligt
een zwijn bij een boom. Gravure br. in-fol. naar D. Y(ing) B(oons). door
P. Serwouter, met adres van C. J. Visscher. Zie ook No. 280.
1600—1650. Muller (8. No. 1118 W).
1061. „Pittige optogt Tan de haarlemsche rhetorgk
-kamer Trouw moet blflken.*'
Onderschrift onder de afbeelding der stoet, die van rechts naar links
gaat. Gravure langw. in-4". naar en door J. P. Visser Bender. Uit: J.
de Koning, Tafereel van Haarlem. IV. 101.
1600—1650. Niet bij Muller (8. No. 1118 Z).
1062. ^Jaerdicht, ter eer rethorices conatrycke liefheb^
berSj van haer liefhebber, In Liefden vimc/i.'*
Opschrift boven een zinnebeeldige voorstelling aan het hoofd van een
jaardicht van vier 22-regelige verzen in twee kolommen, aan weerszijden
i»>
1600—1660
ZSDBN EN GBWOONTBN 863
en van onderen door lijstwerk omgeven. Links van de zinnebeeldige
voorstelling een 4-regelig vers met opschrift : „Thales Milesivs.** ; rechts een
dergelijk met „Diogenes Cynicvs." De prent vertoont in *t midden een
zandlooper, waarop een vaas staat; rookwolken stijgen er uit op. Links;
een knekelhuis, waarop een groot doodshoofö; een pijl en zeis er voor.
Op den achtergrond heuvels en kasteelen. Rechts een kind met een lelie
in de hand; en een boom aan welks voet een rijksappel ligt Gravure langw.
in-4^ z. n. V. gr. Het vers is onderteekend: ,.Rebola Atrap Sa üsoreneg.**
bij letterkeer voor: „Labore parat generositas" Onderaan: „Ghedruckt tot
Amstelredam by Barent Pieterssen, wonende op Middeldam. Anno 1604.''
1600—1660. Niet bu Mullbr (S. 1118 Ab).
1063. ..Warmondt''
Afbeelding van het blazoen der rederijkerskamer „.Het. Rode Mate-
liefken." met de zinspreuk: .,-In. liefdt - verwarmdt" In een medaillon,
waarin de zinspreuk en: „.Math : 28. vers = 37-" de afbeelding van een
versterkte stad en op den voorgrond een hen met kiekens. Op het me-
daillon: „Rethorica". Aan weerszijden van het medaillon vier wapens.
Onderaan: „Anno 1620." Gravure door H. Berch.
1600—1660. Mullbr (No. 1886 en Aanhangsel).
moet zijn: Na Muller (S. No. 1118 Ad).
1064. y^Merckt wd op dees figuer en wat sy bediet:
Sy leert houden moet, in al datmen doet en
{8iet'\
Begin van het hoofdinschrift eener plaat, die, volgfens Muller, zou
doelen op een of andere daad van Prins Maurits?. Maurits (?) duikt in het
wijde einde van een hoorn, maar kan aan het nauwe einde (mondstuk)
er niet uitkomen. Boven hem kijkt een nar uit een openstaand venster,
die hem uitlacht en volgens een inschrift zegt:
„Ba dit is om lachen van desen Sot
lek meynde ick was alleene bot
Maer dese quistschotel gaet boue(n) my
Die hem verliet op goedt e(n) vrie(n)de(n) bly
Nu hy t'zyn is quyt elck van hem vliet
Geldeloos nempt myn Cap men kent v niet"
Bij de wijde opening van den hoorn staat een oud man (Oldenbame-
velt?) deze z^:
,.Holla Jonger bloet loopt niet soo seer, *
Nemet wel acht op der ouden mans leer
Ick sien ghy wilt wat sots beginnen
Eer ghy ingiet wilt v erst versinnen
Al is die plaets wyt om in te gaaen (sic)
Is and eynd eng wilt het niet bestaen".
364 ZEDEN EN GEWOONTEN 1600—1650
Noch deze, noch de overige ioschriften geven echter een bepaald feit
aan. Het hoofdvers begint wel:
„Desen in en wtganck des horens wilt Ansien*/' maar, of de plant, die
Muller uit zijn herinnering beschreef, meer aanleiding geeft om te denken
aan een spotprent van de Arminianen op Maurits en het toch gelukte
verzetten der regeering te Hoorn, zooals hij in zijn hoofdwerk vermoedde
of aan de eenvoudige illustratie van het spreekwoord: ..Hij werkt zich
in 't nauw,'' zooals hij in zijn Aanhangsel niet ongenegen schijnt toe te
geven en ook ik meen te mogen aannemen, laat ik ter beslissing van anderen,
te meer omdat er een latere kinderprent is, met dezelfde voorstelling,
die bepaald op dit spreekwoord doelt. Zie ook Muller No. 2542.
1600—1650. a. Niet bij Muller (S. No. 1118 Al).
1065. ^^Leo Bélgicus'\
Kaart van de Noord- en Zuid-Nederlanden in den vorm van den hol-
landschen leeuw. Ter zijde en onder de kaart is een breede plaatrand, in de
onderste is links een hollandsch-, rechts een fransch inschrift aan den „Leser."
Ter zijde en van onderen verder, in 13 medaillons, de portretten van Phi-
lippus II, Margaretha van Oostenrijk, Alva, Requesens, Don Juan, Far-
nese, Emestus van Oostenrijk, Albertus, Willem I, Matthias van Oostenrijk.
Fran^is van Anjou, Leycester en Maurits. Deze gravure van „lohan van
Doetechum", oorspronkelijk in den tijd van Maurits gegraveerd, is, blijkens
inschrift tusschen de pooten ven den leeuw, in 1650 weder uitgegeven door
Cl. J. Visscher..In den hier beschreven staat heeft men dan ook, links van
den leeuw en bovenaan in de hoofdplaat, aan de reeds genoemde portretten
de beeltenissen toegevoegd van Ferdinandus van Oostenrijk en van Fre-
derik Hendrik. Daar Frederik Hendrik échter reeds in 1647 stierf en in
de aanspraak aan den „Eersame(n) Leser" gezegd wordt, dat deze laatste
twee „tegenwoordelick regiere(n),'* moet er nog een vroegere druk van
dezen staat der kaart zijn.
Rechts van den leeuw zijn bovenaan drie aan elkaar verbonden car-
touches, onderaan afbeeldingen van „Palatium Bruxellense" en „Pala.
tium Comitu(m) Holland."
Oudtijds uitnemend gekleurd exemplaar.
1600—1650. b. Niet bu Muller (8. No. 1118 Al).
1066. „Leo bélgicv$'\ „Niwa xvn Provinciarvm Ger-
manice Inaerioris {sic) Tahula^ Leonis effigie, Accurate
ddineata"
Het eerste opschrift midden bovenin een kaart der 17 provinciën in
den vorm van een leeuw; het tweede, rechts daarvan, in een cartouche,
omgeven door de wapens der 17 provinciën. De leeuw is zittend afgpe-
beeld en met den kop naar links gekeerd. Het westen is hier aan de
1600—1650
Z£D£N SN GEWOONTEN
365
bovenzijde der kaart Onderaan, tusschen de pooten van den leeuw, een
cartouche met een kregelige „Prosopoposia leonis belgici":
„Dardanie virtutis, Opum, Martisqz secundi •
Gloria vix toto clauditur Orbe mea
Regibus ast multis felicior esse videbor,
^temft si me Pace beent Superj/'
Links onder den belc van den leeuw een derde cartouche waarin:
„Civitatum Pagorumqz mumerus (sic) in singulis Provincüs", waarop dan
in 17 regels het getal steden en dorpen van iedere provincie volgt. Onder
- de eerste kolom staat: „Civitates", onder de tweede „Pagi** Daaronder
in een a&onderlijke afdeeling der cartouche: „f Amsterdam ghesneden
ende ghedruckt by Bombout vanden Hoeye inde Kalverstraet inde dri
Roosen Hoeie Anno 16S6". Gravure in-plano.
1600—1650. Niet bu Muller (S. No. 1118 Am).
1067. „e* Graefschap HoUandf'.
Kaart van Noord- en Zuid-Holland in den vorm van een leeuw. Achter
hem 't strand, de zee en schepen. Boven de eigenlijke plaat in een strook,
ia tweeën gedeeld door bovenstaand opschrift en het wapen van Holland,
aan de eene zijde: de afbeelding van een ijsschuit tusschen de voorstel-
ling der kleederdrachten van „Agricols HollandisB australis" en „Nobiles
Hollandi." aan de andere zijde: twee zeilwagens tusschen de kleederdrach-
ten van „Mercatores seu cives'' en „Agricole HollandisB borealis". Ter-
zijde van de hoofdplaat links: afbeeldingen der steden „Dordrecht, Delft,
Amsterdam, Rotterdam, Alckmaer en Enckhuysen'' ; rechts: „Haerlem,
Leyden, Dergou, den Briel. Hoorn en t' Hof van Hollant*' Onderaan de
wapens van 32 steden. Blijkens het latijnsch inschrift in de cartouche,
links van den leeuw, is deze plaat in 164-8 door N. J. Visscher uitgegeven.
De overeenkomst tusschen deze en de door Muller onder bovenstaand
nommer beschrevene plaat, deed mij besluiten haar op deze plaats in te
voegen.
\